Skip to main content

Redactie Beroepseer

Hoe bewindspersonen probeerden hun schuld te ontlopen en ambtenaren betrokken in hun verdediging bij de Toeslagenaffaire

De verhoren van de Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening vonden plaats van 6 september tot en met 5 oktober 2023 in de Enquêtezaal van de Tweede Kamer. De enquête was ingesteld naar aanleiding van het in december 2020 gepubliceerde rapport Ongekend Onrecht van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag. Onderzocht is hoe het fraudebeleid zo kon ontsporen.
Marlous van der Zande, masterstudent Research in Public Administration & Organisational Science, schrijft op Platform O over wat haar is opgevallen. Hoe probeerden bewindspersonen de schuld te ontlopen en hoe betrokken zij ambtenaren in hun verdediging? Op politieke bescherming hoefden ambtenaren in ieder geval niet te rekenen.

Marlous van de Zande:

“Op 15 januari 2021 viel kabinet Rutte-III vanwege de Toeslagenaffaire. Aan dit aftreden ging een uitgebreid proces van blame shifting vooraf. Zo deden de staatssecretarissen van Financiën aangifte tegen hun ondergeschikten bij de Belastingdienst, werden enkele ambtenaren op non-actief gesteld en trad de toenmalig directeur-generaal van de Belastingdienst gedwongen terug. Het leken stuk voor stuk manieren om ambtenaren als schuldigen aan de Toeslagenaffaire af te schilderen en zo zelf, als kabinet, uit de vuurlinie te blijven.

Het opwerpen van de schuldvraag en de focus op ‘daders’ is inherent aan politieke verantwoording.Tijdens zulke verantwoordingsmomenten blijft meestal onderbelicht hoe ministers en staatssecretarissen zich ten opzichte van hun ambtenaren positioneren. Hieronder laat ik zien hoe bewindspersonen de verantwoordelijkheid voor de Toeslagenaffaire probeerden te verleggen naar de ambtelijke organisatie in de eerste fase van het verantwoordingsproces. Hoe betrokken zij ambtenaren in hun blame game? En wat zijn daarvan de gevaren?

Afrekencultuur

Ambtenaren zijn, met het toenemend voorkomen van parlementaire enquêtes, zichtbaarder geworden. Ook komen zij door de incidentgedreven en persoonsgerichte verantwoordingscultuur steeds vaker in de publiciteit. Op deze manier zijn zij een explicietere rol in het openbare verantwoordingsproces gaan spelen. Tegelijkertijd wordt hun positie steeds vaker ter discussie gesteld. Deze versoepeling van de politiek-ambtelijke spelregels is duidelijk in de eerdere parlementaire mini-enquête over de kinderopvangtoeslag terug te zien.

Bron van onwetendheid

Geen van de politiek verantwoordelijken gaf in zijn ondervraging volledige rugdekking aan de ambtelijke dienst. Allen brachten de rol van ambtenaren ter sprake, en bijna nooit in positieve zin. Van alle actoren die een plaats hadden in het narratief van de bestuurders werd het handelen of nalaten van de ambtelijke dienst veruit het meest genoemd.

De rol die ambtenaren werd toegekend in het ontstaan van de Toeslagenaffaire verschilde. Bewindspersonen weten hun eigen onwetendheid over de grootschalige ellende achter de fraudeaanpak aan ambtenaren. Ambtenaren zouden hun politiek leidinggevenden (en soms zelfs de Kamer niet, onjuist, onduidelijk of te laat hebben geïnformeerd over de hardheid van de fraudeaanpak en de consequenties daarvan. Toenmalig minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (p. 69) komt tot de conclusie dat de topambtenaren die zich bewust waren van het (dreigende) onrecht ‘niet het gevoel hebben gehad of niet in staat zijn gebleken om dat op de goede manier aan de kaak te stellen, zodat er wat mee kon gebeuren.’

Ambtelijk disfunctioneren

Ondanks de inspanningen van ministers en staatssecretarissen voor een veilig meldingsklimaat, zouden ambtenaren passief zijn geweest in het communiceren van signalen. Daardoor werd de omvang van de ellende over het hoofd gezien. Voormalig staatssecretaris van Financiën Eric Wiebes (p. 77) noemde het ‘buitengewoon ingewikkeld [om] verantwoordelijkheid te dragen in het donker.’

[ … ]

Ambtenaren als zondebok

Een enkele keer werden ambtenaren zelfs als zondebok weggezet; als verantwoordelijken voor het algehele beleidsfalen. Het ontbreken van voldoende ‘maatschappelijke antenne’ bij de ambtelijke organisatie werd hierbij als reden aangevoerd. Toenmalig staatssecretaris van Financiën Frans Weekers had zijn opvolger Wiebes dan ook meegegeven ‘de dienst behoorlijk door te lichten.’ Menno Snel (de opvolger van Wiebes als staatssecretaris van Financiën , p. 98) zette zijn ambtenaren niet zelf uitdrukkelijk als zondebok weg, maar benoemde wel dat anderen dat deden: ‘Welke ambtenaar moet eruit, werd mij soms verzocht’.”

Marlous van de Zande besluit haar artikel met de constatering dat van alle partijen in de toeslagenaffaire ambtenaren het veruit het zwaarst te verduren kregen. Ze waarschuwt voor het potentële gevaar voor wantrouwen met als gevolg een gesloten (angst)cultuur op ministeries.

Lees het hele artikel van Marlous van de Zande, De ambtenaar voor de leeuwen, Platform O, 2 oktober 2023:
https://platformoverheid.nl/artikel/de-ambtenaar-voor-de-leeuwen/
Platform O slaat online een brug tussen de praktijk van het openbaar bestuur en de wetenschap en publiceert artikelen van wetenschappers, ambtenaren en professionals van adviesbureaus

Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening: www.tweedekamer.nl/kamerleden_en_commissies/commissies/pefd
Over de commissie: www.tweedekamer.nl/kamerleden-en-commissies/commissies/parlementaire-enquetecommissie-fraudebeleid-en-0
Openbare verhoren: kijk en lees terug Verhoorweek 1 e.v. op: www.tweedekamer.nl/kamerleden_en_commissies/commissies/pefd

Hoe geven overheden vorm aan uitnodigend besturen en hoe wordt het ervaren door burgers?

“Burgerinitiatieven zijn projecten die bijdragen aan de leefomgeving: van het organiseren van een straatfestival tot inwoners die samen het OV in stand houden in hun regio”, verklaart Vivian Visser.
Visser promoveerde eind augustus 2023 op het proefschrift Wie is uitgenodigd? Een multi-methode studie naar de perspectieven van overheden en burgers op uitnodigend besturen.
Vissers onderzoek richtte zich op het beter begrijpen van hoe overheden burgers uitnodigen om initiatief te nemen en hoe die uitnodigingen worden ontvangen door burgers. Dit onderzoek geeft daarmee antwoord op de vraag: Hoe geven overheden vorm aan uitnodigend besturen en hoe wordt dit ervaren door burgers?

Overheden zijn volgens haar steeds vaker bereid om dit soort initiatieven te steunen en zelfs te stimuleren. Rotterdam heeft hierin inmiddels een lange traditie. Hoewel burgers hiermee een positieve impuls kunnen geven aan hun buurt, schuilt in deze trend ook een risico. Visser: “De ambtenaren die ik sprak zijn bang dat het ongelijkheid kan vergroten. Het zijn juist de welvarende hoogopgeleiden die de potjes weten te vinden en die hier slim gebruik van maken om bijvoorbeeld hun straat te vergroenen”.
Daar komt bij dat hoger opgeleiden ook andere voorkeuren hebben, zo bleek uit de interviews met ambtenaren die de promovenda afnam. Waar nieuwe bewoners (al dan niet met bakfiets) de stoep willen vergroenen en parkeervakken liever zien verdwijnen, hebben andere bewoners die plekken hard nodig omdat zij bijvoorbeeld voor hun werk in de haven per se een auto nodig hebben. Deze groep doet minder snel een aanvraag en blijft vervolgens berooid achter. “Die afweging maken is heel lastig voor een ambtenaar. Ze zijn voor meer groen en klimaatadaptatie, maar voelen ook dat het niet eerlijk is dat de meest mondige burgers met een hoge sociaaleconomische status aan het langste eind trekken”.

Een soort minderwaardigheidsgevoel

Voor haar proefschrift sprak Visser ook met Rotterdammers met een lage sociaaleconomische status. Vaak wordt aangenomen dat het deze groep het ontbreekt aan tijd, middelen of een sterk netwerk. Dat speelt zeker mee, maar de onderzoeker kreeg ook andere dingen terug in de soms behoorlijk heftige gesprekken. “Ze verwachten niet serieus genomen te worden en er klonk echt een soort minderwaardigheidsgevoel door. Hoewel sommigen aangaven normaal niet op hun mondje gevallen te zijn, voelen ze zich in de interactie met de gemeente onzeker. Aan de andere kant is er een groep die zich juist te goed voelt en die gaat rebelleren. Ook is er een groep die niets te maken wil hebben met de gemeente omdat de manieren van doen en werken van ambtenaren en politici hun niet aanstaat”.

Plannen van ‘yuppen’ wantrouwig bekeken

De onderzoeker verwachtte ook dat ambtenaren inderdaad een bepaalde scepsis hadden richting de aanvragen van deze groep. Tot haar verbazing bleek het tegenovergestelde. Ambtenaren blijken platgezegd juist wantrouwig over de aanvragen van yuppen, omdat ze zich afvragen of zij het wel echt nodig hebben. “Terwijl de initiatieven van mensen met een lagere sociaaleconomische status juist met open armen worden ontvangen. Die groep denkt onterecht geen kans te maken, maar hun initiatieven worden haast geromantiseerd of geïdealiseerd. Zelfs als een buurtfeest een handjevol mensen zou trekken, werd dat gezien als wenselijke vooruitgang.”

Geen rap maar opera

Bovendien bleken ambtenaren ook bereid om verder te gaan bij het bieden van hulp, bijvoorbeeld bij het aanvragen van een vergunning of het opstellen van een begroting. Naast dat ambtenaren bereid waren om te helpen, bleken ze geneigd te zijn om zich te bemoeien met het programma. “Het kan niet alleen maar rap zijn”, hoorde ik dan terug van een ambtenaar die de organisatie vervolgens koppelde aan een lokaal operagezelschap. “Bij geveltuintjes wordt soms zelfs gestuurd op de bloemen die daar zouden moeten staan. Dat heeft iets belerends en ik kan me goed voorstellen dat dit de aanvragers tegen de borst stuit”.

Vivian Visser geeft toe dat ze “best wel onder de indruk was geraakt van wat de gemeente doet om meer aansluiting te vinden bij bewoners. Ik denk dat het probleem dieper zit. Er heerst in de samenleving nog te veel het beeld dat je als hoger opgeleide er meer toe doet”.

Downloaden proefschrift Who is invited? A mixed-method study on governments’ and citizens’ perspectives on invitational governance, Rotterdam, 31 augustus 2023: https://pure.eur.nl/en/publications/who-is-invited-a-mixed-method-study-on-governments-and-citizens-p

Samenvatting proefschrift: https://www.eur.nl/evenementen/promotie-v-vivian-visser-2023-08-31

De gemeente juicht burgerinitiatieven toe, maar welke verdienen ook echt steun? Erasmus Universiteit, 30 augustus 2023: www.eur.n

Zie ook: Netwerkcorruptie. Proefschrift over uitruilen gunsten en smalle scheidslijn tussen lobbyen en corrupt gedrag, Blogs Beroepseer, 23 juli 2018: https://beroepseer.nl/

Universiteitsblad Cursor op zwart. “In deze situatie kunnen wij ons werk niet naar behoren uitvoeren”

Han Konings, hoofdredacteur van Cursor kreeg op dinsdag 3 oktober 2023 te horen dat hij ‘met onmiddellijke ingang’ uit zijn functie is ontheven. Cursor is het onafhankelijk online magazine van de Technische Universiteit Eindhoven. Dinsdagavond laat ging de homepage van de Cursorwebsite op zwart. De redactie plaatste een Statement:

“Al enige tijd ervaren wij, de redactieleden van Cursor, een beperking in onze persvrijheid. Als triest slotstuk daarvan – en tot onze grote ontsteltenis – is vandaag hoofdredacteur Han Konings per direct uit zijn functie ontheven. Daarom publiceren we nu dit statement.

Cursor ervaart vanuit het College van Bestuur van de TU/e en de redactieraad een steeds groeiende druk om bepaalde artikelen, die als onwenselijk worden gezien, niet te publiceren. Het meest recente voorbeeld daarvan is een artikel over belangenvermenging, geschreven door onze collega Bridget Spoor. Er werd een negatief advies uitgebracht door de redactieraad inzake het publiceren van dit artikel, dit was echter niet op basis van journalistieke principes. Het artikel zou volgens de redactieraad “niet voldoen aan de informatiebehoeften van de TU/e-gemeenschap”.

Kort daarna werd er druk uitgeoefend op onze hoofdredacteur Han Konings om een andere functie binnen de organisatie te gaan bekleden. Dit na een eerste poging hiertoe in 2021, ook na een gevoelig artikel.

De inperking van de journalistieke vrijheid en de uitgeoefende druk hebben al een lange tijd een negatieve impact op de redactie. Gebleken is dat het huidige redactiestatuut niet voldoende bescherming biedt – zoals de Nederlandse Vereniging van Journalisten wél voorschrijft – om de onafhankelijkheid van Cursor te waarborgen.

We voelen enorme onzekerheid over de toekomst van Cursor als een onafhankelijk medium dat volgens algemeen geldende journalistieke normen over zaken schrijft die met de TU/e-gemeenschap te maken hebben of voor deze gemeenschap relevant zijn. Ook over zaken die minder gunstig zijn voor de reputatie van de universiteit dus, zoals het geval was met het artikel in kwestie.

Er is door de redactie grondig gecheckt of het artikel in overeenstemming met alle afgesproken journalistieke principes is geschreven; alle bronnen en feiten zijn zorgvuldig gecontroleerd. Er is ruimte voor wederhoor gegeven en de persoon waar het artikel over gaat, heeft geen feitelijke fouten kunnen aantonen. Toch bleef de redactieraad bij haar negatieve advies om te publiceren en werd de druk om niet te publiceren steeds beter voelbaar. De hoofdredacteur heeft besloten om het artikel onder deze omstandigheden niet te publiceren, omdat hij bang was voor de gevolgen.

Onze collega Bridget Spoor “kon hier niet mee leven”, zoals ze meermaals bij de rest van de redactie aangaf, en voelde zich uiteindelijk genoodzaakt om deze kwestie in eigen regie te nemen middels de Wet bescherming klokkenluiders. Op 26 juni heeft ze een officiële klacht ingediend bij de universiteit. De klacht kwam na vele omwegen terecht bij de commissie melding onregelmatigheden. Pas eind oktober worden de betrokkenen gehoord.

In deze situatie kunnen wij ons werk niet naar behoren uitvoeren. We vragen het College van Bestuur om transparant te zijn naar de gemeenschap over of Cursor als onafhankelijk journalistiek medium moet kunnen functioneren. Als dat het geval is, dan zijn de volgende stappen nodig om die onafhankelijkheid te garanderen:

    • De huidige redactieraad maakt plaats voor een nieuwe, onafhankelijke redactieraad;
    • De redactieleden van Cursor krijgen een stem bij het aanstellen van een nieuwe hoofdredacteur;
    • Het redactiestatuut wordt herzien om de onafhankelijkheid van Cursor te waarborgen”.Redactie Cursor

Ga naar Cursor op zwart, 3 oktober 2023: www.cursor.tue.nl/nieuws/2023/oktober/week-1/cursor-op-zwart-4/

Lees ook de commentaren onder het Statement. Bijvoorbeeld deze:

“Als de beroepsvereniging voor journalisten (NVJ) onderschrijven we jullie actie van harte. Journalistiek kan alleen maar bestaan in onafhankelijkheid. Alleen dan neem je je lezers serieus en kan je je controler.ende functie volwaardig vervullen. Juist in een universitaire gemeenschap is een onafhankelijke en kritische stem van grote waarde. Cursor is geen marketing en communicatie krantje maar een onafhankelijk universiteitsblad. Het universiteitsbestuur zou dat moeten respecteren en koesteren! Thomas Bruning, alg Secr Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ)”.

ScienceGuide spreekt steun uit voor Cursor, het universiteitsblad van de TU Eindhoven, door Frans van Heest, Science Guide, 4 oktober 2023: www.scienceguide.nl

Universiteitsblad TU Eindhoven op zwart: ‘Beperking van persvrijheid’, Omroep Brabant, 4 oktober 2023: www.omroepbrabant.nl

U P D A T E  II

Als universiteiten de pers monddood proberen te maken, door Frans van Heest & Michiel Bakker, Science Guide, 18 oktober 2023: www.scienceguide.nl

U P D A T E  I
5 oktober 2023

Bekend is intussen dat de hele kwestie draait om een artikel over de nieuwe rector van de universiteit, Silvia Lenaerts, een Belgische scheikundige die voorheen als hoogleraar en vicerector verbonden was aan de Universiteit Antwerpen. Sinds 11 mei 2023 is Lenaerts rector magnificus van de Technische Universiteit Eindhoven.

Lenaerts zou zich de schijn van belangenvermenging op de hals hebben gehaald, vanwege een rol in een reclame over de chemische industrie. Cursor wilde het artikel publiceren, maar kreeg een negatief advies van de redactieraad. Die raad zou volgens de redactie het artikel willen verbieden omdat het de reputatie van de universiteit zou kunnen schaden. De redactie evenwel hield voet bij stuk en wilde publiceren. Daarop werd Konings weggestuurd. Op zijn ontslag volgde het protest van de redactie: een Statement op de website en het zwart lakken van delen op de homepage.

Nu is de publicatie alsnog openbaar. Journalist Bridget Alcione Spoor publiceerde haar verhaal op 5 oktober 2023 op LinkedIn. Zij schrijft:

Ik heb besloten de stukken die niet naar buiten mochten komen over vermeende belangenvermenging van de rector waar de Volkskrant vandaag over schrijft, alsnog naar buiten te brengen, mede omdat ik hoor dat niet iedereen de PDF goed kan openen die erin zit van mijn stuk. En hier deel ik ook het tweede stuk waar na lobbyen wel wederhoor op kwam, maar dat vervolgens toch niet werd toegestaan te publiceren door de rector zelf en wederom een negatief advies kreeg van de redactieraad.

Het eerste artikel waarop geen wederhoor kwam, Weerstand tegen nieuwe rector door INEOS-advertentie: https://lnkd.in/eXgGFhXj
of: https://beroepseer.nl

Tweede artikel, “Praten kan altijd, maar met respect voor elkaars mening”:  https://lnkd.in/eaj5NKWr
of: https://beroepseer.nl

U P D A T E

Interim-hoofdredacteur Cursor, Cursor, 15 november 2023: www.cursor.tue.nl/nieuws/2023/november/week-3/interim-hoofdredacteur-cursor/

Met ingang van deze week is Roy op het Veld aangesteld als interim hoofdredacteur van Cursor. Daarmee heeft het universiteitsblad van de TU/e weer een hoofdredacteur, nadat Han Konings begin oktober uit zijn functie werd ontheven. De redactie voelde zich beperkt in haar persvrijheid en uit protest ging de website van Cursor ‘op zwart’.

De houdbaarheid van een topambtenaar

Twintig jaar op dezelfde plek of flexibel jobhoppen door het landsbestuur? De Algemene Bestuursdienst, uitzendbureau voor overheidsmanagers, laveert tussen de twee uitersten als speelbal van een verhit debat. “Topambtenaren hebben een verantwoordelijkheid niet te veel in de spotlights te staan”.

Dieuwertje Kuijpers is voor Vrij Nederland nagegaan wat de effecten zijn als topambtenaren ‘te lang blijven plakken’ en daardoor – zonder dat zelf in te zien – ongezond veel in de melk te brokkelen hebben. Maar wat zijn de effecten als vakinhoudelijke kennis nauwelijks nog telt en ambtenaren beoordeeld worden op hun ‘politieke sensitiviteit’?

Een greep uit Hoe lang is een topambtenaar houdbaar? Tussen schaduwmacht en de banencarrousel.

Behoefte aan ‘flexibilisering

In hetzelfde jaar dat Yes, Minister*) het daglicht zag, plofte er in de Tweede Kamer een lijvig rapport op de mat van de commissie-Vonhoff. ‘Hierin werd het ongenoegen uitgesproken over lang zittende ambtenaren, en geconstateerd dat er behoefte was aan meer samenwerking tussen ministeries,’ aldus de Leidse bestuurskundige Kutsal Yesilkagit. Die behoefte aan ‘flexibilisering’ had niet alleen te maken met vastgeroeste ambtenaren in departementale koninkrijkjes, maar was ook een product van de tijd. De jaren tachtig werden gekenmerkt door hoge werkloosheid, inflatie, dalende huizenprijzen en bezuinigingen door de overheid. Onder de eerste kabinetten-Lubbers ontstond het idee dat er meer moest worden overgelaten aan de markt. De overheid bleek immers niet in staat om alle maatschappelijke problemen op te lossen. Naast decentralisatie, deregulering en privatisering moest ook de interne organisatie van de overheid op de schop. Hoog tijd om flexibeler te werken. Op advies van de commissie-Wiegel (1993) werd in 1995 een Algemene Bestuursdienst (ABD) opgericht.

Die dienst is te zien als een ambtelijk werving- en selectiebureau, maar dan voor topambtenaren van de Rijksoverheid. ‘Er zijn nu in totaal 1800 functies waar wij voor werven en waarbij we de ministeries ondersteunen bij de selectie,’ legt directeur-generaal Bram de Klerck uit. De allerhoogste ambtenaren (secretaris-generaals en inspecteur-generaals) vallen onder een aparte ‘Top Management Groep’. En sinds 2010 is er – onder de noemer ABDTOP-Consult – ook de mogelijkheid voor ministeries om gebruik te maken van een club van momenteel twaalf topambtenaren voor advies- en interimklussen. Dit alles zorgt ervoor dat topambtenaren niet langer een carrière lang veroordeeld zijn tot hetzelfde ministerie.

Groei-bloei-doei

Niet alleen wordt tegenwoordig van topambtenaren verwacht dat zij ook eens verder kijken dan de gang van hun eigen ministerie, ook is het streven vooral niet te lang op dezelfde plek te blijven zitten. Hoewel een machtige topambtenaar die het oor van de minister heeft tot de verbeelding spreekt, wijst Frits van der Meer, bestuurskundige aan de Universiteit Leiden, erop dat ook vasthoudende afdelingshoofden hun stempel kunnen drukken. Als voormalig rijksambtenaar herinnert hij zich een collega die als ‘hoofd grenswijzigingen’ al vijfentwintig jaar verantwoordelijk was voor gemeentelijke herindelingen. ‘Niemand mocht zich met hem bemoeien en uiteindelijk bepaalde hij als ambtenaar het beleid, niet de minister.’

Toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) pleitte daarom in 2018 voor een gemiddelde periode van vijf jaar, niet alleen voor topambtenaren, maar ook voor beleidsmedewerkers. Dat streven is in Den Haag bekend komen te staan als het 3-5-7-model en in de wandelgangen als ‘groei-bloei-doei’.

Want een te snelle roulatie gaat ten koste van de vakinhoudelijke kennis. Begin dit jaar bekeek De Groene Amsterdammer welke eisen de overheid stelde aan haar ambtenaren. Hiervoor analyseerden de onderzoekers alle 130.000 vacatures die sinds 2015 uitstonden bij ministeries en uitvoeringsorganisaties. De vacatureteksten lieten zien dat Den Haag in 40 procent van de gevallen zoekt naar ‘politieke sensitiviteit’ en ‘het kennen van het politieke spel’, en in slechts 11 procent vroeg om vakinhoudelijke kennis of ervaring. Bestuurskundige Paul Bovend’Eert sprak zich in De Telegraaf kritisch uit over het gebrek aan inhoudelijke kennis: ”Tegenwoordig zijn topambtenaren managers geworden, die niet worden geselecteerd op basis van inhoudelijke deskundigheid, maar vanwege hun bestuurlijke vaardigheden”.
Zo kan een directeur van Staatsbosbeheer bij Financiën terecht komen en een planoloog de hoogste baas van Justitie en Veiligheid worden.

Een functie in zwaar weer

Dat neemt niet weg dat ambtenaren ook zelf een morele verantwoordelijkheid hebben als ze een klokkenluider op de huid zitten, de menselijke maat niet hanteren, een angstcultuur laten bestaan, gebruikmaken van riante vertrekregelingen of stukken en bonnetjes ‘kwijtraken’. Die dingen zijn niet helemaal toe te schrijven aan het politieke beleid (en de bijbehorende mankementen daarvan), ze berusten ook op individuele morele keuzes. Het woord ‘banencarrousel’ een verwijt noemen, en vervolgens tevreden constateren dat er geen sprake is van zo’n carrousel, gaat voorbij aan dit integriteitsvraagstuk. Want omdat het gaat om topambtenaren, gaat het hier óók om moreel leiderschap. Dat iets formeel binnen de regels valt, betekent niet dat het daarmee ook moreel gerechtvaardigd is.

Lees het hele artikel: Hoe lang is een topambtenaar houdbaar? Tussen schaduwmacht en de banencarrousel, door Dieuwertje Kuijpers, Vrij Nederland, 14 september 2023: www.vn.nl/topambtenaar-schaduwmacht-banencarrousel/
Gedrukt exemplaar in kiosk en winkel: Hoelang is een topambtenaar houdbaar? Tussen Yes, Minister en de banencarrousel, door Dieuwertje Kuijpers, Vrij Nederland no 8, 2023,
€ 8,99

Noot
*) Yes, Minister, Britse comedy uit de jaren 1980 – 1984. In deze tv-serie moest de naïeve pasbenoemde minister Jim Hacker continu de strijd aangaan met zijn hoogste ambtenaar Sir Humphrey. Rode draad in de serie is hoe de sluwe Humphrey de minister vooral in de waan laat de touwtjes in handen te hebben, terwijl hij vakkundig de status quo op het departement bewaakt.

Interview met Jelmer Evers over het onderwijssysteem, taak en belang van vakbonden en terugblik op ‘Het alternatief’

Tien jaar geleden verscheen de bundel Het alternatief. Weg met de afrekencultuur in het onderwijs! geredigeerd door de leraren René Kneyber en Jelmer Evers.
Evers is inmiddels – sinds 2029 – lid van het dagelijks bestuur bij de de Algemene Onderwijsbond (AOb) voor de sector voortgezet onderwijs. In 2015 verscheen er een vervolg op de bundel, Het alternatief II. Daarin stond dat de leraar zijn handelingsvermogen is verloren door ‘negatieve ervaringen met de Onderwijsinspectie, top-down-hervormingen en -management’.

Evers wordt geïnterviewd door Joëlle Poortvliet en Daniëlla van ’t Erve voor het Onderwijsblad. Hij vertelt dat, hoewel veel mensen de boeken hebben gelezen, er over een belangrijk deel te makkelijk heen is gelezen: “Je kunt de ideeën niet los van elkaar zien. Als je ‘de beroepsgroep versterken’ eruit pakt, maar je pakt het systeem niet aan, dan is het een wassen neus. We hebben tien jaar lang geprobeerd de beroepsgroep te versterken, maar het zijn pleisters op een systeem waardoor het niet krachtiger kán worden”.

Vraag: In Het alternatief was je best negatief over vakbonden, inmiddels ben je AOb-bestuurder voor het voortgezet onderwijs. Hoe dat zo?

Evers: “Je kunt boeken blijven schrijven, maar op een gegeven moment is de vraag: wil je dat het gebeurt of niet? In het eerste boek hadden we nog te weinig aandacht voor: hoe organiseer je je als beroepsgroep en hoe hou je dat in stand? Door onder andere mijn werk bij Education International (wereldwijde federatie van onderwijsbonden waar AOb lid van is, red.) kwam ik tot de conclusie: dat organiseren hoort bij de vakbond. Als personeel onderling het gesprek aangaan, elkaar blijven vasthouden, tot een compromis  komen. Dat is allemaal hartstikke moeilijk. Zeker in het voortgezet onderwijs, met eigen vakken, eigen onderwijsideeën. Je moet dat leren. En onderwijsbonden zijn daar traditioneel en wereldwijd goed in”.

Vakbonden werken ook belemmerend, ze leggen van alles vast in cao’s. Dat werkt de autonomie van leraren niet in de hand.

“Dat zie ik niet zo. Als 30 procent van de werkgevers starters niet de lestaakreductie geeft waar zij recht op hebben, dan gaat er iets niet goed. Dat is niet de fout van strenge regeltjes door de vakbond. Dat is de fout van werkgevers die, onder het mom van ‘er moet toch iemand voor de klas staan’ of onder het mom van vernieuwing, keuzes maken die uiteindelijk de onderwijskwaliteit enorm benadelen.
Bovendien: binnen de school kun je met tweederde meerderheid alles veranderen wat je wilt. Dus als mensen zeggen: door de vakbond kan er niks, dan denk ik: kijk om je heen, moet je zien wat een diversiteit aan scholen we hebben. Waar ze in het buitenland met verbazing en soms ook met jaloezie naar kijken. Daar zit het probleem niet. Dat zit ‘m in de lumpsum, decentralisatie en privatisering van het Nederlandse onderwijs”.

Evers bedoelt dat “we geen openbaar publiek onderwijs meer hebben. De overheid besteedt eigenlijk alles uit via de lumpsum aan private werkgevers. Dat heeft oud-minister Dennis Wiersma wel degelijk ter discussie gesteld. Er ligt nu een aangenomen motie in de Tweede Kamer: wij, de vakbonden, moeten weer direct met de minister onderhandelen. Dat is een noodzakelijke breuk met dertig jaar onderwijsbeleid”.

Wat wil je uiteindelijk bereiken?

“Dat weer veel mensen leraar willen worden en blijven. Dat de werkdruk goed is, dat mensen met plezier naar het werk gaan en we trots zijn op ons vak. Dat is de basis van goed onderwijs. En het kan, ook binnen tien jaar. De AOb zet belangrijke stappen, door bijvoorbeeld beroepsbeelden te formuleren. En natuurlijk hoop ik dat meer collega’s lid worden van onze vereniging. Maar voor de echte, fundamentele verandering hebben we de politiek en de hele maatschappij nodig. Een vakbond kan veel lobbyen en organiseren, maar het vraagt politieke moed om systemen te doorbreken. Daar zouden de aankomende verkiezingen over moeten gaan”.

Lees het hele interview met Jelmer Evers: ‘Het onderwijssysteem veranderen vraagt om politieke moed’, door Joëlle Poortvliet en Daniëlla van ‘t Erve, AOb, 28 september 2023: www.aob.nl/actueel/nieuws/het-onderwijssysteem-veranderen-vraagt-politieke-moed/


Het Alternatief. Weg met de afrekencultuur in het onderwijs
! geredigeerd door René Kneyber en Jelmer Evers met bijdragen van leraren en internationale onderwijsexperts. Kern van de bundel: de schadelijke gevolgen van de richting die de Nederlandse politiek het onderwijs opstuurde. Het boek biedt ook oplossingen: sturen op vertrouwen en vakmanschap. Het alternatief is: Flip the system, geïllustreerd door een omgekeerde driehoek. https://beroepseer.nl/het-alternatief/

Het alternatief II
: https://beroepseer.nl/het-alternatief-ii/
Flip the system: https://beroepseer.nl/flip-the-system/

Nieuwe uitgave ‘Flip the System Australia’. Internationale invloed van leraren breidt zich steeds verder uit, Blogs Beroepseer, 29 april 2019: https://beroepseer.nl/

Jelmer Evers is Voortrekker van Beroepseer

Afbeelding helemaal bovenaan is ontleend aan ‘Het alternatief’, p. 270: ‘Collectieve autonomie oftewel Flipping the system’

Advies Onderwijsraad: ‘Overheid en schoolbesturen: herstel de bestuurlijke verhoudingen’

Schoolbesturen vormen een onmisbaar knooppunt in het onderwijsbestel tussen school, overheid en de maatschappelijke omgeving. Maar inconsistent handelen van de overheid en diverse, deels tegenstrijdige, verwachtingen en beelden van de rollen en het waartoe van schoolbesturen, maken het moeilijk voor besturen om hun verantwoordelijkheid waar te maken. Tegelijkertijd zijn niet alle schoolbesturen intern goed verbonden met hun school of scholen en werken zij niet altijd extern samen wanneer dat wel nodig is. Om de posities en verhoudingen binnen het onderwijsbestel te verduidelijken en te verbeteren adviseert de Onderwijsraad subsidiariteit en publieke belangen consequent als richtsnoer te hanteren. Zowel de overheid als schoolbesturen moeten dat beter doen.

Aanleiding: rol en waartoe van schoolbesturen complex

Regelmatig klinkt de vraag of schoolbesturen hun verantwoordelijkheid wel waarmaken. De verwachtingen vanuit de overheid en de maatschappij zijn nogal eens tegenstrijdig. Schoolbesturen moeten hun verantwoordelijkheid nemen voor de kwaliteit van het
onderwijs door daar gericht op te sturen. Tegelijkertijd moeten ze het onderwijs aan de professionaliteit van leraren laten. Schoolbesturen moeten beter luisteren naar wat leraren en ouders willen en de zeggenschap van schoolleiders en leraren
respecteren. Tegelijkertijd moeten ze tegen de wensen van leraren en ouders ingaan als maatschappelijke belangen daarom vragen.

Advies Onderwijsraad

De overheid moet consistent sturen en zorgen voor een duidelijke positie voor schoolbesturen. Op hun beurt moeten schoolbesturen ervoor zorgen dat beslissingen over onderwijs zoveel mogelijk op school worden genomen en dat zij extern samenwerken als dat nodig is voor publieke belangen. Dit adviseert de Onderwijsraad in het advies Een duidelijke positie voor schoolbesturen. Schoolbesturen vormen een onmisbaar knooppunt in het bestel tussen school, overheid en de maatschappelijke omgeving, maar de bestuurlijke verhoudingen zijn verstoord geraakt.

De sturing van de overheid is niet consistent, constateert de raad. De overheid is in wetgeving niet altijd duidelijk wat schoolbesturen moeten doen, tegelijkertijd maakt de overheid ook wetten die teveel voorschrijven wat schoolbesturen moeten doen. Daarnaast passeert de overheid schoolbesturen steeds vaker door geld en ondersteuning direct aan scholen toe te kennen, terwijl schoolbesturen wel verantwoordelijk blijven voor de manier waarop het geld wordt besteed. De raad ziet ook dat schoolbesturen niet altijd voldoende professionele ruimte laten aan leraren en schoolleiders en hen onvoldoende faciliteren om goed onderwijs te kunnen geven. Sommige schoolbesturen zijn losgezongen van hun scholen; andere staan onvoldoende in contact met ouders. En niet alle schoolbesturen werken extern goed samen als dat wel nodig is.

Wat is nodig voor waarmaken verantwoordelijkheden besturen?

De overheid en schoolbesturen behoren beter werk te maken van hun eigen bestuurlijke rol om goed onderwijs voor alle kinderen en jongeren te garanderen. De Onderwijsraad adviseert de overheid om de rol en verantwoordelijkheden van schoolbesturen te respecteren en consistent te sturen. In lijn daarmee, dringt de raad erop aan om het onderwijs zo veel mogelijk structureel te bekostigen en concurrentieprikkels in de bekostiging te dempen.

Voorzitter Edith Hooge: “Een deel van de schoolbesturen doet het echt niet goed. Dat los je niet op door te centraliseren en schoolbesturen te passeren. De raad doet overheid en besturen aanbevelingen om de bestuurlijke verhoudingen te herstellen. En dat is hard nodig, want verstoorde verhoudingen mogen het omgaan met en oplossen van de grote opgaven voor het onderwijs niet in de weg staan.”

Schoolbesturen krijgen het advies om stevig intern verbonden te zijn met hun scholen. Hiermee bedoelt de raad dat een schoolbestuur weet wat er speelt op de school of scholen, zicht heeft op de toegankelijkheid en kwaliteit van het onderwijs, in contact staat met ouders, beslissingsruimte laat aan schoolleiders en leraren en hen zo toerust dat zij deze ruimte goed kunnen invullen. De raad adviseert schoolbesturen om te zorgen voor samenwerking tussen scholen en om ook extern samen te werken met andere schoolbesturen en maatschappelijke partners om publieke belangen te dienen. De raad beveelt schoolbesturen aan elkaar hieraan te houden met behulp van codes goed bestuur binnen de PO-Raad en de VO-raad.

Downloaden advies Een duidelijke positie voor schoolbesturen, Onderwijsraad, 28 september 2023: www.onderwijsraad.nl/publicaties/adviezen/2023/09/28/schoolbesturen

Persbericht: Overheid en schoolbesturen: herstel de bestuurlijke verhoudingen, Onderwijsraad, 28 september 2023: www.onderwijsraad.nl

U P D A T E

Commentaar op advies van de Onderwijsraad:
Er zijn nijpender problemen in het onderwijs dan gekwetste schoolbestuurders, Aleid Truijens, de Volkskrant, 2 oktober 2023: www.volkskrant.nl/columns-opinie/er-zijn-nijpender-problemen-in-het-onderwijs-dan-gekwetste-schoolbestuurders~b546daf3/

Over het ondermaatse advies van de Onderwijsraad. Hebben de PO- en VO-raad lobby weer gewonnen? door Hans Duijvestijn, Komensky Post, 29 september 2023: https://komenskypost.nl/?p=8166

Welke plannen hebben politieke partijen voor het onderwijs?

Hoe denken politieke partijen over het onderwijs? Onderwijsvereniging VOS/ABB ging op zoek naar hun standpunten en plannen. VOS/ABB is de vereniging voor bestuur, management en medezeggenschap in het openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs in Nederland.

VOS/ABB heeft een lijst samengesteld met specifieke onderwijsonderwerpen uit de verkiezingsprogramma’s die bijgewerkt wordt als dat nodig is. Bij elke politieke partij staan vijf aspecten genoemd. Wie meer wil weten bij een partij kan doorklikken naar uitgebreide informatie over het verkiezingsprogramma.

Ga naar: Wat wil de politiek met het onderwijs? – PO/VO, VOS/ABB, 5 september 2023: www.vosabb.nl/wat-wil-de-politiek-met-het-onderwijs-po-vo/?cn-reloaded=1

VOS/ABB: www.vosabb.nl/over-ons/

 

 

 

Voormalig ambtenaar Belastingdienst Niessen aan het woord tijdens openbaar verhoor

Op maandag 25 september 2023 ondervroeg de Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening in een openbaar verhoor Pierre Niessen, bezwaarbehandelaar Project Invordering Toeslagen bij de Belastingdienst in de periode 2014 – 2016. Deze commissie, ingesteld in juli 2022, doet onderzoek naar de dienstverlening, handhaving en fraudebestrijding bij overheidsdiensten.
De intussen 72-jarige gepensioneerde ambtenaar maakte intern diverse malen melding van misstanden bij de behandeling van bezwaarschriften. De Belastingdienst zou volgens hem handelen in strijd met de wet waardoor burgers werden gedupeerd. Hij vond bij zijn superieuren geen gehoor. Wat Niessen het meest dwars zat was het zonder reden intrekken van uitstel van betaling. Dit gebeurde bij 40.000 mensen, terwijl geen beslissing was genomen over hun bezwaar. Daarna werd de invordering van schulden in gang gezet (en de rente daarover).
In 2021 kreeg Niessen formeel excuses aangeboden van staatssecretaris Alexandra van Huffelen voor zijn bijdrage aan het openbaren van het toeslagenschandaal. Maar, de zaak is voor hem nog niet tot een bevredigende einde gekomen: “We zijn al jaren bezig en we zijn eigenlijk nog geen steek verder. Ik zit eigenlijk na tien jaar nog hetzelfde te vertellen”.

Hieronder video van het vraaggesprek tussen de parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening en Pierre Niessen op 25 september 2023. Duur: 49 min.

Fragment uit het gesprek tussen de commissieleden
en Niessen dat de kern blootlegt van de Toeslagenaffaire

Niessen blijkt te twijfelen of het onderzoek van de commissie tot een bevredigend resultaat zal leiden. Hij wil graag weten wie er  heeft besloten tot de onwettige uitvoering van de bezwaarschriften van burgers. Hij legt uit hoe er binnen de Belastingdienst werd gereageerd als een ‘klant’ – hij gebruikt zelf liever het woord ‘belastingplichtige’ – een bezwaarschrift had ingediend: “Dan krijg je een brief. Wij hebben uw brief op die en die datum ontvangen. U verzoekt hierin om informatie waarom aan u invorderingsrente*) is opgelegd. Vervolgens wordt er Artikel 27 eerste lid … ingeplakt en het dossier gesloten”.

Vraag van commissielid Lammert van Raan: Waarom is het niet toegestaan op die manier een bezwaarschrift af te handelen?
Niessen: Je kunt het in mijn ogen wel afhandelen en het is beter als je het vereenvoudigt, maar dan wel in overeenstemming met de klant. En dat laatste gebeurde dus niet.
Van Raan: Omdat de klant aangaf, ik maak bezwaar?
Niessen: Op de brief werd niet inhoudelijk op haar bezwaar ingegaan.
Van Raan: Wie gaf u en uw collega’s de opdracht bezwaarschriften invorderingsrente af te doen als een verzoek tot informatie?
Niessen: Ik kan niet direct zeggen wie dat heeft voorgelegd. Mijn leidinggevende deed dat waarschijnlijk in opdracht van… ook in overleg denk ik.

Bezwaarschriften werden afgedaan als verzoek om informatie

Niessen bespreekt met zijn leidinggevenden dat de werkwijze niet juist is. Op de vraag wat zij daarvan vonden, antwoordt Niessen: Nou, niemand was het ermee eens, laat ik het zo zeggen; maar men voerde het gewoon uit. Het was een opdracht. Ik heb ook van een vaco te horen gekregen: ‘Pierre Je kunt ervan denken wat je wilt, maar het is nu eenmaal een managementsbeslissing’.
Van Raan: Die werkwijze werd niet direct opgegeven als een directe opdracht, het was geen werkinstructie, maar het moest toch gebeuren, als ik u goed begrijp.
Niessen: Mondeling.
Van Raan. Ik hoor u ook zeggen, eigenlijk was niemand het ermee eens, maar men voerde het gewoon uit.
Niessen: Ja.
Van Raan. Welke gevolgen kon deze werkwijze hebben voor burgers die een bezwaarschrift indienen?
Niessen. Dat zie je bij wat vele ouders is overkomen. Ik moet even terug. Er heeft in de media ook gestaan: 40.000 uitstellen tot betaling die bij de heffing zijn ingetrokken zonder goed natrekken of het wel terecht is.
Van Raan: Werd er ook gesproken over de gevolgen voor de burgers?
Niessen: Nee, helemaal niet.

Waarom onderneemt hij zelf geen actie?

Voorzitter van de commissie Salima Belhaj: Een andere misstand die u heeft gemeld ging over het feit dat in de informatiebrieven die burgers ontvingen als hun bezwaarschrift als informatieverzoek was afgehandeld, geen rechtsmiddelenverwijzing was opgenomen. Hierdoor werden deze burgers niet geïnformeerd over de mogelijkheid in beroep te gaan in een rechtbank. Welke informatie staat er normaal gesproken in een rechtsmiddelenverwijzing?
Niessen: Een beroepsclausule. Dat je binnen die en die datum, binnen zes weken na de uitspraak in beroep kunt gaan bij de betreffende rechter.
Belhaj: Hoe bijzonder is het dat dat er niet in stond?
Niessen:: Dat is gewoon als als het ware iemand de keel doorknijpen. Met andere woorden, je ontneemt de burger zijn rechten… Het is onacceptabel.
Belhaj: Waarom is het onacceptabel?
Niessen: Het is in de wet voorgeschreven welke verplichtingen je als overheid hebt, en waaraan je je te houden hebt… Als de burger er zich niet aan houdt, dan weten we hem heel snel te vinden en heel snel straffen op te leggen. En als de overheid dergelijke fratsen uithaalt, dan moet het in de doofpot. Een vaco – een vakcoördinator – heeft tegen mij gezegd …. ‘Ook al staat er geen rechtsmiddelenverwijzing in de brief, dan kan de klant er toch mee naar de rechter. En ook als hij vindt dat hij helemaal geen brief heeft ontvangen, Onder punt C, dan kan hij ook daarmee naar de rechter’. Nou, ik zie hem al bij de rechter binnenkomen.
Belhaj: Maar waarom stond dat niet gewoon in die brief?
Niessen: Waarom neemt hij dan niet meteen actie? Onderneemt hij zelf geen actie?
Belhaj: Dus een vaco is een soort juridisch adviseur, en die zegt, je hoort het er wel in te zetten. En als je het er niet in zet, dat maakt niet uit.
Niessen: Dat maakt niet uit, dan kun je er toch nog mee naar de rechter.
Belhaj: Maar voor wie maakt dat wel uit, als je het er niet in zet?
Niessen: Dan maakt het voor de ouders uit, en dan praat ik niet alleen over de kinderopvangtoeslag. Of het nu huurtoeslag is, zorg, of kindgebonden budget, alles werd met de 40.000 uitstellen (maakt wegwerpgebaar)… geschrapt. De rechtsmogelijkheid werd ontnomen.
Belhaj: Wat was nu de aanleiding om dat niet gewoon in de brief te zetten. Weet u dat nog?
Niessen: Dat weet ik niet. Dat zijn zaken die van hogerhand zijn beslist.
Belhaj: Welke gevolgen, u heeft dat net al gezegd, welke gevolgen voor de gedupeerden?
Niessen: Dat hebben we al gehoord waartoe het kan leiden. Het kan leiden tot zelfmoord. Financiële instabiliteit. Gezinsontwrichting. Ik heb het met de huurtoeslag gehad. De spookbewoning. Heeft u daar iets van liggen? Je gaat een huis huren, je gaat ook huurtoeslagen aanvragen, de huurtoeslag krijg je niet omdat er al iemand zogenaamd op dat adres zou wonen. En dat blijkt iemand te zijn die zich nooit heeft uitgeschreven. En dan hang je. En dan heb ik met de gemeente gebeld.
Belhaj: Hoe kwam hierdoor de rechtsbescherming van burgers in gevaar?
Niessen: De verdere rechtsgang is ontnomen. Waar moet je dan nog naartoe?

Noot
*) Invorderingsrente is rente die de Belastingdienst in rekening brengt als de belastingplichtige de belastingaanslag niet binnen de wettelijke betalingstermijn betaalt. Deze rente moet ook worden betaald als men uitstel van betaling heeft gekregen.

Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening: www.tweedekamer.nl/kamerleden-en-commissies/commissies/parlementaire-enquetecommissie-fraudebeleid-en-0

Misstanden bij Belastingdienst tot aan hoogste ambtelijke top genegeerd, door Pieter Klein, RTL Nieuws, 12 november 2019: www.rtlnieuws.nl

Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening – openbaar verhoor de heer Niessen, 25 september 2023: https://debatdirect.tweedekamer.nl

 

U P D A T E

Integere overheid vereist dringend meer zeggenschap van ambtenaren, Trouw, 28 september 2023: www.trouw.nl/opinie/integere-overheid-vereist-dringend-meer-zeggenschap-van-ambtenaren~bf4c63c4/

 

Afbeelding bovengaan: Pierre Niessen, ontleend aan video van openbaar verhoor Parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlenin

Uitslag enquête Patiëntenfederatie over de zorg nu en in de toekomst. Ervaringen en verwachtingen van patiënten

Hoe ziet de zorg er in Nederland in de toekomst uit? Patiëntenfederatie Nederland vroeg aan deelnemers van hun Zorgpanel hoe zij de huidige zorg ervaren en hoe zij denken dat deze er in de toekomst uitziet. In totaal hebben 11534 mensen deelgenomen aan het onderzoek. 96% van de deelnemers heeft de afgelopen twee jaar wel eens voor zichzelf contact gehad met een of meer zorgverleners. Voor bijvoorbeeld een behandeling, onderzoek, diagnose, consult, opname of het ophalen van medicijnen.

Wat gaat goed in de zorg? Wat kan beter? Maken deelnemers zich ergens zorgen over en zo ja, waarover?

Oordeel over huidige zorg

Over de kwaliteit van de zorg op dit moment is een groot gedeelte van de zorgpatiënten nog wel tevreden. Gemiddeld beoordelen patiënten de huidige zorg in Nederland met een 7,3. 53% van de patiënten uit het Zorgpanel geeft de zorg een 8 of hoger, 11% beoordeelt de kwaliteit van de zorg op dit moment als onvoldoende.
94% van de patiënten stelt dat de zorg die zij de afgelopen twee jaar kregen meestal of altijd van goede kwaliteit was. 90% van de patiënten kon voor hun zorg de afgelopen twee jaar meestal of altijd makkelijk terecht.

Het is nodig dat de arts de patiënt meer betrekt bij de te kiezen behandelingen. 37% van de ondervraagden werd de afgelopen twee jaar niet tot nauwelijks betrokken bij de zorg die zij kregen. Ongeveer de helft had daar wel behoefte aan. Zij ervaarden onvoldoende uitleg over gemaakte keuzes of hadden te weinig inspraak. Ook was er te weinig gelegenheid voor het stellen van vragen: “En dat is niet goed”, aldus Arthur Schellekens, directeur van de Patiëntenfederatie: “Uit alle eerdere onderzoeken blijkt: hoe beter je een patiënt betrekt en laat meebeslissen over zijn of haar zorg, hoe passender de zorg wordt. Ook op dit gebied valt er nog een heleboel te winnen”.

Over tien jaar

Veel deelnemers (70%) denken dat de zorg in Nederland er over tien jaar (veel) slechter uitziet. 8% denkt dat de zorg er dan (veel) beter uitziet, 13% denkt dat dit hetzelfde blijft en 10% weet het niet.
Door vergrijzing verwachten deelnemers dat de zorg voor ouderen moeilijker wordt. Daarnaast noemen deelnemers de personeelstekorten, waardoor er minder tijd voor de patiënt is en langere wachttijden. Ook wordt er bezuinigd en is er sprake van hogere kosten. Medicijnen zijn onvoldoende beschikbaar en deze moeten ook steeds meer zelf betaald worden. Tot slot vinden deelnemers dat zorgverzekeraars teveel invloed en macht hebben.

Door bovenstaande ontwikkelingen maakt 81% zich wel eens zorgen over de zorg die zij over tien jaar nodig hebben: 12% vaak, 28% regelmatig en 41% soms. Met name over de mate waarin er dan nog voldoende zorgverleners zijn die hen kunnen helpen, of zij langer moeten wachten op zorg en of er nog voldoende zorg in de buurt is. Circa driekwart van de deelnemers maakt zich hier heel veel tot redelijk veel zorgen over.

Meest genoemde belangrijke onderwerpen van de zorg over 10 jaar zijn:

  • voldoende zorg/personeel
  • betaalbare zorg
  • bereikbare zorg
  •  minder wachttijd.

Volgens Arthur Schellekens bevestigen de onderzoeksresultaten dat er snel kleine en grote veranderingen nodig zijn om de zorg toekomstbestendig te maken: “De kwaliteit van zorg voor patiënten wordt op dit moment in het algemeen nog als goed beoordeeld, maar dat biedt zeker met alle veranderingen die er op ons afkomen geen garanties voor de toekomst. Om de komende jaren steeds meer mensen van goede zorg te kunnen voorzien, moeten we veel zaken anders gaan organiseren. En het hoopvolle is: er is nog veel ruimte voor verbetering naar meer passende zorg. Dat blijkt eveneens uit het onderzoek”.

Zorgen over begroting 2024

Patiëntenfederatie Nederland zet enkele kanttekeningen bij de begroting van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) die op Prinsjesdag is gepresenteerd. In 2024 valt de eenmalige extra zorgtoeslag uit 2023 weg, de zorgpremie gaat omhoog en komt er een eigen bijdrage bij in de WMO. De stapeling van kosten lijkt daarmee groter te worden en de zorg voor patiënten simpelweg duurder en minder toegankelijk. Deze ontwikkeling strookt niet met de brede politieke roep om meer bestaanszekerheid voor mensen.

Verkiezingsmanifest

Patiëntenfederatie Nederland publiceerde in augustus 2023 het Verkiezingsmanifest – Passende zorg: niet minder, maar anders! met acht concrete aanbevelingen gericht aan politieke partijen om op te nemen in hun verkiezingsprogramma: www.patientenfederatie.nl/downloads/organisatie/1449-verkiezingsmanifest-van-patientenfederatie-nederland/file

Rapport Zorg nu en straks: ervaringen en verwachtingen van patiënten, Patiëntenfederatie Nederland, se[tember 2023: www.patientenfederatie.nl

Vier op de vijf patiënten maakt zich zorgen om de toekomst van hun zorg, Patientenfederatie,  20 september 2023: www.patientenfederatie.nl

Afbeelding bovenaan is ontleend aan het rapport  ‘Zorg nu en straks’