Skip to main content

Redactie Beroepseer

Finalisten verkiezing Overheidsmanager van het Jaar merendeel vrouw

logo overheidsmanager 2017Elanor Boekholt-O’Sullivan, Irma Woestenberg en Gerard Bakker behoren tot de beste leidinggevenden uit de publieke sector van Nederland. Eén van hen maakt in november 2017 kans op de titel ‘Overheidsmanager van het Jaar’.

Op 20 november 2017 wordt tijdens de uitreiking van de Overheidsawards in de Ridderzaal in Den Haag bekend gemaakt wie van de drie finalisten een plek heeft verworven in de eregalerij. De jury, onder voorzitterschap van Ank Bijleveld, commissaris van de Koning in Overijssel, is onder de indruk van de drie finalisten. De overheidsmanagers hebben binnen het openbaar bestuur lef en krachtig leiderschap getoond:

● Gerard Bakker – Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (Bestuursvoorzitter)
● Elanor Boekholt-O’Sullivan – Koninklijke Luchtmacht / Ministerie van Defensie (Commandant Vliegbasis Eindhoven)
● Irma Woestenberg – Gemeente ‘s-Hertogenbosch (Gemeentesecretaris)

De jury over Gerard Bakker
In een omgeving van politieke druk en grote media-aandacht heeft Gerard Bakker het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) niet van haar taak laten afleiden. Door de grote instroom van asielzoekers stond het COA voor de noodzaak tot samenwerking. Gerard nam hierin het voortouw om in een enorm korte tijd dit eigen te maken binnen zijn organisatie. Hij toonde persoonlijk leiderschap, veel energie, verbindende kracht en durf om alle actoren aan zich te binden en mensen voor zijn doel te winnen.

De jury over Elanor Boekholt-O’Sullivan
Elanor Boekholt-O’Sullivan straalt als commandant van de Vliegbasis Eindhoven enorme authenticiteit uit binnen een organisatie waar dit niet vanzelfsprekend onderdeel is van de cultuur. Met haar visie heeft zij radicale veranderingen doorgevoerd in een tegenwerkende cultuur. Deze overheidsmanager combineert bescheidenheid met gezaghebbendheid en maakt hierdoor persoonlijk het verschil in de organisatie.

De jury over Irma Woestenberg
Irma Woestenberg heeft als gemeentesecretaris van gemeente ‘s-Hertogenbosch laten zien op een stevige manier zelf verantwoordelijkheid te nemen en resultaat te boeken. Naast haar activiteiten op regionaal en landelijk niveau, bijvoorbeeld als voorzitter van de Taskforce Samen Organiseren (VNG), is ze binnen gemeenteland beroemd om haar vooruitstrevendheid. Binnen de gemeente maakt ze zich continu sterk om de organisatie aan te sluiten bij de dynamische en veranderende omgeving.

Over de verkiezing
De Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar volgt al twintig jaar de beste managers van de Nederlandse overheid op de voet. Het thema van de twintigste editie is Wie durft in de wind te staan?! Tijdens een feestelijke avond op maandag 20 november 2017 in de Ridderzaal in Den Haag worden de prijzen uitgereikt aan de Overheidsmanager van het Jaar en Beste Overheidsorganisatie van het Jaar.

Meer info op Overheidsawards: www.overheidsawards.nl

 

Resultaten Team NL van wereldkampioenschap voor beroepen: WorldSkills 2017 in Abu Dhabi

worldskills2017 abu dhabi logoTijdens WorldSkills 2017, het ‘WK voor beroepen’ dat van 15 tot en met 19 oktober plaatsvond in Abu Dhabi, Qatar, heeft Team Nederland een gouden medaille voor Etaleren weten te behalen in de persoon van Pien Hoveling (21). Zij komt uit Koog aan de Zaan en studeert bij Nimeto Utrecht, de mbo vakschool voor creatieve ruimtemakers. Zij is al nationaal kampioen, Europees kampioen en nu dus wereldkampioen Etaleren.

Acht Nederlanders kregen een Medal of Excellence. De titel excellent vakmanschap wordt gegeven aan deelnemers die een bovengemiddelde prestatie leveren.
Een van hen is Brent Koekkoek (19) die de de tiende plaats behaalde bij Lassen. Daarmee was hij de beste van alle Europese deelnemers. Vier dagen moest hij in ploegen lassen en dat betekende een totale lastijd van 18 uur, twee keer ‘s ochtends en twee keer ‘s middags. Koekkoek werkt bij machinefabriek Westerhof in Denekamp. Een aantal van zijn collega’s waren  naar Abu Dhabi gereisd om hem daar aan het werk te zien.
Begeleider van Koekkoek was onder anderen Wim van de Merwe, voormalig techniekdocent Lassen, coördinator bij Worldskills Netherlands en bij de nationale vakwedstrijden Skills Heroes. Van de Merwe is ook voortrekker van de stichting Beroepseer. Sinds jaar en dag is hij enthousiast pleitbezorger voor technisch onderwijs. Hij blijft zich daarvoor sterk maken.

Wilhelm Scholten behaalde een vierde plaats in Tegelzetten en kreeg tevens de Medal of Excellence. Hij volgt zijn opleiding aan het ROC van Twente. Eerder behaalde hij de derde plaats bij EuroSkills.
Ook Tim Klessens uit Someren kreeg een Medal of Excellence. Hij eindigde op de vijfde plaats bij Metselen. Klessens studeert aan ROC ter Aa en werkt bij Hartman Bouwbedrijf.

worldskills2017 abu dhabi videofoto
Foto uit video met overzicht van de eerste wedstrijddag

Wereldwijde groei van WorldSkills

WorldSkills is het grootste beroepenevenement ter wereld. Vier dagen lang strijden de beste jonge vakmensen ter wereld voor een felbegeerde plek op het podium. Tijdens deze 44e editie in het Abu Dhabi National Exhibition Centre (ADNEC) deden bijna 1.300 deelnemers uit 77 bij WorldSkills aangesloten landen/regio’s in 51 beroepen mee. 150.000 bezoekers uit de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en uit de rest van de wereld hebben het evenement bezocht. Ongeveer 80.000 van hen waren scholieren uit de VAE.
Nederland deed mee met 28 deelnemers in 25 beroepen. Experts, afkomstig uit het bedrijfsleven en van scholen, trainden en begeleidden de deelnemers. Door de wereldwijde groei van de WorldSkills en het hoge niveau wordt het elke editie lastiger om een plek op het erepodium te bemachtigen.

Toekomstige wedstrijden

De deelnemers van Team Nederland hebben zich gekwalificeerd door deelname aan de Skills Heroes, de nationale vakwedstrijden voor mbo’ers. In het schooljaar 2017/2018 doen 57 mbo-scholen mee aan vakwedstrijden. Inmiddels vindt deelname plaats door studenten van 751 opleidingen in 61 wedstrijdrichtingen. Zij kunnen zich kwalificeren voor de volgende lichting van Team NL.

Stichting WorldSkills Netherlands is coördinator van de Nederlandse deelname aan WorldSkills. De deelname aan WorldSkills 2017 werd mogelijk gemaakt door onderwijs, bedrijfsleven en diverse brancheorganisaties. WorldSkills vindt elke twee jaar plaats. De volgende editie is in 2019 in Kazan, Rusland. September 2018 vindt eerst het EK voor beroepen EuroSkills plaats in Boedapest, Hongarije.
WorldSkills van 2021 vindt plaats in Shanghai.

Uitslagen WorldSkills 2017

Klik hier voor overzicht van de uitslagen van Team NL tijdens WorldSkills 2017: https://worldskillsnetherlands.nl/teamnl/editie/worldskills-2017-abu-dhabi/

Klik hier voor lijst met alle winnaars van de WorldSkills 2017: https://worldskillsabudhabi2017.com/en/news/results/

Zie voor meer info over Team NL: https://worldskillsnetherlands.nl/teamnl/

WorldSkills: https://ww.worldskills.org/

Zie ook:Wim van de Merwe begeleidt Nederlandse deelnemer wereldkampioenschap voor beroepen: World Skills 2017 in Abu Dhabi: https://beroepseer.nl

Eerste wedstrijddag Team Nederland: http://teamnederland.com/eerste-wedstrijddag/ (Niet meer beschikbaar). Website teamnederland.com  is opgeheven. Zie voortaan: worldskillsnetherlands.nl

Ideeën voor vernieuwing van onderwijsvakbonden: ontwikkeling van de kracht van leraren

omslag organising teaching education international mei2017Howard Stevenson doet een aantal ideeën aan de hand om de onderwijsvakbond te vernieuwen. Stevenson is onderzoeker en hoogleraar Educational Leadership and Policy Studies aan de Universiteit van Nottingham in Engeland.
De uitdagingen waarvoor leraren staan zijn bijna overal ter wereld dezelfde. Achter de tabellen van de internationale OESO-onderzoeken naar onderwijsprestaties bijvoorbeeld schuilt vaak een keiharde druk om de toetsscores omhoog te stuwen terwijl de economische concurrentie wereldwijd de almaar slechter wordende arbeidsomstandigheden van de leraren verklaart.
Leraren ondervinden toenemende werkddruk, maar nog ernstiger is de voortdurende ondergraving van hun professionele oordeelsvermogen. Steeds vaker komt het voor dat politici leraren willen vertellen wat ze moeten onderwijzen en hoe ze moeten onderwijzen.
Geen wonder dat leraren zich tot vakbonden richten om zich te verdedigen tegen dergelijke dreiging. Onderwijsvakbonden beschermen niet alleen de lonen en de arbeidsomstandigheden, ze komen ook op voor de waarden van het onderwijs als collectief goed, aldus Stevenson.

Maar, doordat leraren de vakbonden vormen, zijn vakbonden niet immuun voor dezelfde druk waarmee leraren te kampen hebben. Toenemende druk op de leraar, zowel individueel als collectief, vraagt in toenemende mate om steun van vakbonden. Daarbij hoort ook campagnes opzetten om fondsen te werven en het openbaar onderwijs te beschermen tegen de neiging tot privatisering.

Zelfbewustzijn

In het onderzoek Organising teaching: Developing the power of the profession van Nina Bascia en Howard Stevenson voor de internationale federatie van onderwijsvakbonden Education International (EI), stellen zij dat onderwijsvakbonden niet kunnen blijven stilstaan. Bonden dienen voor alles hun eigen potentie te vergroten om de uitdagingen het hoofd te bieden en de band tussen vakbond en leden te versterken. Het is nodig dat bonden niet alleen in ledental groeien, maar ook dat zij nieuwe wegen vinden om hun leden te betrekken bij activiteiten. Onderdeel daarvan is de leden aan te moedigen zowel een zelfbewuste leraar als een zelfbewust vakbondslid te zijn.
De sleutel tot hervorming van de vakbonden is ze van binnenuit op te bouwen via aanwas van ledenaantal, het vinden van aansluiting bij de leden en het opleiden van de leden.

Het onderzoek heeft zich gericht op vakbonden in zeven verschillende landen: Chili, Kenia, Nieuw-Zeeland, Polen, Schotland, Turkije en de VS. Deze landen zijn gekozen vanwege hun grote verschillen. Maar ondanks die verschillen zijn veel problemen dezelfde. Leraren in Nairobi bijvoorbeeld hebben veel gemeen met hun collega’s in Glasgow en Warschau.
De onderzochte landen verschaften fascinerende voorbeelden van onderwijsvakbonden in verschillende omstandigheden die te kampen hebben met hervormingsvraagstukken. Er zijn geen magische formules voorhanden, maar er kan wel veel van elkaar worden geleerd.

In Schotland was te zien hoe het Educational Institute of Scotland (EIS) – de oudste onderwijsvakbond ter wereld –  bezig is met het scheppen van meer kansen voor leden op professionele ontwikkeling. Werknemers krijgen de gelegenheid zich bij te scholen. De bond voorziet ook in direct onderwijs aan de beroepsgroep. Dat bindt leden aan elkaar en helpt tegelijkertijd het beleid van de bond op professioneel gebied onder de aandacht te brengen. EIS-leden begrijpen waar het om gaat bij de vakbond, ze worden ambassadeurs en helpen zodoende mee het onderwijsbeleid in Schotland te bepalen.
Kenia en Nieuw-Zeeland lieten zien hoe vakbonden daar bewust bezig zijn met het ontwikkelen van vaardigheden van actievoerende leden. Zo wordt een vakbondsidentiteit gevormd, geschikt om de werkvloer te vertegenwoordigen in de bestuurskamer.

Denken en handelen op internationaal niveau

In een aantal gevallen viel op hoe de overheid probeert vakbonden te marginaliseren om impopulaire maatregelen door te drukken. Dit was vooral het geval in Turkije waar vakbond Egitim-Sen aangevallen is vanwege de voorkeur voor openbaar onderwijs en de rechten van de Koerden in Turkije. De Turkse bond heeft steun gekregen uit Duitsland, Nederland en Groot-Brittannië. Als zulke zaken spelen, kunnen migrantengemeenschappen ook worden betrokken bij het actievoeren.
Aan het licht kwam ook hoe vakbonden de sleutel vormen tot een visie op de kwaliteit van het openbare onderwijs. Door herdefiniëring van het onderwijs kan het debat worden gericht op publieke waarden en sociale rechtvaardigheid. Het onderzoek laat zien dat bonden de collectieve kracht van leden mobiliseerden om deze doelen te bereiken. Dat gebeurde evenwel op verschillende manieren. Vaak werden verschillende strategieën toegepast om leden met verschillende interessen en identiteiten te verbinden. Een andere manier om leden aan zich te binden is het ontwikkelen van een ‘vakbondsidentiteit’ waarbij leraren betrokkenheid bij hun vakbond beschouwen als van wezenlijk belang voor hun eigen leraar-zijn en het onderwijsstelsel waarin ze moeten werken.

De verhalen over vakbondsvernieuwing bieden geen directe en gemakkelijke oplossingen, schrijft Stevenson. Ook staan ze niet bol van behaalde successen. Er is veel goed nieuws, maar er is ook tegenslag. Ze zijn evenmin een recept voor herhaling elders. Ze bieden evenwel een fascinerende blik op mensen die werken in de vakbond en op de door hen toegepaste creatieve en nieuwe manieren waarop vraagstukken behandeld worden.
Het onderzoek heeft speciaal de aandacht gevestigd op de waarde van de vakbond als onafhankelijke, democratische organisatie die de collectieve stem van de leraren vertegenwoordigt. Elke vakbond moet voor zichzelf op een democratische manier beslissen wat geschikt is in de eigen situatie. Er is evenwel veel dat van anderen geleerd kan worden. Stevenson: “We hopen dat dit onderzoek wereldwijd bijdraagt aan een gezamenlijk denkproces bij onderwijsvakbonden. Het openbaar onderwijs staat overal ter wereld op de tocht. Leraren en hun vakbonden moeten gaan denken en handelen op internationaal niveau”.

Misschien kunnen we aan de iedeën van Stevenson er een toevoegen, namelijk het combineren van vakbond en beroepsvereniging, van arbeidsvoorwaarden en beroepskwaliteit. Stichting Beroepseer pleit al langer voor het bundelen van krachten omdat alleen dan een structurele verbetering in de positie van leraren te realiseren is.

Teacher union renewal: developing the power of the profession, door Howard Stevenson, Education International, 1 juni 2017: https://worldsofeducation.org

Rapport Organising teaching: Developing the power of the profession, door Nina Bascia and Howard Stevenson, Education International, mei 2017: https://download.ei-ie.org/Docs/WebDepot/Research_institute_mobilising_final.pdf

Education International: https://ei-ie.org

 

Lerarenacties breiden zich uit. Na basisschool gaan ook middelbare school, beroepsonderwijs en universiteit actievoeren

Het Algemeen Dagblad meldt dat docenten van het voortgezet, het beroepsonderwijs en het universitair onderwijs zich opmaken voor actie, daarbij het voorbeeld volgend van het primair onderwijs dat op 5 oktober 2017 een dag ging staken voor lagere werkdruk en een eerlijk salaris*). VO in Actie, MBO in Actie en WO in Actie gaan protesteren tegen een te hoge werkdruk, de achteruitgang van de kwaliteit van het onderwijs en meer geld voor het onderwijs.
Afgelopen weekend besloten docenten van het voortgezet- en beroepsonderwijs en van universiteiten niet meer te wachten op de vakbonden of het ministerie van Onderwijs. Voor de leraren van het voortgezet onderwijs was het Regeerakkoord de druppel: “Het woord lerarentekort staat geen één keer genoemd. Ik werd zo boos toen ik dat zag”.
Lerares Frans Kim van Strien besloot het heft in eigen handen te nemen en VO in Actie op te richten. “Als je kijkt naar andere landen staan Nederlandse leraren ontzettend veel uren voor de klas. We moeten meer tijd krijgen om lessen voor te bereiden en nakijkwerk te doen”.

Waar mogelijk trekken MBO-docenten met hen op. Ook zij zijn de hoge werkdruk meer dan zat. “Minister Van Bijsterveldt besloot in 2011 dat de leerlingen niet 850, maar 1000 lesuren moeten krijgen. We krijgen als docenten meer taken en uren, maar hebben er geen collega’s bij gekregen”,’ verklaart Patrick Woudstra, docent Burgerschap en mede-oprichter van MBO in Actie.

Tegelijkertijd gaat in het MBO onevenredig veel geld naar andere mensen dan docenten. Woudstra: “Uit onderzoek blijkt dat 56 procent van het personeel leraar is, de rest dus niet. Meer geld is niet per se de oplossing, maar het geld moet wel naar het primaire proces gaan: onderwijs aan de studenten”.’

Universitair docenten reppen zelfs al van een stakingsdag. Terwijl op universiteiten het aantal studenten groeit, krijgen ze er geen geld bij. WO in Actie pleit voor meer geld voor het universiteiten en – net als de rest – minder werkdruk. De actiegroep verzamelt daarvoor nu handtekeningen.

Lees het hele artikel in het Algemeen Dagblad, Hele onderwijs trapt op de rem: acties verspreiden zich als een olievlek, door Ellen van Gaalen, 16 oktober 2017: www.ad.nl

*) Zie: Donderdag 5 oktober op Dag van de Leraar massale staking primair onderwijs, Blogs Beroepseer, 2 oktober 2017: https://beroepseer.nl

@VOinactie, @mboinactie, @woinactie, @Poinactie

U P D A T E

Er is meer pijn in het onderwijs – ook docenten uit andere sectoren komen in actie, door Rik Kuiper, De Volkskrant, 27 oktober 2017: www.volkskrant.nl

Maatschappelijke organisaties bezorgd over ‘doorgeslagen regelzucht’, PO Raad, 25 oktober 2017: www.poraad.nl

Waarom de leraren wél een succeslobby voerden, door Hanneke Keultjes, Algemeen Dagblad, 18 oktober 2017: www.ad.nl

Blog van Jan Bransen over betrouwbaarheidsdeskundigen, prestatie-indicatoren en vertrouwen

omslag laat je niets wijsmaken jan bransenJan Bransen, hoogleraar Filosofie van de gedragswetenschappen aan de Radboud Universiteit Nijmegen schreef op zijn blog “waarin hij op allerlei manieren een pleidooi houdt voor gezond verstand” over Betrouwbaarheidsdeskundigen dat gaat over vertrouwen en prestatie-indicatoren die een niet bestaande maakbaarheid veronderstellen. Bransen:
“Steeds meer van overheidsfinanciering afhankelijke sectoren gaan gebukt onder de grote last dat zij tot in het detail administratief rekenschap af moeten leggen van hun prestaties. Van onderwijs tot defensie, van jeugdzorg tot rechtspraak, en van musea tot de gezondheidszorg: van hoog tot laag, van klein tot groot, op alle niveaus moet er rekening gehouden worden met prestatie-indicatoren, dat vreselijke, nieuwe woord waarmee de accountants hun greep op het professionele menselijk handelen weer uit hebben kunnen breiden.

Deze nadruk op het afleggen van rekenschap is het resultaat van wat in feite een simpele denkfout is, zoals ik in Laat je niets wijsmaken aantoon. De denkfout betreft de verhouding tussen betrouwbaarheid en vertrouwen, en bestaat erin te denken dat het vertrouwen van de ene partij zijn grond vindt in de betrouwbaarheid van de andere partij. Maar dat is juist andersom! Vertrouwen gaat aan betrouwbaarheid vooraf.

De goede wil van de ander

De denkfout is de wereld in geholpen, zo beweer ik, door de bemiddelende rol van wat we deskundigheid zijn gaan noemen. Daardoor kan, bijvoorbeeld, het hoofd van een school denken dat zijn docenten betrouwbaar zijn omdat ze deskundig zijn. En daardoor kan hij zijn docenten vertrouwen en durft hij de hem toevertrouwde leerlingen aan deze professionals toe te vertrouwen. Vertrouwensrelaties werken echter precies andersom, omdat het in dergelijke relaties nooit op een beslissende manier om deskundigheid gaat, maar altijd om de goede wil van de ander. Want je kunt nog zo deskundig zijn… als je niet van goede wil bent, dan betekent dat helemaal niets.

Ik citeer uit mijn boek:

Hiermee stuiten we op een hedendaagse versie van het klassieke probleem van Juvenalis: wie bewaakt de bewakers? Treurig genoeg lijken we daarbij tegenwoordig vergeten te zijn dat Juvenalis een cynische satiricus was die geen serieus probleem aan de orde wilde stellen maar die een decadente uitwas bekritiseerde. Wij nemen het probleem wel serieus, maar wij begrijpen het niet goed. Wij zoeken de verkeerde kant op en creëren zo een nieuwe uitwas, weliswaar geen decadente, maar een uiteindelijk veel treurigere: een uitwas van wantrouwen. Wij hebben namelijk een verwoestend antwoord op de vraag wie de betrouwbaarheid van deskundigen bewaakt: betrouwbaarheidsdeskundigen. Ze zijn massaal het onderwijs en de universiteiten binnengekomen: de accountants, de toezichthouders, de visitatiecommissies die zorgvuldig registreren dat een diploma ook staat voor waar het voor zegt te staan. Onze deskundigen zijn betrouwbaar. Echt. Zij hebben een diploma. Een gewaarborgd diploma. Met een stempel van een opleidingsinstituut. En dat opleidingsinstituut is zelf ook weer gesierd met een stempel. Zij is geaccrediteerd. Zij heeft zelf haar diploma gehaald. En, inderdaad, ook de deskundige leden van accreditatiecommissies hebben zelf weer hun diploma gehaald. Het Droste-effect is niet te overzien: voor iedere deskundige een diploma, voor ieder diploma een stempel, voor iedere stempel een accreditatie, voor iedere accreditatie weer een deskundige, met een diploma, met een stempel, enzovoort”.

Bransen besluit zijn blog met een citaat van het slotbetoog van zijn boek dat gaat over het durven dragen van eigen verantwoordelijkheid. Pas dan volgt vertrouwen, iemand iets toevertrouwen en vaststellen of iemand betrouwbaar is:
“Als je behoefte hebt aan betrouwbare medemensen, dan zul je zelf moeten beginnen met het nemen van verantwoordelijkheid voor jouw eigen kwetsbaarheid”.
Kortom: Laten we afstand doen van de maakbaarheidsideologie en ophouden met te denken dat we vertrouwen kunnen vervangen door verzekeren. Dat is een kapitale denkfout.

Lees de hele blog van Jan Bransen, Betrouwbaarheidsdeskundigen, oktober 2017: www.janbransen.nl

Laat je niets wijsmaken. Over de macht van experts en de kracht van gezond verstand, door Jan Bransen: www.boomfilosofie.nl/product/100-869_Laat-je-niets-wijsmaken

 

Wie wil meedoen aan een internationaal netwerk voor leraren?

ten global netDe Algemene Onderwijsbond (AOb) onderzoekt samen met Education International (EI), de internationale federatie van lerarenvakbonden, en andere vakbonden en lerarenorganisaties of er behoefte is aan een wereldwijd netwerk van leraren.

Leraren werken steeds meer internationaal samen en zoeken contact via verschillende online kanalen zoals Twitter en Facebook. Het aantal uitwisselingsprojecten en internationale lerarennetwerken die nu al actief zijn, neemt toe. Daarnaast willen overheden en internationale organisaties deze initiatieven steeds vaker ondersteunen. Wel zijn de ontwikkelingen nog erg versnipperd. Het is moeilijk om het kaf van het koren te scheiden. Want waar vind je collega’s om mee samen te werken en organisaties en materiaal dat je kunt vertrouwen? Commerciële initiatieven winnen in dit internationale veld aan invloed en beïnvloeden daarmee de kansengelijkheid.

TEN Globalomslag flip the system

Education International vindt dat de beroepsgroep hierin juist zelf de leiding in moet nemen. Dit was ook een van de conclusies van Flip the System: changing education from the ground up’ dat EI samen met Jelmer Evers en René Kneyber heeft uitgegeven. Vervolgens moeten privacy, kwalitatief goed en publiek onderwijs voor elk kind, goed opgeleide en uitgeruste leraren en non-profit centraal staan. Om dit voor elkaar te krijgen stelt Education International voor om een Global Teacher and Educator Network, TEN Global,  op te richten. Een netwerk dat individuele leraren met elkaar en met organisaties verbindt.

Het netwerk kan allerlei zaken oppakken. Denk aan samenwerkingsprojecten, onderwijsonderzoek, didactiek, lesmateriaal, professionaliseren, de rol van leraren op de school en op nationaal niveau, activisme, enzovoorts. Om de haalbaarheid te onderzoeken is EI een pilot gestart met internationale organisaties en vakbonden uit Nederland (de AOb), de VS, Mexico en Oeganda. Om meer inzicht in de behoeftes van leraren te krijgen in internationale samenwerking en het TEN Global platform worden ook een aantal focus-groepen georganiseerd in de vier landen.

Meer info en aanmelden voor pilot bij Algemene Onderwijsbond: www.aob.nl of bij Jelmer Evers: jelmer.evers@ei-ie.org

Interesse in focusgroep TEN Global: https://docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSe2bl-QTlljpMA3DtE__PoHgMtsMBxkgpx1WGl5B4BjSRswDg/viewform

Internationale uitgave van ‘Het alternatief’: ‘Flip the system’: https://beroepseer.nl/flip-the-system/

 

Werknemers willen graag af van het beoordelingsgesprek

omslag intermediair 12oktober 2017Werknemers zijn helemaal klaar met het traditionele beoordelingsgesprek, luidt de kop boven het artikel van Siebe Schootstra in weekblad Intermediair Magazine. In veel organisaties nadert het ‘eindejaarsgesprek’. In een reeks artikelen onderzoekt Intermediair het nut en de functie van beoordelen en feedback geven. Schootstra begint als eerste en neemt de beoordeling en de juridische kant ervan onder de loep. In het volgende nummer gaat het over continue feedback en tools voor op de werkvloer.

Maar liefst 80 procent van Nederlandse medewerkers vindt dat het aloude beoordelingsgesprek zijn langste tijd gehad heeft, aldus het jaarlijkse benchmarkonderzoek van HR-dienstverlener Raet. Ruim een op de vijf wil er het liefst helemaal van af. Wel wil een groot deel (41 procent) op regelmatige basis feedback op het eigen functioneren ontvangen. Volgens de benchmark zijn deze uitkomsten gelijk voor de verschillende generaties.
Generatie Y gedijt goed bij continue performance feedback, zo valt momenteel veel te lezen. Andere generaties moeten er niet aan denken om afgerekend te worden op de prestaties.

Nieuw ontslagrecht

Het moet dus anders met de cyclus van functioneringsgesprekken en de afrondende, jaarlijkse beoordeling. Maar kunnen we er ook van af? “Als je roept: schaf het maar af, dan kan dat dus juridisch echt niet”, zegt mr. Ilma van Aalst, advocaat arbeidsrecht. De beoordeling als zodanig is niet vastgelegd in wetgeving, maar is wel een vereiste in het nieuwe ontslagrecht: “Vroeger kon de werkgever kiezen voor een ontslagprocedure via het UWV of via de kantonrechter. Maar sinds 1 juli 2015 geldt het nieuwe ontslagrecht waarbij de kantonrechter in geval van onvoldoende functioneren de enige optie is”.

De oude route via het UWV vereiste adequate dossiervorming waarbij de werkgever diende aan te tonen dat aan de betrokken medewerker voldoende ruimte was gegeven zich te verbeteren. Omdat het daar in veel gevallen aan ontbrak, kozen werkgevers meestal voor de juridische route via de kantonrechter, met een minder strikte weging van gevolgde procedures.
“Nu geldt bij de kantonrechter wat eerder bij het UWV gold”, legt Van Aalst uit. Als bijvoorbeeld disfunctioneren speelt, zal aangetoond moeten worden dat dit besproken is, dat een verbetertraject is aangegaan met duidelijke doelstellingen en dat ook mogelijkheden zijn gecreëerd voor de medewerker om zich te verbeteren. “Je ontkomt dus niet aan beoordelen”, concludeert zij.

We gaan moeilijk met feedback (ofwel kritiek) om

In het artikel komen vervolgens aan het woord HRM-adviseur Kenneth Horsch die vertelt over de lerende organisatie waarin een functioneringsgesprek een kans is om voor beide partijen duidelijk te maken wat de verwachtingen zijn. Hij voegt eraan toe dat het in de praktijk te vaak voorkomt dat men elkaar niet durft aan te spreken en als dat al gebeurt op een verkeerde toon.
Dat we moeilijk met feedback omgaan zegt ook Bas van de Haterd, zelfstandig organisatieadviseur: “Face to face kunnen we dat heel slecht. Als je voelt dat je unfair behandelt wordt, vertrek je. Jongere generaties vinden het prima om afgerekend te worden op prestaties, op wat je bijdraagt, maar dat moet dan wel eerlijk gaan”.

Lees het hele artikel Werknemers zijn helemaal klaar met het traditionele beoordelingsgesprek, door Siebe Schootstra, Intermediair, 12 oktober 2017: www.intermediair.nl/

Raet HR Benchmark: https://www.raet.nl (Website bestaat niet meer. Zie https://www.vismaraet.nl/)

 

Wat er allemaal te beleven was op de Dag van de Rechtspraak

De Dag van de Rechtspraak stond dit jaar in het teken van de rechter van de toekomst en de toekomst van de rechter. Honderden rechters, politici, opinie- en beleidsmakers kwamen op 28 september 2017 bijeen in Utrecht om te praten over maatschappelijke, technologische en juridische ontwikkelingen die de toekomst van de rechtsstaat bepalen.

lord thomas dag van de rechtspraak
 Lord John Thomas

Eregast was Lord John Thomas, de hoogste rechter van Engeland en Wales. Tijdens de traditionele Rechtspraaklezing zei hij dat in tijden van populisme de rechterlijke macht als hoeder van de rechtsstaat het gevaar loopt gekleineerd te worden. Hij refereerde aan verschillende landen waar rechters onder vuur liggen: Turkije, Polen, de Verenigde Staten. Hij ging ook uitgebreid in op zijn eigen land. Toen rechters, waaronder Thomas, bepaalden dat er alleen een Brexit mogelijk was als het parlement daarmee instemde, maakte de krant The Daily Mail rechters uit voor ‘vijanden van het volk’. Lord Thomas uitte scherpe kritiek op het feit dat de minister van Justitie daartegen niet in het geweer kwam: “Had u ooit gedacht dat rechters in Engeland en Wales afgeschilderd zouden worden als vijanden van het volk, en dat de politiek zou nalaten hen te verdedigen?”, vroeg Lord Thomas  “Vijanden van het volk, een uitdrukking waar Robespierre, Lenin en andere dictators gek op waren”.

Het wordt tijd dat de rechterlijke macht zich wapent

Het wordt tijd dat de rechterlijke macht zich wapent om aanvallen op de rechtsstaat af te weren, vervolgde Lord Thomas. Om te beginnen moet de rechterlijke organisatie sterk worden geleid: “Dat zal op korte termijn niet erg populair zijn bij rechters, maar zonder een sterk leiderschap dat radicale veranderingen doorvoert, is de rechtspraak erg kwetsbaar voor ondermijning of marginalisering”. De ‘radicale verandering’ moet komen van de digitale revolutie. De leiding van de rechtelijke macht zou een rampzalige fout maken als het de digitalisering van de rechtspraak zou laten belemmeren door de oude manier van werken, ook omdat degenen die de rechtspraak willen ondermijnen, altijd een gewillig oor hebben gevonden bij mensen die geloven dat de rechtspraak langzaam, duur en inefficiënt is”.

In de strijd tegen uitholling van de rechtsstaat, moeten rechters hun uitspraken ook goed staven en dat volgens Lord Thomas doen in begrijpelijke taal. Zij behoren ook uit te leggen waarom de rechtspraak ertoe doet: “Rechters moeten een actieve rol spelen bij het opvoeden van jongeren en een proactieve mediastrategie hebben“.
Rechters moeten opkomen voor hun principes en altijd bereid zijn om te vechten voor hun onafhankelijkheid en voor de vrijheid waarop onze democratieën zijn gebaseerd, besloot Lord Thomas zijn Rechtspraaklezing: “Dat zal niet eenvoudig zijn als de andere staatsorganen de rechterlijke onafhankelijkheid niet verdedigen. Maar we zijn geen rechter geworden omdat we een rustig leventje wilden leiden. Misschien betalen we daarvoor een hoge prijs, maar met moed, onafhankelijkheid en cohesie zullen rechters de rechtsorde handhaven”.
Sinds 2006 wordt jaarlijks de Rechtspraaklezing uitgesproken. Ze zijn terug te lezen.op de site van Raad voor de Rechtspraak.

Een paar heel interessante enquêtes

 rechtspraak video 2
 rechtspraak video 1
 Passerend publiek op de markt
beantwoordt vragen over
 de rechter en digitalisering

Van de Dag van de Rechtspraak is een verslag gemaakt in de vorm van een e-zine met links naar bijvoorbeeld video’s met mini-enquêtes. Een daarvan vraagt bezoekers naar hun visie op de toekomst van de rechter, een andere vraagt aan het winkelende publiek – mannen en vrouwen, jong en oud – op de markt van Utrecht en Rotterdam wat zij belangrijk vinden aan een rechter en hoe de rechter van de toekomst eruit ziet.

Antwoord van een jongeman: “Dat hij geen vooroordelen heeft, maar wel goede straffen uitdeelt”. Een oudere man: “Als iemand doodgereden wordt met een dronken kop, vind ik dat er zwaarder gestraft moet worden“.
Of: “Een ideale rechter is gewoon helemaal onafhankelijk”.
Een vrouw: “Ik hoop goed, maar ik twijfel er wel aan”.

De vraag of computers het werk van de rechter kunnen overnemen, werd beantwoord met:
– Dat kan helemaal niet mijnheer.
– Omdat inschatten iets is wat mensen doen en niet een robot.
– Ik vind het een enge gedachte. Ik vind dat de rechtspraak wat menselijks moet blijven en niet teveel geautomatiseerd moet worden.
– Een computer heeft geen empathisch vermogen.
– Ik denk dat de computer een hele koude berekening gaat maken.
– Als de computer de verzachtende omstandigheden mee kan nemen, dan zou ik zeggen, misschien wel.
– Ik vind niet dat het bij een computer hoort omdat je toch beslist over iemands leven.
– Voor lichte vergrijpen is dat wel een stuk beter, voor zware vergrijpen waar menselijk leed aan te pas komt, niet.
– We kunnen wel overal machines zetten, maar ja wat moet er met het volk gebeuren dan?
– Eigenlijk kan het straks in een achterkamertje, gewoon allemaal de dingen bij elkaar zoeken, op de toets drukken, daar is je straf. Bonjour.
– Hij moet wel oordelen vanuit zijn hart vind ik.

Dus niet vanuit zijn chip?

– Nee, absoluut niet nee, vanuit zijn hart, hij moet menselijk blijven.

Aan de bezoekende rechters van de Dag van de Rechtspraak werd ook gevraagd wat zij vonden van digitalisering en hun antwoorden luidden:
– Ik heb gehoord dat we voort moeten maken met digitalisering van onze werkprocessen
– Ik vind het wel leuk om erover na te denken, om met name te kijken wat die robotisering voor ons werk kan gaan betekenen.
– Het zou onnozel zijn om je niet te realiseren dat de advocaten zullen aankomen met (…) dingen die hun helpen. Moeten wij dus ook doen
– Ik denk dus bijvoorbeeld aan uitrekenen van proceskosten. Dat doen we nog steeds handmatig. Laten we dat lekker een robot doen in de toekomst.
– In alimentatiezaken moet er sowieso gerekend worden. Ik denk dat je best met wat hulp van computers of rekenprogramma’s een eind kunt komen.
– Je houdt tijd over om echt na te denken over de dingen die ertoe doen.
– Maar je moet altijd een menselijke toets houden, denk ik.
– Robots kunnen niet echt de emoties lezen van mensen.
– Je komt niet de rechtszaal binnen en daar zit een robotrechter. Daar geloof ik niet in.
– Rechters moeten soms afwijken van de regels die er zijn. Een goede rechter kan dat. En de vraag is of een robot dat kan.
– Ik denk dat ie overal te pas kan komen op onderdelen, maar dat in alle zaken waarin het er echt toe doet, dat gaat hij niet beslissen. Dat gaan wij beslissen.

Vertrouwen in rechtspraak toegenomen door digitaal procederen

 

 

 

 

Frits Bakker, voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak zei in zijn toespraak dat techniek de rechtspraak in staat gaat stellen onderscheid te maken tussen zaken die veel tijd en aandacht van de rechter nodig hebben, en de zaken waarbij dat veel minder of zelfs niet geldt. Hierdoor krijgen rechters de tijd en ruimte om, als dat nodig is, méér te doen dan alleen een juridisch juist oordeel vellen. Betrokkenen en maatschappij zijn immers gebaat bij duurzame oplossingen: “Als de rechterlijke beslissing draait om de inhoudelijke beoordeling van feiten en conflict, wil de burger dat hij gezien en gehoord wordt. Dat is hard nodig. En als de rechterlijke beslissing een routinematige beslissing is, wil de burger snel, efficiënt en goedkoop door het proces worden geleid”.

dag vd rechtspraak jiyoung lee
 De Zuid-Koreaanse
rechter
Jiyoung Lee

Het blijkt dat in Zuid-Korea digitaal procederen een dagelijks verschijnsel is. Daar weten de rechters inmiddels niet beter.Jiyoung Lee, rechter in het Zuid-Koreaanse arrondissement Suwon, vertelde dat het vertrouwen in de rechtspraak is toegenomen: “Snelheid gaat niet ten koste van de kwaliteit. We kunnen ons nu juist veel beter richten op de waardevolle en inhoudelijke zaken”.
Waarom Zuid-Korea vooruitloopt bij de digitalisering van de rechtspraak? Rechter Jiyoung Lee verklaart: “Van de 51 miljoen inwoners, woont 92 procent in stedelijk gebied. We zijn een van de meest bekabelde landen van de wereld. Het internet is snel en goedkoop”. De tweede reden is de druk vanuit bevolking, aldus Jiyoung Lee. “Mensen konden op het internet op zoek naar de rechten die ze hadden of zouden moeten hebben, en begonnen die op te eisen. Door te digitaliseren konden we tegemoetkomen aan de roep uit de samenleving om betere toegang tot en transparantie van de gerechtelijke procedures”.

De vraag Kan de computer op de stoel van de rechter zitten? werd opgepakt door het bedrijf LexIQ dat een test heeft gedaan om die vraag te beantwoorden. Er werden twee zaken voorgelegd: een arbeidszaak waar een financieel directeur de ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst aanvecht en een verkeerszaak waarbij een man een rotonde niet rechtsom maar linksom nam. Kijk op de video of het oordeel van de computer anders is dan dat van de rechter: https://vimeo.com/236890362/a7b9c0619b

Ex-NAVO-baas Jaap de Hoop Scheffer was er ook

Een ander onderwerp op de Dag van de Rechtspraak betrof de kwestie: Hoe los je een probleem op als er geen rechter is? met oud-minister en ex-NAVO-baas Jaap de Hoop Scheffer over het berechten van de MH-17 verdachten in Nederland. Hij noemde dat ‘een groot risico’.
Een interessante kwestie waar ook aandacht aan werd besteed was de vraag of rechters altijd de feiten voor zich laten spreken en op grond daarvan beslissingen nemen? Dave van Toor, als psycholoog verbonden aan de Universiteit van Bielefeld, deelde in zijn workshop enkele speldenprikken uit die uitnodigen tot nadenken.

Rechtspraaklezing van Lord Thomas: ‘Rechtspraak gekleineerd als hoeder rechtsstaat’: www.rechtspraak.nl en www.rechtspraak.nl/Engels
Video met enquête rechters: https://vimeo.com/236880058/410782b784
Video met enquête winkelend publiek: https://vimeo.com/236869757/f7c614aeca

omslag e zine dag van d rechtspraak september2017

E-zine met samenvattingen
en links naar verslagen en video’s
van de Dag van de Rechtspraak:
http://dagvanderechtspraak.nl

 

 

 

 

Oude Grieken brengen ons op nieuwe ideeën

drachme uil atheneNog steeds kunnen we nieuwe dingen leren van de oude Grieken. Hoe ze zorgden dat innovaties geaccepteerd raakten, bijvoorbeeld. Een groep classici, onder Leidse leiding, gaat hier onderzoek naar doen dankzij een heel grote subsidie van NWO.

Het gaat haar nog altijd aan het hart. Ineke Sluiter, hoogleraar Griekse taal- en letterkunde aan de Universiteit Leiden, was betrokken bij de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) toen in 2012 negen Topsectoren werden aangewezen en de Topconsortia voor Kennis en Innovatie werden ingesteld. “Dat werd compleet technisch ingestoken. Toen dacht ik: het kan niet waar zijn dat de kennis van hele wetenschapsgebieden hiervan buitengesloten wordt”. Haar gelijk haalt ze vijf jaar later, als ze met een groot team een NWO Zwaartekrachtsubsidie van 18,8 miljoen euro binnensleept voor het programma Anchoring Innovation. Naar dit thema gaan classici van vijf universiteiten, verenigd in de onderzoeksschool OIKOS, samen tien jaar onderzoek doen. Het is de eerste keer dat Geesteswetenschappen in deze categorie in de prijzen valt.

Classici die miljoenen krijgen om onderzoek te doen naar innovatieprocessen; het zal niet voor iedereen een logische keuze zijn. Wat kunnen wij nou leren van de oude Grieken en Romeinen? Veel, zolang je ‘innovatie’ niet versmalt tot technische uitvindingen.

Anchoring

Sluiter: “Als we de bril van anchoring opzetten, kunnen we een nieuwe draai geven aan een aantal vragen die we altijd al hadden als ­classici. ­Bijvoorbeeld de Griekse democratie, die is op alle gebieden radicaal nieuw. Hoe snapten die Atheners nog wat ze aan het doen waren?” Kijk je daarnaar door de bril van anchoring, dan zie je processen waar eerder de focus niet op lag, legt ze uit. “Maar die verklaren wel waarom mensen nog steeds denken ‘o ja, dat is van ons’. Zo werd de bevolking in tien groepen ingedeeld voor het stemmen bij verkiezingen. Elk van die groepen werd verbonden met een bekende figuur uit de mythologie. Zulke dingen helpen om iets nieuws tegelijk vertrouwd te maken”.

Wat betekent dat voor ons? Dat een vernieuwing verankerd moet worden in bestaande begrippen en praktijken, zeggen Sluiter en haar collega en mede-hoofdaanvrager Miguel John Versluys, hoogleraar Klassieke en Mediterrane Archeologie. Nieuwe producten of processen moeten mensen aanspreken, willen ze ook aanslaan. Dat betekent dat mensen ze moeten kunnen integreren in wat er al is; in bestaande procedures, waarden, normen, gewoonten. Dat integreren lukt niet als het verschil tussen het oude vertrouwde en het nieuwe onbekende te groot is; die twee moeten soepel met elkaar verbonden kunnen worden. Is dat het geval, dan is de kans op een succesvolle verankering van de vernieuwing veel groter.

Het oude en vertrouwde

greek euroEen ander voorbeeld van verankering – ook in de vijfde eeuw voor Christus – is de introductie van muntgeld in het oude Athene, iets wat een radicale verandering betekende. De muntstukken zagen er echt Atheens en dus betrouwbaar uit, omdat aan de ene kant de godin Athene was afgebeeld, en aan de andere kant de uil (met olijftak) die haar als godin van de wijsheid vergezelde. Tegenwoordig staat diezelfde uil met olijftak afgebeeld op de Griekse euromunten, en dat is evenmin toeval. Alle euromunten hebben aan één zijde een afbeelding die bekend en vertrouwd is voor een specifiek Europees land. Dat is ook een voorbeeld van het verankeren van een innovatie, namelijk door in het nieuwe ontwerp ruimte te houden voor het oude en vertrouwde.

Wie om zich heen kijkt, ziet in allerlei nieuwe ontwerpen en technologieën verwijzingen naar het oude of bekende. In de eerste elektrische auto’s komt de stroom binnen op de plek waar bij andere auto’s de brandstoftank zit. Of neem de symbolen op je tablet of smartphone, zoals het envelopje van de elektronische mail. De telefoonhoorn (in een tekstballon) voor whatsapp. De wijzerplaat voor de digitale klok. De ‘boekenkast’ waarin je e-books staan. Sluiter: “Er is in het verleden vaak afzonderlijk onderzoek gedaan naar traditie en vernieuwing, alsof ze niets met elkaar te maken hebben. Wij zijn juist geïnteresseerd in de relatie tussen die twee”.

Daarnaast is er bij het bestuderen van innovatieprocessen, juist door de technische ­oriëntatie, in het algemeen veel te weinig aandacht voor de sociale component, zegt Versluys. “Terwijl die vaak doorslaggevend is voor het ­mislukken of slagen van innovaties”. Dat betekent werk voor de sociale wetenschappers, maar niet voor hen alleen, zegt Versluys: “Je begrijpt innovatie­processen pas goed in historisch perspectief. Wat wij als Oudheidkundigen kunnen toevoegen aan de sociale wetenschappen, is deep history. Ons langetermijnperspectief geeft, in combinatie met een focus op het sociale aspect, een heel vernieuwende kijk op hoe innovatie eigenlijk werkt”.

Oude Grieken brengen ons op nieuwe ideeën, Universiteit Leiden, 9 oktober 2017: www.universiteitleiden.nl