Skip to main content

Redactie Beroepseer

Na Teacher Summit, Kamerbrief en interviews tijd voor Lerarenraad

vuist op tafelEen jaar geleden, in maart 2012 werd Pascale Mauclair door de New York Post uitgeroepen tot de “slechtste leraar” van New York City, nadat de gemeente de ranglijst van toetsresultaten openbaar had gemaakt. Op de lijst stonden duizend bij naam genoemde leraren. Een ware hype was geboren. The New York Post overstelpte Mauclair met vragen over haar gebrek aan vaardigheden en betrokkenheid en reisde zelfs naar het huis van haar vader om hem te vertellen dat zijn dochter tot de slechtste leraren van de stad behoorde.

Nu de feiten. Mauclair is een ervaren lerares Engels. Ze geeft les aan nieuwe immigranten die nog niet goed Engels spreken. Haar school staat hoog aangeschreven en wordt geleid door het gerespecteerde schoolhoofd Anna Efkarpides die beweert dat Mauclair een uitmuntende lerares is. Zij  zou “haar eigen kind aan haar toevertrouwen”.
Verontrustend is dat de gemeente de toetsresultaten had vrijgegeven met de waarschuwing dat er grote foutmarges waren in de rangschikking. Desondanks zouden de resultaten worden gebruikt voor een nieuw evaluatiesysteem, met als gevolg dat de meeste New Yorkse leraren worden afgeschilderd als niet erg effectief.

Gaan al die value-added-teacher evaluations*) die in het afgelopen decennium zijn ontworpen bijdragen aan verbetering van het onderwijs? Dat is nog maar de vraag. Gebleken is dat in Tennessee en New York de resultaten niet verbeterden nadat leraren geëvalueerd en beloond waren op basis van prestaties. In het onderwijsdistrict Columbia daalden, in tegenstelling tot de verwachting, de leesvaardigheden van leerlingen na invoering van een nieuw evaluatiesysteem van leraren. In Portugal daalden de resultaten na invoering van prestatiebeloning van leraren. Deze had negatieve gevolgen voor de school: onderlinge competitie, minder samenwerking en het niet delen van kennis met elkaar.

Napraten over de internationale Teacher Summit in Amsterdam en de Kamerbrief van staatssecretaris Dekker

Op de tweede dag van de aan de kwaliteit van de leraar gewijde internationale Onderwijstop in Amsterdam op 13 en 14 maart 2013, zond staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs een Kamerbrief met het Wetsvoorstel centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs.
In deze brief licht Dekker toe: “Een eindtoets die ook als instrument dient om een transparante en faire beoordeling van de onderwijskwaliteit te geven. De eindtoets biedt ook het perspectief om die beoordeling te verbeteren door toe te werken naar het beter in beeld brengen van leerwinst en toegevoegde waarde. Dit alles is in het belang van de leerling. Zijn of haar ontwikkeling wordt beter gevolgd. Iedere leerling krijgt de gelegenheid om aan het eind van de basisschool te laten zien wat hij of zij heeft geleerd. En de overgang naar het voortgezet onderwijs wordt soepeler. Kortom: naar mijn oordeel er is met dit wetsvoorstel sprake van een goed en afgewogen geheel aan maatregelen die ten dienste staan van de ambitie om het beste uit alle leerlingen te halen”.

Vervolgens noemt de Kamerbrief de instelling van een onafhankelijke commissie die de kwaliteit beoordeelt van toetsen in het leerlingvolgsysteem en dat de eindtoets een rol kan spelen bij de kwaliteitsbeoordeling van een school: “Verder is de ontwikkeling in gang gezet dat alle bevoegde leraren worden geregistreerd in het lerarenregister. Daarin wordt bijgehouden of zij hun kennis en vaardigheden, waarin ook elementen van opbrengstgericht werken zijn opgenomen, bijhouden en verbeteren. Een dergelijk register komt er ook voor schoolleiders….Vast staat dat we leerwinst en toegevoegde waarde niet kunnen meten zonder betrouwbare toetsgegevens uit de centrale eindtoets en uit de leerlingvolgsystemen”.

Zijn de leerkrachten blij met het in Nederland invoeren van een value added teacher evaluation? Een leraar gaf als commentaar in een tweet dat zo’n Kamerbrief die hele onderwijstop eigenlijk overbodig had gemaakt. Een ander merkte op dat er straks elementen van opbrengst gericht werken in het lerarenregister vermeld worden.

Twee dagen na de Kamerbrief, zaterdag 16 maart 2013, was er een interview te lezen op de site van Nu.nl met minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker van Onderwijs. Bussemaker wil cultuurverandering leraren luidde de kop. Met dit interview is leraar Hannes Minkema bepaald niet blij. In zijn blog Over de beleidsvoornemens van Jet Bussemaker en Sander Dekker, onderwerpt hij de uitspraken van beide bewindslieden aan een minutieus onderzoek. Een voorbeeld:
“Op de vraag hoe leraren hun drukke werk moeten rijmen met extra scholingsverplichtingen, antwoordt staatssecretaris Dekker: ‘We willen een lerarenregister invoeren, waarbij leraren hun competenties kunnen bijhouden. Blijven ze in bepaalde competenties achter, dan moeten ze zich gaan bijscholen’. Kortom, leraren kunnen aan de eisen voldoen door aan de eisen te voldoen. Want dat kunnen notarissen ook. Die eisen hoeven verder niet te worden gelegitimeerd, die zijn er nu eenmaal, daar hoeven kritische, onderzoeksminded leraren verder geen vragen bij te stellen. Aldus de staatssecretaris, die hier uit zijn duim zuigt dat ‘we’ een register willen. Maar het lerarenregister is niet van OCW, is ook geen initiatief van OCW, maar van de vakverenigingen van leraren zelf. OCW wil het kapen en als middel gebruiken om leraren weer eens publiekelijk in gebreke te stellen. Echt, daar helpt geen “Word leraar”-spotje tegen”.

Een andere blogger, leraar Willem van Ravenstein schreef na beluistering van een radio-interview met leraar Jelmer Evers dat bij hem de vraag  rees wat nu eigenlijk de diepere bedoeling zou kunnen zijn van de overheid om zich zo monomaan te richten op meetbare trivialiteiten in plaats van zich te richten op de ‘echte’ doelen van het onderwijs: “Mijn eerste gedachte daarbij is dat de overheid niet wil of kan investeren in onderwijs, dus moet men maar steeds de aandacht afleiden van de ‘echte problemen’.
Erg geloofwaardig zijn al die ‘nieuwigheden’ niet. Steeds maar weer slechte ideeën en flauwekulmaatregelen in plaats van de dingen gewoon ‘s aan te pakken. Zelfs met beperkte middelen zou er van alles mogelijk moeten zijn.
… Eigenlijk vraag ik me wel af hoelang docenten nog accepteren dat iedereen wel van alles roept maar niemand iets doet. Eigenlijk is de vraag dan: heb ik hier op deze manier nog wel zin in? Maar daarover dan misschien later meer…:-) ”

De Summit: Geen vrijblijvende uitwisseling van ervaringen

Om nog even terug te komen op de Onderwijstop. Journalist Ronald Buitelaar vroeg zich in zijn blog af waarom de pers niet welkom was op die top: “Waarom is het vakbondsvertegenwoordigers WEL toegestaan om met elkaar te gaan zitten klieren en daarmee blijk te geven van hun volslagen desinteresse en mag ik, tintelend van nieuwsgierigheid, NIET naar binnen?
Wie zich afvraagt waar ik me druk over maak zou ik erop willen wijzen dat de Summit misschien lijkt op een vrijblijvende uitwisseling van ervaringen, maar het niet is. Hier wordt op een globale schaal gesproken over onderwijsbeleid en ontstaan aanzetten tot beleid die uiteindelijk uit publieke middelen bekostigd moeten gaan worden. Dat overleg hoort niet in een achterafkamertje gevoerd te worden maar out in the open.
Een voorbeeld? Wat te denken van een minister (Bussemaker) en een staatsecretaris (Dekker) die ‘opeens’ tijdens deze top en aan de hand van buitenlandse voorbeelden  ‘ontdekken’ dat de beginnende leraar wel erg in de kou blijkt te staan. Hem/haar ondersteunen is cruciaal om ze voor het onderwijs te behouden. Een feit dat al zo oud is als de weg naar Kralingen, al vele, vele, vele malen op micro en macroniveau is aangekaart en op de ene school al perfect en op de andere school nog steeds nauwelijks of niet geregeld is. En dan zouden de verhalen van hoe andere landen dat regelen een eyeopener zijn voor de minister? Een gotspe!”

In de luxe bijlage van NRC Handelsblad van 9 maart 2013 stond een interview met Nederlands bekendste trendwatcher, Lidewij Edelkoort. Ze zei: “Ik ben een antenne die de Zeitgeist opvangt”. Een soortgelijke uitspraak deed modeontwerpster Coco Chanel enkele decennia eerder: “La mode, c’est capter l’esprit du temps”. Mode is de geest van de tijd vangen. Het Engelse dagblad The Guardian heeft een rubriek Zeitgeist geheten, een “experiment in showing trending news, topics and articles from the Guardian”.
Na jaren van afwezigheid duikt de term Zeitgeist ineens overal op. De tijdgeest wordt wel gedefinieerd als de intellectuele, geestelijke en morele toestand of stemming van een bepaalde periode of generatie. De term is geïntroduceerd door de in 1803 overleden Duitse filosoof Herder. Hij vroeg zich af: “Is (de tijdgeest) een genius, een demon of een poltergeist, iemand die uit oude graven is opgestaan? … Een modevlaag of het geluid van een harpsnaar? De een zegt dit en de ander dat. Waar komt ie vandaan? Waarheen wil ie gaan? Waar zetelt zijn bewind? Waar zijn macht en gezag? Moet hij heersen? Moet hij dienen? Kunnen we hem sturen?”

Een goede vraag: Kunnen we hem sturen?

Op 17 maart 2013 schreef Karin Winters, blogger over onderwijs: “Vanmorgen las ik de blogpost van Ronald Buitelaar over het buitensluiten van de pers op de onderwijs Summit. Onvoorstelbaar en onacceptabel lijkt mij. Meer dan een prachtige blogpost levert dat echter vooralsnog niet op. Ook het optreden van de staatssecretaris Dekker bij Buitenhof maakte onder andere op Twitter heel wat los…
Waarom krijgt onderwijzend Nederland het niet voor elkaar om de gelederen te sluiten en allemaal voor hetzelfde te gaan? Namelijk beter bij deze tijd passend onderwijs, betere arbeidsomstandigheden, betere (eerlijkere) beloning en betere secundaire arbeidsvoorwaarden voor ALLE onderwijzenden. Dat is een vraag die de hele dag sudderde en waarop ik vanzelfsprekend geen antwoord heb”.

Wel geeft Karin Winters een welgemeend advies: “Beste onderwijzenden van Nederland, misschien eens minder naar elkaar wijzen, wijzen naar de ‘opvretende bestuurders’ en ‘geldverslindende’ adviesbureaus. Stop met meepraten met alle splintergroeperingen, in de veronderstelling dat je gehoord wordt en er ‘echt’ iets gaat veranderen.
Stel een ultimatum dat het klaar is met afzeiken van een volledige beroepsgroep en het tegen elkaar uitspelen. Beantwoord verdeel en heers, met samen staan we sterk!
Ik zou eens bellen met de mensen van de distributiecentra van Albert Heijn, hoe krijgen zij het wel voor elkaar om ons met Pasen zonder eitje te laten zitten? Of liever met een eitje?”

Nieuwe impuls voor oprichten onafhankelijke Lerarenraad

In september 2012 lanceerde leraar René Kneyber het idee van een Lerarenraad: “Er is een PO-raad, een MBO-, HBO- en VO-raad, een onderwijsraad, een Onderwijscoöperatie, het ministerie van OCW, vakbonden en nog veel meer onderwijskoepels en instanties. En wat hebben ze allemaal gemeen? Er wordt vooral over docenten gepraat en niet met. En dat is kwalijk want docenten zijn ’street level bureaucrats’. Ze voeren beleid uit in de praktijk, en die twee gaan nu eenmaal moeilijk samen. Direct contact tussen beleidsmakers en werkveld is daarom essentieel.
… In de huidige inrichting van het onderwijs moet een volwassen plek zijn voor docenten om zich te uiten over beleid… Een raad dus van docenten. Maar niet zomaar docenten. Nee, allemaal leraren die verder kunnen kijken dan de muren van hun eigen klaslokaal, die een bepaalde deskundigheid etaleren en die een langetermijnvisie hebben op de toekomst van het onderwijs. De Lerarenraad is daarmee dan ook geen vakbond, en bemoeit zich niet direct met de cao’s.
De Lerarenraad is er om te praten over de inhoud van het leraarschap, en de wrijving tussen beleid en autonomie. De Lerarenraad zal zowel ongevraagd als gevraagd advies uitbrengen over onderwerpen die leraren en het onderwijs aangaan”.

Uit frustratie over de Onderwijstop, lijkt het idee van een onafhankelijke lerarenraad een nieuwe impuls te krijgen. Zie de tweets van leraren op @Denkfiguren


Referenties

*) Value added teacher evaluation is een controversiële methode van beoordeling die steeds meer wordt toegepast in de V.S. Deze meet de effectiviteit van de leraar in een bepaald schooljaar en vergelijkt deze met die van het voorgaande schooljaar. Ook worden de resultaten vergeleken met die van andere leerlingen in dezelfde klas. De value added teacher evaluation is direct gekoppeld aan de resultaten van door leerlingen gemaakte  gestandaardiseerde toetsen.

The harm behind the hype, artikel door Linda Darling-Hammond op site van Education Week, 5 maart 2012. Klik hier.

Leraar en kwaliteit centraal op internationale Onderwijstop in Amsterdam, Blogs Beroepseer, 11 januari 2013: https://beroepseer.nl

Kamerbrief over wetsvoorstel centrale eindtoets en leerling- en onderwijsvolgsysteem primair onderwijs, 14 maart 2013. https://www.poraad.nl/files/130314_kamerbrief-over-wetsvoorstel-centrale-eindtoets-en-leerling-en-onderwijsvolgsysteem-primair-onderwijs.pdf (Niet meer beschikbaar op site PO Raad. Zie: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33157-3.pdf)

Bussemaker wil cultuurverandering leraren, interview met minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker van Onderwijs op site van Nu.nl, 16 maart 2013. Klik hier.

Over de beleidsvoornemens van Jet Bussemaker en Sander Dekker, onze bewindslieden van onderwijs op Blog Wonderwijs van Hannes Minkema, 17 maart 2013. Klik hier.

Recht op cynisme, blog van Willem van Ravenstein op Wiswijzer, 16 maart 2013. Klik hier.

Waarom de pers (toch niet) welkom was bij de internationale onderwijstop, journalist Ronald Buitelaar op Ronalds (onderwijs)blog, 17 maart 2013. Klik hier.

Iets over gelederen sluiten, vuist op tafel. #onderwijs, op blog van Karin Winters, 17 maart 2013. https://karinblogt.nl

Nieuw op te richten lerarenraad , door René Kneyber op Blogs Beroepseer, 17 september 2012. https://beroepseer.nl

Onderwijsinspecteurs in Engeland trainen voor geld scholen om inspecties te doorstaan

Inspecteurs van Ofsted, het Office for Standards in Education, Children’s Services and Skills in Engeland, te vergelijken met de Inspectie van het Onderwijs in Nederland, lenen zich uit aan scholen à raison van zeshonderd Engelse ponden voor advies over manieren om inspecties goed door te komen, aldus een artikel in dagblad The Independent.
De online onderzoeksdienst Exaro heeft erop gewezen dat terwijl de regels zijn dat inspecteurs niet mogen werken als adviseur, er desondanks meer dan duizend zijn die wel hun diensten mogen verkopen aan scholen. Sommigen bieden zelfs aan “gefingeerde” inspecties uit te voeren in ruil voor betaling.

Scholen staan onder enorme druk om te presteren. Minder goed presteren kan leiden tot disciplinaire maatregelen en zelfs tot sluiting van de school. Bedrijven die inspectietraining op maat aanbieden schieten als paddestoelen uit de grond. Weatheroak Inspections bijvoorbeeld adverteert met een “volledig voorbereidingspakket” op een inspectie voor achthonderd pond. Het bedrijf biedt ook een “eendagspakket” aan voor vierhonderd pond.
Directeur van Weatheroak is Alwyne Jolly, Ofsted-inspecteur en voormalig schoolhoofd. Hij prijst zijn bedrijf aan als een met een “unieke dubbele ervaring”. Hij heeft verteld aan Exaro dat hij in de afgelopen maanden geen advieswerk heeft verricht: “Ik heb geen aanvraag binnengekregen. Ik werk momenteel gewoon als schoolinspecteur”.

Andrew Lagden Education Consultants biedt een “pre-inspectie overleg” van een dag aan door een Ofsted-inspecteur voor zeshonderd pond. Het adviesbureau omschrijft zichzelf als “een team van zeer ervaren onderwijsprofessionals, met up-to-date Ofsted ervaring. Aan het hoofd van het team staat Andrew Lagden, een zeer ervaren onderwijsadviseur en schoolinspecteur van zowel basis- als middelbare scholen”.
Niemand van Andrew Lagden Education Consultants was bereid commentaar te geven.

Angela Kirk, ook een Ofsted-inspecteur biedt steun aan schoolhoofden en directeuren. Ze rekent vijfhonderd pond voor een dag adviseren, zoals discussiëren over de kwaliteit van lesgeven en leren overeen te stemmen met de beoordelingscriteria van Ofsted. Ze vertelde nog dat het haar als Ofsted-inspecteur niet is toegestaan met de media te praten.

Chris McGovern van de in 1987 opgerichte actiegroep Campaign for Real Education die ijvert voor meer kwaliteit in het onderwijs, heeft Ofsted opgeroepen deze praktijken te beëindigen. Een woordvoerder van Ofsted zei dat Ofsted een degelijk beleid voert en dat alle inspecteurs aangeven of er belangenconflicten zijn met een school. Verzekerd is dat een inspecteur die een school advies heeft gegeven geen enkele inspectie op die school mag uitvoeren.

Artikel: Ofsted inspectors are helping schools to pass their tests by charging £600 a day, door Oliver Wright, The Independent, 12 maart 2013. Klik hier.

 

De opmerkelijke verklaring van aftredende wethouder Mary Fiers

In een ingelaste raadsvergadering op 11 maart 2013 maakte wethouder Mary Fiers van Eindhoven haar aftreden bekend. Aanleiding is de actuele ontwikkeling rond de verhuizing van woonwagens in Tongelre. In januari was gebleken dat voor de verhuizing van de woonwagenbewoners zeker één miljoen euro teveel was betaald. Dat gebeurde op basis van valse taxaties door een externe medewerker. Mary Fiers kwam als wethouder van Wonen, Wijken, Ruimte en Burgerparticipatie onder vuur te liggen, maar overleefde een motie van wantrouwen.
Maar, afgelopen donderdag 7 maart bleek dat bij een verhuizing van een woonwagen die deze week zou plaats vinden, weer van alles mis was. “Toen heb ik wel wat krachttermen geuit”, aldus Fiers. Ze verweet zichzelf en de organisatie dat de fouten niet op tijd ontdekt waren.

Het lijkt erop dat wethouder Fiers aftreedt omdat haar ambtenaren geen eigenaarschap en morele verantwoordelijkheid hebben genomen. Zij heeft haar politieke verantwoordelijkheid moeten nemen voor de fouten die dus ambtenaren hebben gemaakt, en ze roept op tot een andere ambtelijke cultuur. Ze zegt in haar afscheidsverklaring:

“Volgens mij liggen de antwoorden niet in het nog verder vastleggen van procedures of het nog strikter controleren. Mijn mening is dat mensen het verschil maken. De overheid van nu, en morgen, is in veel opzichten niet meer de overheid van gisteren. Legt geen dingen op, maar maakt dingen mogelijk, verbindt en ondersteunt.

Dit betekent dus ook iets wezenlijks voor het handelen van alle mensen die bij de overheid werken. En dat kan alleen met juist méér handelingsruimte voor ambtenaren. Maar het vraagt tegelijkertijd ook echt om een scherper beeld van de eigen rol bij alle medewerkers.

Het vraagt een ontwikkeling van omgevingsbewustzijn, alertheid, zakelijkheid, maatschappelijke en politieke sensitiviteit. Het vraagt om ‘eigenaarschap’ en morele verantwoordelijkheid. Geen parafencultuur. Als medewerker ergens van zijn en willen zijn. Jezelf verantwoordelijk voelen tot in je haarvaten en dat je handelen laten bepalen. De gemeente als werkgever moet op haar beurt medewerkers ondersteunen om die kwaliteiten verder te ontwikkelen. En een werkomgeving scheppen waarin medewerkers die verantwoordelijkheid kunnen nemen”.

Lees de hele afscheidsverklaring van Mary Fiers: https://beroepseer.nl

Mark Blyth: Bezuinigen is een gevaarlijk idee

De beroemde Britse econoom John Maynard Keynes heeft gezegd dat politici de onwetende slaven zijn van de ideeën van lang overleden economen. Als hij vandaag had geleefd had hij behalve economen ook managementconsultants en zakengoeroes verantwoordelijk gehouden voor de huidige economische crisis. Keynes heeft ook geschreven dat de wereld gewoonlijk wordt geregeerd door dode ideeën: “De wereld wordt inderdaad geregeerd door weinig anders”.
De economie van Groot-Brittannië is met 0,3 procent gekrompen in het laatste kwartaal van 2012, meldde het Britse Bureau voor de statistiek op 25 januari 2013. Na twee recessies in de afgelopen vier jaar komt er nog een derde bij. De Britse economie is door de diverse bezuinigingsronden van de conservatieve regering-Cameron sterk gehavend, maar de belangrijkste beleidsmaker van het land, minister van Financiën George Osborne, wil nog meer bezuinigen en streeft naar een nieuwe ronde van tien miljard Engelse ponden.
Olivier Blanchard, chef-econoom bij het Internationale Monetaire Fonds had liever gezien dat Groot-Brittannië zich zou richten op groei en niet op budgettaire braafheid.

omslag austerityIn zijn artikel Slaves of defunct economists – Why politicians pursue austerity policies that never work op de site van de Washington Monthly, vraagt Henry Farrell, hoofddocent politieke wetenschappen en verbonden aan de George Washington-universiteit, zich af hoe het toch komt dat zoveel leden van de politieke elite het niet met Blanchard eens zijn. Waarom gaan ze maar door met de narigheid die de economie dreigt te ruïneren en hun electorale kansen doet afnemen?
Wat Farrell schrijft over Groot-Britannië is uiteraard ook van toepassing op Nederland. Hij probeert antwoorden te vinden op deze vragen en vindt er enkele in het binnenkort te verschijnen boek Austerity – The history of a dangerous idea van Mark  Blyth, hoogleraar internationale politieke economie aan de Brown-universiteit, Rhode Island. Er zijn uiteraard meer boeken geschreven over dit onderwerp, maar dit boek voegt twee dingen toe volgens Farrell:
“Allereerst is er de vraag waarom slechte economische ideeën zoals die van bezuiniging, zo’n enorm grote invloed hebben. Economen vinden over het algemeen niet dat ideeën invloed hebben en gaan ervan uit dat mensen gemotiveerd worden door simpel eigenbelang en niet door ingewikkelde ideeën.
Als tweede is er de vraag waarom deze ideeën steeds weer terugkeren? Telkens wanneer een regering aan het bezuinigen slaat, heeft dat tot rampen geleid. En toch proberen de opvolgers het een paar decennia later weer opnieuw, met evenzoveel treurige gevolgen”.

We leven niet in een ordelijk universum volgens economisch model

Volgens Blyth leven we niet in een ordelijk universum zoals de de economen ons doen geloven. We leven in een dwaze, chaotische wereld die we trachten te beheersen door middel van economische modellen, en af en toe zijn we in staat iets te creëren dat tijdelijk aan onze verwachtingen voldoet. Decennialang heeft het erop geleken dat de markten efficiënt waren, zoals economen beweerden. Zolang iedereen dat geloofde, kon dat idee standhouden en ongemakkelijke onregelmatigheden genegeerd. Maar, vroeg of laat exploderen de onregelmatigheden, met chaos  tot gevolg. Daarna wordt weer een nieuwe reeks theorieën geboren die enige tijd voor stabiliteit zorgt.

Ideeën zijn dus belangrijk. Dat was zeker het geval in de periode voor het uitbreken van de economische crisis. Na het wegebben van de eerste schokgolf verklaarden de Amerikaanse neoliberalen de economische crisis aan de hand van een moreel verhaal, waarin het noodzaak was de staatsschuld terug te brengen door snijden in de uit de hand gelopen overheidsuitgaven. Hun Europese tegenhangers gebruikten Griekenland om een ander moreel verhaal te vertellen, een over oneerlijkheid en politieke corruptie. Blyth zegt, door het probleem als een fout van de overheid te beschouwen, ze volledig voorbij zijn gegaan aan het wangedrag van de private sector en de belastingbetaler lieten opdraaien voor het riskante gedrag van de banken.
Beide mythologieën van bezuiniging versterkten elkaar. Zonder bezuinigingsdrift had de regering Obama de economie misschien een tweede stimulans kunnen geven. In Europa heeft bezuiniging een verlammende werking.

Politici hadden moeten weten dat bezuiniging geen goed idee is en dat het niet heeft gewerkt in het verleden. Het werkt niet als reactie op een economische schok. Het sprekendste voorbeeld is de absurde reactie van de Duitsers op de grote economische crisis van de jaren dertig.
Blyth heeft niet een volledig antwoord voor het steeds terugkerende geheugenverlies. Maar hij heeft wel het begin van het verhaal als hij beredeneert hoe bezuiniging haar oorsprong vindt in het onvermogen van klassieke liberale theoretici als David Hume, Adam Smith en John Locke, helder na te denken over de rol van de staat in de economie. Terwijl hun intellectuele erfgenamen erkenden dat economische crises voorkwamen, dachten zij dat de crisis het onvermijdelijke gevolg was van de voorgaande economische overvloed. Alles wat de staat kon doen was de begroting op orde brengen en misschien de belastingen verhogen voor herstel van het economische vertrouwen. In die theorie is bezuiniging zoiets als het braken tijdens een copieus Romeins diner om de economie zichzelf te laten reinigen tussen opeenvolgende rondes van ongebreidelde consumptie.

Ontwikkelen van nieuwe ideeën over economie nu het belangrijkst

De theorieën werden steeds mathematischer en ingewikkelder; economen presenteerden onbenullige ideeën over tot herstel en vertrouwen leidende bezuiniging die de politiek binnen sijpelden. In 2009 schreven Alberto Alesina en Silvia Ardagna een essay waarin ze stelden dat bezuiniging een signaal was van politici naar ondernemers, dat garandeerde dat er in de toekomst geen belastingverhogingen zouden komen zodat ze met vertrouwen konden investeren in het heden.
Toen de crisis uitbrak, werd het tweetal uitgenodigd het essay te sturen naar de Europese ministers van Economie en van Financiën. Waarschijnlijk betreuren nu veel ministers het dat ze hebben geluisterd naar de aanbevelingen, maar het kwaad is al geschied.

Farrel merkt tenslotte nog op dat Blyth’s boek niet perfect is. Polemisch amusement wisselt af met gedetailleerde analysen en hier en daar een overdrijving. Zijn veroordeling van banken laat regeringen iets te makkelijk wegkomen. Hij vindt het wel een essentieel boek. Als het aan Blyth ligt komen we alleen uit de misère door het ontwikkelen van nieuwe ideeën over een nieuwe economische orde die beter werken dan bezuiniging:
“Hij weet niet beter dan ik waar die ideeën vandaan moeten komen, maar hij heeft in elk geval enige notie waarom en hoe belangrijk ze zijn. De economie is veel te belangrijk om te worden overgelaten aan de economen. We moeten te weten komen hoe ideeën deze vormen; Blyth’s nieuwe boek is een uitstekend uitgangspunt”.

Slaves of defunct economists – Why politicians pursue austerity policies that never work, door Henry Farrell in Washington Monthly, nummer van maart/april 2013: https://washingtonmonthly.com

In april 2013 verschijnt: Austerity: The history of a dangerous idea, door Mark Blyth, Oxford University Press, 304 pp., 2013.

Specialist Michael van Balken over openstellen tuchtregister voor burgers

Michael van Balken, uroloog in het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem schrijft in zijn blog Pek en veren op de website van Artsennet over het schuldgevoel van de arts, dat “overal doordringend knagend” is, over diep door het stof gaan en dat zelf weten dat je iets fout hebt gedaan  genoeg is. Dat hoeven anderen niet nog extra in te wrijven. Dit naar aanleiding van het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamer alle door tuchtcolleges opgelegde maatregelen, ook de zg. “lichtere” maatregelen als de waarschuwing, de berisping en de geldboete openbaar te maken.

Michael van Balken: “Alle tevreden patiënten poetsen niet weg die ene man van enkele jaren terug, waarbij ik ondanks alle tijd en aandacht aan hem geschonken toch echt gemist heb dat er iets lelijks speelde. Niet aan gedacht. Geen seconde. Invoelbaar want zeldzaam. En niet volgens normaal patroon. En door eerdere collega’s ook niet vermoed. Maar toch: niet aan gedacht. Met uiteindelijk desastreuze gevolgen. De zitting voor de klachtencommissie, na zijn overlijden, was een emotionele. Van beide kanten. Zoon en dochter vanwege verdriet om mogelijk onnodig leed en later verlies van vader. Mijn collega en ik vanwege een intens schuldbesef van dat verdriet mede de oorzaak te zijn.

Een tuchtzaak werd het niet. Open communicatie en een kwetsbare opstelling leiden niet vaak tot een laten-boeten-insteek van wie onbedoeld leed overkwam. Maar het had gekund. En ik weet zo net nog niet wat voor maatregel dat had opgeleverd.

Schade en schande
Maar stel nu dat een waarschuwing? een berisping? mij ten deel was gevallen. Was ik daarmee acuut gediskwalificeerd als goede dokter? Zou u als patiënt gauw een ander nemen als u hiervan wist? Zou u denken: dat is dan degene die bekend is, maar hij zal er nog wel veel vaker een potje van gebakken hebben? Of zou u denken: mooi zo, deze dokter is door schade en schande hardhandig wijzer geworden en zal nu extra goed op mij passen om dit niet weer te laten gebeuren. Zou u het eigenlijk echt willen weten?

Openbaar
Want dat is namelijk nu nèt wat er per 1 juli voor u geregeld is. Anders dan voorheen, toen alleen schorsingen of verwijderingen uit het BIG-register kenbaar werden gemaakt, geldt nu bij wet dat alle maatregelen, op de waarschuwing na, openbaar zijn geworden.

Het is echter maar zeer de vraag of niet-medici voldoende in staat zijn uitspraken van de Tuchtrechter op waarde te schatten. Nu al niet begrijpt de buitenwacht hoe een arts zijn titel kwijt kan raken door het schenden van een wezenlijke beroepsnorm ook als het handelen geen ernstig lichamelijk letsel (of erger) tot gevolg had, terwijl een andere dokter door wiens fout iemand is overleden, ‘wegkomt’ met ‘maar’ een waarschuwing.

En zoals Mr. van der Kolk-Heinsbroek fraai verwoordde: “Al met al kan het uiteindelijk toch niet de bedoeling zijn dat een patiënt een onervaren beginnend specialist, zonder geregistreerde tuchtmaatregelen, verkiest boven een zeer ervaren specialist, die ooit in zijn dertigjarige carrière eenmaal een berisping heeft gekregen, omdat hij bij het behandelen van een moeilijke casus een fout heeft gemaakt”.

Schandpaalfunctie
Groot probleem is dat de zogenaamde lichtere Tuchtmaatregelen, die kwaliteitsbewaking tot doel hebben, maar door de zorgverlener al heftig als straf wordt ervaren, nu ook door de schandpaalfunctie van openbaring tot buitenproportionele ‘strafgevolgen’ gaan leiden. Daarmee zijn patiënt en dokter niet gediend, maar ook de nagestreefde kwaliteit en transparantie niet. Reeds in aanloop naar behandeling van het voorstel in de Kamer toe waarschuwde het Tuchtcollege  al voor de zorg dat ondanks gegrondverklaringen van klachten, maatregelen dan wel eens minder snel zouden kunnen worden opgelegd.

Schuldgevoel
Schuldgevoel is knagend. Ik ben er een betere dokter van geworden, geen slechtere. Maar helaas: ook in de toekomst kan ik nog eens tegen zoiets oplopen. En als ik pech heb ga ik via deze hamerstuk(!)-in-de-Eerste-Kamer-wet, of via nog strengere wetgeving die bijvoorbeeld de VVD voorstelt  op de mestkar het zorgdorp door. Wat nou nog een kans: One strike = out!

Iemand nog een goede tip hoe je pekvlekken kunt verwijderen? En veren?

Pek en veren, blog van Michael van Balken, Artsennet, 8 maart 2013: www.artsennet.nl (Blog niet meer beschikbaar op Artsennet/Medisch Contact)

Zie ook: Eerste Kamer stemt in met openbaarmaking van medische tuchtmaatregelen op de site van Holla Advocaten: www.holla.nl (Niet meer beschikbaar op site van Holla Advocaten)

Blunders van artsen voortaan openbaar, Trouw 2 juli 2012: www.trouw.nl

‘Openbaarmaking beïnvloedt tuchtrechter’, door Sophie Broersen, Medisch Contact, 22 oktober 2010: www.medischcontact.nl

VVD: Patiëntveiligheid moet beter, BSL, 6 december 2012: https://mijn.bsl.nl/patientveiligheid/690412?redirect=1

Opnieuw een sociale staat inrichten

Zeventig jaar geleden – in 1942 –  legde econoom en politicus William Beveridge de grondslag voor de welvaartsstaat in Groot-Brittanië. In zijn rapport Social insurance and allied services, bekend geworden als het Beveridge Report onderscheidde hij vijf “giant evils”, vijf reuzenplagen: behoefte, onwetendheid, luiheid, gebrek en ziekte. Het was een taak van de staat deze plagen uit te roeien.

In februari 2013 verschenen de introductie en eerste delen van een artikelenreeks over de inrichting van een sociale staat in Groot-Brittannië voor 2015. In de reeks wordt elke reuzenplaag afzonderlijk onder de loep genomen en gelegd naast Beveridge’s plan van aanpak van zeventig jaar geleden met de bedoeling nieuwe prioriteiten te stellen voor de Britse welvaartsstaat anno 2015.

omslag think piece social stateIn de introductie schrijft Zoe Williams dat onze tijd zijn eigen plagen kent. Vervang behoefte door ongelijkheid, luiheid door hebzucht. We hebben te maken met een ander soort onwetendheid en we bestrijden met verve nog steeds gebrek. Ziekte kan opnieuw een geduchte vijand worden. Tenslotte is er de voortdurende dreiging van verdeeldheid.
“Als Groot-Brittannie middenin oorlogstijd de energie had, en de hoop om in 1945 een betere wereld te bouwen, dan kan deze generatie dat zeker ook. Het Beveridge Report zei te streven naar een nieuwe samenleving, een die de verhoudingen in Groot-Brittannie drastisch en ten goede zou veranderen. De artikelenreeks is geschreven met Beveridge’s analyse van de maatschappij in gedachten, wat deze ons kan leren over de reuzenplagen van vandaag en hoe we die kunnen aanwenden voor het uitstippelen van een alternatieve route naar een welvaartsstaat – of sociale staat – geschikt om te vestigen in 2015.”

De serie is onderwerp van discussie op de bijeenkomst Achieving a Social State op woensdag 13 maart 2013 op de London School of Economics.
Zie voor details hierover en downloaden van de Social State series de website van The Centre for Labour and Social Studies (Class), een in 2010 opgerichte denktank: www.classonline.org.uk

Download hier rechtstreeks het introductie-artikel Achieving a Social State. What can we learn from Beveridge’s Giant Evils door Zoe Williams, februari 2013.

Docent Jelmer Evers benoemd tot radicale vernieuwer

Eind 2012 ondernamen weekblad Vrij Nederland en Kennisland, denktank voor sociale vernieuwing, een zoektocht naar radicale vernieuwers. Na een oproep kwamen er bijna vierhonderd inzendingen binnen, waaruit een jury een selectie maakte van de opmerkelijkste initiatieven: 23 individuen en collectieven die op “eigen kracht iets ondernemen voor een betere wereld”.

De selectie is op 6 maart 2013 bekend gemaakt in het Compagnietheater in Amsterdam. In nummer 10 van Vrij Nederland van deze week staan de namen van de radicale vernieuwers vermeld. Een van hen is Jelmer Evers: “een innoverende docent” aan het UniC, school voor havo/vwo in Utrecht die in het artikel “Alle macht aan de leraar” vertelt dat als leerlingen geïnspireerd en gemotiveerd zijn, ze verantwoordelijkheid kunnen nemen voor hun leerproces: “Als kinderen het niet relevant vinden wat ze leren, dan haken ze af en vallen ze uit”.
Het onderwijssysteem zit muurvast volgens Evers, de oplossing moet worden gezocht in een grotere rol voor de docenten.

Evers is voortrekker van Beroepseer en met René Kneyber momenteel bezig aan het samenstellen en redigeren van een nieuwe bundel, Het alternatief, waarin internationale onderwijsexperts hun visie op beter onderwijs uiteenzetten.

Meer over de radicale vernieuwers in Vrij Nederland no 10 van 9 maart 2013: 23 ideeën voor een betere wereld: www.vn.nl

Jelmer Evers, voortrekker van Beroepseer: https://beroepseer.nl

Lancering plan voor gids naar goed werk in het onderwijs, Blogs Beroepseer, 16 februari 2013: https://beroepseer.nl

jelmer evers certificaat

Voormalig Vlaams minister Vervotte overpeinst de politiek

Inge Vervotte, voormalig Vlaams en federaal minister (CD&V), heeft een blog geschreven met haar overpeinzingen over de politiek op de site van de Vlaamse omroep VRT dat begint met een citaat van Marcus Aurelius: “Elke mens is blij met iets anders. Ik ben gelukkig als mijn innerlijke kompas goed functioneert en zich niet afwendt van de mensen en hun lotgenoten, maar alles welwillend bekijkt en elk ding aanvaardt en gebruikt in overeenstemming met zijn waarde”.
Vervotte is momenteel voorzitter dagelijks bestuur van VZW Emmaüs, een overkoepelende organisatie van zorginstellingen.

Inge Vervotte:

Integriteit en beroepseer
Je hoeft maar een blik te werpen op de werken van Marcus Aurelius om te weten wat verantwoordelijkheden opnemen en dragen betekent voor een mens. Hij worstelde er heel zijn leven mee en schonk ons zo door zijn “schriftelijke overpeinzingen”, schitterende levenslessen die tot op de dag van vandaag inspirerend werken.

Wat doet het met een mens, wanneer je constant dingen over jezelf leest en hoort, waarin je jezelf helemaal niet herkent. Wat doet het met een mens, wanneer je alleen nog maar uitleg mag komen geven over wie je nu juist niét bent? Dat doodt een mens, en zeker diegenen die integriteit en beroepseer niet diep onder de grond hebben begraven.

Incasseringsvermogen
“Hou je vrienden dicht bij je, maar je vijanden nog dichterbij“ is een gekend citaat. Ik heb zo een stiekem vermoeden dat Steven*) op een dag als vandaag liever met zijn vrienden dan met zijn vijanden aan dezelfde tafel zit. En dat begrijp ik. Zelf zegt hij het als volgt: “Ik heb me totaal ingezet om mijn mandaat zorgvuldig en plichtsgetrouw te vervullen, met respect voor de regels die eigen zijn aan dit hoge ambt.”

“Er is geen kunst aan om iemand ongeloofwaardig te maken” en “ik wil ook erkennen dat dit mijn persoonlijke incasseringsvermogen te boven gaat”. Met respect voor de regels die eigen zijn aan dit hoge ambt.

Andere spelregels
Maar wat als niet iedereen diezelfde spelregels hanteert, laat staan ze belangrijk vindt? En wat als je steeds maar vaker hoort: “Als je daar niet tegen kunt, moet je niet aan politiek doen.” Ik ontmoet dagelijks vele mensen en ze vertellen mij dat ze met afschuw kijken naar de politieke spelletjes en dat ze er zich ver vandaan willen houden.

We werden recentelijk verwend met de serie Borgen, die ons een blik gunt achter de schermen en ons de subtiele dynamiek macht-politiek-media laat zien. Ook het hoofdpersonage zet een stap opzij wanneer bij haar de grens van wie ze wil zijn (een moeder die er is voor haar kind in nood), brutaal overschreden wordt. Zelf had ze al zoveel gedragen en zelf kan ze o zo veel aan, maar dit wil ze haar dochter en haar gezin niet aandoen. Deze last wil ze niet door hen laten dragen.

Algemeen belang en eigenbelang
Politici die bezig zijn met het welzijn van anderen en een eigen bijdrage leveren aan het algemeen belang, zijn veel meer kwetsbaar en vatbaar voor zulke redeneringen dan politici die er van overtuigd zijn dat partijbelang, algemeen belang en eigenbelang hetzelfde is. Zij worstelen meer met hun rol en hun verantwoordelijkheid in functie van wat dienend is en zijn dan ook gemakkelijker een politiek slachtoffer.

Hulde aan de naïviteit
Gelukkig zijn er mensen die voor zichzelf de juiste evenwichten willen blijven zoeken over wat draag ik nog bij, hoe kan ik een positieve rol spelen ten dienste van anderen. Ik geef het toe, dit klinkt vrij naïef. Maar als dit de definitie van naïviteit is, dan breng ik daar graag vandaag hulde aan!
——————————————–

*) Bedoeld wordt Steven Vanackere. Deze minister van Financiën en vice-pemier (van dezelfde politieke partij CD&V als Vervotte) kondigde op 5 maart 2013 zijn ontslag aan als gevolg van de ACW-affaire. ACW is de Koepel van christelijke werknemersorganisaties in Vlaanderen. Enkele maanden geleden werd Vanackere geroemd door de Financial Times als de meest betrouwbare minister van Financiën van de Eurozone.

Zie blog: Een mens in de politiek – Inge Vervotte, De Redactie van Vlaamse omroep VRT, 5 maart 2013: www.deredactie.be (Website opgeheven). Zie Een mens in de politiek -Inge Vervotte – Integriteit en beroepseer: www.vrt.be

Zie over de ACW-affaire het artikel Steven Vanackere stapt op na ACW-affaire, Het Laatste Nieuws: www.hln.be