Skip to main content

Redactie Beroepseer

Manifest De Jeugdsprong feestelijk gepresenteerd

Maandagmiddag 17 mei 2021 is Manifest De Jeugdsprong online gepresenteerd. Aan het slot van de presentatie vertrok vicevoorzitter Kitty Jong van vakbond FNV met het manifest naar informateur Mariëtte Hamer om het persoonlijk aan haar te overhandigen. De rit naar de informateur gebeurde achterop de motorfiets, in gezelschap van een grote groep ‘Bikers against child abuse the Netherlands’.
Het manifest is voorts gestuurd naar gemeenten, werkgevers, professionals, cliënten en ervaringsdeskundigen van de jeugdzorg. De presentatie was onderdeel van een feestelijk online interactief programma met ruimte voor vragen en discussie met publiek. De samenstellers van het manifest, Maaike van der Aar  van vakbond FNV Zorg & Welzijn, Thijs Jansen, directeur van Stichting Beroepseer vertelden met Steven de Waal van Denktank Public Space kort en bondig over de realisatie van het advies.

Manifest De Jeugdsprong is een uitgebreide versie van de petitie voor een betere jeugdzorg die in een periode van maanden tot stand kwam door interviews, enquêtes, bijeenkomsten met landelijke en lokale politiek, werkgevers, adviseurs, hoogleraren, jeugdwerkers, cliënten en ervaringsdeskundigen. De petitie heeft 7092  handtekeningen opgeleverd (stand op 17 mei 2021).

Onder jeugdzorg wordt in het manifest verstaan de jeugd -en opvoedhulp in enge zin, de jeugd-ggz en jeugdgehandicaptenzorg, Veilig Thuis, de Raad Voor de Kinderbescherming en de jeugdreclassering. Ook gaat het over jeugdzorgaanbieders (zowel organisaties als zzp’ers en vrijgevestigden) en gecertificeerde instellingen.

Het manifest biedt tien aanbevelingen voor een her-organisatie.

De tien aanbevelingen

  1. Flip the system: Zet professionals en cliënten zoveel mogelijk zelf aan het roer in de jeugdhulp en -zorg, zodat een zo effectief en liefdevol mogelijke jeugdhulp ontstaat
  2. Verminder de druk op jeugdzorg door preventieve voorzieningen buiten de jeugdzorg
  3. Organiseer in elke gemeente een privaat georganiseerde, stevige gezaghebbende en deskundige eerstelijnsvoorziening voor jeugdzorg
  4. Sluit de (hoog)specialistische zorg zoveel mogelijk aan op de vraag van de eerstelijns jeugdzorg-professionals en hun cliënten. (Hoog)specialistische zorg wordt betaald door het Rijk
  5. Voeg Veilig Thuis, de Raad voor de Kinderbescherming en de Gecertificeerde Instellingen samen tot één veiligheids- en beschermingsorganisatie
  6. Pas het klacht- en tuchtrecht aan, zodat de positie van cliënten verbetert
  7. Maak verlengde jeugdzorg mogelijk, tot 27 jaar
  8. Stel landelijk eisen vooraf aan de jeugdzorg en verzorg toezicht achteraf
  9. Stel een ministerie voor Jeugd en Gezin in
  10. Houd rekening met de digitalisering en verbeter daarmee de jeugdzorg

Lees hier het gehele Manifest De Jeugdsprong, mei 2021: https://beroepseer.nl


Wat vooraf ging

Voorafgaand aan manifest en petitie heeft de Denktank Jeugdzorg zich gebogen over het vraagstuk hoe de jeugdzorg beter georganiseerd zou moeten worden. De denktank bestaat uit vijftien kernleden. Zij hebben verschillende rollen en taken in de jeugdzorg en zijn in staat gebleken buiten de kaders te denken en te handelen.
Het kernteam wordt geleid door Steven de Waal, oprichter en voorzitter van Denktank Public Space, dat als missie het bevorderen van maatschappelijk ondernemerschap en actief burgerschap heeft.
Denktank en manifest De Jeugdsprong is een initiatief van vakbond FNV Zorg & Welzijn en Stichting Beroepseer.

Naam en logo van De Jeugdsprong zijn bedacht door jongeren van WALHALLAb.NL

Over het ontstaan van de Jeugdsprong, leden van de denktank en het kernteam, lees: FNV Zorg en Welzijn en Stichting Beroepseer slaan de handen ineen voor de uitwerking van een ander jeugdzorgstelsel: https://beroepseer.nl

Petitie denktank De Jeugdsprong: www.fnv.nl (Petitie is gesloten. Meer info bij Jeugdzorg@fnv.nl)

In de media

Denktank Jeugdsprong presenteert kabinet nieuw advies over jeugdzorg, door Anton Maes, Zorgstelsel .nl, 21 mei 2021: https://zorgenstelsel.nl

SER-advies jeugdzorg onderschrijft manifest Jeugdsprong, door Danielle van Essen, FNV, 21 mei 2021: www.fnv.nl

Advies voor betere jeugdzorg: niet het prijskaartje, maar de hulpvraag moet leidend zijn, door Ellen van Gaalen, Algemeen Dagblad, 17 mei 2021: https://www.ad.nl

Tienpuntenplan voor betere jeugdzorg, door Jolanda de Koster, Binnenlands Bestuur, 17 mei 2021: www.binnenlandsbestuur.nl

Jeugdzorg moet op de schop: ‘Het systeem is finaal vastgelopen’, door Bart van der Helm, Omroep West, 17 mei 2021: https://www.omroepwest.nl

U P D A T E

Nieuwsbrief en video over presentatie van Manifest De Jeugdsprong, 20 mei 2021: beroepseer.nl/blogs/nieuwsbrief-en-video-over-de-presentatie-van-manifest-de-jeugdsprong/

De betekenis van kunst in het onderwijs. Gert Biesta opent Musework Live 2021-festival dat gaat over ‘kritische kwaliteit’

Gert Biesta verdiepte zich in het cultuuronderwijsbeleid en schrok van wat hij las. Cultuureducatie lijkt zich alleen te richten op problemen oplossen en antwoorden vinden. Terwijl de kunsten juist bijdragen door problemen te máken, vragen te stellen en te blijven zoeken.
Op 17 mei 2021 opent hij het online onderzoeksfestival Musework-Live-2021 dat ’s middags van start gaat met een lezing over de betekenis van kunst in het onderwijs. Het festival duurt tot en met 21 mei en heeft tot thema: Kritische kwaliteit – hoe zit dat in jouw werk?
Biesta is onderwijspedagoog en was vanaf april 2016 vijf jaar lang bijzonder hoogleraar ‘Pedagogische dimensies van onderwijs, opleiding en vorming’ aan de Universiteit voor Humanistiek. De leerstoel is ingesteld door het Nederlands Instituut voor Onderwijs en Opvoedingszaken NIVOZ. Biesta is internationaal erkend specialist op het gebied van pedagogiek en was tussen 2015 en 2019 geassocieerd lid van de Onderwijsraad.
Musework Live 2021 is een initiatief van het Lectoraat Muzische professionalisering van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) in samenwerking met interne HKU partners en externe partners. Het festival wordt samen met docenten, makers, studenten en onderzoekers vormgegeven.

Nieuwe benadering van kunsteducatie

In 2017 verscheen Biesta’s boek Door kunst onderwezen willen worden waarin hij een nieuwe benadering van hedendaagse kunsteducatie presenteert door de unieke mogelijkheden te laten zien die de kunsten bieden om een dialoog aan te gaan met de wereld om ons heen. Deze benadering van kunsteducatie is gebaseerd op onderwijzen als een proces van tonen, waarbij de docent de leerling laat zien wat goed, belangrijk of betekenisvol zou kunnen zijn om aandacht aan te besteden.
Aan de hand van de performance Hoe men afbeeldingen uitlegt aan een dode haas van de Duitse kunstschilder Joseph Beuys in 1965, waarvan afbeeldingen in het boek zijn opgenomen, maakt Biesta duidelijk hoe dit proces werkt.

Biesta gaf eerder lezingen over kunst en onderwijs. In 2017 in Rotterdam tijdens een door de Rotterdamse Kunstorganisatie KCR georganiseerde conferentie Afkijken mag! over Kunst in de context van het onderwijs | Onderwijs in de context van de kunst. Hij begon zijn betoog met het schetsen van twee hedendaagse problematische ontwikkelingen:
1. Kunst verdwijnt uit kunsteducatie
2. Educatie verdwijnt uit kunsteducatie
Biesta stelde dat vooral bij kijken of luisteren naar kunst het ontmoeten van weerstand tegelijkertijd het ontmoeten van je eigen verlangens is. Als voorbeeld gaf hij dat muziek luisteren het oefenen van geduld is. Je moet erbij blijven. Op de vraag hoe je kinderen kunt helpen erbij te blijven, zei hij “door het openhouden van deurtjes naar de ziel. Vijftien minuten theater kan misschien een slot openen dat al jaren is vastgeroest”. Verder benadrukte Biesta dat het belangrijk is om jong te beginnen om dat slot te openen en om in de wereld te komen, omdat dit een kwestie is van lange termijn.

Volgens Biesta biedt kunst een unieke mogelijkheid voor onderwijs dat niet smal wil scholen, maar breed wil vormen.
Onderwijs heeft een taak om bij de ander het verlangen te wekken om op een volwassen manier in de wereld te willen zijn. Kunst kan daaraan bijdragen, onder andere vanwege de ervaring die het biedt om met weerstand om te gaan, grenzen te ontmoeten en verlangens uit te stellen.

Verbeeldingskracht

In de rubriek Buitenblik van Kunstzone, tijdschrift voor professionals in kunst- en cultuureducatie, gaat Biesta in op verbeeldingskracht die volgens hem realiteitszin behoeft.

In het huidige Nederlandse discours over kunst- en cultuureducatie wordt verbeelding vaak opgevoerd als culturele basisvaardigheid, een belangrijk begrip, maar het vormt niet het hart van kunst en kunstonderwijs. De essentie van onderwijs is dat je je leert verhouden tot de wereld zoals die is. Het gaat om de rommelige ontmoeting met de werkelijkheid. Kunst maakt een heel eigen, specifieke ontmoeting mogelijk die in eerste instantie zintuiglijk van aard is: kijken, luisteren, ervaren. Kunst stelt ons de vraag hoe de wereld is en drukt ons met onze neus op de realiteit ervan, omdat kunst zelf óok materieel is.

Verbeeldingskracht wordt vaak op voorhand positief geduid, iets dat zonder meer gestimuleerd moet worden. Maar, waarschuwt Biesta:

Het is geen waarde op zich. Om de gaskamers te kunnen ontwerpen was ook verbeeldingskracht nodig. De echte vraag is dus niet of verbeeldingskracht in het kunstonderwijs thuis hoort, maar wélke. Van wezenlijk belang is hoe je je verhoudt tot datgene wat je kunt verbeelden.
Geëngageerde kunst kan daarbij helpen: kunst rammelt soms aan sociale en politieke structuren. Ze kan maatschappelijke discussies aanzwengelen en problemen blootleggen – maar wél vanuit haar eigen rol, met haar specifieke artistieke taal en materiële middelen. Niet als politiek programma. Geëngageerde kunst is waardevol voor kunstonderwijs, niet als middel om van leerlingen ‘agents of change’ te maken, maar omdat ze het ongemak van de wereld thematiseert – en zo de leerling in alle openheid uitnodigt zijn positie in de realiteit te bepalen.

Nieuw boek

Biesta heeft verschillende boeken geschreven. Een van zijn bekendste is Het prachtige risico van onderwijs (2014). Zijn nieuwste boek is het resultaat van een initiatief van het NIVOZ, een aantal bijeenkomsten van lectoren en leraren onder leiding van Biesta in de periode 2016 – 2020. Hun bijdragen zijn gebundeld in Pedagogiek als betrokken handelingswetenschap. Over de relatie tussen onderzoeken en handelen in het onderwijs. De auteurs zijn: Jacquelien Bulterman-Bos, Ton Bruining, Monique Leijgraaf, Frederike de Jong, Jos Castelijns, Geert Bors, Hans Bakker, Hester IJsseling Pieter Boshuizen, Bas van den Berg en Gert Biesta. Biesta voerde de redactie samen met Maartje Janssens, wetenschappelijk medewerker bij NIVOZ.
Op de site van NIVOZ bespreekt Wouter Pols het boek uitgebreid in zijn artikel: Onderwijs is kinderen op zo’n manier in de wereld inleiden zodat ze zelfstandig en volwassen op kunnen treden (7 mei 2021).

Kern van het boek is een verwijzing naar Aristoteles. Wat leraren nodig hebben is geen verklarende kennis van het niet-veranderlijke, maar praktische kennis van het veranderlijke. Of anders gezegd: wat ze nodig hebben is niet zozeer wetenschap, maar vakmanschap. En precies daar is pedagogiek als betrokken handelingswetenschap op gericht.
Lees het hele artikel van Wouter Pols op NIVOZ: https://nivoz.nl

Musework Live 2021 – van 17 tot en met 21 mei 2021. Met overzichtsprogramma. Deelnemen is gratis: www.musework.nl/nl/page/11509/musework-live-2021—donderdag-20-mei
Musework: www.musework.nl/

Kunstzone: https://kunstzone.nl/buitenblik-siem-nozza-creativiteit-is-de-belangrijkste-waarde-in-de-mens-2/

Door kunst onderwezen willen worden- Kunsteducatie ‘na’ Joseph Beuys, door Gert Biesta, Artez Press, 2017: https://artezpress.artez.nl/nl/boeken/door-kunst-onderwezen-willen-worden/
Video met samenvatting van de presentatie Door kunst onderwezen willen worden, 7 februari 2018: https://vimeo.com/268734590

Pedagogiek als betrokken handelingswetenschap, Gert Biesta en Maartje Janssens (red.), uitgeverij Phronese, 2021 https://www.uitgeverijphronese.nl/?page_id=833

Rijksorganisaties zijn erg met zichzelf en elkaar bezig. Andere rol voor Rijk is noodzakelijk

Een nieuw kabinet moet prioriteit geven aan een betere relatie met decentrale overheden, onder meer door snel goede afspraken te maken met gemeenten, provincies en waterschappen over hun bijdrage om belangrijke politieke doelen te realiseren. Dat schrijft de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) in het advies Rol nemen, ruimte geven. De rol van het Rijk bij interbestuurlijke samenwerking.
Steeds meer grote opgaven pakt het Rijk samen op met gemeenten, provincies en waterschappen. Hoewel het Rijk zich daarbij voorneemt om zich als gelijkwaardige partner op te stellen, loopt dat in de praktijk vaak mis. Tot frustratie van met name gemeenten, die inmiddels ruzie hebben met het kabinet over geld en de taken die ze van het Rijk toebedeeld krijgen.

Weinig inhoudelijke kennis bij het Rijk over situatie in regio’s

ROB onderzocht drie vormen van interbestuurlijke samenwerking en ging in drie regio’s kijken hoe het er daar aan toeging. Daaruit is het de Raad gebleken dat bij het Rijk weinig inhoudelijke kennis aanwezig is over wat er speelt in de regio’s. Bestuurders en ambtenaren hebben soms zelfs het gevoel dat hun gesprekspartners van het Rijk een intrinsieke belangstelling voor de zorgen en noden van de regio’s missen. Daarnaast komt uit de gesprekken in de regio naar voren dat de departementen gescheiden optrekken, zodat het de Rijksoverheid niet lukt om naar decentrale overheden met één stem te spreken.

Vernauwd denkkader

“De decentrale overheden zijn overtuigd van de goede wil van hun collega’s van de Rijksoverheid. Ze roemen ook de inhoudelijke deskundigheid van Rijksambtenaren”, vertelt ROB-lid prof. Caspar van den Berg. “Daar staat tegenover dat de kennis over wat er speelt in de regio te wensen over laat. Rode draad in de gesprekken die we met decentrale bestuurders voerden, was vaak dat zij ervaren dat veel mensen binnen het rijk ervan uitgaan dat het type en de ernst van de uitdagingen die zij in hun eígen omgeving zien, hetzelfde is voor alle gebieden in het land. Dat leidt tot een vernauwd denkkader waardoor Haagse ideeën met regelmaat helemaal niet passen op de praktische werkelijkheid in gebieden waar Den Haag verder vandaan van ligt”.

Verdiepen in de regio

Een andere observatie van de Raad voor het Openbaar Bestuur is dat rijksorganisaties op de Haagse vierkante kilometer erg met zichzelf en elkaar bezig zijn. Van den Berg: “Een groot deel van de aandacht gaat uit naar het bedienen van de bewindspersoon die onder een enorm vergrootglas een moeilijke politieke agenda probeert te realiseren. De bewindslieden zijn op hun beurt weer sterk bezig om punten uit het regeerakkoord af te vinken, en met hun relatie met de Kamer, en hun beeldvorming in de media. In die dynamiek komt de aandacht voor de regio’s, waar inmiddels een aanzienlijk deel van de grote opgaven aangepakt worden, én waar een groot deel van de uitvoering van rijksbeleid belegd is, er in veel gevallen bekaaid van af. En dat ervaart men in de regio’s ook zo. De opdracht voor het nieuwe kabinet is dus tweeledig: Minder focus op Haagse zaken, en je meer verdiepen in wat er speelt in de verschillende regio’s. Als de rijksoverheid meer als een effectieve partner gezien wil worden, ligt dáárin een sleutel”.

Model voor gelijkwaardig partnerschap

De Raad voor het Openbaar Bestuur heeft een model voor gelijkwaardig partnerschap ontwikkeld dat kan helpen om overheden bij het opstarten van een samenwerking goede afspraken te maken. Belangrijke vragen daarbij zijn onder meer: in hoeverre is de samenwerking verplicht? Wie betaalt? Stelt het Rijk eisen aan de uitvoering? Van den Berg: “Gelijkwaardigheid in een samenwerking hoeft niet altijd de norm te zijn. Wij hebben uit de gesprekken ook geleerd dat decentrale overheden niet per se willen dat het Rijk zich altijd nevengeschikt opstelt. Als van tevoren maar duidelijk is wat decentrale overheden van het Rijk mogen verwachten”.

Downloaden op: www.raadopenbaarbestuur.nl
– Rol nemen, ruimte geven. Advies over de rol van het Rijk bij interbestuurlijke samenwerking, Raad voor het Openbaar Bestuur, 11 mei 2021
Model voor gelijkwaardig partnerschap – Bijlage bij advies Rol nemen, ruimte geven
– Samenvatting Advies Rol nemen, ruimte geven

Webinar over advies ‘Rol nemen, ruimte geven’

Luister en discussieer mee over het adviesrapport Rol nemen, ruimte geven op donderdag 3 juni 2021,  van 13.00 tot 14.00 uur.

Sprekers:

Casper van den Berg, hoogleraar Bestuurskunde en ROB-raadslid
Johannes Kramer, burgemeester van de gemeente Noardeast-Fryslân
Marieke Wallenburg, directeur-generaal Overheidsorganisatie bij Ministerie van Binnenlandse Zaken

U P D A T E  webinar: Tijdens het webinar op 3 juni over de conclusies en aanbevelingen van het advies was het geluid helaas niet goed, waardoor de uitzending eerder is beëindigd. Het interview met Johannes Kramer, burgemeester Noardeast-Fryslân, is te beluisteren op:  https://www.youtube.com/watch?v=8EpdQ-_H0Ms

Conferentie over de toekomst van Europa van start gegaan: EU-burgers krijgen het woord

Nederlanders en andere EU-burgers mogen meepraten over hoe de Europese Unie eruit moet gaan zien. Dat is besloten op de eerste dag van de Conferentie over de toekomst van Europa op 9 mei 2021 in het Europees Parlement in Straatsburg. Het anderhalf durende openingsprogramma bevatte een welkomstwoord van de Franse president Emmanuel Macron en toespraken van de voorzitters David Sassoli, Ursula von der Leyen en premier Antonio Costa van Portugal als vertegenwoordigers van de EU-instellingen. Portugal is momenteel voorzitter van de Europese Unie. Jongeren uit alle zevenentwintig lidstaten waren aanwezig, en er namen vijfhonderd burgers deel aan de startconferentie via een videoverbinding.

Het is de bedoeling dat de Conferentie over de toekomst van Europa “de stille meerderheid van de Europeanen aan het woord laat”, aldus voorzitter Ursula von der Leyen van de Europese Commissie.
Het aan het woord laten gebeurt via een digitaal platform. Daarop vindt het Europabrede maatschappelijke debat plaats. Het is een idee van president Macron. Door Covid-19 liep lancering twee jaar vertraging op.
Het platform van de Conferentie is al op 19 april 2021 in werking gesteld; op 10 mei zijn er al meer meer dan tienduizend deelnemers die van de mogelijkheid gebruik hebben gemaakt hun visie en ideeën met anderen uit te wisselen.

Het platform

Het gaat er dus om dat zoveel mogelijk mensen uit alle lagen van de bevolking via het platform hun toekomst helpen vormgeven. Het platform is volledig transparant. Alle evenementen van de Conferentie die op het platform worden geregistreerd, zijn te zien op een interactieve kaart. Alle bijdragen en resultaten worden verzameld, geanalyseerd, gemonitord en gepubliceerd. De belangrijkste ideeën en aanbevelingen van het platform worden gebruikt als input voor de Europese burgerpanels en de plenaire vergaderingen, waar erover wordt gedebatteerd om de conclusies van de Conferentie te formuleren.

Burgers kunnen de kaart raadplegen en zich online voor een evenement opgeven. Organisatoren kunnen gebruik maken van een toolkit op het platform om hun initiatieven te helpen organiseren en promoten.

Het platform is georganiseerd rond een aantal kernthema’s:

Het platform biedt ook informatie over de structuur en de werkzaamheden van de Conferentie. Het staat open voor alle EU-burgers en EU-instellingen en -organen, nationale parlementen, nationale en lokale overheden en het maatschappelijk middenveld. Het platform eerbiedigt de privacy van de gebruikers en leeft de EU-regels voor gegevensbescherming na.

Tegen het eind van 2021 worden de voorstellen besproken door vier burgerpanels, van elk tweehonderd burgers. De conclusies van die panels worden dan besproken in een ‘plenaire’ vergadering met vierhonderd deelnemers, met name leden van het Europees Parlement en de nationale parlementen, alsook een delegatie van de burgerpanels.

Het is de bedoeling dat over ongeveer een jaar er aanbevelingen op tafel liggen voor concrete hervormingen. Ze gaan niet belanden in de prullenbak, aldus Europarlementariër Guy Verhofstadt en co-voorzitter van de raad van bestuur van de Conferentie. “Dit is een conferentie waarbij burgers de opdracht geven aan politici om met hervormingsplannen naar voor te komen”. Hij wijst erop dat nooit eerder zo’n democratisch experiment is gelanceerd op Europese schaal. “We zullen garanderen dat op de geuite zorgen en gedane voorstellen een politiek antwoord volgt.”

Platform Conferentie over de toekomst van Europa: https://futureu.europa.eu/

Conferentie over de toekomst van Europa van start: gaat Europa echt naar de burger luisteren? Ja, zegt Guy Verhofstadt, VRT, 9 mei 2021: www.vrt.be

Conferentie over de toekomst van Europa afgetrapt: EU-burgers krijgen het woord, Europa nu, 9 mei 2021: www.europa-nu.nl

Conferentie over de toekomst van Europa: lancering van het meertalige digitale platform, met uitgebreide info over o.m. verloop van de Conferentie, Europese Commissie, 19 april 2021: https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/IP_21_1764

Conferentie over de toekomst van Europa: laat van je horen, Europees parlement, 9 mei 2021: www.europarl.europa.eu

Brief van BON met vijf vragen aan Raad van Toezicht ROC Nijmegen i.v.m. de Zaak-Paula van Manen

Beter Onderwijs Nederland heeft een brief gestuurd aan de Raad van toezicht van ROC Nijmegen in verband met de Zaak Paula van Manen.
Van Manen moest op 2 december 2019, niet lang na het verschijnen van haar boek Wanneer krijgen we weer les? haar werkzaamheden als docent tijdelijk neerleggen. Ze werd voor maanden geschorst. Een gang naar de kantonrechter volgde, alsmede een hoger beroep. De zitting voor het Gerechtshof vond plaats op 3 maart 2021; de uitspraak volgde op 19 april.

Het boek gaat over Van Manens ervaringen met gepersonaliseerd onderwijs waar leerlingen zelf kunnen kiezen op welke manier en in welk tempo ze werken aan hun leerdoelen. Op elke school krijgt dit soort onderwijs een andere vorm. Van Manens openhartige schets van de hedendaagse onderwijspraktijk roept vele vragen op over onderwijs en onderwijsvernieuwing. Ze laat zien hoe complex een vernieuwing is en met welke dilemma’s docenten te maken hebben.
Ton Bastings bestuurslid van Beter Onderwijs Nederland merkte na publicatie van het boek op op dat men dit “‘leerzame’ boek kan lezen als een brandbrief die verplichte kost zou moeten zijn voor de onderwijsfracties van alle politieke partijen”.
Vereniging BON is in 2006 opgericht en heeft als doel “het zo goed mogelijk tot bloei laten komen van de potenties van leerlingen en studenten door gedegen vakinhoudelijke en algemene vorming”.

Het Hof concludeerde op 19 april:

Een docent van het ROC Nijmegen heeft een kritisch boek geschreven over de nieuwe onderwijsmethode die het ROC hanteert. Het boek heeft veel onrust teweeggebracht bij haar collega’s. Hoewel de namen in het boek zijn gefingeerd zijn de personen gemakkelijk herleidbaar. Naar aanleiding van de ontstane onrust heeft het ROC de docent geschorst. Nadat een mediation-traject mislukte heeft ROC om ontbinding van de arbeidsovereenkomst gevraagd. De kantonrechter ontbond de arbeidsovereenkomst en wees een transitievergoeding toe.

Anders dan de kantonrechter vindt het Hof dat de docent ook recht heeft op een billijke vergoeding omdat ROC ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Het ROC heeft na de beroering die na het verschijnen van het boek ontstond, te prematuur naar de forse maatregel van schorsing van de docent gegrepen. Deze schorsing is beschadigend voor de docent en stond in feite elke andere oplossing dan beëindiging van de arbeidsovereenkomst in de weg. Omdat ook de docent verwijten kunnen worden gemaakt, en het te verwachten was dat de arbeidsovereenkomst hoe dan ook zou zijn geëindigd (maar pas op een later moment) is het hof uitgekomen op een billijke vergoeding van € 40.000,- .

De brief

BON verzoekt in de brief aan voorzitter Jan Ramaekers van de Raad van Toezicht vijf indringende vragen te beantwoorden:

1. Zal de raad van toezicht de heer Van Mulkom, voorzitter van het Bestuur, ter verantwoording roepen vanwege het te prematuur [namelijk vlak na verschijning van haar boek] naar de forse maatregel van schorsing’ van Van Manen te grijpen?

2. De tweede vraag gaat over het belang van goed onderwijs en het opstellen van richtlijnen die het docenten mogelijk maken deel te nemen aan het publieke debat, als middel tot onderwijsverbetering , zonder hierdoor te moeten vrezen voor hun baan. Heeft ROC Nijmegen dit publieke belang meegewogen”
Veel docenten zullen zich door het ontslag van Van Manen mogelijk ‘onveilig’ ofwel onvrij voelen om – ook in het openbaar – kritiek te leveren op onderwijsbeleid.

3. Een belangrijke vraag is of de raad van toezicht de mogelijke precedentwerking van deze kwestie in overweging heeft genomen? Besturen in het hele land zullen zich nu vrij voelen kritische docenten te ontslaan zonder noemenswaardige consequenties.

4. Heeft ROC Nijmegen meegewogen in de beslissing dat Van Manen haar werk als docent niet meer zou kunnen uitvoeren omdat zij een boek heeft geschreven?

5. Is het niet zo dat het huidige bestuursmodel in het onderwijs zou moeten veranderen, als het bestuur van een publiek gefinancierde instelling kennelijk zo gemakkelijk een docent kan ontslaan voor het schrijven van een boek?

Lees de hele brief: Zaak-Paula van Manen: Onze brief aan de raad van toezicht van ROC Nijmegen, Beter Onderwijs Nederland, 9 mei 2021: www.beteronderwijsnederland.nl/nieuws/2021/05/zaak-paula-van-manen-onze-brief-aan-de-raad-van-toezicht-van-roc-nijmegen/

Hof handhaaft ontbinding en transitievergoeding docent ROC Nijmegen en vindt billijke vergoeding terecht, De Rechtspraak, 19 april 2021: www.rechtspraak.nl

 

Afbeelding bovenaan: Omslag van ‘Wanneer krijgen we weer les’? www.scriptum.nl/boeken/wanneer-krijgen-we-weer-les/

Arjan van der Meij is ‘Natuurkundeleraar van het jaar 2021’

Arjan van der Mei is uitgeroepen tot Natuurkundedocent van het jaar 2021 door de Nederlandse Natuurkundige Vereniging (NNV). Tijdens het congres FYSICA in april 2021 kreeg Van der Meij de prijs uitgereikt uit handen van de voorzitter.  Naast eeuwige roem bestaat de prijs uit € 1000 voor privé-gebruik en € 1500 voor de school waar Van der Meij al zesentwintig jaar les geeft, christelijk college De Populier in Den Haag.

De NNV meldt dat er dit jaar weer geweldige kandidaten waren. Naast Arjan van der Meij waren er de finalisten Cathy Baars van het Martinuscollege in Grootebroek en Onne van Slooten van het Mendelcollege in Haarlem. Stuk voor stuk topdocenten die leerlingen inspireren voor het vak natuurkunde en daarnaast buiten het ‘gewone docentenwerk’ ook andere initiatieven ontplooien.

Oordeel van de jury:

“In Arjan van der Meij vond de jury uiteindelijk alles wat ze zoekt in een Natuurkundedocent van het Jaar: een gedreven persoon die excellent onderwijs geeft, geliefd bij leerlingen en gewaardeerd door collega’s en die tevens bijdragen levert aan de maatschappij.
Uit de nominatie die we ontvingen kwam de winnaar naar voren als een authentieke en hyperenergieke persoon. Hij is de drijvende kracht achter veel grootse initiatieven. Zo is er het Feynmanproject dat de leerlingen uit groep 8 van de basisschool inspireert en uitdaagt. Bij de Fabklas op vrijdagmiddagen en -avonden komen leerlingen uit de tweede tot en met het laatste jaar van de middelbare school op vrijwillige basis bijeen om te werken aan techniekprojecten.

Arjan is een groot voorstander en uitdrager van het zogenaamde ‘maakonderwijs’. Door wat hij ‘klooien’ noemt, ontstaan er creatieve ideeën. Door te proberen en te maken, leren leerlingen van allerlei wiskundige, natuurkundige, biologische en scheikunde principes. Dit ‘maakonderwijs’ draagt hij uit bij allerlei bijeenkomsten over onderwijs. Arjan is actief op sociale media en hij deelt zijn kennis en inzichten met de brede gemeenschap van natuurkundedocenten.
Bijzonder is dat hij bij de diploma-uitreiking voor iedere mentorleerling een persoonlijk ukelelelied ten gehore brengt. Al met al een geweldige docent die de titel Natuurkundedocent van het Jaar 2021 zeer verdient”.

De Nederlandse Natuurkundige Vereniging bestaat in 2021 honderd jaar en is al sinds 1921 dé belangenbehartiger van de natuurkunde in Nederland. De vereniging komt op voor de discipline natuurkunde in het voortgezet onderwijs, het hoger onderwijs en het natuurwetenschappelijk onderzoek in Nederland en wil zo bijdragen aan excellente wetenschapsbeoefening en een sterke kenniseconomie.

De NNV organiseert voor jubilemumjaar 2021 een essaywedstrijd waarin iedereen de kans krijgt om zijn of haar visie op de natuurkundige toekomst op schrift te stellen. Meer info op: www.nnv.nl/media/files/Essaywedstrijd_def.pdf.

Interview in weekblad Den Haag Centraal

In weekblad Den Haag Centraal van 6 mei 2021 staat een mooi interview met Van der Meij. Daarin zegt hij aan het slot dat hij het imago van de leraar achteruit heeft zien gaan: “We worden vaak vergeten als groep. Er worden allerlei veranderingen in het onderwijs doorgevoerd, maar er wordt nagelaten aan de leraren te vragen wat zij ervan vinden. Ik wil bijdragen aan de emancipatie van mijn vakgenoten. Daar hoort bij dat je je laat zien op andere plekken dan alleen op school. Mensen moeten zich realiseren dat een leraar belangrijk is. Niet omdat ik zelf belangrijk gevonden wil worden, maar omdat ik wil dat er meer mensen voor het leraarsvak kiezen”.

Natuurkundedocent van het Jaar, Nederlandse Natuurkundige Vereniging: https://www.nnv.nl/natuurkundedocent-van-het-jaar/

Afbeelding bovenaan: Weekblad Den Haag Centraal. Daarin staat een interview met Arjan van der Meij door Jesse Kuiper – met foto van Van der Meij gemaakt door Eveline van Egdom, getiteld ‘Natuurkunde is als olijven eten’, 6 mei 2021.
Zie tweet: https://twitter.com/arjanvandermeij/status/1390268196540846080/photo/1
en: https://twitter.com/arjanvandermeij/status/1390268196540846080/photo/2

Politiecoach Bennie Beuvink: ‘Ken de geschiedenis van de wijk’

“Elke wijk vraagt een anders soort aanpak van de wijkagent. In een juppenwijk volstaat een digitale wijkagent die vooral servicegericht te werk gaat. Maar in een achterstandswijk of wijk met een gesloten gemeenschap moet je echt in de haarvaten zitten. Je bent meer aan het opvoeden”.

Aan het woord is Bennie Beuvink, een van de duizenden politiemedewerkers die komende jaren met pensioen gaan. Met hen verlaat een schat aan kennis en ervaring de politie-organisatie. In vakblad voor de politie Blauw vertelt Beuvink over zijn ervaringen. Nog een jaar, tot april 2022, werkt hij in de gemeente Enschede als coach en operationeel wijk-expert. Zijn specialiteit is gesloten gemeenschappen.

Bennie Beuvink:

”Voordat ik in een Enschedese achterstandswijk kwam te werken, was ik twaalf jaar wijkagent op een woonwagenkamp. Daar leerde ik dat ik me in de wijk moest gedragen zoals je dat ook in een kippenhok doet. Je moet rustig lopen om de eieren te kunnen rapen. De kippen niet van streek maken. Niet constant in de vechthouding.
Ja, ze gaan je uittesten, op het kamp kreeg ik bewust een hond aan mijn broekspijp, maar blijf kalm. Wees een Calimero. Rustig.

Om in een gesloten gemeenschap goed te kunnen werken, moet je investeren in beheersers of spilfiguren. Op mijn woonwagenkamp was dat een man met een bijnaam. Als ik zaken wilde doen ging ik naar hem, hij wist iedereen te vinden. Ook beheerde hij spaarkastjes voor bewoners van het kamp. Als ik iemand een boete moest uitreiken ging ik nooit naar de persoon in kwestie, maar naar hem. Hij keek of er nog voldoende geld in iemands spaarkasje zat en betaalde de boete. Dat is een hele belangrijke les: begin met de beheerders en laat ze merken dat ze belangrijk zijn.

Aanwezig zijn zonder bedoeling is misschien wel het belangrijkste les die ik leerde. Dan krijg je vanzelf gesprekken. Toon oprechte interesse. Zo leerde ik dat ze op het kamp iedereen van buiten ‘boeren’ noemden. En op het kamp zelf had je zigeuners, kabelsnijders, van alles. Het bleek een hele diverse groep mensen terwijl de politie ze allemaal als kampers zag.

In dit soort wijken is er vaak sociale achterstand. Maak mensen trots. Kijk naar wat ze bijzonder maakt, elk gezin heeft een verhaal. Wijs ze daar op, niet op wat er niet is. Mensen in armoede hebben vaak een moestuintje. Zoiets is hartstikke leuk voor kinderen van de basisschool. Laat die eens een middagje langsgaan bij een opaatje met een moestuin. Hij leert de kinderen van alles over tuinieren en voelt zich trots. Zo stimuleer je mensen op een positieve manier.

Doe bewoners eens een plezier. Hebben ze gedoe met de gemeente of woningbouw, treed op als bemiddelaar en zorg dat het geschil recht gestreken wordt. Dat scheelt je later weer veel politiewerk. En op hun beurt zijn ze bereid jou ook eens een plezier te doen.

Als je op de voorgrond wilt treden moet je de achtergrond kennen, zeg ik altijd. Ken de geschiedenis van de wijk. Die zegt veel over een bepaalde volksaard.

De laatste jaren coach ik andere wijkagenten. Heb engelengeduld, is mijn advies aan hen. Wijkwerk is een kwestie van jaren, niet van weken of maanden. En tot slot: de organisatie denkt in processen. Dat moet je af en toe parkeren. Handel naar wat je ziet. Hoe meer je gaat zien, hoe minder je blijkt te weten”.

Het verhaal van Bennie Beuvink – ‘Gedraag je als in een kippenhok’ – is opgetekend door Maaike Boersma en verschenen in nummer 2 (mei 2021) van Blauw, vakblad voor de politie. Blauw verschijnt tweemaandelijks in een oplage van 65.000 exemplaren.

 

Foto bovenaan: Bennie Beuvink, voorjaar 2021

Beuvink is voortrekker van Stichting Beroepseer

Net als in toeslagenaffaire is in jeugdbescherming en familierecht brede reflectie en grondige herbezinning op systeem nodig

Op het online platform voor juristen Mr-online staat een interview met Nathalie van Waterschoot, senior rechter van de rechtbank Amsterdam. Ze vertelt aan Peter Louwerse dat ze zich zorgen maakt over de rechtsstaat. Dat deed ze al toen ze voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak was in 2018 en 2019.
De politie, het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak kampen met grote problemen, zoals te weinig ervaren mensen, hoge werkdruk, overbelasting en capaciteitsverlies. “Ik zie deze problemen ook terug bij andere overheidsinstanties. Ik hoor het op mijn zittingen van ambtenaren van de IND en de gemeente. Het lijkt alsof de publieke sector structureel te weinig middelen heeft om kwaliteit te blijven leveren”.  Van Waterschoot vraagt zich daarom af of de garanties van de rechtsstaat nog voldoende verankerd zijn in het recht en de instituties.

Parallellen met Kindertoeslagaffaire

Van Waterschoot schreef eerder samen met Corine de Ruiter, hoogleraar forensische psychologie aan de Universiteit Maastricht, op Mr-online een opiniestuk waarin parallellen worden getrokken met de Kindertoeslagaffaire. Net als bij “de toeslagenaffaire is ook in de jeugdbescherming en de familierechtspraak sprake van ongekend onrecht voor kinderen en ouders. Kinderen die op basis van verkeerde informatie of misleiding tot contact met een gewelddadige ouder worden gedwongen. Of ouders die ten onrechte worden beschuldigd van mishandeling van hun kinderen en daardoor het contact met hun kinderen kwijtraken. Kinderen en ouders raken de weg kwijt in klachtprocedures, vinden onvoldoende bescherming bij de rechter en raken getraumatiseerd”.

“Misschien moet het hele systeem wel op de schop”

Van Waterschoot vindt dat net als in de toeslagenaffaire ook in de jeugdbescherming en het familierecht een brede reflectie en een grondige herbezinning op het hele systeem nodig zijn: “Misschien moet het hele systeem wel op de schop”.

In 2019 kwam Van Waterschoot zelf met haar gezin in botsing met instituties. Door de gang van zaken was ze haar vertrouwen in de rechtspraak even kwijtgeraakt. Maar inmiddels heeft ze dat hervonden: “Ik heb mijn toga weer aangetrokken. Dat de kinderen en ik ons lange tijd niet beschermd hebben geweten, bracht mijn geloof in de rechtsstaat aan het wankelen. Tegelijkertijd geloof ik nog steeds dat burgers baat hebben bij een stevige rechtsstaat en in de bescherming van burgers tegen overheidshandelen door een onafhankelijke rechterlijke macht. Die gedachte van de rechtsstaat ligt in mij stevig verankerd”.

Lees het hele interview Rechter zelf klem tussen de raderen van de rechtspraak, door Peter Louwerse, Mr-online, 4 mei 2021: www.mr-online.nl/rechter-zelf-klem-tussen-de-raderen-van-de-rechtspraak/

 

Afbeelding bovenaan is van Peggy en Marco Lachmann-Anke

Professioneel statuut voor leraren niet afschaffen! Het biedt professionele ruimte en regelt zeggenschap van leraren

Het professioneel statuut, waarin de professionele ruimte van de leraar wordt vastgelegd, moet niet worden geschrapt. Dat schrijven zeven organisaties – waaronder de Algemene Onderwijsbond (AOb), vakbond CNV Onderwijs, het Lerarencollectief en Leraren in Actie – in een brief aan de Tweede Kamer.

De Kamer debatteert in de week van 10 mei 2021 over de afschaffing van het lerarenregister. In dit register zouden leraren hun diploma’s en bijscholing gaan bijhouden, om te laten zien dat ze voldoen aan de eisen voor het beroep van leraar. Het register oogstte veel kritiek, al vanaf de introductie door de – inmiddels opgeheven – Onderwijscoöperatie. Het register kwam nooit echt breed van de grond, en zal naar alle waarschijnlijkheid weer worden afgeschaft.

Met die afschaffing dreigen echter ook de bepalingen over het professioneel statuut te worden geschrapt. En daar zijn de zeven organisaties tegen. “De leraar heeft een centrale rol in het onderwijs”, zegt AOb-voorzitter Tamar van Gelder. “In de praktijk kan een leraar die rol alleen waarmaken als hij voldoende zeggenschap heeft over zijn of haar onderwijs.”

Lesstof

In het professioneel statuut worden daarom afspraken gemaakt over het respecteren van de professionele ruimte van de leraar. Het regelt de zeggenschap van leraren over de inhoud van de lesstof, over de middelen die daarbij worden gebruikt, over hoe de lesstof wordt aangeboden en over bijvoorbeeld de pedagogisch-didactische aanpak.

Afhankelijk

Om te zorgen dat een leraar ook daadwerkelijk voldoende professionele ruimte heeft, schrijft de wet voor dat elke school of instelling een professioneel statuut moet hebben. “Het afschaffen van deze bepaling maakt de leraar afhankelijk van andere partijen om zijn beroep op een goede manier te kunnen uitoefenen”, zegt Van Gelder. “We roepen de Tweede Kamer daarom op om de bepalingen die het professioneel statuut aangaan te handhaven.”

Zie site van AOb voor oproep aan Tweede Kamer: www.aob.nl/wp-content/uploads/2021/05/210503-brief-professioneel-statuut-opgemaakt.pdf

Behoud professioneel statuut voor leraren’, AOb, 4 mei 2021: www.aob.nl/nieuws/behoud-professioneel-statuut-voor-leraren/

Zie ook:

Ruimte in meesterschap: professionele ruimte voor de leraar doet ertoe! door Jeanette Wolleswinkel, Inspectie van het Onderwijs, 22 april 2021: www.onderwijsinspectie.nl/actueel/weblog/weblogberichten/2021/ruimte-in-meesterschap

 

Foto bovenaan is van LeeJeongSoo