Skip to main content

Redactie Beroepseer

Inzendtermijn voor Noorderpers-prijzen geopend

Op 14 februari 2022 reikt Noorderpers weer de prijzen uit voor de beste noordelijke journalistieke en communicatieve prestaties van 2021.
Noorderpers, platform van journalisten en communicatiedeskundigen in Drenthe, Friesland en Groningen, reikt maar liefst drie prijzen uit. Een voor de beste journalistieke prestatie of publicatie van 2021 en een voor de meest vernieuwende communicatieprestatie of -professional van het afgelopen jaar. Daarnaast keert de traditie van de Reuringprijs terug. Deze derde Noorderpers-prijs wordt uitgereikt aan iemand die met een vernieuwende bijdrage iets teweeg heeft gebracht in het Noorden en voor (positieve) ophef heeft gezorgd.

De inzendtermijn is geopend op 7 december 2021. Tot 15 januari 2022 kunnen tips worden ingestuurd.

De winnaars van de Noorderpers-prijzen ontvangen een oorkonde en een beloning ter waarde van 500 euro. Deze worden op maandagavond 14 februari 2022 uitgereikt tijdens een feestelijke en inhoudelijke Noorderpersbijeenkomst in Forum Groningen.

De jury’s

De Noorderpers-prijs voor journalistiek staat onder voorzitterschap van Bart Brouwers, hoogleraar journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. De andere juryleden zijn Ineke Noordhoff, Bert Haandrikman en Wytse Vellinga.

De jury van de Noorderpers-prijs voor communicatie heeft als voorzitter Dick Dam, partner bij netwerkorganisatie Hollandse Nieuwe, en de leden zijn Rogier Brink, Marieke Kanon, Perry ten Hoor, Lotte Stienstra en Marjolein Visser.

Inzendingen voor beide prijzen kunnen tot 15 januari 2022 worden verstuurd naar bestuur@noorderpers.media

De Reuringprijs-jury wordt aangevoerd door Jan Boon, matchmaker en coach. Iedereen kan de Noorderpers Reuringprijs winnen. Deze jury gaat zelf op zoek naar  kandidaten en komt jaarlijks tot een unanieme keuze.

Meer info op Noorderpers: https://www.noorderpers.media/

U P D A T E

Maaike Borst heeft  heeft op 14 februari 2022 de Noorderpersprijs voor de beste journalistieke productie van 2021 van Noord-Nederland gewonnen.  Zij is verslaggever van Dagblad van het Noorden en heeft gewonnen met haar verhaal In de ziel geraakt. Als mijnbouw een bom onder je bestaan legt. Het artikel was de afsluiting van de vierdelige serie Het Nieuwe Noorden die het afgelopen jaar in Dagblad van het Noorden stond.

Lees verder: DVHN-verslaggever Maaike Borst wint Noorderpersprijs met ‘veelgelaagd juweeltje’ (dat je hier kunt lezen), Dagblad van het Noorden, 14 februari 2022: https://dvhn.nl/groningen/DVHN-verslaggever-Maaike-Borst-wint-Noorderpersprijs-met-veelgelaagd-juweeltje-dat-je-hier-kunt-lezen-27477821.html

 

Afbeelding bovenaan is van Francik Woło

Handreiking van SER voor versteviging relatie met ondernemingsraad binnen de ‘driehoek’ in onderneming

De SER-handreiking Zo verstevigt u de relatie met de or binnen de driehoek is speciaal opgesteld voor bestuurders. Deze uitgave geeft informatie en tips over het onderling contact en wederzijds vertrouwen in de ‘driehoek’ binnen de onderneming. De driehoek staat voor: de raad van bestuur (rvb), de raad van commissarissen (rvc) en de ondernemingsraad (or). Een goede samenwerking in de driehoek levert namelijk een belangrijke bijdrage aan het goed functioneren van de organisatie.
De or kan een bestuurder namelijk voorzien van interessante extra informatie. Or-leden staan direct in contact met collega’s, weten wat er speelt en welke ideeën medewerkers hebben. Dit biedt kansen voor de hele organisatie.

Uitwisseling tussen toezichthouder en or

Toezichthouder en or kunnen voor elkaar ook een interessante bron van informatie en expertise zijn, waardoor ze hun taken nog beter kunnen uitoefenen. Via de Wet op de ondernemingsraden (WOR) heeft de or immers ook een soort toezichthoudende rol.

Actieve rol bestuurder

De SER-commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM) stimuleert hiermee dat bestuurders actief invloed uitoefenen op de samenwerking in de driehoek en zo ook waardevolle en constructieve tegenspraak creëren.

Tips voor een meer proactieve en interactieve medezeggenschap:
  • Regel goede faciliteiten voor de or
  • Stimuleer scholing
  • Informeer de or goed en vroegtijdig
  • Stimuleer het initiatiefrecht
  • Maak optimaal gebruik van de artikel 24-vergadering

Downloaden Handreiking voor bestuurders. Zo verstevigt u de relatie met de or binnen de driehoek, SER, november 2021: www.ser.nl

‘Zo verstevigt u de relatie met de or binnen de driehoek’ , SER, 3 december 2021: www.ser.nl

Zie ook: Royal HaskoningDHV wint Driehoek 3D Trofee 2021/2022, SER,23 november 2021: www.ser.nl

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Bert Wienen in lezing over het recht van kinderen en jongeren niet langer te hoeven werken aan de beste versie van zichzelf

Nieuw kinderrecht: het recht om te falen was de titel van de tiende Daan Mulock Houwer-lezing, gehouden door Bert Wienen in november 2021. Centraal thema was het onder druk zetten van kinderen en jongeren om te presteren. Prestatiedruk is een moderne vorm van kinderarbeid in Nederland.
Met de jaarlijkse Mulock-Houwer-lezing willen het Nederlands Jeugdinstituut en de internationaal opererende organisatie Defence for Children meer aandacht vragen voor het werk en de betekenis van pioniers en vernieuwers in de jeugdzorg.

De lezing is vernoemd naar de markante Daan Mulock Houwer (1903-1985). Opgegroeid in tehuizen zou hij op latere leeftijd een fervent pleitbezorger worden van modernisering van de jeugdzorg en de kinderbescherming.
Bert Wienen is associate lector Jeugd bij hogeschool Windesheim en promoveerde op inclusief onderwijs en de rol van psychiatrische diagnoses binnen het onderwijs. Wienen is opgeleid als psycholoog, onderwijskundige en bedrijfskundige. Binnen het lectoraat Jeugd onderzoekt hij de ontwikkeling van angst en depressiviteit bij leerlingen in het voortgezet onderwijs en de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp.

Zelfdwang

Net als Mulock Houwer komt Wienen op voor het recht van kinderen om niet te hoeven werken. Wienen betoogt dat kinderen en jongeren in onze huidige prestatiesamenleving knechten zijn van de economie, die onder zelfdwang moeten werken aan de beste versie van zichzelf. Een vorm van kinderarbeid dus.
Om die trend te keren, pleit Wienen ervoor onderwijs en opvoeding weer los te weken van economische principes, zodat kinderen de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen tot gemeenschapsmens, in plaats van als betere versie van zichzelf. Geheel in de geest van Mulock Houwer, die het onderwijs zag als ultieme oefenplek voor kinderen om te leren functioneren binnen de gemeenschap.

Wienen in de Inleiding:

“‘Het is eenvoudig een plicht van de gemeenschap om haar in moeilijkheden verkerende kinderen tijdig te helpen. Een reddingsmaatschappij wier boten niet zeewaardig zijn, is een misdadige instelling. De S.O.S.-seinen doorklieven de lucht. Het is dus hoog tijd om te helpen’.

Deze oproep deed Mulock Houwer, de naamgever van deze lezing, in 1946. Ook vandaag, 75 jaar later, horen we drenkelingen roepen. Reddingsboten varen uit, reddingsvesten worden toegeworpen. Steeds meer, steeds vaker en steeds langer krijgen kinderen en jongeren jeugdhulp. En ook vandaag zijn er dus oproepen zoals die van Mulock Houwer. ‘Maak kinderen hoofdprioriteit in de formatie’, stelt Save the Children voor en ‘Benut crisis als unieke kans voor onderwijsrenovatie’, adviseert de onderwijsinspectie.
Terug naar de twintigste eeuw van Mulock Houwer. Het is laat in de avond, twaalf uur in de nacht. Op straat lopen jonge kinderen, op het oog zo’n 8 tot 10 jaar oud. Slaperig zijn ze, moe. Ze slenteren naar de glasfabriek. De glasfabriek van Peter Regout, die de kinderen laat werken als fabrieksarbeiders: handig die kleine vingertjes. Goedkoop bovendien. Kinderen die functioneren als fabriekswerkers, als grondstof en radertje voor de economie. Gelukkig, zo zou ook Mulock Houwer schrijven, komt er een verbod op kinderarbeid. Kinderarbeid, hoe bizar, vinden wij nu.

Maar vinden we dat echt? Want ook vandaag laten we kinderen werken als jonge kindarbeiders. Ook vandaag laten we hen met elkaar concurreren omdat we denken dat dit tot de beste economische resultaten leidt. Ook vandaag raken kinderen uitgeput en haken ze af. Maar met één belangrijk verschil.
Waar de kinderen in de fabriek werkten voor hun baas Peter Regout, zijn kinderen en jongeren vandaag hun eigen baas geworden en presteren ze onder zelfdwang. Zelfdwang waardoor ze, naast hun eigen baas, ook hun eigen knecht zijn geworden. Ploeterden kinderen vroeger in de fabriek of op het land, vandaag de dag ploeteren ze aan de fabricage van hun eigen ik. Zogenaamd omdat ze dat zelf willen. Vandaag pleit ik, met Mulock Houwer, om weer op te staan voor het recht van kinderen en jongeren om niet te hoeven werken. Ik pleit ervoor om onderwijs en opvoeding weer los te weken van economische principes. Om zo te voorkomen dat we gefocust blijven op de reddingsvesten die steeds sneller uitgeworpen worden, en reddingsboten die steeds vaker uitvaren. En bovendien om ervoor te zorgen dat de reddingsboten beschikbaar blijven voor kinderen en jongeren die dat echt nodig hebben”.

Wienen eindigt zijn lezing met:

“We zullen de therapeutisering en pathologisering in het onderwijs een halt moeten toeroepen. Anders blijft de focus op reddingsboten en reddingsvesten.
Ziet u daar die speedboot? Zie hem gaan. Steeds een beetje harder, steeds een beetje sneller en als je heel goed kijkt, dan vallen aan de achterkant van de speedboot steeds meer kinderen en jongeren van de boot af. Steeds meer.
Wat moeten we doen? Blijven we reddingsboten sturen? Blijven we meer inzetten op jeugdhulp? Op de verbinding tussen onderwijs en zorg? Of of zelfhulpboeken? Workshops en veerkracht? Blijven we reddingsvesten toegooien, zodat kinderen en jongeren blijven drijven en tenminste nog zelf de richting kunnen kiezen die ze op willen zwemmen?

Volgens mij moeten we iets anders doen.

We zouden samen moeten afspreken om die speedboot zachter te laten varen. De economische principes moeten weer uit de kinderen- en jongerenfase. De zelfdwang moet weg zodat er ruimte ontstaat het onderwijs weer in te richten als een gemeenschap waarin het opgroeien als maatschappelijk verantwoorde en betrokken burgers de norm wordt. Burgers die bovendien over kennis beschikken om geldende normen te begrijpen, te lezen en ter discussie te stellen. Op die manier ontstaat er ruimte voor een economie die niet is gericht op groei of op concurrentie, maar op genoeg waarin kinderen en jongeren leren van falen, en leren naar elkaar om te zien, in plaats van de vraag te stellen: What’s in it for me?
Wat is onze plicht als leden van de gemeenschap? Nou, wat mij betreft, dat we net als Mulock Houwer, weer opstaan voor het recht van kinderen en jongeren, om niet te hoeven werken. Niet langer te hoeven werken aan de beste versie van zichzelf”.

Zie hieronder de video-opname van Wienens lezing, met intermezzo’s waarin twee scholieren en een student aan het woord komen. Als eerste wendt Claire Teunissen zich direct tot de kijkers. Ze gaat iets vertellen over “mij en misschien ook over jou. Iets over school en de toetsen en vakken. Soms voelt het of alles moet en niets mag. Alsof ik vast zit in een ijzeren deken in de kou”.

De lezing is ook in PDF te downloaden op site van het Nederlands Jeugdinstituut: https://www.nji.nl/publicaties/nieuw-kinderrecht-het-recht-om-te-falen

Aanbieding petitie voor volwaardige medezeggenschap voor overheids-ondernemingsraden

Op dinsdag 7 december 2021 wordt de petitie Primaat van de Politiek in de Wet op de ondernemingsraden (WOR) aangeboden aan de vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het betreft een verzoek van vertegenwoordigers van ondernemingsraden bij de overheid, de samenwerkende centrales van overheidspersoneel en de vereniging van arbeidsrecht.

De petitie is eerder aangeboden aan minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) op 18 maart 2021, de dag na de verkiezingen, met daarin de oproep om de bepaling over het primaat van de politiek in de WOR aan te passen. Tevens heeft de minister het boek van de Vereniging voor Arbeidsrecht over 25 jaar rechtspraak over het primaat van de politiek in de WOR in ontvangst genomen. Vanwege de Corona-maatregelen heeft dit digitaal plaatsgevonden.
Ruim honderd ondernemingsraden hebben de petitie ondertekend, evenals ongeveer duizend OR-leden, vakbondsleden en deskundigen.
Onder de initiatiefnemers bevinden zich de vakbonden FNV en CNV Overheid, Algemene Centrale Overheidspersoneel (ACOP), de Centrale voor Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF) en de voorzitters van de OR Inspectie SZW en de Centrale Ondernemingsraad Politie.

Waarom deze petitie?

Sinds 1995 geldt de Wet op de ondernemingsraden (WOR) ook voor de overheid. Sindsdien is er in de WOR ook een artikel opgenomen over het primaat van de politiek om besluiten van democratisch gecontroleerde organen te onttrekken aan de invloed van ambtelijke ondernemingsraden.
Door de jaren heen is de uitleg van wat onder het primaat van de politiek valt zodanig ruim geworden dat er voor ondernemingsraden bij de overheid feitelijk niets meer rest dan het adviesrecht over de personele gevolgen van een besluit.

De initiatiefnemers van deze petitie zijn van mening dat de rol van ondernemingsraden bij de overheid hierdoor te ver is ingeperkt.
Zij willen

  • dat de rol van ondernemingsraden bij de overheid niet verder wordt beperkt door het primaat van de politiek dan strikt noodzakelijk is.
  • dat ondernemingsraden bij de overheid net als andere ondernemingsraden in de marktsector volwaardig bij de besluitvorming door overheidswerkgevers worden betrokken.
  • dat het primaat van de politiek op grond van artikel 46d van de WOR zodanig wordt aangepast dat ondernemingsraden bij de overheid op een volwaardige wijze bij besluitvorming worden betrokken.

Invloed zijn op de service aan de burger

Binnenlands Bestuur, tijdschrift en journalistieke nieuwssite voor ambtenaren en bestuurders, heeft in maart 2021 een uitgebreid artikel gewijd aan de petitie. Daarin staat:

“Als personeel niet meer via de ondernemingsraad betrokken wordt bij veranderingen van hun eigen werk leidt dat tot negatieve invloeden op hun eigen werk en motivatie en dat kan van invloed zijn op de service aan de burger”, aldus Loes Thissen, voorzitter COR Politie. Carin Benders van de COR van het ministerie van SZW stelt dat bij een verhuizing van een overheidsinstantie de keuze over de indeling van een nieuw pand en waar de muurtjes worden getrokken toch geen politiek besluit is. “Toch wordt alles besloten zonder ondernemingsraden en personeel te betrekken. In de toekomst gaan we hybride werken. Daar willen we als ondernemingsraad bij betrokken worden”.

Volgens Judy Hoffer, FNV-bestuurslid en voorzitter van de ACOP (het overkoepelend orgaan van de overheidsvakbonden) wordt het primaat van de politiek steeds vaker gehanteerd, medezeggenschap daarmee buiten spel gezet en de mening van de professional bij de uitvoering genegeerd. “De politiek stuurt veelal de dagelijkse uitvoering aan door strikte regelgeving en strakke centrale richtlijnen. Wij zijn hierover verontrust. Het staat een goede en adequate uitvoering van de publieke taken in de weg”.

Minister Koolmees heeft positief gereageerd op de aanbieding van de petitie: “De WOR moet hetzelfde worden toegepast bij publieke als bij private ondernemingen. Ik heb me nooit gerealiseerd dat dit door de ‘primaat van de politiek’ niet het geval is. Ik hoor nu dat dit in de praktijk niet zo is. Politiek primaat is belangrijk, maar niet als middel om medezeggenschap van werknemers te omzeilen. Ik neem het signaal serieus op en ga me erin verdiepen”.’

De aanbieding van de petitie aan de vaste Kamercommissie vindt plaats om 13.15 uur in de Max van der Stoelzaal. Zie voor meer info op Tweede Kamer: www.tweedekamer.nl/debat_en_vergadering/commissievergaderingen/details?id=2021A06790

Petitie: meer zeggenschap voor ondernemingsraden, door Wouter Boonstra, Binnenlands Bestuur, 19 maart 2021: www.binnenlandsbestuur.nl

Teken de petitie voor volwaardige medezeggenschap overheids-or, FNV, 16 december 2020: https://www.fnv.nl/nieuwsbericht/kader/2020/12/teken-de-petitie-voor-volwaardige-medezeggenschap (Niet meer beschikbaar)

Invloed medezeggenschap bij de overheid: https://www.invloedmedezeggenschapoverheid.nl/

U P D A T E

Aanbieden petitie aan Wouter Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Invloed medezeggenschap overheid, 18 maart 2021: www.invloedmedezeggenschapoverheid.nl/aanbieden-petitie/

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Eenderde schoonmakers krijgt te maken met ongewenst gedrag. Vindt plaats over hele breedte schoonmaakbranche

Getreiter, achterstellen, buitensluiten.Ongeveer eenderde van de schoonmakers in Nederland heeft te maken met ongewenst gedrag. Dat blijkt uit een onderzoek van werkgeversorganisatie Schoonmakend Nederland en FNV Schoonmaak onder 292 schoonmaakmedewerkers. 27 procent van de ondervraagden gaf aan buitengesloten te worden, 23 procent zei genegeerd te worden en 19 procent gaf aan dat er over hen grappen worden gemaakt.
In de enquête zijn de volgende uitingsvormen onderzocht:
• Buitensluiten
• Negeren
• Grapjes maken
• Klein houden
• Achterstellen
• Pesten
• Intimideren
• Agressie of geweld

Aanleiding voor het onderzoek is de CAO-afspraak tussen werkgevers en vakbonden om zich gezamenlijk in te spannen voor een gezonde en veilige werkplek voor medewerkers.
Rob Rommelse, directeur Schoonmakend Nederland, was geschokt door de uitkomsten: “Tegelijkertijd gaven de uitkomsten ons concrete handvatten voor de ontwikkeling van een toolkit om discriminatie en ongewenst gedrag op de werkvloer te erkennen, herkennen en bespreekbaar te maken”.
“Ja, je schrikt er enorm van”, reageert Renate Bos, bestuurder bij vakbond FNV Schoonmaak. “Tegelijkertijd krijgen we ook vaker signalen bij de vakbond hierover, dus dan is het goed dat we het maar een keer uitgezocht hebben hoe groot het probleem eigenlijk is. Iets doen aan het probleem van discriminatie begint bij herkennen en erkennen dat er een probleem is”.

Bespreekbaar

De onderzoekers: “In de schoonmaakbranche is er, net als in andere branches, sprake van ondermelding”. In de enquête vroegen ze ook of medewerkers discriminatie bespreekbaar maken en zo ja, bij wie. Van alle respondenten die aangaven dat er discriminatie voorkomt binnen het bedrijf waar ze werken, maakt 64 procent het bespreekbaar, 31 procent bespreekt het niet en 5 procent meldt het bij een vertrouwenspersoon. Rommelse: “Alhoewel de vertrouwenspersonen het beeld hebben dat dit percentage in de praktijk hoger ligt, is dit een belangrijk punt om te benadrukken bij de voorlichting aan bedrijven en medewerkers”.

“Je wordt echt gezien als een mindere”

RTL Nieuws had een gesprek met Michel Lausberg, sinds een jaar schoonmaker; daarvoor was hij taxichauffeur. Door de coronacrisis had hij steeds minder werk en besloot hij wat anders te gaan doen: “Alles wat schoon moet, maak ik schoon. Het bevalt me goed, het is raar maar waar” vertelt hij. Wel merkt Michel dat mensen tegenwoordig anders met hem omgaan. “Je wordt echt gezien als een mindere”, zegt hij. “Bij een heleboel bedrijven word je niet voor vol aangezien. Dan merk ik dat er niet eens gedag gezegd wordt. Het is weleens gebeurd dat iemand een brandende sigaret uittrapte waar ik aan het schoonmaken ben. Ik zeg daar wel wat van, maar dan krijg je terug: daar ben je toch voor?”

Status

Volgens antropoloog Rik Roelfzema is status de oorzaak van het discrimineren van schoonmakers Hij zegt tegen RTL Nieuws: “In de westerse maatschappij streven mensen naar hoog aanzien. Daar hebben we binnen onze samenleving allerlei gradaties in aangebracht. We zien de schoonmaker als iemand die lager in de hiërarchie staat”.
Die status kan ook aan het wankelen worden gebracht. In crisissituaties bijvoorbeeld. “Neem de coronacrisis, waarin verpleegkundigen weer meer waardering kregen”.

Opmerkingen uit de enquête

  •  “Ik heb directie op de bühne positief zien doen en achter de coulissen denigrerende opmerkingen horen maken”
  • “Sommige bedrijven waar ik werk zien mij als een dom en arm mens, en zeggen dit ook tegen me”
  • “Als mensen je minderwaardig vinden, omdat je een schoonmaakster bent, kun je daar niets aan veranderen. Het komt op grote schaal voor. Ik zit al 25 jaar in het vak en heb dit veelvuldig mee gemaakt. Zelfs op een politiepand, waar je zou verwachten dat juist zij een beter voorbeeld zouden geven”

Toolkit Aanpak ongewenst gedrag in de schoonmaak

De toolkit Aanpak ongewenst gedrag in de schoonmaak is ontwikkeld op basis van een literatuur- en expertonderzoek en de enquête onder de 292 schoonmakers. De bedoeling is ongewenst gedrag op de werkvloer te herkennen en bespreekbaar te maken. Hoe herken je discriminatie? Waar ligt de grens bij ongewenst gedrag en wat kun je doen bij ongewenst gedrag door een klant?
De toolkit maakt onderdeel uit van de campagne Elke dag weer, waarmee Schoonmakend Nederland, FNV en CNV zich inspannen voor een gezonde en veilige werkplek. Onder veilig werken valt ook sociale veiligheid.

Downloaden rapport Discriminatie-onderzoek schoonmaakbranche, door Daphne Story en Emily van de Vijver i.s.m. BureauO2 en Design Story, december 2020: https://fnvsawebprd.blob.core.windows.net

Toolkit Ongewenst gedrag: https://ongewenstgedrag.elkedagweer.nl/

34 procent schoonmakers wordt gediscrimineerd: nieuwe toolkit voor aanpak ongewenst gedrag, LVVV, 30 november 2021: www.lvvv.nl

Service Management – Facto – Schoonmaakbedrijven: www.facto.nl/schoonmaakbedrijven

Schoonmakers ervaren ongewenst gedrag: ‘Er wordt geen gedag gezegd’, RTL Nieuws, 2 december 2021: www.rtlnieuws.nl

Schokkend onderzoek: een derde schoonmakers ervaart discriminatie, door Peter te Lintel Hekkert FNV, 2 december 2021: www.fnv.nl


Uit: rapport ‘Discriminatie-onderzoek schoonmaakbranche’

 

Hoe ziet de journalistiek eruit in Nederland anno 2035?

Hoe ziet het journalistieke landschap er over tien à vijftien jaar uit en hoe kunnen we ons daarop voorbereiden? De journalistiek staat onder druk en verandert in hoog tempo. Denk aan de roep om inclusiviteit en representatie, aan invloedrijke personen die de integriteit van nieuws en journalistiek betwisten of aan de grillige advertentie-inkomsten in een jaar dat getekend werd door Covid-19.

Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek (SvdJ) komt samen met Van de Bunt Adviseurs met de resultaten van een onderzoek waarin vier radicale maar plausibele toekomstscenario’s voor de journalistiek worden gepresenteerd. Doel van de studie is om een prikkelende bijdrage te leveren aan het debat over de toekomst van de journalistiek in Nederland en de vraagstukken waar journalisten, mediaorganisaties en beleidsmakers in de komende jaren voor staan. De scenario’s zijn ontstaan door uit te gaan van verschillende antwoorden op twee bepalende vragen: Worden techbedrijven en data wel of niet effectief gereguleerd? En: Vertrouwen burgers elkaar binnen de samenleving of is er sprake van onderling wantrouwen?

De vier scenario’s

Extremes
Een wereld waarin de samenleving verregaand gepolariseerd is. Extreme stemmen bepalen het publieke debat en er vindt geen constructieve maatschappelijke dialoog plaats. Het politieke landschap is instabiel en dit leidt tot een zigzagbeleid bij de overheid, met schadelijke gevolgen voor de publieke voorzieningen. Mis- en desinformatie zijn alom aanwezig en voeden de verschillen. Ongehinderd door regulering maken de techbedrijven gebruik van clickbait, micro-targeting, attention hacking en meer. Alles om zo veel mogelijk consumenten zo lang mogelijk engaged te houden met steeds extremere content die aansluit bij hun overtuigingen. Klassieke journalistieke waarden als onafhankelijkheid en waarheidsgetrouwe berichtgeving verliezen hun waarde in een gefragmenteerd medialandschap met kanalen voor iedere subgroep.

Bubbles
Een wereld waarin we het over weinig eens zijn  behalve dan dat iedereen het recht heeft om zijn eigen mening in een digitale omgeving te uiten, zonder dat dit je openbare leven aantast. Burgers wantrouwen elkaar. De overheid heeft ingegrepen om de privacy van burgers en hun zeggenschap over hun data effectief te waarborgen. Tegelijkertijd is het debat over andere onderwerpen hevig, zoals het vraagstuk van inclusie en diversiteit. Er zijn bedrijven en instellingen waar grotendeels mensen van kleur of LHBTIQ+’ers werken. En hele sectoren die opvallend eenkleurig en traditioneel blijven. In het openbare (digitale) leven gaat men confrontaties met elkaar uit de weg. Daarnaast heeft elke subgroep binnen de samenleving zijn eigen afgeschermde omgeving, waarin burgers zeggen wat ze denken.

Money
Een wereld waarin economische voorspoed het makkelijker maakt tegenstellingen niet te problematiseren. We hanteren verschillen door te zorgen dat iedereen er stapje voor stapje op vooruit gaat, al is dit niet in gelijke mate. Er ontstaat een laag van superrijken met veel invloed die met hun exorbitante levensstijl de aandacht trekken en voor velen een voorbeeld vormen. Grote datalekken hebben geleid tot brede verontwaardiging en in antwoord daarop is Big Tech overgegaan tot zelfregulering. Dit is echter vooral windowdressing en ondertussen loopt het volledige digitale leven via hun platforms. De techbedrijven bepalen door wel of niet te modereren en door hun verspreidingsalgoritmes grotendeels het maatschappelijke debat en hebben de volledige advertentiemarkt in hun greep. Er is een veelstemmig en veelkleurig medialandschap met zowel mainstream media als kleine kanalen. Dit landschap is echter wel bijna volledig in handen van een paar commerciële mediabedrijven.

Careful
Een wereld waarin het succesvol aanpakken van een aantal grote onderwerpen leidt tot een veerkrachtige samenleving waarin verschillen constructief gehanteerd worden. Burgers zijn zelfbewust en kritisch ten aanzien van hun rechten, zeker ten aanzien van data. Dit heeft de overheid mandaat gegeven om Big Tech ingrijpend te reguleren en een basis van platforms en digitale voorzieningen als nutsbedrijven te reguleren. Mis- en desinformatie zijn een reëel maar hanteerbaar probleem, burgers vertrouwen erop dat journalisten hen helpen om het kaf van het koren te scheiden.  Extreme stemmen mogen wel gehoord worden, maar zonder algoritmes die ze versterken en zonder verregaande polarisatie vinden ze weinig weerklank. Er is een breed, stabiel en divers maatschappelijk midden, dat bediend wordt door mainstream media.

De uitkomsten van het scenario-onderzoek zijn met verschillende experts van binnen en buiten de journalistiek geanalyseerd. Daarbij lag de focus op het identificeren van de scenario-overstijgende opgaven die zich met een horizon van tien tot vijftien jaar aandienen voor de journalistiek. Op basis van deze analyse zijn vijf strategische, scenario-overstijgende opgaven geformuleerd:

  1. Een permanente plek voor gezamenlijke strategievorming
  2. Mis- en desinformatie
  3. Representatie en inclusie
  4. Borgen van betrouwbaarheid en kwaliteit van de journalistiek
  5. Borgen van fatsoenlijke verdienmodellen voor (zelfstandige) journalisten en mediaorganisaties

Volledige tekst van de vier scenario’s en meer info over het Scenario-onderzoek: Journalistiek 2035 is te lezen op: https://journalistiek2035.nl

Journalistiek in 2035, door Trudy Brandenburg – van de Ven, Villamedia, 12 november 2021: www.villamedia.nl/artikel/journalistiek-in-2035

Niet het eerste onderzoek

Dit onderzoek is niet het eerste. In 2015 verscheen het rapport: Anders nog nieuws? Scenario’s voor de toekomst van de journalistiek: www.journalistiek2025.nl/bundles/svdjui/documents/Scenario-onderzoek-SvdJ.pdf
Zie ook de interactieve site Het journalistieke landschap in 2025. Een blik op de toekomst aan de hand van vier scenario’s: www.journalistiek2025.nl

Gids en podcastserie bij ‘Onzekere zaken’: Een open blik cultiveren en niet bang zijn voor een onzekere toekomst

Accepteren van onzekerheid, of die zelfs opzoeken, is niet iets dat ons makkelijk afgaat. Zeker niet bij het openbaar bestuur. Daar bestaat over het algemeen juist grote behoefte aan controle en rust.
Met het boek Onzekere zaken kunnen we leren omgaan met een specifiek soort onzekerheid. Niet de persoonlijke onzekerheid over bijvoorbeeld je eigen kunnen, maar de onzekere omgeving, de onbekende toekomst, de verrassing. Deze gids vertelt niet wat de toekomst brengen gaat, want dat weten we niet,  maar helpt wel bij het navigeren door een onbekende toekomst. Onzekere zaken is een gids met praktische raad die houvast biedt in veranderende omstandigheden.

Het eerste essay gaat over innovatiewetenschap en de betekenis van onzekerheid voor publieke professionals. Daarna volgt een verzameling van manieren van omgaan met een onzekere toekomst en een reflectie van wetenschappers, kunstenaars en ontwerpers. De gids stimuleert zelf  aan de slag te gaan en zelf na te denken over de eigen werkzaamheden, met al zijn grillen en onverwachte wendingen. Zowel individueel als in teamverband.

Podcastserie

Naast de gids is er de Podcastserie Onzekere zaken waarin het onderwerp onzekerheidsvaardigheden centraal staat. Onzekerheid over de toekomst zal er altijd zijn, de vraag is hoe we daarmee omgaan en hoe we onzekerheidsvaardig kunnen worden. De podcastserie bereidt professionals niet voor op dé toekomst, maar op meerdere toekomstvormen. Het is nu eenmaal zo dat als je aanvaardt dat de toekomst onzeker is, je beter in staat bent deze vorm te geven.

Onderwerpen podcastserie

Aflevering 1: De verhalen die we onszelf vertellen
Aflevering 2: Taal creëert de werkelijkheid
Aflevering 3: Democratie is niet voor bange mensen
Aflevering 4: Over de hele grote veranderingen
Aflevering 5: Zwarte zwanen en hoe we ermee omgaan
Aflevering 6: Het gesprek over het juiste
Aflevering 7: De maakbare samenleving

Gids en podcastserie zijn een initiatief van kennisinstituut BrabantKennis van de provincie Noord-Brabant, Fontys hogescholen en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).
De gids is geschreven door Jos van den Broek, Tessa Cramer, Piera Fehres, Thomas Hogeling, Harm de Jong, Timo Nijssen, Tessa Petrusa, Merlijn Twaalfhoven. Het voorwoord is geschreven door componist Merlijn van Twaalfhoven en futurist Tessa Cramer. Ze schrijven:

“In deze gids leer je kijken naar de wereld vanuit het perspectief van kunstenaars, ontwerpers en toekomstdenkers. Met een frisse, onbevangen blik, ruimte voor onderzoek, het stellen van nieuwe vragen en een heleboel verbeeldingskracht kunnen we de toekomst aanraakbaar maken. Door verhalen te vertellen, fantasieën de ruimte te geven en te durven dromen, komt er een vraag naar boven die we vaak vergeten te stellen: wat is dat, een goede wereld?
We hoeven niet direct een antwoord te geven. Het antwoord komt in deze gids naar boven als we als archeologen, langzaam en aandachtig stenen en los zand wegborstelen. Een van de conclusies van onze uitgerekte gesprekken was: in elk van ons schuilt een kunstenaar en toekomstdenker. Elk van ons heeft het vermogen om met nieuwe ogen naar oude thema’s te kijken. Daarom cultiveren we die open blik en helpen we je wendbaarheid vergroten, zodat je bij een volgende onverwachte gebeurtenis weet hoe je door het niet-weten kunt navigeren. Dat stelt ons in staat om onverminderd koers te zetten naar een nieuwe horizon, die goede wereld”.

Downloaden gids voor Onzekere zaken, een uitgave van BrabantKennis, Fontys hogescholen en Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, september 2021: https://onzekerezaken.nl/wp-content/uploads/2021/11/Onzekere-Zaken-gids_pdf.pdf

Alle afleveringen van de podcastserie Onzekere zaken zijn te beluisteren op Spotify: https://open.spotify.com/episode/32bdvYRQycnU1W0agtukF6

Luister hieronder naar de eerste aflevering die gaat over verhalen die we onszelf vertellen, waarin presentator Michael Schaap de vraag stelt hoe om te gaan met een onzekere toekomst. Hij gaat te rade bij de wetenschap, de kunst, het bedrijfsleven, de overheid, de journalistiek, de filosofie en alle mengvoren daarvan. Hij gaat in gesprek met Tessa Cramer en Merlijn Twaalfhoven, de geestelijk moeder en vader van Onzekere zaken over de gesprekken die hij heeft gevoerd.
Kernboodschap is: ‘Het leven wordt mooier, als u onzekerheid toelaat in uw leven’. Of: ‘Omarm het ongewisse, ook in uw professionele leven“.

Meer informatie op Onzekere Zaken: https://onzekerezaken.nl

Journalistiek schiet tekort, vindt woordvoerder beroepsvereniging Verpleegkundigen en Verzorgenden

Journalisten hebben zich in de coronacrisis te veel gericht op gezagsdragers en te weinig en te oppervlakkig aandacht besteed aan mensen die aan het front stonden, stelt Jacek Magala, socioloog en woordvoerder voor de beroepsvereniging Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V & VN) in zijn bijdrage Hoe de journalistiek haar plicht verzaakt in coronatijd, gepubliceerd op Villamedia, website voor journalistiek.

Magala levert stevige kritiek op de manier waarop journalisten te werk zijn gegaan sinds de uitbraak van COVID-19 en de daarop volgende maanden. Hij had graag gezien dat journalisten meer gesprekken hadden gevoerd met de ‘echte experts’, de verpleegkundigen en verzorgenden in plaats van met de ‘bobo’s’.

Beschrijving van Magala’s waarneming op 27 december 2020:

“RIVM-voorman Jaap van Dissel keek bij de NOS terug op een bewogen 2020. De ongekende golf aan besmettingen en overlijdens in de verpleeghuizen kwam ter sprake. Hoe was die door Van Dissel te verklaren? Door het vanaf de start van de pandemie werken zonder beschermende middelen in de huizen? Nee, hoor, het zou mede aan het opleidingsniveau van de 170.000 verzorgenden liggen dat er zoveel mensen besmet en gestorven waren.
Groot nieuws, toch, als de belangrijkste adviseur van het kabinet zoiets zegt? Integendeel. Pas nadat Nieuwsuurs Milena Holdert erover twitterde en beroepsvereniging V&VN vervolgens kritiek uitte, besloot de NOS alsnog expliciet de aandacht te vestigen op de uitspraak over verzorgenden. De kop van het online artikel? ‘Verzorgenden voelen zich aangevallen door Van Dissel.’
Voelen dus, want blijkbaar spreekt het voor zich, om zo te spreken over de mensen die de zorg draaiende houden. Als praktisch opgeleide ‘handjes’, en zeker niet als hersens. En het was de heilig verklaarde Van Dissel die het zei, dus dan moest het wel kloppen, toch?”

Fixatie

De hele crisis door zijn verzorgenden in de media onzichtbaar gebleven en zijn verpleegkundigen zelden als experts neergezet. Vooral niet op televisie, en al helemaal niet in talkshows en actualiteitenrubrieken. Met als journalistieke keerzijde: een fixatie op gezagsdragers en een neiging hen te bewieroken.
De beste illustratie van dit soort houding was voor Magala een door Tom van Wanrooy gemaakt schilderij, in opdracht van het Algemeen Dagblad: de ‘Coronawacht’, een ‘Nachtwacht’ van de mensen in de zorg: “Op de voorgrond zien we Van Dissel, Rutte, Gommers, Kuipers en De Jonge vol trots op de beste plekken. Onze ‘zorghelden’ hobbelen gezichtloos op de achtergrond, als kleine kinderen die tikkertje spelen. Treffender kun je de beeldvorming rondom verpleegkundigen en verzorgenden niet vatten”.

Magala’s verhaal is eigenlijk ontluisterend: “Het was ontzettend lastig om de puinhoop rondom mondneusmaskers en de daarvoor geldende RIVM-richtlijnen bij journalisten goed voor het voetlicht te brengen. Terwijl heel Nederland anderhalve meter afstand hield en een mondneusmasker moest dragen, was dat in de verpleeghuizen en de wijkverpleging volgens het RIVM niet nodig. Zelfs niet bij bevestigde Covidpatiënten! Wat heet, op basis van ‘persoonlijke observaties’ meende Van Dissel dat zorgmedewerkers ze toch niet correct wisten te gebruiken”…

Het onderwerp kon nauwelijks op aandacht van journalisten rekenen

Journalisten doen er goed aan meer naar verpleegkundigen en verzorgenden te luisteren, adviseert Magala. Daar is journalistiek tenslotte voor: “Zie ze als volwaardig gesprekspartner en niet als een illustratie vanaf de werkvloer bij het verhaal van de bobo in de studio. Noem een verzorgende gewoon een ‘verzorgende’ in plaats van ‘zorgmedewerker’. Dat lijkt me wel zo eerlijk. Of ik moet gemist hebben dat ook artsen tegenwoordig als ‘zorgmedewerker’ worden geïntroduceerd als ze op tv verschijnen”.

Lees het hele essay: Hoe de journalistiek haar plicht verzaakt in coronatijd, door Jacek Magala, Villamedia 29 november 2021: www.villamedia.nl/artikel/hoe-de-journalistiek-haar-plicht-verzaakt-in-coronatijd

De bijdrage van Magala is onderdeel van de essay-serie voor KIM, Forum voor reflectie op journalistiek: www.villamedia.nl/over/KIM+forum%22
KIM: www.kimforum.nl

Tom van Wanrooy schilderde voor ons de Coronawacht: ‘Marion Koopmans, wat een vrouw!’ door Wessel Penning, Algemeen Dagblad 24 december 2020: www.ad.nl/binnenland

 

Gaat de mens er dankzij kunstmatige intelligentie op vooruit? Of juist niet?

“Kunstmatige intelligentie is niet slim, en ook niet kunstmatig”. Wat is het dan wel? “Kunstmatige intelligentie is een wereld van onzichtbare arbeid en verborgen maatschappelijke kosten, maar ook een wereld waarin je de ultieme werkflow kunt ervaren. Welk soort samenleving faciliteren we met klikwerk en wie plukken daar de vruchten van?” Vragen van Siri Beerends waarop ze antwoorden geeft in haar artikel in tijdschrift Vrij Nederland: Hoe klikwerkers AI mogelijk maken.
Siri Beerends is cultuursocioloog en doet promotie-onderzoek naar authenticiteit en kunstmatige (on)intelligentie aan de Universiteit Twente.

Volgens haar laten we ons betoveren door KI1). Maar KI is niet magisch, en al helemaal niet slim en kunstmatig. Het is een goocheltruc.

Beerends: “Als er een award zou bestaan voor woorden die ons op het verkeerde been zetten, dan zou kunstmatige intelligentie een goede kandidaat zijn. Computers zijn uitzonderlijk goed in rekenen en patroonherkenning, maar daarmee bereik je geen intelligentie. Bewustzijn, intentionaliteit, redenerend vermogen, empathie, verbeeldingskracht, zintuiglijke waarneming en intuïtie zijn belangrijke aspecten van intelligentie die computers missen. Daardoor kunnen computersystemen op bovenmenselijke niveau schaken en Go spelen, maar komen ze qua vermogen om intuïtief hun omgeving te begrijpen niet eens in de buurt van een peuter.
Kunstmatige intelligentie is niet alleen niet slim, maar ook nog eens niet kunstmatig. De grondstoffen die nodig zijn om een AI-systeem te bouwen, zijn levensecht, net als de talloze klikwerkers2) die de systemen ontwikkelen, trainen en draaiende moeten houden. Toen Amazon faalde in het bouwen van een AI-systeem dat zelfstandig dubbelingen in productpagina’s moest detecteren, moesten ze mensen inhuren. Hoe geavanceerd hun systeem ook was, voor de last mile bleven ze afhankelijk van verfijnd menselijk ingrijpen, oftewel: intelligentie. Hieruit werd Amazon Mechanical Turk3) geboren: ’s werelds grootste online klikwerkplatform. Bedrijven, universiteiten en ontwikkelaars kunnen er tegen lage tarieven klikwerkers betalen om hun AI-systemen te trainen en draaiende te houden.
Want onze computersystemen worden niet vanzelf competent. Daar zijn klikwerkers voor nodig die informatie checken, labelen of omzetten, bijvoorbeeld van analoog naar digitaal of van impliciet naar expliciet.
Er bestaan zelfs bedrijven die klikwerkers betalen om hen te laten doen alsof ze een AI-systeem zijn. Zo kwam aan het licht dat de digitale assistent van startup x.ai niet zelfstandig agenda’s beheerde, vragen beantwoordde en meetings inplande, maar dat een team van klikwerkers dat deed. Kunstenaar Astra Taylor moemt dit verschijnsel fauxtomation”.

Ethische kanten

Beerends schrijft dat er de laatste jaren meer aandacht is voor de ethische kanten van klikwerk. Ze wijst op het boek Ghost work. How to stop Silicon Valley from building a new global underclass uit 2019, geschreven door antropologe Mary L. Gray en computerwetenschapper Siddharth Suri.

Een van de commentaren op het boek luidt: :
“Als je denkt dat je weet wat er gaande is op het gebied van digitale arbeid, denk dan nog eens na. Dit baanbrekende boek zal het debat over technologie en de toekomst van arbeid zeker opnieuw aanzwengelen. Gebaseerd op uitgebreide etnografie en enquêtes, is Ghost work een must read voor iedereen die zich bekommert om een humane toekomst voor degenen onder ons die moeten werken voor de kost”.

Een ander commentaar:
Ghost work schetst een wereld waarin onzichtbare legers online-arbeiders worden ingehuurd, belast, gecontroleerd, betaald en vaak ontslagen door machines. Zo’n omgeving zou spannende, dystopische science-fiction kunnen opleveren, ware het niet dat Mary Gray en Siddharth Suri het heden beschrijven!”

Sociaal-cultureel verval

In Atlas of AI, power, politics, and the planetary costs of artificial intelligence (2021) laat Kate Crawford zien welke verborgen kosten kunstmatige intelligentie met zich meebrengt. Het boek is, volgens John Thornhill van de Financial Times een waardevolle correctie op de hype die AI momenteel is en een nuttige handleiding voor de toekomst.
Siri Beerends in VN: “Door AI te verpakken als ‘innovatie’ hebben we geen oog voor de ecologische kosten en het sociaal-culturele verval dat gepaard gaat met toenemende automatisering. In plaats van vooruitgang, laat Crawford zien, betekent AI juist een stap terug naar de klassieke arbeidsuitbuiting uit 1890. Ze beschrijft hoe we, verblind door de belofte dat we via klikwerk alle vervelende taken aan computers kunnen uitbesteden, niet merken dat we in dat proces zelf in robots aan het veranderen zijn”.

Technohypnose

Beerends noemt nog een boek dat gaat over automatisering en maatschappelijk-cultureel verval, Nihilism and Technology van de Amerikaan Nolen Gertz, universitair docent toegepaste wijsbegeerte aan Universiteit Twente. In zijn in 2018 verschenen boek richt Gertz zich voornamelijk op het snijvlak van politieke filosofie, existentiële fenomenologie en de filosofie van technologie: “Geautomatiseerde informatiestromen die ons eigen gelijk bevestigen, dating-algoritmen die onze matches maken: het zijn allemaal manieren om zelf minder keuzen te hoeven maken en ongemak, morele verantwoordelijkheid en confrontaties uit de weg te gaan. Volgens Gertz streven we naar een status van verlaagd bewustzijn die ons helpt om aan de ongemakkelijke fysieke realiteit te ontsnappen. Technohypnose noemt hij dat”.

Nihilism and Technology begint met een inleiding in de filosofie van het nihilisme, die uitmondt in het nihilisme van de Duitse filosoof en cultuurcriticus Friedrich Nietzsche (1844 – 1900) als basis van het boek. Gertz beschouwt nihilisme als een manier om aspecten van het dagelijks leven te begrijpen. Zijn boek is een krachtige analyse van hoe de menselijk-technosociale wereld steeds nihilistischer wordt: technologieën, met name informatietechnologieën, zijn onze belangrijkste methode geworden om ons af te leiden van het verlies van betekenis in ons leven, dat volgens Nietzsche het gevolg is van de triomf van het nihilisme.

Kijken naar het leven als een probleem

Bij Gertz gaat het om de manieren waarop onze waarden fungeren als middel tussen ontwerp en gebruik van technologieën. Hij onthult hoe wij verstrengeld zijn geraakt met onze technologieën waardoor er een wereld is ontstaan van technohypnose, datagestuurde activiteiten, pret-economie, kudde-netwerken en klikorgiën. De gevaren van technologie komen niet voort uit existentiële risico’s, maar uit de dagelijkse trend naar de nihilistische relatie tussen mens en technologie.
De alomtegenwoordigheid van smartphones leidt ertoe dat we steeds minder vertrouwen op menselijke interactie en steeds meer op smartphone-interactie. Dat wil zeggen dat we de weg niet meer vragen aan een mens maar aan de online kaartendienst van Google. Google Maps presenteert zich als het vullen van een leegte, maar creëert deze leegte ook zelf.
Gertz: “Technologieën helpen ons niet alleen problemen op te lossen, maar laten ons ook naar het leven kijken als een probleem”.

Bepaald zorgelijk vindt Gertz dat we moderne technologie laten zoeken naar therapeutische methoden om lijden – en daarmee de werkelijkheid – te vermijden in plaats van onszelf onder ogen te zien. De grote veranderingen die we momenteel meemaken zijn overigens niet geheel nieuw, merkt hij op. Ze zijn de koortsige versnelling van de Nietzscheaanse negentiende eeuwse nihilistische tendenzen, waarvan het opvallendste moderne voorbeeld de filosofie van Silicon Valley is: het transhumanisme4).

Transhumanisme

Dat transhumanisme is dus niet zo nieuw als we denken. Gertz raadt aan een keer te gaan luisteren naar wat men zoal te berde brengt in een Genius Bar5). Dan zal men toegeven dat het allemaal niet zo ultra-hip en paradigmaverschuivend is als de voorstanders van het transhumanisme ons willen doen geloven.
Het transhumanisme streeft naar overstijging van de biologische beperkingen en restricties van de mensheid d.m.v. technologische ingrepen. Maar volgens Gertz trappen de transhumanisten met hun technologische post-mens als beoogd doel, nog steeds in de val waarover Nietzsche het had. Hoewel we nu over betere wetenschap en technologie beschikken, zitten we nog steeds diep vast in dezelfde copingstrategieën6) – manieren om een probleem aan te pakken. In sommige opzichten zijn deze trends zelfs versterkt.
Achter de façade van een radicale techno-fix7), proberen de transhumanisten met behulp van technologie een probleem op te lossen dat vaak ontstaan is door eerdere technologische ingrepen.

AI en fundamentele rechten

Eind 2020 publiceerde het in Wenen gevestigde Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten het rapport Getting the future right – Artificial intelligence and fundamental rights. Een paar maanden later verscheen er een samenvatting in het Nederlands: Op het juiste pad voor de toekomst. Artificiële intelligentie en de grondrechten.

Het rapport bevat concrete voorbeelden van de manier waarop ondernemingen en overheidsinstanties in de EU Artificiële Intelligentie gebruiken of proberen te gebruiken. Het verslag richt zich op vier kerngebieden: sociale voorzieningen,
voorspellend politiewerk, gezondheidsdiensten en gerichte reclame. In dit verslag komen de mogelijke gevolgen voor de grondrechten aan bod en wordt geanalyseerd hoe rekening wordt gehouden met dergelijke rechten bij het gebruik of de ontwikkeling van AI-toepassingen.

In het rapport staat:
“Bij het gebruik van AI-systemen zijn vele verschillende grondrechten betrokken, ongeacht het toepassingsgebied. Dit zijn onder meer, maar niet uitsluitend, privacy, gegevensbescherming, non-discriminatie en toegang tot de rechter”.
Laten we het vooral niet vergeten.

Referenties

Hoe klikwerkers AI mogelijk maken, door Siri Beerends, Vrij Nederland, no 10, 2021. Op de site van VN is de titel Klikkerdeklik: de goocheltruc die we kunstmatige intelligentie noemen (16 oktober 2021), door Siri Beerends: www.vn.nl/goocheltruc-kunstmatige-intelligentie/

Website Siri Beerends: www.siribeerends.nl

Nihilism and Technology, door Nolen Gertz, Rowman & Littlefield, 2018: https://rowman.com/ISBN/9781786607034/Nihilism-and-Technology

Zie ook: Platformisering, algoritmisering en sociale bescherming, Sociaalrechtelijke uitdagingen in tijden van digitale transformatie, door prof. mr. Mijke Houwerzijl, mr. dr. Saskia Montebovi, mr. dr. Nuna Zekic, W (Red.), Wolters Kluwer, okober 2021: https://shop.wolterskluwer.nl/Platformisering-algoritmisering-en-sociale-bescherming-sNPWEALSOB/#pdp-extracts

Nolen Gertz: Do digital technologies make us more nihilistic? Video, 2 oktober 2018: www.youtube.com/watch?v=3LgQJmbFESs

Nihilism and Technology, Reviewed by John P. Sullins, Notre Dame Philosophical Reviews, 26 juli 2019: https://ndpr.nd.edu/reviews/nihilism-and-technology/

Getting the future right. Artificial intelligence and fundamental rights, European Union Agency for Fundamental Rights, december 2020:
https://fra.europa.eu/sites/default/files/fra_uploads/fra-2020-artificial-intelligence_en.pdf

Op het juiste pad voor de toekomst. Artificiële intelligentie en de grondrechten – Samenvatting, Bureau van de Europese Unie voor de grondrechten, 2021: https://fra.europa.eu/sites/default/files/fra_uploads/fra-2021-artificial-intelligence-summary_nl.pdf

Lees ook het artikel in Vrij Nederland: Vriendschap met een chatbot. Sociaal junkfood, door Tom Grosfeld, no 10, 2021. Op de site van VN getiteld: Mijn beste vriend is een chatbot: ‘Een robot laat je niet in de steek’: https://www.vn.nl/beste-vriend-chatbot/
Een passage daaruit: “Uit onderzoek van psychologe Jean Twenge blijkt dat jongeren geboren na 1995, de zogeheten IGen, de eerste generatie die opgroeide met smartphones en sociale media, het steeds enger vinden om met echte mensen, face-to-face, te interacteren. Ze houden van minder opdringerige en confronterende manieren van communicatie.

Noten
1) KI = Kunstmatige intelligentie. AI = Artificial Intelligence/Artificiële Intelligentie

2) Klikwerkers. Zie video Wat is clickwork? Uitgelegd in één minuut: ww.youtube.com/watch?v=xkuls01e3LY
3) De naam Turk is in dit verband ontleend aan de Mechanische Turk, een schaakmachine ontworpen in 1770 door de Hongaarse uitvinder Wolfgang van Kempelen. De machine bleek een goocheltruc te zijn.
4) Aanhangers van het transhumanisme beweren dat de mens is beland in het post-Darwin tijdperk en zijn evolutie in eigen hand kan gaan nemen. Transhumanisme probeert om de door de natuur gestelde grenzen van het menselijke bestaan te doorbreken.
5) De Genius Bar is een gratis dienst, aangeboden door Apple Inc om het gebruik van zijn producten en diensten te ondersteunen. Het is een face-to-face technisch ondersteuningscentrum in de Apple-winkels.
6) Psychologen noemen de manier waarop men geneigd is om om te gaan met stressvolle omstandigheden en tegenslagen, copingstijl. Afgeleid van het Engelse begrip to cope with = ‘kunnen omgaan met of opgewassen zijn tegen’.
7) Met techno-fix of technological fix/technical fix wordt bedoeld dat bij de oplossing van een bepaald probleem bovenal aan techniek of technologie wordt gedacht.

Afbeelding bovenaan is van Mohamed Hassan