Aan tools die je interviewbandjes voor je uitwerken is inmiddels geen gebrek, maar geen van allen zijn ze perfect. En dat geldt dus ook voor Google Voice Typing. Wat deze tool anders maakt? Hij is helemaal gratis! Gratis is ook Cleanfeed voor het opnemen van telefooninterviews.
Journalist Nick Kivits weet veel over technische ontwikkelingen en internetzaken. Hij schrijft daarover in de rubriek De tech-trend in het maandelijks verschijnende vakblad voor de journalist, Villamedia. Kivits is een alleskunner, van het schrijven van artikelen, tot het monteren van een web-video, van het geven van workshops tot het voeren van een eindredactie.
Traditiegetrouw blikt Kivits in de Nieuwsbrief van Villamedia van eind december 2021 terug op de beste tooltips die hij de afgelopen twaalf maanden heeft verzameld. De tooltips worden steeds met duidelijke uitleg weergegeven in een video.
Tooltip nummer 1 gaat over het inplannen van berichten op Twitter om ze op een later moment te publiceren. Lange tijd was men aangewezen op externe tools. De gratis tool Typefully kan dat nu wel.
Tooltip nummer 2: de Unpaywall.
Stuit je tijdens je online research op een wetenschappelijk paper dat achter een betaalmuur lijkt te staan? Unpaywall speurt automatisch websites af waar artikelen ook zonder slot te lezen zijn.
Tooltip nummer 3:Burnermail.
Je mailadres achterlaten kan een een hoop spam opleveren. Met Burnermail kun je tijdelijke mailadressen aanmaken, die ook weer makkelijk te verwijderen zijn.
Tooltip nummer 9:Raditube.
Informatie over van YouTube verwijderde video’s kun je weer terughalen met Raditube.
Voor de vijfde keer blikt het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek (SvdJ) vooruit op een nieuw jaar. Vijftien journalisten, onderzoekers en andere mediakenners vertellen wat ze verwachten én hopen dat 2022 gaat brengen.
Een van de vijftien is Olaf Koens (36), Midden-Oostencorrespondent voor RTL Nieuws. Hij hoopt dat Nederlanders komend jaar hun ogen en oren meer openen voor buitenlands nieuws en dat journalisten meer stelling gaan nemen.
Olaf Koens
Koens tegen Birte Schohaus: “Als politici iets niet zint, roepen ze nu: dat is nepnieuws. Die reflex is sterker dan ooit tevoren. In de Tweede Kamer durft de VVD-woordvoerder een verhaal van ons uit Turkije ‘fopjournalistiek’ te noemen. Dat gaat ver. Het enige antwoord is: we moeten nog beter ons best doen. Nog meer feiten verzamelen, data hebben om onze verhalen hard te maken.
Maar als je dat alles hebt: ga dan voor de waarheid staan. Ik hoop dat journalisten in 2022 meer stelling gaan nemen. Het model van: ik laat twee meningen aan het woord en de kijker mag bepalen wat klopt, is niet alleen lui, maar het voldoet niet meer. De journalist moet laten zien welke feiten kloppen, wat de waarheid is.
[…]
2022 wordt het jaar van de verhalende journalistiek. Ik zie nog te veel items van twee minuten waarin journalisten gortdroog het hele plaatje schetsen. Dat raakt de kijker niet. Wat zeggen inflatiecijfers mij? Je moet het grote verhaal juist schetsen aan de hand van de verhalen van mensen. Storytelling helpt om de complexiteit van de wereld te begrijpen. Daarom ben ik ervan overtuigd dat de journalistiek de omslag gaat maken naar langere video’s online. Met goede storytelling kun je rustig de lengte in”.
Selli Altunterim
Selli Altunterim (48) is journalist/eindredacteur. Hij bedacht jongerenprogramma Rauwkost voor de NTR en werkte voor Nova en Nieuws & Co. Hij hoopt dat de journalistiek meer teruggaat naar de basis: het controleren van de macht.
Altunterim tegen Sara Madou: “Het lijkt alsof de journalistiek in Nederland is vergeten waar het om draait. We berichten te vaak vanuit instituties en te weinig vanuit het belang van de burgers. Doodzonde, want volgens mij is dat wel waarom de meeste journalisten dit werk zijn gaan doen. Ik in ieder geval. Ooit deed ik met een collega uitgebreid research, we hadden zo’n 50 mensen gesproken met verhalen die elkaar ondersteunden. Toen zei een andere collega dat volgens Justitie al die mensen ongelijk hadden en we ons onderzoek beter konden opgeven. De kern van het probleem is dat hij daarin meeging.
Het is helemaal niet zo vreemd dat mensen geen vertrouwen meer hebben in de journalistiek. Pieter Omtzigt omschreef het mooi in zijn speech in de Tweede Kamer. Hij zei dat de media nu een soort vriendenkring vormen met de politiek, het bedrijfsleven en andere instanties. En kritiek leveren op je vrienden, dat doe je toch minder snel. Omtzigt riep politici op om zich af te vragen waarom ze eigenlijk volksvertegenwoordiger zijn geworden. Welke idealen gingen daarachter schuil? En hoe kun je die weer oppakken? Dat zouden we als journalisten ook moeten doen. Het is lastig om op die manier naar jezelf te kijken, dat weet ik, maar de tijd is er nu echt rijp voor”
De andere dertien voorspellende journalisten
Sjirk Kuijper, hoofdredacteur Nederlands Dagblad: De Nederlandse journalistiek heeft een blinde vlek voor religie.
Elma Drayer, journalist en Volkskrant-columnist: Quota om diversiteit aan te jagen hebben meer nadelen dan voordelen.
Kim Dankoor, deskundige op het gebied van media en mediawijsheid; promoveert op de relatie tussen hiphopconsumptie en het zelfbeeld van jongeren in Nederland en de Verenigde Staten: Traditionele media gaan een minder grote rol spelen.
Jip van den Toorn, cartoonist; heeft elke zaterdag een beeldcolumn in de Volkskrant; illustreert voor VPRO Gids en De Standaard: Laten we meer rekening houden met gevoeligheden.
Monic Slingerland, chef opinieredactie dagblad Trouw: De korte termijn wordt steeds leidender.
Laurens Vreekamp, geeft trainingen in toepassing van artificiële intelligentie (AI): Ik denk dat we in 2022 minder angst gaan zien voor AI.
Peter ter Velde, projectleider van PersVeilig, initiatief van o.m. de Nederlandse Vereniging van Journalisten: Het liefst heb ik dat PersVeilig eind 2022 opgeheven kan worden.
Jaap Tielbeke, redacteur Groene Amsterdammer: Ik hoop dat we ons bewust blijven van de klimaatcrisis.
Nanda Felix, contentmanager van ROEG!, tv-programma en online platform van RTV Drenthe: Samenwerken met organisaties doet niets af aan je onafhankelijkheid.
Bart Vuijk, onderzoeksjournalist Noordhollands Dagblad: Een groot onderzoek moet je nooit alleen doen.
Raounak Khaddari, verslaggever Het Parool presentator op Radio 1 van vroege ochtendshow : Ik hoop dat we de status quo vaker gaan bevragen.
Douwe Schaaf, docent opleiding Journalistiek Christelijke Hogeschool Ede (CHE); betrokken bij onderzoekscollectief Bureau Spotlight in Ede: Uit offline samenwerking valt veel meer te halen.
René Moerland, sinds 2019 hoofdredacteur NRC: 2022 wordt het jaar van de professionele media.
De Voorspellers. Wat staat de journalistiek in 2022 te wachten?, tekst van Jolanda van de Beld, Sjors Hofstede, Sara Madou, Birte Schohaus, Dorien Vrieling. Illustraties van Alexandra España, Stimuleringsfonds voor de Journalistiek, 9 december 2021: www.svdj.nl/voorspellers-2022
Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek stimuleert de kwaliteit, diversiteit en onafhankelijkheid van de journalistiek door met geld, kennis en onderzoek de vernieuwing van de journalistieke infrastructuur in Nederland te bevorderen. www.svdj.nl
Zie ook: Hoe ziet de journalistiek eruit in Nederland anno 2035? Blogs Beroepseer, 3 december 2020: https://beroepseer.nl
Illustratie bovenaan is van Alexandra España: ‘Olaf Koens’
De Centrale voor Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF) en Stichting Beroepseer nodigen u uit voor een interactief webinar over
Bijzonder normaal De ambtelijke eed als anker voor
goed ambtelijk vakmanschap en goed werkgeverschap
DatumMaandag 24 januari 2022 Tijd15.30 – 17.00 uur. Digitale inloop vanaf 15.15 uur Medium ZOOM
Sinds de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) per 1 januari 2020 wordt de rechtsverhouding van de ambtenaar bij de overheid beheerst door het civiele arbeidsrecht. Deze “normalisering” vindt zijn grenzen in het bijzondere karakter van het werk van de ambtenaar. Dat bijzondere karakter wordt onder andere uitgedrukt in de ambtseed die iedere ambtenaar bij zijn aanstelling dient af te leggen. Wat betekent de Wnra voor de ambtelijk eed? Hoe kijken ambtenaren zelf naar de eed? En wat vraagt de eed van overheidswerkgevers?
Deze vragen staan centraal in het webinar dat de sector Rijk van de CMHF en Stichting Beroepseer op maandag 24 januari 2022 organiseren van 15.30 tot 17.00 uur.
In dit interactieve webinar geeft Jacques Dijkgraaf een inleiding over de verschillende aspecten van de ambtseed en wisselt hij graag met u van gedachten over de ambtelijke eed als anker voor goed ambtelijk vakmanschap en goed werkgeverschap.
Jacques Dijkgraaf is sinds 2001 werkzaam als advocaat op het gebied van het arbeidsrecht en het onderwijsrecht. Daarvoor was hij werkzaam voor de sector Rijk van CMHF.
Voor wie Deze bijeenkomst is bedoeld voor ambtenaren (Rijk, provincie, waterschappen, gemeenten), bestuurders, volksvertegenwoordigers en andere geïnteresseerden.
Aanmelden Deelname aan deze bijeenkomst is kosteloos.
U kunt zich aanmelden bij Anja van Kleffens per e-mail: A.vanKleffens@cmhf.nl
Info over Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra): www.rijksoverheid.nl
Ondanks het feit dat Europa een werelddeel is met de meeste gelijkheid onder burgers, blijft de ongelijkheid toenemen en ontstaan er voortdurend nieuwe vormen van ongelijkheid. Daarbij functioneert de Covid-19-crisis als de nieuwste katalysator.
Tegen deze achtergrond hebben het European Trade Union Institute for Research (ETUI) en de European Trade Union Confederation (ETUC) in het jaarlijks verschijnende rapport Benchmarking Working Europe 2021 de nadruk gelegd op ongelijkheid voor en na de Covid-19-pandemie.
In de inleiding van het rapport schrijven Philippe Pochet, directeur ETUI, Luca Visentini, algemeen secretaris ETUC, en Nicola Countouris, directeur onderzoek ETUI,: “Het is bijna een cliché geworden om te zeggen dat de Covid-19-pandemie de reeds bestaande ongelijkheid heeft verergerd en tegelijkertijd nieuwe vormen van ongelijkheid heeft gecreëerd. Maar, het verband tussen de pandemie en de toenemende ongelijkheid is allesbehalve een cliché. Het is alarmerend en in toenemende mate meetbaar”.
Figuur 2.37: Aantal landen waar de verschillen zijn toegenomen
Het effect van Covid-19 is bepaald door structurele ongelijkheden
De schrijvers van de inleiding benadrukken dat ongelijkheid niet slechts een eenmalig historisch incident is dat verband houdt met een bepaalde crisis. Ongelijkheid is in feite het product van een economisch model waarin tijdens de afgelopen drie decennia de rijkdom steeds minder is herverdeeld onder de onderste lagen van de samenleving, terwijl aan de top de rijkdom steeds meer is toegenomen.
Met andere woorden, het is een structureel probleem. Gelet op het ernstige effect van ongelijkheid op de sociale en economische – laat staan de politieke en democratische – structuur van onze samenleving, zouden de reacties op het probleem van ongelijkheid op beleidsgebied even structureel van aard moeten zijn.
Huidige heroriëntering van beleid behoort permanent te worden
Structurele problemen vragen om structurele antwoorden. Er valt veel voor te zeggen om de nationale en Europese reacties qua beleid op de crisis van Covid-19 niet langer als tijdelijk en voorwaardelijk te beschouwen, maar ze te herinterpreteren als structurele antwoorden op een reeks reeds lang bestaande tekortkomingen van het neoliberale model van de economische en financiële governance1).
De ‘sleepeffecten’ van ongelijkheid dringend aangepakt
Een van de paradoxen van het vraagstuk van ongelijkheid is dat een ongelijke samenleving minder goed in staat is veranderingen door te voeren, met inbegrip van de veranderingen die nodig zijn om de ongelijkheid te verminderen. Zo heeft Covid-19 een aantal van de meest kwetsbare groepen, ook die met een sociaaleconomische achterstand, in diverse landen onevenredig zwaar getroffen.
Hoewel het helemaal niet duidelijk is hoe de groeiende maatschappelijke kloof zal worden aangepakt, laat staan verholpen, is het duidelijk dat een andere aanpak dringend noodzakelijk is. Immers, hoe langer het duurt de ongelijkheid om te buigen, hoe moeilijker het zal zijn om de economie en de samenleving in Europa weer duurzaam en veerkrachtig te maken.
Het rapport maakt de balans op van de diverse vormen van ongelijkheid in Europa, Ook wordt geprobeerd een reeks beleidsmaatregelen op te stellen die kunnen helpen bij een nieuwe aanpak.
TINA is voorbij en een nieuw tijdperk van welvaart ligt binnen handbereik
Tien jaar geleden was het gebruikelijk om bezuinigingsbeleid te rechtvaardigen door te veronderstellen dat “er geen alternatief is” – TINA2). Maar sommige van de op herverdeling gerichte en anticyclische3) reacties op de pandemie hebben duidelijk aangetoond dat er een alternatief voor bezuinigingen en neoliberalisme bestaat en dat dit alternatief kan worden uitgevoerd als daartoe wijdverspreid de politieke wil bestaat.
Het rapport
Benchmarking Working Europe 2021 bevat zeven hoofdstukken met de recentecijfers over tal van relevante indicatoren voor een sociaal Europa, weergegeven in grafieken:
Macro-economische en financiële ontwikkelingen en beleidsmaatregelen in de EU in 2021
Arbeidsmarkt en sociale ontwikkelingen: crisis zet ongelijkheid verder door
Lonen en collectieve onderhandelingen: is sociaal Europa echt terug op de agenda?
De ongelijkhedenpiramide van klimaatverandering en mitigatie
Ongelijkheid op het gebied van gezondheid en veiligheid op het werk in de EU
Industriële democratie en ongelijkheid
Naar een maatschappelijke veerkracht
Figuur 5.13: Percentage vrouwen en mannen met kinderen jonger dan 12 jaar met conflicten tussen werk en privéleven en psychische gezondheidsproblemen tijdens de pandemie in de EU (%)
Noteer de datum
Ongelijkheid is een belangrijk thema voor het ETUI. De eerstkomende tweejaarlijkse conferentie over ongelijkheid vindt plaats van 22 – 24 juni 2022. Kern van de conferentie zijn de vragen hoe de ongelijkheid in Europa kan worden omgevormd en hoe gelijk een eerlijke, rechtvaardige samenleving zou behoren te zijn. www.etui.org/events/blueprint-equality
Noten 1) Governance = bestuur, beheersing en macht of de wijze van besturen. Governance kan algemeen worden beschreven als het uitvoeren van beleid, controle, macht, regels en principes van organisaties. 2) TINA – There is no alternative. (er is geen alternatief) = uitspraak van Margaret Thatcher. 3) Anticyclisch = tegen de conjunctuur ingaande; de conjuncturele beweging dempend
Downloaden Benchmarking Working Europe 2021, geredigeerd door Nicola Countouris, Romuald Jagodzinski, Sotiria Theodoropoulou, ETUI, The European Trade Union Institute, 6 December 2021: www.etui.org/publications/benchmarking-working-europe-2021
Het European Trade Union Institute – ETUI – (Europees Vakbondsinstituut) is het onafhankelijke onderzoeks- en opleidingscentrum van het Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV), dat op zijn beurt de Europese vakbonden verenigt in één Europese koepelorganisatie. Het ETUI stelt zijn deskundigheid ten dienste van de belangen van de werknemers in Europa, ter versterking van de sociale dimensie van de Europese Unie. www.etui.org/
De European Trade Union Confederation – ETUC – Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV) is een koepelorganisatie van vakbonden in Europa. www.etuc.org/en
Johan Lambregts heeft een brief met tien aanbevelingen gestuurd aan de Tweede Kamer. Hij heeft dat gedaan op uitnodiging van Guus Schrijvers, die hem had gevraagd zich te verplaatsen in de rol van nieuwe minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Wat zou Lambregts doen aan het tekort aan verpleegkundigen en verzorgenden? Binnen honderd dagen na zijn benoeming als bewindspersoon schrijft hij een brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer, gepubliceerd in het kerstnummer van de Nieuwsbrief van Schrijvers.
Lambregts is verpleegkundige/nurse practioner en directeur van Bureau Lambregts voor adviezen in de gezondheidszorg. Guus Schrijvers is oud- hoogleraar public health en gezondheidseconoom.
Het beroep is afgepakt, verpleegkundigen monddood gemaakt
Lambregts adviseert meer macht en geld voor verpleegkundigen en verzorgenden en stelt als minister dan ook enkele maatregelen voor om het vak van verpleegkundigen en verzorgenden aantrekkelijk te maken en het vertrouwen terug te winnen. Dat is hard nodig in verband met de dramatische, actuele werksituatie van verpleegkundigen en verzorgenden. Er is hoog ziekteverzuim, overbelasting en uitstroom van net afgestudeerde verpleegkundigen:
“Dat het vorige kabinet zich daar niet veel drukker over maakte is veelzeggend. Dat artsen in praatprogramma’s oplossingen ventileren over de verpleegkundige beroepspraktijk helpt niet. Roeptoeteren over code zwart en tekorten aan IC bedden is niet gericht op samenhangende verpleegkundige zorg. Laat staan op de toekomst van een betaalbare zorg.
In een neoliberaal werkklimaat met focus op productie-denken en mechanistische werkstructuren zijn verpleegkundigen monddood gemaakt. Zonder solidariteit, aandacht voor werkplezier, leren en ontwikkelen. Het beroep is afgepakt door politici, artsen, bestuurders en managers. Er is misbruik gemaakt van de zorgzame houding van verpleegkundigen die altijd de gaten vullen die anderen laten liggen.
Conform het regeerakkoord zien we ook voor verpleegkundigen grote vragen op ons afkomen. Met ambitie en nieuw elan wil ik samen met hen het niveau omhoog brengen en Nederland klaarmaken voor de toekomst. Verpleegkundigen zijn het fundament van de zorg met het motto ‘Omzien naar elkaar’. Zij zijn de doorzetters. Het zuur van de bezuinigingen van 5 miljard in 2026 zal dan ook niet bij de verpleegkundigen terecht komen.
Voor iedereen: begin met in de spiegel te kijken en stel de vraag ‘wat kunnen we bijdragen aan het werkklimaat van verpleegkundigen’? Veel is terug te voeren naar eigenbelang, macht en geld. Daar gaat het over aan beleidstafels en niet over betere zorg. Analyseer vraagstukken vanuit macht en geld. We gaan daarvoor geen nieuwe commissies instellen of rapporten schrijven. Niet meer praten maar doen is voor de komende vier jaar mijn devies..
De tien richtlijnen van Lambregts: bijdragen aan het werkklimaat van verpleegkundigen
Nieuwe werkelijkheid
Minder patiënten
Carrièrepaden
Arbeidsvoorwaarden
Imago
– Halt toeroepen aan bedenkelijke rol media inzake het imago van het verpleegkundig beroep
Samenwerking met artsen
Terug in de lijn
– Artsen en bestuurders: geven de macht over het beroep terug aan de beroepsgroep
Bekostiging
Onderzoek en onderwijs
Wees rebels
– Zij zijn niet meer bang voor managers en bestuurders
Lees de hele brief van Johan Lambregts: Meer macht en geld voor verpleegkundigen, website van Guus Schrijvers, 19 december 2021: https://guusschrijvers.nl/meer-macht-en-geld-voor-verpleegkundigen/ (website is niet meer actief). Brief staat op de eigen website van Johan Lambregts: Meer macht en geld voor verpleegkundigen, Burola: www.burola.nl/meer-macht-en-geld-voor-verpleegkundigen/
“Gerard Sangers werd vermorzeld door de Participatiewet: ‘Ook ik ben beschuldigd van fraude’”. Het is de kop boven een artikel in dagblad Trouw in mei 2021 naar aanleiding van Sangers boek over zijn leven in de bijstand ‘Met dank, door MijnOverheid bij de Voedselbank‘. Het boek krijgt een vervolg in juli 2021: De mening van… een uitkeringstrekker.
Na veertig arbeidzame jaren komt Sangers, geboren in 1957, in 2011 in de bijstand terecht. Hij doet er alles aan om daar weer uit te komen met parttime werk en nulurencontracten. Maar zijn inspanningen om voldoende eigen inkomen te verwerven bleken alleen maar geld te kosten en hij kreeg al gauw het gevoel dat hij het moeras werd ingezogen: “Uiteindelijk heb ik met werken moeten stoppen, omdat het niet meer te betalen was”. Werken vanuit de bijstand bleek niet gestimuleerd, maar bestraft te worden.
Sangers was in een andere wereld terechtgekomen. In zijn eigen woorden “een van wantrouwen, regels, voorwaarden, verdienmodellen, beledigingen en sancties”. Het is een wereld waarvan ongeveer 75% van de bevolking het bestaan niet kent of niet wil kennen.
Anno 2021 zitten er ruim 400.000 mensen in de bijstand, dat is 4% van de werkenden. Rond 10% van de Nederlanders leeft in armoede of kan nauwelijks de rekeningen betalen. Conclusie: met 90% van het volk gaat het goed tot zeer goed. Dus politiek-economisch gezien TOP. Maar… die 10% zijn wel 1,2 miljoen mensen, van wie 400.000 kinderen…
Onbehagen
‘In de bijstand zitten’ wekt onbehagen op bij mensen die niet in de bijstand zitten. De mensen in de bijstand zelf voelen schaamte, of angst. Erover praten doe je niet. Maar Sangers praat er wel over en waarschuwt zijn lezers: “U zult, als lezer, versteld staan van deze verhalen. Het is niet alleen leven in schaamte en angst. Het is vaak ook armoede, het moeten voldoen aan de onzinnige regelgeving van de Participatiewet, de macht van de ambtenaar, de onmacht van de uitkeringsgerechtigde, het gevangen zitten in het systeem, geen toekomstperspectief meer zien”.
Wie in de bijstand raakt, krijgt te maken met de Wmo en Participatiewet. De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 is ingetreden per januari 2015. De officiële titel van de wet luidt: Wet van 9 juli 2014, houdende regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen en opvang. Het is de opvolger van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van 2007. Wmo 2015 vormt een onderdeel van het stelsel van Zorg en Welzijn, dat verder bestaat uit de Wet langdurige zorg (Wlz), de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Jeugdwet. Met de wet is een groot deel van de overheidstaken overgeheveld naar gemeenten. Deze spreiding van bevoegdheden betekent decentralisatie van het sociaal domein.
De Participatiewet, eveneens ingegaan per januari 2015, vervangt de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wajong. Volgens deze wet valt iedereen die kan werken maar het op de arbeidsmarkt zonder ondersteuning niet redt, onder de Participatiewet. De wet moet ervoor zorgen dat meer mensen werk vinden, ook mensen met een arbeidsbeperking.
De decentralisatie ging gepaard met een bezuiniging van dertig procent. Inmiddels zijn we jaren verder en het resultaat is: 352 gemeenten… met allemaal hun eigen regels. Sangers: “In de praktijk komt het erop neer dat je bij de ene gemeente ‘alles’ krijgt en bij een andere gemeente helemaal niks. Hoe hebben ze dit ooit kunnen verzinnen?” In een televisie-uitzending van TROS-Radar in april 2021 was er sprake van de term Wmo-vluchtelingen.
Participatiewet, een miljardenindustrie
De ondertitel van Sangers nieuwe boek luidt: Over het failliet van de Participatiewet. Hij beschrijft hoe de Participatiewet een miljardenindustrie is: re-integratie-bureaus, adviesorganen voor gemeenten/overheid, bureaus gespecialiseerd in loonkostensubsidies, ‘social return’ (opdrachtnemer van de gemeente helpt direct of indirect werkzoekenden aan een baan of stageplek), juridische adviesbureaus, trainingen/cursussen, uitzendbureaus, boeken/rapporten, onderzoeken.
Hij vertelt over de positie van bijstandsgerechtigden die door ambtelijke molens dreigen te worden vermorzeld en geeft zijn mening over dingen die hij “te gek voor woorden” vindt.
We kunnen zijn manier van denken goed volgen. Hij heeft het over hoogopgeleide en laagopgeleide mensen, het onbegrip tussen beide, ‘bullshit-banen’, de leefwereld en de systeemwereld, de werkvloer en het management. Voor zijn eerste boek had Sanger als begeleidende tekst willen schrijven: “Geen leuk boek om te lezen. Maar het verhaal moet verteld worden”, over de gemeente waar hij woont, het gemeentebestuur, de raadsleden, de burgemeester en de wethouders.
Er zit, in zijn woorden, een Berlijnse Muur tussen de systeemwereld (ambtenaren) en de leefwereld van mensen. Maar er zit ook een Berlijnse Muur tussen de ambtenaren van beleid en de ambtenaren van uitvoering.
Een baan vinden
Sangers: “Vanuit mijn ervaring gezien is het voor een bijstandsgerechtigde bijna onmogelijk een fulltimebaan te vinden bij de overheid, gemeente of organisaties die door subsidies gekoppeld zijn aan de gemeente. In de loop der jaren heb ik minimaal zes keer gesolliciteerd bij mijn gemeente. Relevante vacatures die mijns inziens passen bij mijn profiel, opleiding, competenties en ervaring. Vacatures zoals medewerker KCC (klantencontactcentrum), medewerker Werk & Inkomen, arbeidsmakelaar, leider sociale werkplaats, re-integratiemedewerker enzovoort. Officiële vacatures. Dus ik heb niet gesolliciteerd naar de functie van burgemeester of ICT-specialist of directeur. Iedere keer dezelfde standaardafwijzing: we hebben betere kandidaten kunnen selecteren of u past niet in ons profiel. Het allertrieste vind ik dat je niet eens een uitnodiging krijgt voor een gesprek.
Ik vraag mij af of gemeenten ooit een bijstandsgerechtigde in dienst nemen. Waarom zou een statushouder niet kunnen gaan werken bijvoorbeeld in de plantsoenendienst? Betaald natuurlijk. Wat ik niet begrijp, misschien wel niet wil begrijpen, is het volgende. Een bijstandsgerechtigde kost de maatschappij veel geld. De gemeente zelf is ook veel geld kwijt aan administratie, controle, begeleiding et cetera. Het zou dus goud zijn voor zowel de maatschappij als de gemeente, wanneer ze bij openstaande vacatures eerst in de kaartenbak van bijstandsgerechtigden gaan zoeken. Maar dat doen ze niet. Waarom niet? Ik ken bijstandsgerechtigden op diverse niveaus tot en met hbo.”
Commentaar van lezers op Sangers eerste boek
Ervaringsdeskundig
“De schrijver van dit boek is ervaringsdeskundig: dat kan ik beamen, want ik heb soortgelijke ervaringen gehad in de bijstand en met de bureaucratie van de overheid. De benadering van burgers is in de loop der jaren door de onoverzichtelijkheid van de wetgeving en het gebrek aan maatwerk onmenselijk geworden. Mensen die gediscrimineerd worden door werkgevers (zo is ons systeem nu eenmaal, werkgevers hebben vrije keuze) worden door onze overheid voortdurend weggezet als profiteurs en waarschijnlijke fraudeurs, terwijl ze in werkelijkheid juist door de overheid in hun mogelijkheden beknot worden. De schrijver legt alle misstanden bloot via verhalen uit eigen of andermans ervaring en baseert zich steeds op feitelijke gegevens.
De schrijver is duidelijk geen beroepsauteur, want hij herhaalt zich regelmatig; met een goede redactie zou het boek misschien wel een 100 bladzijden korter kunnen zijn. Van de andere kant is die authenticiteit ook de charme van het boek; je merkt, dat de schrijver door de ervaren onrechtvaardigheid getraumatiseerd is”.
Bedankt!
“Eigenlijk wist ik het wel, maar als je alles zo op een rijtje leest… dan is het inderdaad te gek voor woorden. Een heel duidelijk overzicht van alles wat er mis kan gaan in de wereld van de bijstand. Vooral de willekeur, steeds veranderende regels, maar ook steeds veranderende gezichten. Mooi het laatste hoofdstuk met alle tips. En ook bijzonder dat Gerard ons op deze manier een inkijkje heeft gegeven in zijn leven. Bedankt!”
Reactie van een ‘doctor’
“Gerard Sangers laat duidelijk zien hoe bijstandsgerechtigden klem gezet worden door regelgeving en hoe moeilijk het is om daar als individu iets aan te veranderen. Het boek getuigt ook van een scherp oog voor onrechtvaardige ongelijkheden. Veel van wat Sangers meemaakt is inderdaad te gek voor woorden, maar hij heeft het wel onder woorden weten te brengen. Zijn frustratie over zijn ervaringen met de bijstand spat van de pagina’s. Verwacht geen literair hoogstandje maar een eerlijke weergave van pijnlijke ervaringen die de auteur met een analytische blik probeert te duiden”.
Een menselijke overheid
De verhalen van Sangers tonen aan dat de Participatiewet niet functioneert. De wet op zich is niet verkeerd, maar strandt in de uitvoering. Ook al wil een wethouder het beter doen en gaan de raadsleden met hem mee, dan zijn er ambtenaren die het laten afweten. Sangers: “Burgemeesters, wethouders en raadsleden gaan, maar de ambtenaar behoudt zijn baan. Ik heb mezelf vaker de vraag gesteld wie nu eigenlijk de baas is bij gemeenten”.
Sangers is voorstander van het basisinkomen. Hij is ervan overtuigd “dat mensen weer mens worden, wanneer ze zelf hun leven mogen inrichten: gaan bijverdienen, creatief worden, een eigen bedrijfje beginnen, meer risico’s durven nemen, een zinvolle bijdrage leveren aan de maatschappij en ga zo maar door”.
Met zijn boek wil Sangers de systeemwereld (overheid/ambtenaren) een kijkje geven in de leefwereld van mensen in de bijstand, de praktijk van regelgeving, beslissingen, beleid en uitvoering. Het boek is een confrontatie met een onzinnige bureaucratie waarin wij mensen onszelf hebben gemanoeuvreerd. We hebben onszelf klem gezet in een labyrinth van regels.
“De wereld gaat eerder ten onder aan de bureaucratie dan aan de atoombom”, heeft iemand eens gezegd in een interview begin jaren zeventig, een tijd waarin de dreiging van een atoomoorlog voelbaar aanwezig was in de maatschappij. De massademonstraties tegen kernraketten in de jaren tachtig moesten nog beginnen.
Sangers boek is een pleidooi voor een menselijke overheid.
De mening van… een uitkeringstrekker – € 19,95 excl.verzendkosten, 296 p. – kan worden besteld via website Te gek voor woorden: www.tegekvoorwoorden.org
Gerard Sangers (63) werd vermorzeld door de Participatiewet: ‘Ook ik ben beschuldigd van fraude’, door Lukas van der Storm, Trouw,
Inhoudsopgave De mening van … een uitkeringstrekker
In de belangstelling
Don’t shoot the messenger
Niet normaal gaan vinden, wat niet normaal is
Mag een ambtenaar liegen? … Ja!
Zwijgcultuur=Zwijgplicht=Censuur
Een bijstandsgerechtigde een betaalde baan bij de overheid? Vergeet het maar…
Open sollicitatie
Mijn dove neef
De erfenis van tante Adrie
Wat is TONK nou weer?
De schuldenindustrie
Imago…beeldvorming…schone schijn
IQ en EQ
Ik ben niet meer van deze wereld
Wat als je het niet betalen kan?
Armenloterij
De maatschappij zegt tegen vluchtelingen: “Werken!!”
Hoe help je vluchtelingen aan betaald werk?… Bijna onmogelijk
Ben jij een ambtelijke professional? Praat mee over je vak!
Stichting Beroepseer voert een onderzoek uit naar het recht op ambtelijk vakmanschap, in opdracht van het Arbeidsmarkt- en Opleidingsfonds Rijk (A+O fond Rijk) en in samenwerking met de vakbonden binnen de rijksoverheid, waaronder de Centrale voor Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF). De centrale vraag van het onderzoeksproject luidt: Welke voorzieningen zijn er nodig om ambtelijk vakmanschap in de praktijk te ontwikkelen en beschermen? De resultaten worden gebundeld in een aantrekkelijk geschreven publicatie.
Met dit project wil Stichting Beroepseer, samen met A+O Fonds Rijk en de vakbonden binnen de rijksoverheid, advies uitbrengen over wat er nodig is om de positie en het vakmanschap van de ambtenaar te versterken. Dat is nodig om werk te maken van het herstel van het gezag van en vertrouwen in de overheid.
Focusgroepen met ambtelijk professionals. Doe je mee?
Een onderdeel van het onderzoek bestaat uit een drietal focusgroepen met ambtelijke professionals. Het doel van de focusgroepen is om op te halen wat er leeft onder ambtenaren zelf. Wat zien zij zelf als aanknopingspunten om ambtelijk vakmanschap goed te organiseren en beschermen?
Je kunt op drie momenten meedoen:
• dinsdag 18 januari van 15:00 – 17:00 uur
• woensdag 19 januari van 15:00 – 17:00 uur
• donderdag 20 januari van 15:00 – 17:00 uur
Inschrijven
Ben jij rijksambtenaar werkzaam in beleid, uitvoering of toezicht en wil je graag je ervaringen delen over je vak als ambtenaar? Geef je dan op voor een van de focusgroepen. Stuur een bericht aan Gerard van Nunen – g.vannunen@beroepseer.nl
De volgende thema’s kunnen onder andere aan bod komen tijdens de focusgroepen:
• het vakmanschap van de ambtenaar (kennis en kunde),
• de borging van ambtelijk vakmanschap: formeel en informeel (regels en cultuur),
• de professionele ruimte voor ambtenaren in relatie tot de ambtelijke ondergeschiktheid aan de politiek,
• tegenspraak,
• transparantie en het organisatorisch verankeren van ‘het goede gesprek’ over ambtelijk vakmanschap.
Gedupeerde ouders, kinderen en jongeren van de Kindertoeslagaffaire*) nemen de regie in eigen hand. Ze zijn moe van het vechten: “We willen geen voorwerp zijn van een aanpak maar onderdeel van oplossingen voor iedereen – niet alleen voor ouders maar óók voor kinderen en jongeren”. Ze hebben de krachten gebundeld en zich verzameld in een groep voor het gezamenlijk problemen oplossen, vooruitkijken en aan herstel werken. Een eigen website is opgestart onder de titel De Zolderkamer.
In december 2021 heeft de groep de uitslagen van een enquête gepubliceerd. Het rapport is getiteld (Gelijk)waardig herstel en bevat inzichten en aanbevelingen voor een landelijke en lokale aanpak van het repareren van de schade die de kinderopvangtoeslagaffaire heeft teweeggebracht.
Het rapport is bestemd voor mensen die complexe vraagstukken willen begrijpen vanuit perspectief van de mensen om wie het gaat en die laten zien hoe een ‘menselijke overheid’ eruit ziet.
De mensen om wie het gaat:
“Niemand kan spreken namens alle 49.159 geregistreerde ouders en naar schatting 95.000 kinderen van ‘gedupeerden van de kinderopvangtoeslagaffaire’. Niemand heeft dat mandaat. Want ieder mens heeft een eigen stemgeluid. En toch. Het lot heeft ons samengebracht. Wat ons verbindt, is dat we weten hoe onverwacht onrecht, onrechtvaardigheid en wanhoop voelen. Hoe het is om niet gehoord te worden, steeds maar weer. En dat er nog een lange weg te gaan is naar (emotioneel) herstel”.
De groep wil samenwerken met:
”iedereen die ertoe doet in deze affaire: alle verschillende ouders, jongeren en kinderen, het ouderpanel, de staatssecretaris van Financiën, UHT**), leden van de Tweede Kamer, de Kinderombudsman en de Ombudsman, advocaten, de rechtspraak, Raad van State, maatschappelijke organisaties en iedereen die hier verder onderdeel van is. De media zijn onafhankelijk, maar hebben hier ook een rol in“.
Enquête
De groep heeft een enquête gehouden onder een representatief aantal van 592 ouders en 133 jongeren en kinderen uit 172 verschillende gemeenten, verspreid over vijf landen. De vragenlijst is opgesteld door ouders en kinderen.
Het ziet ernaar uit dat de affaire – we schrijven december 2021 – nog steeds veel ellende teweegbrengt. Levens zijn verwoest, relaties kapotgegaan, toekomstdromen zijn vervlogen. Een zorgeloze jeugd was er niet, met alle gevolgen van dien. Er is zelfs sprake van wat ‘secundaire victimisatie’ wordt genoemd: dat slachtoffers zich opnieuw slachtoffer voelen door de houding of werkwijze van de instantie(s) die er voor hen zouden moeten zijn en steunen met compensatie en herstel.
In het rapport vragen ouders en hun kinderen:
“… anders te gaan denken. We zijn méér dan kwetsbaar en gedupeerd. Velen van ons zijn weliswaar beschadigd, maar dat wil niet zeggen dat we onze innerlijke kracht hebben verloren. We hebben bewezen dat we overlevers zijn. Neem daarom ouders, jongeren en kinderen serieus, zodat een gezamenlijk doel wordt bereikt: controle krijgen.
… aandacht voor minderjarige kinderen en jongeren vanaf 18 jaar. Minderjarige kinderen vallen onder de regeling voor de ouders; voor jongeren vanaf 18 jaar is dat onduidelijk, bijvoorbeeld als het gaat om schulden, brede hulp en toekomstperspectief. Er is nog onvoldoende erkenning dat het financieel en emotioneel herstel en welzijn van ouders onlosmakelijk is verbonden met dat van kinderen van alle leeftijden. Ook hier geldt, je bent zo gelukkig als je ongelukkigste kind”
Het rapport is geschreven in de hoop dat het als gids gaat dienen voor besluitvormers en uitvoerders bij het vermijden van blinde vlekken en verkeerde aannames. Zo kan het rapport misschien bijdragen aan het tegengaan van nog meer verlies van vertrouwen in de overheid. Aan het slot van het rapport staan zeven aanbevelingen.
Zie onderaan een aantal van de belangrijkste uitkomsten van de enquête.
Noten *) De Kinderopvangtoeslagaffaire: Tussen 2004 en 2019 is de kinderopvangtoeslag van een groot aantal ouders onterecht stopgezet. Bezwaarprocedures en (hoger)beroepsprocedures hierover hadden erg lange doorlooptijden. Gezinnen hebben onnodig lang in onzekerheid gezeten en hebben veel schade opgelopen. Veel ouders zijn financieel benadeeld en aangetast in hun rechtsgevoel omdat zij zijn bestempeld als fraudeur. De premier en de minister en staatssecretaris van Financiën hebben daarvoor hun excuses aangeboden. Het kabinet heeft ook een aantal besluiten genomen die er voor moeten zorgen dat de problemen van gedupeerde ouders zo snel mogelijk worden opgelost. Het herstelproces wordt uitgevoerd door de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen. Zie verder: www.rijksoverheid.nl
**) UHT = Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen, speciaal opgericht om het herstel te verzorgen.
Downloaden rapport Gelijkwaardig herstel, De Zolderkamer – Number 5, december 2021: https://beroepseer.nl
Volgens Glenn Houtgraaf zijn ambtenaren best creatief. Zij dragen innovatieve en bruikbare ideeën aan. Alleen, de wijze waarop de ambtenaren creatief zijn, verschilt wezenlijk van het beeld dat wij over het algemeen hebben van creatieve en eigenzinnige personen. Ambtenaren worden door het publiek bepaald niet getypeerd als creatief, maar eerder als rigide en stoffig.
Houtgraaf doet sinds oktober 2019 onderzoek naar ‘public sector creativity’ – creativiteit in de publieke sector. Hij is promovendus bestuurskunde aan de Radboud Universiteit. Met Peter Kruyen en Sandra van Thiel heeft hij d.m.v. systematisch literatuuronderzoek geanalyseerd hoe ambtenaren op de werkplek hun creatieve vermogens aanwenden voor innovatieve ideeën in de publieke sector. Creativiteit wordt beschouwd als de oorsprong van innovatie. Creativiteit in de publieke sector is in theorie niet gedefinieerd en er is nog onvoldoende onderzoek naar gedaan. Een definitie zou kunnen zijn: “ambtenaren die door toepassing van diverse methoden op nieuwe en bruikbare ideeën voor innovaties komen”.
Op Stuk Rood Vlees (SRV) – site voor politicologie en actualiteit – schrijft Houtgraaf: “Uit mijn onderzoek blijkt dat ambtenaren wel degelijk creatief zijn, maar dat deze creativiteit pragmatisch van aard is (in plaats van idealistisch) en dat dit eigenlijk juist wenselijk is gezien de taak van de publieke sector”.
Complexe uitdaging
In de dagelijkse praktijk genereren ambtenaren overwegend ideeën voor innovaties in de vorm van kleine aanpassingen en verbeteringen van bestaande diensten, zoals bijvoorbeeld het oplossen van problemen. Radicale ideeën voor innovaties die breken met de conventionele manier van werken komen daarentegen in mindere mate voor. Ambtenaren brengen met name stapsgewijs kleine veranderingen aan in plaats van grote, van te voren geplande, sprongen te maken. Maar, dat betekent niet dat ambtenaren geen radicale ideeën kunnen hebben. Uit door ambtenaren verzamelde gegevens betreffende hun creatieve ervaringen blijkt dat zij wel degelijk met radicale ideeën komen zoals de toepassing van blockchain, de anticipatie op vliegende auto’s en het aanwenden van neurale-netwerk technologieën.
Zou het wenselijk zijn als ambtenaren idealistischer, proactiever en radicaler worden in hun creativiteit? Houtgraaf: “Dat lijkt niet goed te passen bij de opdracht van publieke organisaties. We zouden dan verwachten dat ambtenaren ‘out-of-the-box’ denken in termen van creativiteit, maar ‘inside-the-box’ blijven in het kader van wettelijke, morele en budgettaire kaders. Dat is een complexe uitdaging voor ambtenaren waarbij zij tevens het risico lopen om buiten de lijntjes te kleuren met de negatieve gevolgen van dien”.
Kortom, de resultaten van het onderzoek wijzen erop dat ambtenaren niet altijd creatief zijn in de zin dat zij autonoom ideeën genereren; zij laten dit vaak aan anderen over. Het blijkt dat zij meestal creatief zijn in het vinden van alternatieve manieren om nieuwe ideeën toe te passen in de publieke sector.
Creativiteit is van belang
Creativiteit in de publieke sector is van belang en nodig om te komen tot optimalisering, uitbreiding en het waarborgen van de publieke dienstverlening. Creativiteit draagt bij tot bijvoorbeeld een snellere aanvraag van het paspoort, passende opvang voor asielzoekers of een gemakkelijke manier van betalen van boetes.
De literatuurstudie wijst, aldus Houtgraaf, ook op hiaten in de kennis over creativiteit in de publieke sector, waarvoor “we een onderzoeksagenda met belangrijke pistes voor toekomstig onderzoek opstellen. We vragen dat toekomstig onderzoek zich verdiept in idiosyncratische kenmerken van creativiteit in de publieke sector, de dynamiek van haar processen, en de soorten uitkomsten. Verder doen we methodologische suggesties over hoe we deze hiaten adequaat kunnen aanpakken”.
Downloaden rapport: Public sector creativity as the origin of public sector innovation: A taxonomy and future research agenda, door Glenn Houtgraaf, Peter M. Kruyen, Sandra van Thiel, Public Administration 24 november 2021: https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/padm.12778