Skip to main content

Redactie Beroepseer

Tussenrapportage over curriculumherziening blinkt uit in vage en onduidelijke taal

Op de site van het onderwijsvakblad Didactief schrijft Martin Ringenaldus over ‘het vierde tussenproduct’ van de ontwikkelgroep Engels/MVT (Moderne vreemde talen) van Curriculum.nu, de zogenoemde bouwstenen.*) Martin Ringenaldus is docent Duits op Regionale Scholengemeenschap Goeree-Overflakkee in Middelharnis. Hij won in januari 2019 de aanmoedigingsprijs van de Onderwijsraad voor zijn blog Hoe valide is het eindexamen Duits?

Als leraar Duits wil hij dat het curriculum antwoord geeft op de vraag wat hij als leraar precies moet onderwijzen, in welke volgorde en binnen welk tijdsbestek: “Groot is mijn teleurstelling dat tot nu toe slechts de conceptbouwstenen bij één thema uit het conceptraamwerk zijn opgeleverd, het thema ‘creatieve vormen van taal’. Waarom dit als eerste is uitgewerkt, is overigens onduidelijk.

Ik lees dat de ‘bouwstenen de benodigde kennis en vaardigheden bij de grote opdrachten (beschrijven)’. Mooi, denk ik, dan volgt straks een beschrijving van de kennis die ik moet onderwijzen. Maar in de volgende zin lees ik: ‘De bouwstenen vormen uiteindelijk, samen met de visie en de grote opdrachten, input voor de herziening van de kerndoelen en eindtermen.’ Huh? Dus er worden eerst bouwstenen ontwikkeld om later vast te stellen naar welke kerndoelen en eindtermen die toewerken? Is dat niet de omgekeerde wereld? Je stelt toch eerst een doel?

Vervolgens staat er: ‘Het is belangrijk dat de inhoud van het onderwijs tegemoet komt aan de eisen die nu en in de toekomst gesteld worden aan mensen.’ Die eisen laten zich toch niet voorspellen? Zo’n voorspelling blijft een gok. Kunnen we wel op voorhand vaststellen wat de inhoud van het onderwijs moet zijn en welke kennis overgedragen moet worden?”

Vaardigheden

Volgens Ringenaldus is er een groot probleem wat betreft de vaardigheden die zouden worden losgekoppeld van een vak. Hij citeert de Engelse leraar en onderzoeker Dylan Wiliam: ‘Iedere 21e-eeuwse vaardigheid moet voor ieder vak apart worden onderwezen.’
Ringenaldus: “Leerlingen moeten over het vak kunnen praten, er samen in groepen aan kunnen werken, creatief zijn in dat vak, er kritisch over kunnen nadenken en er problemen in kunnen oplossen. En dat voor wiskunde, voor taal, voor zaakvakken, et cetera”.

Curriculum.nu denkt daar anders over en legt in onbegrijpelijke taal uit waarom. Ringenaldus: “Hier wordt een jargon gebruikt waar ik geen touw aan vast kan knopen”.
Er is inderdaad geen touw aan vast te knopen. Er staat: “Vijf grote opdrachten beschrijven de inhoud van het leergebied Engels/MVT vanuit communicatief, intercultureel en (meta)cognitief perspectief. De drie perspectieven maken het mogelijk om zowel de communicatieve als de inhoudelijke componenten van het talenonderwijs in samenhang te belichten”.
(N.B.: het vak Duits valt voorlopig binnen het leergebied Engels/MVT).

De inhoud is moeilijk samen te vatten. Ringenaldus doet een poging, maar het wordt niet duidelijk wat er concreet is bedoeld. “Het duurt tot pagina 7”, aldus Ringenaldus, “van het vierde tussenproduct voordat er eindelijk een omschrijving van kennis en vaardigheden volgt”.
Een opsomming van zes punten voldoet ook niet.

Die dispensorische Erziehungstheorie

Na vier ontwikkelsessies en vier tussenproducten van Curriculum.nu is Ringenaldus nog niet veel opgeschoten. Hem lukt het niet “om ook maar een voorzichtige inschatting te maken van hoe het curriculum er straks daadwerkelijk uit komt te zien. Het ontwikkelteam construeert ogenschijnlijk samenhangende zinnen met zoveel jargon dat het heel interessant en professioneel overkomt, maar feitelijk niets meer brengt dan vaagheid en onduidelijkheid”.
Dit alles doet hem sterk denken aan ‘die dispensorische Erziehungstheorie’: “Op 30 oktober 1981 verscheen in de Duitse kwaliteitskrant die Zeit een stuk met de titel Der Gipfel der Gläubigkeit – Wie eine Nonsens-Theorie ernst genommen wird. De schrijver, Wolfgang Meyer, behandelde in zijn les op uitvoerige wijze het essay Erziehung nach Auschwitz van Adorno en merkte daarbij dat examenleerlingen op basis van de inhoud niet verbijsterd waren, maar de ellende van het fascisme op gelijke wijze tot zich leken te nemen als bijvoorbeeld de structuur van een moderne roman. Hij besloot een tekst te construeren die bol stond van clichés, onjuistheden, onsamenhangende en betekenisloze zinnen die in een pseudowetenschappelijke vorm werden gegoten. Deze tekst kreeg de titel die dispensorische Erziehungstheorie. Hij legde de tekst aan zijn leerlingen voor en zei erbij dat het ging om de nieuwste wetenschappelijke theorie op het gebied van opvoeding. In de les bespraken ze de doelen van deze theorie, het mensbeeld van de theorie, de wetenschapstheoretische en filosofische achtergrond van deze theorie en haar methode. Geen van zijn eindexamenkandidaten doorzag de onzin van de tekst. Het huiswerk bij de tekst werd braaf gemaakt”.

Het gaat nog verder met die dispensorische Erziehungstheorie. Lees de hele blog van Martin Ringenaldus: Curriculum.nu en de kleren van de keizer, Didactief Online , 12 maart 2019: https://didactiefonline.nl

De les uit Ringenaldus blog: “Als je maar voldoende vaktermen in een schijnbaar samenhangend geheel plaatst, het voor zoete koek zal worden aangenomen. Niemand zal erkennen dat men de tekst niet goed begrijpt. Minister Slob is gewaarschuwd”.

Noot
*) Een curriculum is een landelijk verplicht onderwijsprogramma: de vakken en de inhoud ervan. De Rijksoverheid stelt het curriculum formeel vast. De overheid, scholen en leraren geven samen vorm aan het curriculum, ieder vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid.
Het huidige curriculum stamt uit 2006. Het is sindsdien wel aangepast op losse punten, maar niet goed genoeg met de tijd meegegaan.Vanaf november 2014 wordt er door het hele onderwijs
nagedacht over het onderwijs van de toekomst. Leraren, wetenschappers, leerlingen en schoolbestuurders, maar ook ouders, ondernemers en maatschappelijke organisaties..
In januari 2016 verscheen het eindadvies ‘Ons Onderwijs 2032’. De Onderwijscoöperatie en een regiegroep onderzochten of het eindadvies haalbaar is. De conclusies zijn in november 2016 aangeboden aan de staatssecretaris. Op 20 april 2017 keurde de Tweede Kamer de curriculumherziening goed.

In 2018 denken negen ontwikkelteams na over de vakgebieden: digitale geletterdheid, Engels, Nederlands, rekenen & wiskunde, burgerschap, bewegen & Sport, kunst & cultuur, mens & natuur, mens & maatschappij.
Elk team bestaat uit ongeveer zes leraren uit het primair onderwijs (po), zes leraren uit het voortgezet onderwijs (vo) en twee schoolleiders. Aan elk ontwikkelteam worden ongeveer zes scholen uit po en vo gekoppeld.
Zij werken momenteel aan de uitwerking van zogenoemde ‘bouwstenen’ per leergebied; zij bedenken wat leerlingen moeten kennen en kunnen, en wat thuishoort in het onderwijscurriculum van alle leerlingen. Tijdens diverse bijeenkomsten vragen de teams om feedback op de tussentijdse ideeën. Dat gebert ook online.

In het voorjaar van 2019 ronden de ontwikkelteams hun werk af. De bouwstenen worden medio 2019 naar de Tweede Kamer gestuurd. Met de opbrengst van dit ontwikkelproces worden kerndoelen en eindtermen voor negen leergebieden geactualiseerd in de wet.

De voortgang van de ontwikkelteams, de tussenstand van de opgehaalde feedback – ‘tussenproduct’ genoemd – is te volgen op https://curriculum.nu
De vijfde ontwikkelfase is half februari 2019 begonnen: https://curriculum.nu/agenda

Ministerie VWS introduceert Newspeak-term: ‘datasolidariteit’

Het ministerie van VWS probeert met het begrip datasolidariteit het vertrouwen van de bevolking te winnen om hun medische data (gegevens) niet meer als privé eigendom te beschouwen maar als publiek eigendom. Huisarts in ruste en ict-expert W.J. Jongejan legt op zijn site Zorg ICT zorgen uitgebreid uit wat er aan de hand is.
Hebben we hier te maken met een nieuwe term van Newspeak, of doublespeak, de taal die, volgens de dystopische roman 1984 van George Orwell wordt gebruikt om de gedachtevorming van de bevolking te manipuleren en te beheersen? De bedoeling van Newspeak is dat de burger nog slechts politiek correcte uitspraken kan doen. Alle het regime ongewelvallige termen ontbreken immers en maken geen deel meer uit van de gangbare woordenschat.

Introductie van de term datasolidariteit

Jongejan schrijft dat minister Bruins van het ministerie van Volksgezondheid, Wetenschap en Sport (VWS) 15 november 2018 de term datasolidariteit introduceerde in een Kamerbrief.
In de toelichting, getiteld Data laten werken voor gezondheid – Een kwestie van gewaarborgd vertrouwen, staat uitgebreid beschreven hoe data van meerwaarde voor onze gezondheid zijn. In feite zijn data ‘de nieuwe auto’s’:

“De exponentiële groei en het gebruik ervan kan worden vergeleken met de opkomst van de auto in Nederland. In het begin kan slechts een beperkte groep er goed gebruik van maken, maar de rest van de maatschappij ziet de auto’s wel in toenemende mate rondrijden. Na verloop van tijd heeft de auto een vormende werking op de maatschappij: steeds meer mensen maken er gebruik van, er komen meer en drukkere wegen en ook neveneffecten, zoals uitstoot, worden duidelijk. Het is aan de overheid om voor vangrails, bewegwijzering en uitstootlimieten te zorgen, maar ook om tegelijkertijd optimaal gebruik te maken van de kansen die deze vorm van mobiliteit voor de maatschappij biedt. Dit geldt ook voor het gebruik van data. Nu de digitale (snel)wegen drukker worden, is het de hoogste tijd om te kijken welke acties moeten worden genomen om het vertrouwen van burgers in het gebruik van (gezondheids)data te waarborgen en de kansen van (gezondheids)data optimaal te benutten”.

Je vraagt je af wie op de absurde vergelijking van auto’s en persoonlijke medische gegevens is gekomen.

Grenzen oprekken

Volgens Jongejan wordt het het algemene begrip ‘gezondheid’ “de nieuwe vage doelstelling van de beoogde dataverwerking (big-data-analyse). In plaats van gegevens verzamelen voor individuele doelstellingen, wil VWS de gegevens voor een vaag gemeenschappelijk doel verzamelen en delen. Dat is dan een verbeterde gezondheid van de samenleving en het voorkomen en genezen van ziekten. Het is ook een uiterst verwerpelijke manier om het toestemmingsprincipe voor het verzamelen en verwerken van medische data overboord te zetten. Het zou dan ook zo maar een grond kunnen worden om het verzamelen en verwerken van ROM-data te rechtvaardigen. Het ministerie van VWS probeert met het geïntroduceerde begrip ‘datasolidariteit’ op bedenkelijke wijze de grenzen op te rekken die gelden voor het verzamelen en verwerken van medische data”.

Lees het hele artikel Datasolidariteit: gevaarlijke smoes voor surveillance en profiling met zorgdata  door Wim J. Jongejan, Zorg Ict zorgen, 12 maart 2019: www.zorgictzorgen.nl

Promotie Alan Ralston en symposium de dag erna over de filosofie van de psychiatrische praktijk

Op 10 april 2019 is er op de Vrije Universiteit (VU) in Amsterdam een symposium met thema: Filosofie in de psychiatrische praktijk. Aanleiding is de promotie van Alan Ralston de dag ervoor. Op dinsdag 9 april verdedigt Ralston om 11.45 uur zijn proefschrift Philosophy in Psychiatric Practice in de aula van de VU, De Boelelaan 1105, Amsterdam.
Meer info over promotie: Vrije Universiteit: www.vu.nl

Symposium

Het symposium op woensdag 10 april begint om 10.00 uur en eindigt om 16.00 uur. Sprekers op het symposium zijn:

  • prof. dr. Gerrit Glas, psychiater en opleider, filosoof en hoogleraar filosofie van de neurowetenschappen aan de Vrije Universiteit.
  • prof. dr. Bill Fulford, fellow van St Catherine’s College en lid van de Philosophy Faculty, University of Oxford.
  • dr. Wouter Kusters, filosoof, taalkundige en publicist. Hij won tweemaal de Socrates Wisselbeker.
  • dr. Jaap van der Stel, lector Geestelijke gezondheidszorg bij Hogeschool Leiden, senior onderzoeker GGZ inGeest/VUmc in Amsterdam.
  • dr. Derek Strijbos, psychiater en filosoof, onderzoeker aan Center for Cognition, Culture and Language van Radboud Universiteit.
  • Elnathan Prinsen,  psychiater en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie.
  • Tineke A. Abma, hoogleraar Participation & Diversity en co-hoofd  afdeling Medical Humanities, hoofdonderzoeker aan  Amsterdam Public Health institute.
  • Alan Ralston, psychiater en filosoof, medisch hoofd Zorglijn Acuut en Intensief UMC Utrecht.

Voertaal is hoofdzakelijk Engels.
Plaats: Vrije Universiteit, W & N Gebouw, Zaal: WN-M129 (t/o de aula) De Boelelaan 1105, Amsterdam.

Op het symposium geeft Ralston een samenvatting van zijn proefschrift:

“Er zijn weinig professies die zo met mysterie en controverse beladen zijn als die van psychiater. Wachter van de grens tussen waanzin en geestelijke gezondheid, arbiter van de wil en verantwoordelijkheid, arts van de ziel, de psychiater bestrijkt ogenschijnlijk een esoterisch terrein. Na jaren van evidence-based practice weten we nog weinig van de praktijk van de psychiater.Hoe gaat deze te werk? Hoe verloopt psychiatrische diagnostiek eigenlijk in de praktijk? Vanuit welke grondideeën gaat de psychiater te werk? Hoe legitimeert zij eigenlijk haar beslissingen?
Dergelijke vragen vormden de basis van een kwalitatief-filosofisch onderzoek dat resulteerde in het proefschrift Philosophy in Psychiatric Practice, dat in een vroege versie in 2014 de Van Helsdingen-prijs won.

Tijdens dit symposium staan we stil bij de domeinen van dit proefschrift: diagnose & classificatie, wetenschap & legitimatie, en geestesstoornis zelf. De sprekers is gevraagd op basis van de thema’s en bevindingen in het proefschrift een eigen perspectief te geven op filosofie in de psychiatrische praktijk. De voordrachten bewegen zich aldus op het terrein van de interactie tussen praktijk, filosofie, en historie”.

Wie het symposium wil bijwonen, kan zich aanmelden per e-mail via: j.strijker@dimencegroep.nl
Deelname is gratis; aantal plaatsen is beperkt (70).

Klik hier voor volledig programma van het symposium.

Alan Ralston is voortrekker van Stichting Beroepseer. Zie: Voordracht Alan Ralston op presentatie boek ‘Help, de psycholoog verzuipt!’: https://beroepseer.nl

Blog van Michelle van Dijk

Michelle van Dijk: ‘Daarom staken we’. Elke dag een blog in actieweek Investeer in onderwijs

Vandaag 11 maart 2019 is de Landelijke actieweek Investeer in onderwijs begonnen. De week wordt afgesloten met een landelijke onderwijsstaking en manifestatie op het Malieveld in Den Haag op vrijdag 15 maart. Michelle van Dijk, oud-lerares en momenteel teamleider, is ook van plan te staken en roept collega’s dringend op hetzelfde te doen. Waarom ze gaat staken legt ze uit in een aantal blogs op haar site, onder meer aan de hand van De 10 terechte klachten van de leraar.

In de introductie van deel 1 schrijft Van Dijk:

“Op vrijdag 15 maart staakt het onderwijs. In alle sectoren is geld nodig om de werkdruk te verlagen. Niet iedereen kent het plaatje achter het kostenplaatje. Daarom plaats ik in aanloop naar de staking elke dag een eerder verschenen stuk van mezelf of een ander om duidelijk te maken dat actie nodig is. Vandaag: ‘De 10 terechte klachten van de leraar.’ Oftewel: waarom moet het aantal lesuren per week omlaag?

Ik schreef dit blogbericht zeven jaar geleden. Op dit moment ben ik geen leraar, maar teamleider: ik heb nu zelfs geen klas, geen lessen. Mijn werkdrukbeleving is ontzettend anders: geen lessen, geen nakijkwerk, meer mail, meer overleg, meer stress, meer avonden op school, maar ik kan wel vaker rustig naar de wc, top! Toch is dit stuk nog steeds 100% representatief voor de positie van een leraar en daar gaat het om bij de staking”.

Alsof de eisen uit het niets komen

In deel 2 citeert Van Dijk een bericht van de Algemene Onderwijsbond (AOb) : “Tijdens de honderden schoolbezoeken merkten AOb-teams de afgelopen weken dat niet-leden zo af en toe twijfelen over staken, omdat zij denken dat er nog onderhandeld wordt met het kabinet. ‘Dat is absoluut niet het geval’, maakt AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen duidelijk. ‘Er wordt voorzichtig met werkgevers afgetast wat de ruimte is voor nieuwe cao’s, maar in het primair onderwijs bijvoorbeeld schreven álle bonden en de PO-raad samen een brief dat er voor een fatsoenlijke cao meer geld van het kabinet bij moet. Slob en Van Engelshoven, het hele kabinet, komen alleen niet over de brug’.

Van Dijk: “Ten onrechte is het beeld ontstaan dat deze staking geen stappen vooraf kent, alsof de eisen uit het niets komen en er niet al jarenlang onderhandelingen stagneren. Dat beeld is ook ontstaan doordat CNV niet meedoet aan de staking, met de volgende uitleg: ‘We zitten momenteel midden in de onderhandelingen met het po om meer geld te krijgen voor schoolleiders, leerkrachten en conciërges. Omdat het po onze grootste club is en wij nog volop in onderhandeling zijn, wachten we eerst de uitkomsten af’.
Jammer dan voor vo, mbo, hbo en wo, jammer eigenlijk dus ook voor CNV-leden van po die zich blijkbaar al gelukkig moeten prijzen met een kasschuif (het al toegezegde geld voor werkdrukverlaging – nog lang niet genoeg – wordt nu eerder ingezet)”.

De brandbrief van Van Dijk aan de minister van Onderwijs in deel 3 dateert uit 2013: “Maar: verrassing, alleen de naam van de minister is anders. De situatie voor leraren (in tekortvakken) is nog helemaal hetzelfde (Ik ben nu teamleider, geen leraar, maar ik kom nog wel eens leraren Nederlands tegen…)”.

Daarom staken we. Deel 1: De tien terechte klachten van de leraar, 9 maart 2019. Deel 2 Ook als je niet naar het Malieveld kunt komen, 10 maart 2019. Deel 3: Brandbrief aan de minister, 11 maart 2019, door Michelle van Dijk op blog Michelle van Dijk schrijft: https://michellevandijkschrijft.nl

Landelijke actieweek Investeer in onderwijs, 11 maart 2019 – 15 maart 2019, Agenda Beroepseer: https://beroepseer.nl

marktwerking

Steeds meer afkeer van marktwerking in de zorg. Of toch niet? Hoogleraar slaat plank mis met ‘reclamepraat’

Frits Kappers, ‘Hoogevener van het Jaar 2012’, schrijft in een blog op Regionieuws Hoogeveen dat Wim Groot op 2 maart in het Dagblad van het Noorden een reclamepraatje heeft gehouden voor marktwerking in de zorg. Groot is hoogleraar gezondheidseconomie aan de Universiteit van Maastricht. Frits Kappers was lid van Comité Actie voor Bethesda in Hoogeveen dat wilde voorkomen dat ziekenhuis Bethesda van een volwaardig ziekenhuis gereduceerd werd tot een polikliniek.

Er verschijnen steeds meer berichten met twijfel over marktwerking in de publieke sector: De kop boven het interview van Tonny van der Mee met Wim Groot in Dagblad van het Noorden luidde: Marktwerking in de zorg: zegen of vloek? Andere koppen in media van de afgelopen tijd: Marktwerking zorg zit in het verdomhoekje. Red de zorg van de marktwerking. Marktwerking zorg is doorgeslagen. De NOS heeft een speciaal dossier opgebouwd over marktwerking in de zorg met de titel Wie profiteert er van marktwerking in de zorg?

Niet alleen de marktwerking, ook het einde van het liberale tijdperk wordt steeds luider aangekondigd. Er zouden grote maatschappelijke veranderingen gaan plaatsvinden. Er zou meer solidariteit en onderlinge samenwerking komen.
Wim Groot zegt ook dat er weinig draagvlak voor marktwerking is maar gaat daar niet nader op in. Waarom zou dat zijn? Wel laat hij weten dat marktwerking veel oplevert.

Goedkoper en toch beter?

Kappers in zijn blog: “Zijn betoog bevat mantra’s die zo’n beetje alle zorgconsulenten en gezondheidseconomen over ons uitstrooien. Voor de marktwerking werkte men in de zorg met budgetten, betoogt Groot. Maar dat gaat nog steeds zo! Want ziekenhuizen werken met een plafond. Die behandeling wordt volgend jaar hervat. Is dat zo anders dan een vermaledijde wachtlijst?

Dat het oude systeem met ziekenfonds- en particuliere patiënten een kloof tussen bevolkingsgroepen veroorzaakte, weet ik uit eigen ervaring. De particuliere patiënt leverde de arts meer op en kreeg doorgaans een voorkeursbehandeling. Bij de oogarts met praktijk aan huis waar ik als kind van zeven kwam, maakte mevrouw de ziekenfondspatiënten duidelijk dat ze hun voeten moesten vegen bij binnenkomst en kregen particuliere patiënten koffie aangeboden…

De wereld van de gezondheidseconomen is veranderd. Maar zij zwijgen opzichtig over budgetpolissen, die patiënten manipuleren naar ziekenhuizen waar verzekeraars om onduidelijke redenen een contract mee hebben. Waarom kreeg bijvoorbeeld het Wilhelminaziekenhuis in Assen voor 2019 ineens geen contract meer voor de Zilveren Kruis budgetpolis? En Treant wel? Het lijkt erop dat Treant met zijn financiële problemen door de verzekeraar wordt geholpen aan patiënten met een bescheiden budget. Dan kun je beter afgesnauwd worden door de vrouw van de oogarts.

Professor Groot gelooft in de heilzaamheid van concurrentie. Zorgverzekeraars evenals zorgverleners zouden concurreren wie het best en het goedkoopst is. Goedkoper en toch beter… Nou dat valt makkelijk te weerspreken. Van concurrentie is geen sprake tussen zorgverzekeraars tenzij je bij honderden polissen met minimale verschillen van concurrentie wilt spreken. Elke regio heeft een leidende verzekeraar die de onderhandeling voert. Dat lijkt kartelvorming”.

Volgens Kappers lijkt professor Groot alle verbinding met de realiteit verbroken te hebben en stimuleert hij perverse prikkels.

Lees het hele artikel: Kantlijn: Hoogleraar gezondheidseconomie slaat plank over marktwerking mis, door Frits Kappers. Regionieuws Hoogeveen, 2 maart 2019: https://regionieuwshoogeveen.nl

Marktwerking in de zorg: zegen of vloek? met interview Wim Groot, door Tonny van der Mee, Dagblad van het Noorden, 2 maart 2019: https://sdproducties.files.wordpress.com/2019/03/20190302-dvhn-hoogleraar-wim-groot-over-marktwerking.pdf

Wie profiteert er van marktwerking in de zorg?  NPO Focus: https://npofocus.nl/artikel/7488/wie-profiteert-er-van-marktwerking-in-de-zorg

Manifest duurzame toekomst Nederlandse gezondheidszorg

Manifest duurzame toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg: Herinrichting van zorglandschap broodnodig

De branchegroep Zorg van BDO heeft een manifest over de duurzame toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg gepubliceerd. BDO is een internationaal opererende accountantsorganisatie, qua omvang de vijfde accountants- en adviesorganisatie ter wereld.

Op 17 januari 2019 kwam een diverse groep van twintig zorgbestuurders en een tiental andere stakeholders in de zorg bijeen op uitnodiging van de branchegroep Zorg van BDO. Doel: het in cocreatie formuleren van een zo concreet mogelijk plan om te komen tot een duurzame toekomst voor het Nederlandse zorgstelsel.

Naar een stelsel dat transparantie, eenvoud en samenwerking als uitgangspunten heeft

De samenstellers van het manifest vinden dat een dergelijk plan hard nodig is: “De Nederlandse zorg staat voor een enorme opdracht de komende tientallen jaren, waar ze bij onveranderd beleid niet aan zal kunnen voldoen.
Dat begint bij de ziekenhuizen. De laatste BDO-benchmark Ziekenhuizen verscheen in oktober vorig jaar onder de titel ‘Zorginfarct dreigt’. Al jaren signaleert BDO aan de hand van zijn benchmark dat de financiële gezondheid van de algemene ziekenhuizen in ons land achteruit holt. Het rendement neemt alsmaar verder af, tot 1,2% gemiddeld over 2017. Dergelijke lage marges maken investeren in een toekomst waarin ziekenhuiszorg op het huidige niveau verzekerd blijft voor alle Nederlanders, onmogelijk. In andere zorgbranches is het niet veel beter gesteld.
De verpleeghuiszorg is in 2017 financieel geholpen door de overheid, maar zucht onder een enorme groeiopdracht – de komende 25 jaar zal alleen al het aantal dementiepatiënten in Nederland verdubbelen tot boven de 500.000 – in combinatie met een wurgend personeelstekort. Zeker zo hard groeit het aantal ouderen dat thuis zorg en/of ondersteuning ontvangt onder verantwoordelijkheid van gemeente en wijkteams.

Maar ook daar zien we knellende budgetten en een niet te overbruggen personeelstekort, naast grote tekorten in de jeugdzorg. In de GGZ groeien sinds enkele jaren de wachtlijsten en in de eerstelijn wacht een chronisch huisartsentekort. In de ogen van alle aanwezigen bij deze rondetafel-bijeenkomst is het tijd voor radicale maatregelen op nationaal niveau. Het huidige stelsel, dat is gebaseerd op controle, complexiteit en compliance, dient te worden omgevormd tot een stelsel dat transparantie, eenvoud en samenwerking als uitgangspunten heeft.
Wij roepen alle politieke partijen op om eensgezind met elkaar in debat te gaan over maatregelen ter voorkoming van een zorginfarct. Wij zijn ervan overtuigd dat dit infarct kan worden voorkomen. In dit manifest geven wij 10 concrete maatregelen die wat ons betreft snel opgepakt kunnen en moeten worden”.

De tien concrete maatregelen van het manifest

1. Nieuw paradigma: niet ziekte bekostigen, maar gezondheid

2. Werk aan een gezonde samenleving, waarin kwaliteit van leven voorop staat

3. Zorg voor transparantie

4. Zorg voor een gelijk speelveld

5. Stimuleer netwerkzorg

6. Zorg voor een passende data-infrastructuur

7. Faciliteer innovatie en digitalisering

8. Stimuleer werken vanuit ‘positieve gezondheid’

9. Zonder (medisch) ondernemerschap gaat het niet gebeuren…

10. …maar de overheid moet actie nemen om de voorwaarden te scheppen

Aan het slot van het manifest worden de samenstellers met name genoemd.

Downloaden in PDF: Manifest duurzame toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg, BDO, maart 2019: www.bdo.nl

Manifest duurzame toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg, BDO, 4 maart 2019: www.bdo.nl

Benchmark Ziekenhuizen BDO 2018: zorginfarct dreigt, BDO, 23 oktober 2018: www.bdo.nl

BDO Zorg: www.bdo.nl/nl-nl/branches/zorg

rapport Uithuisgeplaatst. En dan?

Regels voor toepassing vrijheidsbeperkende maatregelen in zorginstellingen voor kinderen zijn onduidelijk

Duizenden kinderen in Nederland groeien niet thuis op, maar – al dan niet tijdelijk – in een instelling. Dit kan een instelling voor reguliere jeugdhulp zijn of een specialistische jeugdhulpinstelling met betrekking tot de geestelijke gezondheidszorg (GGZ). Dit worden residentiële instellingen genoemd. Sommige residentiële instellingen of sommige afdelingen binnen die residentiële instellingen hebben een ‘gesloten’ karakter: daar mag de deur op slot. Ook mogen in die gesloten instellingen andere maatregelen worden toegepast zoals het separeren of fixeren van kinderen, het controleren van de kamer of van de urine en het gedwongen toedienen van medicatie. Deze maatregelen leiden tot vrijheidsbeperking van het kind. Gelet op de vergaande impact ervan op het kind is in de wet opgenomen welke vrijheidsbeperkende maatregelen mogen worden toegepast en in welke situatie.

Defence for Children, een internationaal opererende organisatie die opkomt voor de rechten van kinderen, ontving verscheidene vragen en klachten op de Kinderrechtenhelpdesk over de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in residentiële instellingen. Hieraan werd het signaal ontleend dat die vrijheidsbeperkende maatregelen niet alleen in gesloten instellingen worden toegepast, maar ook in zogenoemde ‘open’ instellingen: instellingen waar – kort gezegd – de deur niet op slot mag en waar hoogstens in crisissituaties mag worden ingegrepen. Ook ontstond de indruk dat enige vorm van effectief toezicht ontbrak. Dit signaal en de klachten vormden aanleiding tot nader onderzoek, uitmondend in het in maart 2019 gepubliceerde rapport Uithuisgeplaatst. En dan?

Gebrek aan duidelijkheid en consensus

Uit het onderzoek blijkt dat het in de huidige praktijk ontbreekt aan duidelijkheid en consensus over wat vrijheidsbeperkende maatregelen precies inhouden. Dit is zorgelijk omdat het om vergaande vrijheidsbeperking van kinderen gaat. Daarnaast ontbreekt het aan voldoende rechtswaarborgen en toezicht. De kern van het probleem lijkt te zijn dat enerzijds een heldere omschrijving van vrijheidsbeperking ontbreekt en anderzijds dat verschillend wordt gedacht over de functie van vrijheidsbeperkende maatregelen.

Daarnaast is duidelijk geworden dat kinderen met verschillende soorten machtigingen – open en gesloten jeugdhulp, dan wel jeugd-GGZ – op hetzelfde terrein verblijven. Een duidelijk onderscheid ontbreekt, waardoor kinderen direct of indirect met de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen worden geconfronteerd.

Cultuuromslag

Op grond van deze en andere bevindingen heeft Defence for Children zestien aanbevelingen, verdeeld over drie thema’s, geformuleerd om de rechtswaarborgen van kinderen in residentiële instellingen te verbeteren. De aanbevelingen zijn vooral bedoeld voor  het ministerie van VWS. Maar, een aantal aanbevelingen kan vanzelfsprekend ook op eigen initiatief worden opgevolgd door residentiële instellingen en de daar werkende professionals.
Defence for Children is van mening dat dat laatste de snelste en effectiefste manier is om een cultuuromslag teweeg te brengen, nu de draagkracht voor gezamenlijke bedachte alternatieven vele malen groter zal zijn dan wanneer die alternatieven van bovenaf worden opgelegd.

De Nederlandse overheid is verplicht om de juiste hulp en zorg te bieden aan kinderen die in residentiële instellingen verblijven zodat zij zich goed kunnen ontwikkelen. Defence for Children roept de overheid dan ook op om deze kwetsbare kinderen niet langer te laten wachten: ‘later’ veilig opgroeien is voor deze kinderen geen optie

Downloaden rapport Uithuisgeplaatst. En dan? Een onderzoek naar de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in zorginstellingen voor kinderen, door mr. Maartje Berger, dr. June de Groot van Embden en mr. Eva Huls, Defence for Children, 2019: https://defenceforchildren.nl/media/3544/uithuisgeplaatst-en-dan-webversie.pdf

Zorgen om vrijheidsbeperkende maatregelen in jeugdinstellingen, Defence for children, 5 maart 2019: https://defenceforchildren.nl

De laatste tien jaar niet eerder zoveel mensen die overwogen van baan te wisselen

BNR Nieuwsradio heeft cijfers opgevraagd bij uitzendorganisatie Randstad en meldt in de nieuwsuitzending van 6 maart 2019 dat Nederlanders massaal op zoek zijn naar een nieuwe baan. De laatste tien jaar waren er niet eerder zoveel mensen die overwogen om van baan te wisselen. Ook stapten in jaren niet zo veel mensen daadwerkelijk over.
Leidinggevenden zijn over het algemeen aanzienlijk actiever op de arbeidsmarkt dan mensen zonder leidinggevende functie, zegt Bart van Krimpen, arbeidsmarktanalist bij Randstad.

Kijken naar betere werksfeer

Een kwart van de werkenden wisselde de afgelopen periode van baan, inclusief de mensen die bij hun werkgever ander werk vonden. Opvallend is ook dat veel mensen open staan voor een vergelijkbare functie bij een andere baas, zegt Van Krimpen. “Mijn aanname is dat mensen op dit moment aan het kijken zijn naar betere arbeidsvoorwaarden of een betere werksfeer”. Met name vanuit de horeca- en entertainmentsector wordt veel gezocht. Onderwijs en overheid zijn juist sectoren waar weinig gedacht wordt aan een overstap.
We zien dat de mobiliteitsindex sinds 2013 continu is toegenomen, gelijk met de verbetering van de arbeidsmarkt. De verwachting is dat de mobiliteit in 2019 hoog zal blijven en wellicht na 2019 iets zal gaan dalen. Voor werkgevers is het nu de tijd mensen aan te trekken en ervoor te zorgen dat de achterdeur dicht blijft”.

Luister de nieuwsuitzending terug op BNR Nieuwsradio, 6 maart 2019: https://www.bnr.nl/nieuws/economie/10371372/nederlanders-massaal-op-zoek-naar-nieuwe-baan

Op deze site van BNR kan ook het Randstad BAS onderzoek met inzichten in de arbeidsmarktactiviteit van 2018 worden gedownload.

Economie koelt af, Concept CEP 2019 (cCEP), raming voor 2019 en 2020 van het Centraal Planbureau, 5 maart 2019: https://www.cpb.nl/raming-maart-2019-ccep

Doorgeschoten differentiatie in het onderwijsstelsel Onderwijsraad

Onderwijsraad vergadert di 5/3 in Tweede Kamer over Stand van educatief Nederland

Vanmiddag, dinsdag 5 maart 2019, is er een vergadering in de Tweede Kamer van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap waar de Onderwijsraad drie adviezen aanbiedt:
– Stand van educatief Nederland
– Publicatie Hoofdlijnen van stand van educatief Nederland 2018 over de doorgeschoten differentiatie in het onderwijsstelsel
– ‘Curriculumvernieuwing’ en ‘Toets wijzer’
De vergadering –  live te volgen via livestream – vindt plaats in de Suze Groenewegzaal en begint om 17.00 uur (tot 18.15 uur).

Omslag Onderwijsraad Doorgeschoten differentiatieEén keer in de vijf jaar bekijkt de Onderwijsraad hoe het onderwijs ervoor staat. Daarbij kijkt de raad zowel naar ontwikkelingen op de korte als de lange termijn. Het volledige rapport Stand van educatief Nederland bestaat uit een advies (deel A), een beleidsanalyse (deel B) en een cijferdeel (deel C).

De publicatie Hoofdlijnen van Stand van educatief Nederland 2018 gaat over de de huidige organisatie van het onderwijsstelsel in het licht van maatschappelijke ontwikkelingen. Kan het onderwijs met het huidige stelsel zijn maatschappelijke opdracht nu en in de toekomst waarmaken? De Onderwijsraad komt tot de conclusie dat het huidige onderwijsstelsel op onderdelen aanpassing behoeft. In het licht van maatschappelijke ontwikkelingen wordt de manier waarop we het onderwijs georganiseerd hebben problematisch: (1) jongeren uit verschillende sociale groepen komen elkaar niet meer vanzelfsprekend tegen in het onderwijs, (2) plaatsing in het voortgezet onderwijs wordt steeds bepalender voor het eindniveau van jongeren, en (3) permanente educatie heeft geen formele plek in het onderwijsstelsel. De raad formuleert vijf vertrekpunten die richting geven aan de gedachtevorming en discussie over aanpassingen aan het stelsel.

De Onderwijsraad benadrukt nog eens dat “de verantwoordelijkheid voor het stelsel bij de overheid ligt. Een van de kerntaken is het bewaken van samenhang in het onderwijsstelsel bij de beleidsvoering. Daar hoort bij dat ze geregeld stil staat bij vragen zoals =- Welke maatschappelijke ontwikkelingen doen een appel op het onderwijs? en Wat hebben jongeren en burgers in het algemeen aan bagage nodig voor de toekomst? Met de hierboven beschreven vertrekpunten en de formulering van de maatschappelijke opdracht van het onderwijs levert de raad een bijdrage aan een stelseldiscussie die de afgelopen jaren, naar zijn oordeel, te weinig is gevoerd”.

Klik hier voor Hoofdlijnen van Stand van educatief Nederland 2018. Doorgeschoten differentiatie in het onderwijsstelsel, Onderwijsraad, 14 december 2018: https://beroepseer.nl

Doorgeschoten differentiatie. Stand van educatief Nederland 2019, Onderwijsraad, 22 februari 2019: https://beroepseer.nl
(Deze Stand van educatief Nederland bevat een uitgebreide toelichting en onderbouwing van de in december 2018 verschenen Hoofdlijnennotitie Doorgeschoten differentiatie in het onderwijsstelsel)

Meer info bij Tweede Kamer: Onderwijsraad, briefing inzake adviezen Toets wijzer, Curriculum en Stand van educatief Nederland, 5 maart 2018: https://www.tweedekamer.nl/debat_en_vergadering/commissievergaderingen/details?id=2019A00372

Livestream Suze Groenewegzaal, Tweede Kamer op dinsdag 5 maart 2019 om 17.00 uur: https://www.tweedekamer.nl/vergaderingen/livedebat/suze-groenewegzaal