Skip to main content

Redactie Beroepseer

Wie zijn de winnaars en verliezers van de economische crisis?

Voor het Tijdschrift voor arbeidsvraagstukken schreven Peter Smulders en Seth van den Bossche het artikel De winnaars en verliezers van de economische crisis.
Zij schrijven dat er veel is gepubliceerd over de effecten van economische crises op gezondheid, meer speciaal op stress en depressies, maar weinig over de effecten op arbeidsvoorwaarden, -verhoudingen en -omstandigheden. En nog minder over de groeperingen die er tijdens de crises beter of slechter op zijn geworden.
Het artikel probeert in die lacunes te voorzien. Gebruik wordt gemaakt van data van de NEA (Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden) over de 10-jaarsperiode 2007-2016, met gegevens van circa 280.000 werknemers, dus zo’n 28.000 werknemers per jaar.

Autonomie in het werk is afgenomen

Geconcludeerd wordt dat met name op het gebied van arbeidscontracten en arbeidstijden veel veranderde. Flexibele contracten namen gemiddeld zeer sterk toe (van 16 naar 25%), de arbeidsduren namen af van 32 naar 29 uur werknemer per week. Uitdagend werk en autonomie in het werk namen af; werkdruk, burn-out-klachten en baanonzekerheid namen toe. En opvallend was dat conflicten op het werk afnamen. Door middel van een vijftal mechanismen worden de resultaten geïnterpreteerd: bezuiniging, pressie, centralisatie, terug-naar-de-basis en minder onderlinge steun.

De ‘verliezers’ van de crisis

Ten slotte kan worden geconcludeerd dat vooral de jongeren en de lager opgeleiden als de ‘verliezers’ van de crisis aangemerkt kunnen worden. Uitgesproken winnaars van de crisis zijn moeilijk aan te wijzen, want ook bij ouderen en hoger opgeleiden deden zich de meeste verschijnselen – hoewel in mindere mate – voor. Baanonzekerheid nam zelfs het meest toe bij de categorie ouderen

Klik hier voor lezen van het artikel (in PDF) De winnaars en verliezers van de economische crisis, door Peter Smulders en Seth van den Bossche in Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken no 2, zomer 2018: www.tijdschriftvoorarbeidsvraagstukken.nl

Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken. No 2, zomer 2018 is gewijd aan thema Ongelijkheid in arbeid: www.tijdschriftvoorarbeidsvraagstukken.nl

Zijn ambachtelijk werken en zakendoen voorbode van een betere toekomst?

Kantoormensen vluchten weg van hun bureaus en worden ambachtelijk bierbrouwer of bakker. In 1843, het tweemaandelijkse magazine van weekblad The Economist, schrijft Ryan Avent dat een ambachtelijke hausse wijst op het falen van de huidige economie, en misschien ook wel die van de toekomst.

Sandy Wood en Alex Laufer, oprichters van distilleerderij One Eight in Ivy City, een armoedige industriewijk op drie kilometer afstand van de Amerikaanse hoofdstad Washington, zijn begonnen aan hun tweede carrière. Wood was voorheen advocaat immigratiezaken, Laufer runde een biotechnisch laboratorium in Silicon Valley. Ze zijn oude vrienden die op een dag besloten de stap te wagen. Een paar jaar lang verdiepten ze zich in de kunst van het zakendoen, leerden van andere distilleerders het vak, brachten kapitaal bijeen en vonden de juiste plek om hun bedrijf te beginnen. Zelfs nadat ze waren begonnen met het maken van de alcohol, was wachten het devies. Wood en Laufer waren het meest geïnteresseerd in het maken van bourbon en bourbon doet er langer dan een jaar over om te rijpen.
Twee jaar geleden is de distilleerderij geopend. One Eight verkocht ongerijpte dranken als gin en witte whiskey, maar in de herfst van 2017 was het dan eindelijk zover, de eerste bourbon kon worden geproduceerd in het District of Columbia, het federale district waarbinnen Washington D.C. is gelegen. Dat is voor het eerst sinds het einde van de Grote Drooglegging van 1933.

Het ambacht van distilleren beleeft in die regio, maar ook elders in de V.S., een spectaculaire groei. Op grote schaal is dat slechts een druppel in de oceaan, ongeveer twee procent van de Amerikaanse markt, maar de trend zet door en zal zeker het consumentengebruik in de grote steden beïnvloeden.
De eerste wijnmakerij ging ook van start in die regio en de cafés hebben tegenwoordig lokaal bier in het assortiment. Er zijn ambachtelijke zoutjes en ambachtelijk geroosterde koffiebonen te krijgen. Ook zijn er ambachtelijke slagers, leerbewerkers, pottenbakkers, ijsmakers en zelfs traditionele barbiers die je haar knippen en je snor verfraaien. Als je wilt zijn kleermakers bereid een bij je snor passend kostuum te maken.

Plezier in het werk en het leven

Ambachtelijk zakendoen is hard werken, maar zeer de moeite waard. De oprichters van One Eight Distilling hebben plezier in hun leven en dat is niet moeilijk te begrijpen. Ze zijn omringd door goede drank, dat is zeker. Maar bij een rondleiding door hun zaak, vertellen ze hoe ze de leverancier van rogge hadden gevonden, en hoe hun in Duitsland gefabriceerde destillatieketels werken. Die kunnen worden gecontroleerd met een app en dat is handig wanneer een destilleerronde moet beginnen om drie uur in de ochtend. De mannen stralen trots en passie uit. Ze hebben een prachtige baan, en dat weten ze.

Eigenlijk is dat raar. Vandaag de dag richt de wereld zich op tech, op uitleggen hoe daardoor ons leven is veranderd en op voorspellen wat er allemaal nog gaat veranderen in de toekomst. Wat er nog gefabriceerd wordt, wordt gedaan door machines. De inbreng van de mens is beperkt tot het programmeren van de machines en het zich zorgen maken over machines die in de toekomst machines gaan programmeren. Denkers en beleidsmakers worstelen met de vraag wat er gaat gebeuren met de mens als werk zoals we dat nu kennen gaat verdwijnen en de maatschappij iets anders moet bedenken voor de achturige werkdag op kantoor of in de fabriek.

Toch gebeurt het al dat in de rijkste gebieden op aarde op bescheiden schaal slimme mensen als Wood en Laufer bedrijven oprichten die meer lijken op werkplaatsen uit het pre-industriële tijdperk dan op moderne ondernemingen: van de lokale bron van de grondstoffen tot de sterke band met de gemeenschap, van de relatie met leveranciers en klanten tot het uiterlijk van hun producten. Ook de ethiek van ondernemingen als One Eight grijpt terug naar de tijd voordat de industriële revolutie de maatschappij veranderde. De opkomst van dit soort ondernemingen zegt veel over onze behoeften en bevat de sleutel tot de manier waarop we daaraan tegemoet kunnen komen in de toekomst.

Status en connaisseurschap

Avent had nog meer interviews, met twee pottenbakkers, een leerbewerkster en met Sarah Gordon die Gordy’s Pickles heeft opgericht. Pickles zijn in azijn ingemaakte, ingezouten, sterk gekruide groenten met vooral komkommers (augurken) als basis. Gordon was voorheen merknaam- en communicatie-adviseur. Het blijkt dat met de handen werken, het ambacht uitoefenen, grote voldoening geeft. Het fysieke aspect draagt voor een groot deel bij aan het plezier in het werk. Gordon maakt overheerlijke pickles, aldus Avent. Ze zoekt groenten uit, mengt kruiden en legt ze in de pekel. Voor de pottenbakkers geldt hetzelfde, het fysieke contact met de vaas en de hitte van de oven.
Werken in de ambachtelijke economie was in het verleden voor hippies en excentriekelingen. Nu biedt het een zekere status. Pottenbakker Katie Stack, oprichter van Stitch and Rivet, vertelt dat haar advocaat, die breit en haar gebreide spullen door Stitch and Rivet laat verkopen, overweegt haar baan eraan te geven en ook ambachtelijk te gaan werken.

In Nederland is het aantal ambachtelijke bierbrouwers razendsnel gestegen Het aantal is verviervoudigd sinds 2007. Van 90 in 2007 tot 370 in 2017. Het zijn vooral eenmansbedrijven die erbij zijn gekomen. Bij 270 van de 370 brouwerijen is één persoon werkzaam. De grootste groei vond plaats in Amsterdam. (Centraal Bureau voor de Statistiek, juni 2017).

Kennis heeft glitter vervangen als statussymbool. Connaisseurschap is aan een nieuw leven begonnen. Kunst en wijn verzamelen was eens voorbehouden aan de elite, nu bereikt connaisseurschap elke hoek van de ambachtelijke economie. Ga maar eens kijken in de grote steden en je komt mensen tegen die eindeloos kunnen vertellen over chocola of koffie, olijfolie of brood, pepers of draaitafels. En daarbij gaat het niet alleen om speciale kennis maar ook om gedeelde waarden. De rauwe grondstoffen van de ambachtelijke economie zijn afkomstig van scharreldieren en niet-genetisch gemanipuleerde gewassen. Ambachtelijke bedrijven dumpen hun afval niet in de beek, noch ontlopen ze de belasting of prijzen ze hun waar aan in reclames met verleidelijke vrouwen. Ambachtelijke consumptie is een ervaring zonder schuldgevoelens, bedoeld om tegemoet te komen aan hoge ethische normen van degenen die het zich kunnen veroorloven.

Daar komt nog bij dat de ambachtelijke wereld het enige deel van de economie is waarin banen zonder witte boorden status hebben. De persoon met dikbetaalde baan die een enorm hoog bedrag neertelt voor een reep chocola doet dat zonder schuldgevoelens, want die persoon geeft het aan iemand die, cultureel gezien, een metgezel is die tussen vele mogelijkheden voor dit werk heeft gekozen. Maker en koper zijn beiden even tevreden.

Voorbode van een betere toekomst?

Is de ambachtelijke economie een voorbijgaand, nostalgisch verschijnsel of de voorbode van een betere toekomst? Een reden voor twijfel over de belangrijke plaats die deze economie gaat innemen is de elitaire aard van het verschijnsel. De belangstelling van de elite voor een bepaald soort tijdverdrijf is meestal van korte duur. Zodra het grote publiek mee gaat doen, trekt de elite verder. Iedereen kan een connaisseur worden en wat gebeurt er als het connaisseurschap zijn aantrekkelijkheid verliest?
Wat de consument betreft, de ambachtelijk werkende mensen hebben de wereld al veranderd. Kapitalisme kan zich goed aanpassen en de populariteit van ambachtelijke producten heeft ertoe geleid dat grote bedrijven ambachtelijke bedrijven naar zich toetrekken en de ambachtelijke methoden overnemen, naast de zorg voor kwaliteit en ethiek. (Bierbrouwer AB InBev bijvoorbeeld heeft in zeven jaar veertien ambachtelijke brouwerijen in Amerika opgekocht). Je kunt je afvragen of dat echt gemeend is, maar het heeft er wel toe geleid dat producten beter worden.

De belangrijkste vraag is of de groei van de ambachtelijke economie een teken is van een langdurige verandering in werk op grote schaal. Achter die vraag liggen grotere vragen van denkers en beleidsmakers die zich bezighouden met de gevolgen van nog meer automatisering van werk. Wat gebeurt er als machines de economie overnemen en kapitaal en opbrengsten steeds meer terechtkomen in handen van een kleine groep?
Hoe worden de middelen verdeeld? Wat gaan mensen doen met hun tijd als machines het werk doen?

Mogelijke antwoorden zijn zowel apocalyptisch als extreem optimistisch. Een van de meest bediscussieerde antwoorden is een optimistisch antwoord: een gegarandeerd minimum-inkomen waarbij degenen die extreem veel verdienen en groot voordeel hebben bij technologie, de meerderheid subsidiëren. Deze meerderheid kan dan op zoek gaan naar werk waarin men voldoening vindt.

Het zou zo maar kunnen dat de ambachtelijke economie zoals die zich momenteel ontwikkelt de voorbode is van zo’n verschuiving. Met andere woorden, machines bevrijden de mens van de machine. De ambachtelijke economie deelt rijke beloningen uit aan zowel de makers als de consumenten.

Crafting a life, door Ryan Avent, 1843 magazine, februari/maart 2018: www.1843magazine.com

Wijkagent Meissen: Onze beroepseer kost ons langzaam maar zeker onze gezondheid

Wijkagent Frank Meissen heet politievakbond ACP welkom op het politiebureau van Hoorn voor een interview. Meissen had de bond geschreven dat hij op een bijeenkomst in Alkmaar had gehoord wat het nieuwe CAO-voorstel van de werkgever voor gevolgen zou hebben voor de agenten. Die vond Meissen “onfatsoenlijk, misplaatst en een nog grotere afbreuk van het vak!”.*⁾

Meissen steekt meteen van wal tegen ACP en zegt: “Wijkagent zijn is het mooiste vak binnen de politie. Ik heb de binnenstad van Hoorn, een wijk die voldoet aan de norm van de politiewet, 5000 inwoners, winkels, horeca, haven en wat toerisme. Ik ben me er overigens van bewust dat er problematischere wijken kunnen zijn die collega’s in het land hebben”.

Zo creëren we onze eigen problemen

Toch maakt Frank zich ernstige zorgen, aldus ACP, over het politiewerk en over zijn collega’s: “Met de komst van de Nationale Politie, maar ook daarvoor al, zijn collega’s langzaam maar zeker al flexibeler gaan werken. Door gebrek aan keuzes en capaciteit én de toenemende werkdruk, worden de problemen alsmaar groter en moeten we steeds met man en macht aan de bak. We blussen brandjes en uitslaande branden, racen van melding naar melding en komen steeds minder aan alle meldingen toe, terwijl we de mogelijkheden voor preventie volledig laten liggen. Met de manier waarop we nu georganiseerd zijn, creëren we onze eigen problemen”.

‘Gewoon wijkagentwerk’ wordt steeds meer een farce

Een voorbeeld. “Kijk, in mijn basisteam hebben we het wettelijk vereiste aantal wijkagenten, dus 1 per 5000 inwoners. Op papier voldoen we dus aan de wet. Als wijkagent zouden wij 80% in onze wijk aan het werk moeten zijn. Dit halen wij bij lange na niet. Wij moeten steeds vaker bijspringen in de noodhulp, zowel ad-hoc als gepland. Dat is ook logisch als je je wijkagent aanstelt ten koste van je totale bezetting die noodhulp verleent. Het ‘gewone wijkagentenwerk’ in de haarvaten van de samenleving, pro actief werken met partners, wordt daardoor steeds meer een farce. Daardoor weten we op termijn niet meer wat er speelt en gaan we een slag verliezen”.

Meissen noemt nog een aantal punten van zorg. Langdurige ziekte van collega’s bijvoorbeeld. Het wordt steeds moeilijker, trots te zijn op het vak, het pure politiewerk. Meissen: “Het in stand houden van onze beroepstrots en -eer kost ons nu wel langzaam maar zeker onze gezondheid”.

Lees het hele interview met Frank Meissen: Wijkagent Frank: ‘Beroepseer kost ons onze gezondheid’, ACP, 26 juli 2018: https://www.acp.nl/nieuws/wijkagent-frank-beroepseer-kost-ons-onze-gezondheid/ (Niet meer beschikbaar)

*⁾ Politiebonden niet akkoord met nieuw CAO-voorstel, ACP, 26 juli 2018: https://www.acp.nl/nieuws/politiebonden-niet-akkoord-met-nieuw-cao-voorstel/ (Niet meer beschikbaar)

Lees ook: Mijn blauwe hart is gebroken, ACP, 25 juli 2018: https://www.acp.nl/mijn-blauwe-hart-is-gebroken/ (Niet meer beschikbaar)

Marije van der Linde houdt jeugdzorg een spiegel voor

Marije van der Linde leest een column voor naar aanleiding van de filmdocumentaire Alicia die eind november 2017 op NPO 2 werd uitgezonden en die gaat over een dertienjarig meisje dat al acht jaar wacht op een plekje in een pleeggezin of een gezinshuis. De film laat zien wat het met je doet als je opgroeit in kindertehuizen en jaar in jaar uit hoopt op een normaal leven. Onmacht en een gebrek aan perspectief zijn het gevolg.

Alicia is buiten aan het voetballen, vertelt Van der Linde, ze moet binnenkomen voor een gesprek. In dat gesprek met hulpverleners vertelt Alicia niet in haar eigen woorden wat haar bezighoudt, maar dat doet zij in de taal van de hulpverleners. Wat Alicia’s werkelijke verlangen is, mag niet echt op tafel komen. Op haar, op een papiertje geschreven, vraag: ‘Of we ernaartoe kunnen werken dat ik soms een dag of een weekend naar mama kan’, komt Alicia helemaal tegemoet aan de wereld van de professionals. Ze adopteert de taal en de tussenstapjes die ze intussen zo goed kent van al die jaren hulpverlening. Het antwoord komt snel en ferm van de gezinsvoogd: ‘Nee, dat is niet goed, dat is voor jou niet de beste plek’.

Institutionele logica

De professionals bedoelen het allemaal vast goed aldus Van der Linde: “Het is belangrijk om duidelijkheid te geven en geen valse beloftes te doen. Het is een keurig gesprek tot nu toe. Maar wat over het hoofd gezien wordt is dat Alicia bij haar moeder wil zijn en wie wil dat nu niet als kind? Doordat de camera zo dichtbij mag komen, zien we hier iets in beeld komen wat we de institutionele logica zijn gaan noemen. Zo schrijf je trajectplannen, zo stel je doelen op, zo geef je grenzen aan. Het grote probleem is wel dat als de professionele werkwijze alles bepaalt wat hier gaat gebeuren, je de ander er volkomen uitdrukt. Dan krijg je jongeren die afhaken, die weglopen en die niks meer willen. Het is daarom van belang om te begrijpen dat deze ontmoeting tussen hulpverlener en hulpontvanger eigenlijk gaat over macht. En dat het hier gaat om de vraag: wiens logica telt? En als de logica van de een heel erg dominant is, kan de ander zich niet laten zien en blijft voor de ander wat er werkelijk toe doet buiten beeld.

Macht tegenover macht

En dan krijg je zo’n gesprek als aan die tafel. Iets dat aanvankelijk lijkt op een prima gesprek, maar waar alleen bepaalde dingen tellen, alleen als je je op een bepaalde manier laat zien, je op een bepaalde manier leert gedragen, je in bepaalde zinnen praat, je aan bepaalde regels gaat houden, dan doet het ertoe. We zien hier de met mooie woorden versluierde macht van die institutionele logica. Alicia beweegt zich figuurlijk helemaal naar haar hulpverleners toe. En als ze iets durft te tonen van haar grote verlangen, ontmoet ze niet een hulpverlener die ook iets van zichzelf laat zien, maar een functionaris die zich aan veiligheidsregels houdt. En dus gaat Alicia ook uit de relatie. Ze wordt in die positie geduwd door hoe de professionals doen, en je ziet Alicia bijna denken: Als dit het antwoord is op mijn inspanningen om zo naar jullie toe te bewegen, op mijn voorzichtige en in jullie taal verwoorde verzoek, tja, dan kun je het krijgen ook. En dat gebeurt. En dus trekt Alicia ook de kaart van de macht. Als het er zo voorstaat, ga ik weglopen, en het jullie moeilijk maken en een mes in mijn hoofd steken. En dan komt macht tegenover macht te staan”.

Erkend, gezien en begrepen worden, is op zich al helend. Dat is de tegenpool van hulpverleners die blijven steken in een maakbaarheidsideaal en een trajectplan opdringen.

Marije van der Linde is supervisor en coach en als staflid verbonden aan Stichting Presentie. Ze heeft ruime ervaring als leidinggevende en uitvoerende in de hulpverlening, onder andere in het begeleiden van gezinnen, zorgmijders, dak- en thuislozen. Haar betrokkenheid bij kwetsbare mensen loopt als een rode draad door haar loopbaan in zorg en welzijn.

Duur van de video: 8 min.
Marije van der Linde sprak haar column uit op 28 mei 2018 op een van de tien dialoogavonden Stop de carrousel die door heel Nederland werden georganiseerd rond de documentaire over Alicia.

rapport enquete zorgverleners over aanrekkelijkheid van werken in de zorg 2017

Hoe aantrekkelijk is werken in de zorg? Nivel vroeg het aan zorgverleners

Verpleegkundigen, verzorgenden, begeleiders en praktijkondersteuners huisartsenzorg zijn er trots op om in de zorg te werken. Zij gaan met plezier naar hun werk en vinden het werk inhoudelijk leuk. Toch staat de aantrekkelijkheid van het werken in de zorg onder druk. Om het vak aanlokkelijk te houden zou er meer personeel moeten zijn en meer gelijkwaardigheid en waardering. Ook minder werkdruk en minder administratieve taken en regels maken het werken in de zorg aantrekkelijker. Dit blijkt uit onderzoek van NIVEL, Nederlands Instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg, onder deelnemers aan het Panel Verpleging & Verzorging.

Negen op de tien zorgverleners vindt het werk inhoudelijk leuk en bijna een even grote groep gaat over het algemeen met plezier naar het werk. Ruim vier op de vijf zorgverleners is trots op het werk dat zij doen. Zorgverleners waarderen hun baan dan ook met gemiddeld een 7,5: een ruime voldoende. Deze algehele tevredenheid is sinds 2011 stabiel. Het meest tevreden zijn zorgverleners over de contacten met patiënten en collega’s.

Werkplezier onder druk

Desondanks laat het onderzoek zien dat de aantrekkelijkheid van het werk onder druk staat. Het percentage zorgverleners dat verwacht het huidige werk niet tot hun pensioen te kunnen volhouden, is gestegen van 40 procent in 2013 tot 52 procent in 2017. Nivel-onderzoeker Anke de Veer: ‘De toename heeft waarschijnlijk te maken met het ophogen van de pensioengerechtigde leeftijd. Daarnaast zien we dat zorgverleners de laatste jaren steeds meer werkdruk ervaren. Om in de toekomst voldoende personeel te hebben moeten werkdrukmaatregelen topprioriteit krijgen.’

Minder werkdruk, administratie en regels

Driekwart van de zorgverleners geeft aan dat een verlaging van de werkdruk het werk aantrekkelijker maakt. Daarnaast willen zorgverleners dat de administratieve taken en de regels in de zorg verminderen. Ten opzichte van 2013 nam de behoefte aan maatregelen hiertoe duidelijk toe. Steeds meer zorgverleners vinden dat er te weinig werkdrukmaatregelen zijn genomen: in 2017 vond ruim de helft van de ondervraagden dat er de afgelopen vijf jaar te weinig werkdrukmaatregelen waren genomen.

Meer personeel, gelijkwaardigheid en waardering

Een grote groep zorgverleners wil meer personeel in de directe zorgverlening. Daarnaast is er een breed gevoelde wens voor meer gelijkwaardigheid tussen de top en de uitvoerenden en voor meer waardering binnen de organisatie. Veelal krijgen zorgverleners voldoende waardering van patiënten en van hun direct-leidinggevenden, maar minder vanuit hun directie.

Monitoronderzoek

Het Nivel rapporteert elke twee jaar over de aantrekkelijkheid van het werken in de zorg op basis van monitoronderzoek onder verpleegkundigen, verzorgenden, begeleiders en praktijkondersteuners huisartsenzorg. Zij zijn deelnemer van het Nivel Panel Verpleging & Verzorging. De zorgverleners werken in ziekenhuizen, de GGZ, de gehandicaptenzorg, de thuiszorg, de intramurale ouderenzorg en huisartsenpraktijken. Thema’s die aan bod komen zijn groei- en ontplooiingsmogelijkheden, werkdruk, informatievoorziening, betrokkenheid, waardering, autonomie, leiderschap en werktevredenheid. Het rapport beschrijft de ontwikkelingen in de periode 2011 – 2017 en kwam tot stand met subsidie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Klik hier voor downloaden De aantrekkelijkheid van werken in de zorg 2017. Cijfers en trends voor verpleegkundigen, verzorgenden, begeleiders en praktijkondersteuners huisartsenzorg, Nivel, juli 2018: www.nivel.nl

Hoe blijft werken in de zorg aantrekkelijk? Nivel, 24 juli 2018: www.nivel.nl

Ethische alternatieven voor privacy schendende sociale media en e-commercebedrijven

Bestel uw digitale boeken niet bij Kindle en Amazon maar bij ‘ethische, alternatieve’ adressen, adviseert Switching Social, een website die mensen helpt alternatieven te vinden voor e-commercebedrijven en apps die de privacy bedreigen. Amazon is makkelijk in gebruik, maar het gemak heeft een prijs, voor zowel de mensen die tegen een belachelijk laag loon in de goederenloodsen van Amazon werken als voor de samenlevingen die belastinggeld ontberen. Amazon volgt ook gebruikers op internet.

De e-boeken die Amazon aanbiedt via Kindle hebben een beperking: digital rights management (DRM).
DRM betekent dat boeken gesloten worden voor bepaalde apparaten. Amazon kan op elk tijdstip uw Kindle e-boeken bewerken of zelfs verwijderen, ook nadat u ze heeft gekocht. Amazon heeft dat bijvoorbeeld gedaan met de boeken 1984 en Animal Farm van George Orwell¹⁾, en een gebruiker van Kindle heeft ervaren dat haar hele bibliotheek bewust door Amazon is leeggehaald²⁾. (Amazon heeft haar nooit meegedeeld waarom). Een Kindle-boek is in feite nooit ons bezit. Het blijft voor altijd eigendom van Amazon.

Het sociaal boekennetwerk Goodreads en de site voor Engelstalige luisterboeken Audible zijn eigendom van Amazon en dragen dus ook bij aan de problemen. Gelukkig zijn er zowel online als offline nog voldoende ethische alternatieven voorhanden, voor zowel gedrukte en digitale boeken als voor audioboeken en e-readers.
Een greep:

Lokale boekwinkel
Ga bijvoorbeeld eens naar de lokale boekwinkel. Dat is in feite het meest ethische alternatief. Dergelijke winkels hebben over het algemeen betere arbeidsomstandigheden, betalen belasting en volgen kopers niet. In de winkel staat een mens die je gratis advies kan geven over boeken.
Als men niet heeft wat u zoekt, dan bestelt men het voor u.

Openbare bibliotheek
Ethisch lenen kunnen we ook bij de openbare bibliotheek. Dat kost niet veel en het is ook nog goed voor het milieu. Een bibliotheek is misschien wel de enige openbare gelegenheid waar je kan zitten, lezen en ontspannen zolang als je wilt zonder iets te hoeven kopen. Moderne bibliotheken lenen ook e-boeken en audioboeken uit, naast cd’s, dvd’s, blu-rays en videogames.

Better World Books
Better World Books is een online-boekwinkel met een ethische benadering. De winkel doneert voor elk verkocht boek een boek aan een liefdadigheidsinstelling. Het aantal gedoneerde boeken op de teller wijst inmiddels het getal 26.356. 619 aan, gemeten ‘s morgens 25 juli 2018. Zonder extra kosten wordt over de hele wereld geleverd.
Better World Books: https://www.betterworldbooks.com/

E-boeken en audioboeken zonder DRM
Veel uitgevers verkopen e-boeken zonder DRM-beperkingen, ze worden ‘DRM-vrij’ genoemd, of ‘non-DRM’. Als u zo’n DRM-vrij boek koopt, is het voor altijd uw eigendom. U kunt het op alle apparaten lezen en niemand kan het boek van u afnemen.
Het uitgebreidste alternatief voor Kindle is misschien wel Kobo, een wereldwijde verkoper van e-boeken van zowel DRM- als DRM-vrije e-boeken. Op de site kunt u zoeken naar DRM-vrije boeken via de niet-officiële Kobo-pagina van Switching Social: https://switching.social/unofficial-kobo-search/ (Switching Social is overgegaan in Switching Software: https://switching.software/tools/kobo-search/ – Website bestaat niet meer)

Kobo biedt ook mooie e-readers aan waarmee bijna elk e-boek gelezen kan worden, inclusief de DRM-vrije en waarmee ook e-boeken geleend kunnen worden bij de openbare bibliotheek.

Public Domain eBooks en Audiobooks
Veel klassieke boeken zijn beschikbaar in het publieke domein. Ze kunnen op diverse sites legaal en zonder kosten gedownload worden. Enkele voorbeelden:

– Public Domain eBooks Search: https://switching.social/public-domain-ebooks-search/ (Website heet nu Switching.software:  https://switching.software/ – Website is opgeheven)
– Project Gutenberg: https://www.gutenberg.org/
– Feedbooks Public Domein: https://www.feedbooks.com/catalog/public_domain (Website is opgeheven)
– Librivox: https://librivox.org/
– Standard e-books: https://standardebooks.org/
– Faded page: https://www.fadedpage.com/
– Internet archive: https://archive.org/details/texts
– Wikisource: https://en.wikisource.org/wiki/Main_Page

Verslaafd aan verzamelen van gegevens

switching socialOp de site van Switching Social kunnen ook ethische alternatieven gedownload worden voor Facebook, Twitter, Whatsapp, Messenger, Skype, Google search, Gmail, Yahoo Mail, Outlook, Windows, Chrome, Internet Explorer, Google maps, Dropbox, Google drive, Google docs, Google news en nog meer. Voor de gevorderde gebruiker zijn er ook heel interessante alternatieven waarvoor wat meer technische kennis nodig is.
Het is zo langzamerhand wel bekend bij de meeste internetgebruikers, maar als u een app als Facebook Messenger gebruikt, wordt de inhoud van het adresboek van uw telefoon naar Facebook gestuurd. Dat betekent dat gegevens van vrienden, familie en collega’s meegestuurd worden zonder dat ze daarvan op de hoogte zijn en zonder hun toestemming.
Het is zelfs al zover gekomen dat Google medische dossiers weghaalt uit de ziekenhuizen zonder toestemming van de patiënt en dat Facebook werd betrapt op een zelfde poging tot diefstal..
Veel bedrijven zijn zwaar verslaafd aan het verzamelen van gegevens. Hun beurskoers is niet alleen afhankelijk van gegevens verzamelen maar van dat doen in steeds sneller tempo op gevaar af de wet daarbij te overtreden.

De vraag is: Hoe kunt u als individu deze gang van zaken een halt toeroepen? Hoe kan een mens het verschil maken? Antwoord: Door gebruik te maken van apps en diensten die geen gegevens stelen en anderen aanmoedigen dat ook te doen.

Zie voor nog meer adressen en de ideeën achter Switching Social: https://switching.social/ethical-alternatives-to-amazon-and-goodreads/ Website is overgegaan in Switching Software: https://switching.software/ – Website is opgeheven).

¹⁾ Amazon Erases Orwell Books From Kindle, Brad Stone, New York Times, 17 juli 2009: www.nytimes.com
²  Remote Wipe of Customer’s Kindle Highlights Perils of DRM (Updated), Mat Honan, Wired, 22 oktober 2012: www.wired.com

 

school_potlood_elisa_riva

Serie artikelen over democratische scholen waar leerlingen meepraten en meebeslissen

21ste-eeuwse vaardigheden, zoals creatief denken en omgaan met ict, komen veel te weinig aan bod in het onderwijs. Niet op democratische scholen, waar leerlingen meepraten én meebeslissen over alles, van te laat komen tot het nemen van een schoolkat. Werkt dat?
Journalist Astrid Schutte liep mee op drie democratische scholen. Ze brengt verslag uit in een driedelige serie artikelen in Vrij Nederland. Het eerste deel, verschenen op 24 juli 2018, is getiteld Democratische scholen: toekomst of uitwas?

Astrid Schutte:

“Het wetsvoorstel ‘Meer ruimte voor nieuwe scholen’ dat na de zomer wordt ingediend, geeft scholen met een nieuw onderwijsconcept meer kans op bekostiging door de overheid. Democratische scholen bijvoorbeeld. Kinderen besturen daar samen met begeleiders en directie de school. ‘Ik vind drie maal per week te laat komen wel heel veel.’

‘Afspraak negen: te laat komen. Als je meer dan drie keer per maand te laat komt, krijg je een gesprek met je mentor. Wat vinden we?’

De 16-jarige Jonas is voorzitter van de Leerlingenkring die in democratische school Vrije Ruimte iedere woensdag samenkomt. In de voormalige pastorie van de rooms-katholieke kerk aan de Haagse Stadhouderslaan, zitten zes leerlingen en begeleider Claartje van der Grinten rond een tafel. Op de Vrije Ruimte zitten zeventig kinderen in de leeftijd van vier tot achttien jaar. In de Leerlingenkring zitten afgevaardigden uit verschillende leeftijdsgroepen.

‘Ik dacht dat de afspraak was: drie maal per week te laat en dan een gesprek met de mentor,’ zegt Ruben (12).
Jonas: ‘Eerst was het driemaal per maand en daarna drie maal per week, maar dat is nooit aangepast. De vraag is: moet het zo blijven of willen we het anders?’
Sem (13): ‘Er was ook nog iets over de Inspectie.’
Jonas: ‘Misschien is drie maal per week beter en dan inderdaad Leerplicht erop afsturen.’
Lars (10): ‘Ja, want ik vind drie maal per week wel heel veel.’
Begeleider Claartje van der Grinten: ‘Je kunt Leerplicht er wel op af sturen, maar het gaat er meer om dat mensen er last van hebben als je te laat komt. Dat anderen dan op je moeten wachten.’

21st Century Skills

21ste-eeuwse vaardigheden als kritisch en creatief denken, problemen oplossen en omgaan met ict zijn belangrijk maar komen te weinig doelgericht en structureel aan bod op scholen. Dat vond de Stichting voor Leerplanontwikkeling vier jaar geleden. Platform Onderwijs 2032, aan het werk gezet om het Ministerie van Onderwijs te adviseren over de toekomst van het onderwijs, stelde twee jaar later dat 21ste-eeuwse vaardigheden tot het kerncurriculum van basis- en middelbare scholen zouden moeten horen. En ondanks stevige kritiek – leraren zouden te weinig hebben mogen meepraten – op het Platform volgden vorig jaar Onderwijscoöperatie, PO- en VO-raad, AVS, LAKS en Ouders & Onderwijs met hetzelfde advies: er moet méér aandacht komen voor burgerschap en digitale vaardigheden. Ook minister Slob vindt burgerschap zo belangrijk dat hij onlangs aankondigde dat hij preciezer wil omschrijven wat de scholen op dat vlak moeten doen.

Democratische scholen zijn sinds hun oprichting primair gericht op het ontwikkelen van 21st Century Skills, zoals ze ook wel worden genoemd. Ze werken met sociocratische kringen. Elk kind dat naar een democratische school gaat, leert meepraten in ‘kringen’ over bijvoorbeeld regels voor te laat komen, uitgaven voor materialen en uitjes en over hoe ze met elkaar willen omgaan. De kringen werken sociocratisch: een beslissing wordt pas genomen als niemand overwegend bezwaar heeft. Er zijn leerlingenkringen, een begeleiderskring, een ondersteunerskring, een ouderkring, een schoolkring (dagelijks bestuur) en een bestuurskring. Veel democratische scholen hebben ook een communicatiekring. Pas toen iedereen van die kring ‘consent’ was, mocht de auteur van dit artikel komen kijken. Wat hielp: ze had een boek geschreven over voorloper Iederwijs.

Lees het hele artikel van Astrid Schutte: Democratische scholen: toekomst of uitwas?, Vrij Nederland, 24 juli 2018: www.vn.nl

Netwerkcorruptie. Proefschrift over uitruilen gunsten en smalle scheidslijn tussen lobbyen en corrupt gedrag

Willeke Slingerland schreef een proefschrift over netwerken en corruptie: Network corruption: When social capital becomes corrupted.
Slingerland, verbonden aan het Lectoraat Governance van Hogeschool Saxion, promoveerde op 20 juni 2018 aan de Vrije Universiteit. Sinds 2009 deed zij onderzoek naar netwerkcorruptie. Haar onderzoek toont aan dat er in de corruptieliteratuur te weinig aandacht is voor de rol van netwerken en dat er in de netwerkliteratuur maar beperkt aandacht is voor het ‘ontaarden’ van netwerken. Onderzocht is of de moeizame aanpak en vervolging van corruptie veroorzaakt wordt door de beperking van het huidige anti-corruptiebeleid.

Recente corruptiecasuïstiek uit zowel de EU als de VS laat zien dat er een discrepantie bestaat tussen de wijze waarop openbare aanklagers naar corruptie kijken en de wijze waarop rechters corruptie beoordelen. In de grote corruptieschandalen blijken steeds kluwen van personen en organisaties betrokken te zijn, wat het vrijwel onmogelijk maakt de corrupte handelingen van individuen aan te tonen. Dit leidt in de praktijk vaak tot vrijspraak van individuen, met het onbevredigende gevoel dat sociale netwerken een belangrijke rol hebben gespeeld bij het ontstaan van de corruptie.

Nationale overheden en internationale organisaties blijken moeilijk uit de voeten te kunnen met deze vorm van corruptie. Deze constatering was voor Slingerland de aanleiding om de link tussen netwerken en corruptie nader te onderzoeken. Bovendien werd haar al snel duidelijk dat er weinig theorieën voorhanden zijn die de relatie tussen netwerken en corruptie beschrijven. Slingerland koos ervoor dit onderzoek uit te voeren met de EU als context.
De reden hiervoor was tweeledig. Allereerst had de EU ten tijde van de start van het onderzoek net bekendgemaakt de strijd tegen corruptie als een van haar grootste prioriteiten voor de komende decennia te zien. Daarnaast was Slingerland rond diezelfde periode begonnen als Nationaal Corruptie-correspondent voor de Europese Commissie. Tijdens de jaarlijkse besprekingen van de 28 correspondenten werd duidelijk dat er binnen de EU en haar lidstaten nog veel te verbeteren viel aan de wijze waarop anti-corruptiebeleid vormgegeven wordt. Wat niet wil zeggen dat het concept van netwerkcorruptie enkel van meerwaarde is binnen de EU-context. Integendeel. Als iets duidelijk is geworden in dit onderzoek, dan is het wel dat er wereldwijd weinig aandacht is voor de processen binnen netwerken en de mogelijke ontaarding daarvan..

Corruptie brengt veel schade teweeg

Bij haar onderzoek heeft Slingerland gebruik gemaakt van inzichten uit het recht, de sociale wetenschappen en de (bedrijfs)ethiek. Centraal staan drie case-studies van onderzoek naar de wijze waarop netwerkcorruptie ontstaat. Hoe worden kenmerken van netwerken en corruptie uit de literatuur zichtbaar in de praktijk? Slingerland schrijft dat ze met open vizier heeft geprobeerd te begrijpen hoe netwerken een rol hebben gespeeld bij het ontstaan van de corruptie. De case-studies betreffen de corruptiezaak rondom de wereldvoetbalorganisatie FIFA, de zaak die bekend staat als het ‘Phone Hacking Scandal’ bij de Britse tabloidkrant News of the World, en de zaak rond voormalig VVD-senator en wethouder Jos van Rey in Roermond.

Corruptie is niet een ‘slachtofferloos’ misdrijf. Corruptie veroorzaakt veel schade. De algemene definitie van corruptie, gehanteerd door de Wereldbank en Transparency International luidt: “Corruptie is het misbruik maken van toevertrouwde macht voor privaat gewin”. Slingerland definieert corruptie als: “Toestaan dat oneigenlijke belangen besluitvorming beïnvloeden ten koste van het algemeen belang”.
De kern van corruptie zit in het resultaat van besluitvorming en de uitruil van belangen.

Uit de literatuurstudie is gebleken dat sociale netwerken een belangrijke rol vervullen in onze samenleving. Mensen organiseren zich in netwerken en dankzij deze organisatie van een netwerk zijn zij betrokken bij elkaars welzijn en welvaart. Dankzij het collectief kunnen zij doelen behalen die zij ieder voor zich anders niet zouden behalen. Netwerken vormen samen een belangrijk sociaal kapitaal. Netwerken kunnen doelnetwerken zijn, opgericht om een bepaald doel te realiseren of kunnen meer organisch ontstaan, de zogenaamde emergente netwerken. Ook kunnen netwerken een georganiseerd karakter hebben zoals in het geval van bijvoorbeeld ledenorganisaties, of juist informeel zijn met geen of slechts een beperkte mate van organisatie. Informele netwerken ontstaan doordat gelijkgestemden elkaar opzoeken om zo hun eigen en gezamenlijke belangen beter te kunnen dienen. Een algemeen kenmerk van een netwerk is dat het dynamisch is en zich steeds aanpast aan de omstandigheden. Netwerkleden hebben eigen opvattingen en denkbeelden en tezamen dragen zij bij aan de ontwikkeling en het karakter van het netwerk. Het netwerk beïnvloedt vervolgens weer de leden. Dit sociale proces wordt versterkt doordat netwerkleden zich gaan identificeren met het netwerk. Hierdoor wordt de netwerkidentiteit groter dan de eigen individuele identiteit en wordt het netwerkdoel leidend in de gedragingen van de netwerkleden. Deze kenmerken maken dat een netwerk meer is dan de som van haar leden. Een netwerk wordt zo een aparte entiteit.

Definitie netwerkcorruptie

Netwerken kunnen verantwoordelijkheid dragen, en ze kunnen ontaarden. Netwerkleden kunnen elkaar bevoordelen en hierbij derden buitensluiten. Slingerland beschrijft hoe de processen van netwerkcorruptie verlopen.
Netwerkcorruptie ontstaat binnen informele netwerken waarbij wederkerigheid de norm wordt en deze netwerken zich sluiten.
De huidige definities van corruptie zijn volgens Slingerland niet toereikend om corruptie als gevolg van de werkwijze van netwerken, te kunnen begrijpen. Vandaar de introductie van de definitie netwerkcorruptie: “Informele collectieve wijze van samenwerken, waarbinnen professionele rollen worden misbruikt om netwerkbelangen te dienen, en dit op zodanige wijze, dat er een algemene norm van complete wederkerigheid ontstaat, die weer leidt tot het uitsluiten van anderen, terwijl de leden zich bewust zijn van hun netwerk, wat blijkt uit hun gemeenschappelijke houding”.

Klik hier voor de Samenvatting in het Nederlands (Summary in Dutch): Netwerkcorruptie: wanneer Sociaal Kapitaal corrupt wordt. Over de betekenis en het belang in corruptie- en netwerktheorie en de gevolgen voor (EU) beleid en het recht: https://research.vu.nl/ws/portalfiles/portal/58753189/abstract+dutch.pdf

Network corruption: when social capital becomes corrupted: Its meaning and significance in corruption and network theory and the consequences for (EU) policy and law, door W. Slingerland, Vrije Universiteit Amsterdam, 20 juni 2018: http://dare.ubvu.vu.nl/handle/1871/55685?show=full

U P D A T E

Burgers hebben niets te zeggen. De netwerkcorruptie regeert, door Bram Logger en Parcival Weijnen, Vrij Nederland, no 1, 2022.

Hoezo inspraak? In de praktijk staat de burger vaak buitenspel, door Bram Logger en Parcival Weijnen,  website Vrij Nederland, 29 januari 2022: www.vn.nl/netwerkcorruptie/

Oorsprong en betekenis van traditionele ambachten

In zijn boek Craeft duikt de Britse archeoloog en BBC-presentator Alexander Langlands in een fascinerende en verrassende wereld waarover we in het algemeen weinig weten: de oorsprong van de traditionele ambachten in het Europa van de Middeleeuwen.
Toen het woord voor het eerst in de oud-Engelse taal verscheen had craeft de betekenis van vermogen, fysieke kracht, vaardigheid en vindingrijkheid. Het betekende bewust zijn van je eigen omgeving, de natuur en de seizoenen, kennis van materialen, voorwerpen en systemen. De herontdekking van het ambacht verbindt ons volgens de auteur met ons verleden, ons gevoel voor de omgeving en het vermogen te overleven in onherbergzame streken.

Langlands boek biedt, volgens recensent Sarah Archer van het Amerikaanse tijdschrift The Atlantic, “een betoverende virtuele reis door middeleeuws Engeland” waarin hij vertelt over zijn ervaring van geluk tijdens het filmen van de twaalfdelige documentaire televiseserie Tales from the Green Valley waarvan de eerste aflevering te zien was in 2005. Langlands daarover: “Iedere dag werd ik ieder uur van de dag ondergedompeld in historisch boerderijwerk. Ik verzorgde, ploegde, maaide, hakte, veegde, zaaide, ommuurde, zaagde, beitelde… de lijst is eindeloos. Bovendien keek ik met een archeologisch oog naar de manier waarop mijn handelingen de omgeving veranderden en aanpasten”.

Homo faber

Met Craeft wil Langlands pleiten voor meer kennis over de tijd waarin het ambacht een integraal onderdeel was van het dagelijkse leven. Bijen houden bijvoorbeeld was geen vlucht uit de werkelijkheid, maar een essentieel onderdeel daarvan.
Ontwerper Michael Bierut schreef in het Amerikaanse dagblad The New York Times dat Langland overtuigend is als hij schrijft dat onze overgave aan machines in feite leidt tot achteruitgang. In een tijd waarin we steeds meer afgesneden raken van de wereld om ons heen, is dat niet alleen tragisch maar ronduit gevaarlijk. We zouden weer een homo faber moeten worden, een mensensoort die dingen maakt. Dat zou wel eens onze redding kunnen zijn.

Craeft bevat de ene na de andere anekdote over oude procedés die tot in detail worden beschreven op Langlands reizen door Spanje, Frankrijk, Engeland, Schotland en IJsland. Lezers krijgen de sfeer te proeven van oude craefts, zoals dakbedekken, wol spinnen en het looien van huiden.

Cræft – An Inquiry Into the Origins and True Meaning of Traditional Crafts, door Alexander Langlands, Amerikaanse uitgave januari 2018 bij uitgeverij W.W. Norton & Company, Inc., New York, februari 2018: https://wwnorton.com/books/9780393356571

In de video hieronder introduceert Langlands zijn boek Craeft.