Tijdschrift O&O roept HRD-vakgenoten op te verhalen over ervaringen met inspiratie uit de wereld van de kunsten
Voor het tijdschrift Opleiding en Ontwikkeling (O&O), bestemd voor HRD-professionals, is Ton Bruining een nieuwe artikelenreeks gestart, getiteld Uit de kunst.
HRD – Human resource development – betreft alles wat te maken heeft met het leren en opleiden van medewerkers in een organisatie en het aanbieden van ontwikkelingsperspectieven.
Bruining is HRD-adviseur en redacteur en doet een oproep aan de lezers. Hij nodigt vakgenoten uit om te verhalen over hun ervaringen met inspiratie uit bijvoorbeeld de beeldende kunst, de muziek, het theater of de filmkunst. Wat voor ervaringen doen mensen op door actief bezig te zijn in de wereld van de kunsten? Hoe kan de kunst een bron van inspiratie vormen voor de manier waarop men te werk (wil) gaan in het eigen HRD-vakgebied? Tot welk (moreel) oordeel kom je ten aanzien van je eigen handelen, als je er het perspectief vanuit een andere wereld – bijvoorbeeld die van het theater – op werpt?
Inspiratie uit een andere wereld
Bruining maakte zelf alvast een begin voor de serie met het verhaal: Inspiratie uit een andere wereld. Hoofdredacteur van O&O Isolde Kolkhuis Tanke deed ook mee, evenals Bart van Rosmalen, lector muzische professionalisering van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht: “Als redacteurs van deze themareeks hebben we persoonlijke ervaringen opgedaan waarin deze wereld in het bijzonder een beroep deed op ‘anders kijken’: naar je omgeving, naar wat en hoe je iets waarneemt, naar welke emoties iets teweegbrengt, naar de betekenissen die we toekennen aan wat ‘goed’ of ‘mooi’ is. Door ons af en toe te begeven in een wereld die meer artistiek en creatief van aard is, merken we dat dit het beeld van onszelf als (HRD-)professional in een ander daglicht zet”.
Ze leggen zich niet voetstoots neer bij de pasvorm van het protocol
Bart van Rosmalen schrijft: “Ik denk dat goede vakprofessionals in staat zijn om makerschap te tonen. Ongeacht hun achtergrond gaat het om de scheppende en expressieve kant van hun vakmanschap. Creatief betekent ‘iets creëren’, iets maken. Professionals in allerlei vakgebieden zoeken daartoe openingen om de ‘menselijke maat’ in het werk sterker te maken. Het gaat dan om werk dat leidt tot verbeelding, vervoering en beleving. Dat werk hoeft niet eens samen te vallen met de professionele praktijk om toch van grote waarde te zijn. Dat bedoel ik met ‘muzische professionalisering’ in mijn proefschrift.”
Bart van Rosmalen promoveerde in 2016. De titel van zijn proefschrift luidt: Muzische professionalisering – Publieke waarden in professioneel handelen. Het is geschreven “voor professionals die eigenzinnigheid en tegenkracht in hun werk willen versterken. Ze leggen zich niet voetstoots neer bij de pasvorm van het protocol. Van kunstenaars tot juristen en van ingenieurs tot zorgverleners, ze gaan over de grenzen van hun professie heen op zoek naar nieuwe vormen van vakmanschap, professionaliteit en samenwerking. Ze willen maatschappelijk bijdragen en de zin en betekenis van hun werk verdiepen.
In de mythe van de muzen bezingen de muzen de heldendaden van de goden door er een opvoering van te maken, door te vertellen, te spelen en te delen. Hun werk overstijgt de afgesloten individualiteit en schept gemeenschappelijke verbanden. Even, gedurende de muzische opvoering, vallen normale scheidslijnen en restricties weg: van de regelgeving in het protocol tot de hokjes waarin afgepast gewerkt wordt, van de hiërarchische machtsverhoudingen tot de hitte van de dag. Het muzische breekt daar doorheen als tegenkracht met een geheel eigen werking”.
Ook na vierhonderd jaar komen de teksten van Shakespeare binnen als een mokerslag
Bruining beschrijft zijn ervaringen met het spelen van scènes uit werk van Shakespeare, in de zomer van 2018, onder de titel The good, the bad and the ugly: “Een van de rollen die ik speelde, was die van de slechterik Richard de tweede. Richard wordt onttroond door Hertog Bollingbroke, de latere Hendrik IV. Bollingbroke gooit Richard in de gevangenis die aldaar overgeleverd is aan zijn eenzame gedachten. Door het spelen van Shakespeare en de lering die ik daar zelf uit trok, bleef ik overeind in een zowel zakelijk, professioneel als persoonlijk heel moeilijk jaar. Met zijn Romeinse tragedies en Engelse koningsdrama’s leert Shakespeare mij waardevolle lessen. Ook na vierhonderd jaar komen de teksten van Shakespeare binnen als een mokerslag. Shakespeare was niet alleen een groot taalkunstenaar, maar bovenal een kenner van de menselijke ziel en emoties. Vierhonderd jaar na zijn dood zijn de vragen die Shakespeare stelt over wat goed is en wat niet, heel relevant. Zijn toneelstukken gaan niet zozeer over de Romeinen of de Engelse koningen, maar over ambitie en hoogmoed, hebzucht en jaloezie, vertrouwen en wantrouwen. De karakters van Shakespeare kom ik tegen in mijn eigen leven, in de organisaties waarin ik werk en bovenal in mezelf”.
Negen muzen en Inspiratie uit een andere wereld, Leer-kracht, 23 augustus 2019: https://leer-kracht.blogspot.com
Eerste artikel uit de serie Uit de kunst, door Ton Bruining, Isolde Kolkhuis Tanke & Bart van Rosmalen: Inspiratie uit een andere wereld dat is verschenen in O&O, nr 4, 2018: https://drive.google.com/file/d/1Z1q1WElw5JP2VzUlPFeG260EPpS_x4l5/view
Muzische professionalisering – Publieke waarden in professioneel handelen, door Bart van Rosmalen, 254 p., uitgeverij IJzer, Utrecht, 2016. https://research.uvh.nl/ws/portalfiles/portal/14765743/Full+Text.pdf
Op de foto bovenaan: Olieverfschilderij van Robert Fagan (1761–1816): De Muzen Terpsichore (dans) en Polyhymnia (zang)