Arjen Schouten, docent in het middelbaar beroepsonderwijs, legt zijn collega´s een pittige stelling voor: Ondanks zijn beroepstrots doet een docent maar wat, want op de vragen hoe geef je les en waarom doe je het zo, blijft het oorverdovend stil.
Hij hoopt op een reactie en roept zijn collega´s op om met elkaar een dialoog over onderwijs op gang te brengen. De bedoeling is de kernwaarden van het vak te verkennen en de cultuur daarvan te verankeren en in beweging te zetten.
Verpleegkundigen en verzorgenden vormen de grootste en de machtigste beroepsgroep in de gezondheidszorg. Toch weten zij niet hoe zij hun eisen kunnen afdwingen, en daarom zijn zij de zwakste. Zij trekken altijd aan het kortste eind onder het motto: wij laten de patiënt niet in de steek.
Binjamin Heyl was de afgelopen 45 jaar werkzaam binnen alle takken van de intramurale gezondheidszorg en als docent verpleegkunde en ethiek. Hij vindt dat goede, humane zorg moet worden afgedwongen en dat kan door de krachten te bundelen en de eigen macht te tonen.
Niek van Keulen, team-manager en senior-adviseur bij GITP in Tilburg, legt kort en bondig uit wat de meest geschikte manier is om leiding te geven aan professionals: heel veel vertrouwen geven, goede afspraken maken, de ruimte geven en controleren op resultaat. Het gaat erom het beste uit jezelf te halen.
Van Keulen is co-auteur van het boek scORen – Tactische tips voor ondernemingsraden dat in 2007 verscheen. Een ander boek van hem is 100 actuele OR-tips – Invloed verwerven en resultaat bereiken.
Gezinsvoogden hebben nog steeds teveel last van bureaucratie en staan teveel onder druk. Daardoor komen ze onvoldoende toe aan het echte werk. Dat stelt Ton Moolenaar die vanaf november 1978 werkzaam is als gezinsvoogd. Hij is sinds kort ook voorzitter van de Belangenvereniging voor Medewerkers bureau Jeugdzorg en maakt sinds 2008 deel uit van de stuurgroep van een nieuw op te richten beroepsvereniging voor medewerkers in jeugdbescherming en jeugdhulpverlening. De zware werkomstandigheden van gezinsvoogden brengt de continuïteit van de zorg direct in gevaar.
Zo bleek eind maart 2009 dat in een Bureau Jeugdzorg recent ongeveer 30 gezinsvoogden emotioneel onderuit zijn gegaan. Dit zijn goed geschoolde, ervaren en gedreven voogden. Dit is een zorgwekkend verschijnsel. Een aantal prioriteiten om de werkomstandigheden te verbeteren zijn: indicatiestelling beperken tot 1 A4; goede administratieve ondersteuning; garanderen dat zorg na ondertoezichtstelling direct beschikbaar is; het grote tekort aan pleeggezinnen bestrijden door een minimumloon in te voeren voor een van de pleegouders.
Ketenzorg is geen garantie voor betere zorg. Dat is de stelling van Coen Albers, huisarts te Middelburg. Het idee van ketenzorg is opgekomen in de context van marktwerking. Het idee is op zich niet slecht. Al de zorgverleners die betrokken kunnen zijn bij bijvoorbeeld de behandeling van suikerziekte vormen een keten. Hun taken worden omschreven en hun handelingen worden vastgelegd Dan kan men vergelijken en mogelijk vaststellen wat het beste werkt. Op zich niet verkeerd, hoewel het veel administratie kost.
Waar het verkeerd gaat is als de zorgverzekeraars de huisarts willen inzetten, niet alleen als manager van de keten, maar ook nog als hoofdaannemer. Deze moet ervoor zorgen dat de zorg geleverd wordt voor een schappelijk bedrag. Dat is echter de taak van de verzekeraar en niet van de huisarts. Het gevaar is dat de arts zo wordt afgeleid van zijn werk dat bestaat uit het steunen, begeleiden en waar mogelijk genezen van mensen. De ketenzorg dwingt onevenredig veel tijd en energie te steken in kleine groepen patiënten ten koste van andere. Ketenzorg bindt dus niet, maar ketent huisartsen en verhindert hun te doen waar het werkelijk om gaat.
De essentie van het politieberoep is te vinden in de betekenisvolle ontmoetingen tussen politiemensen en burgers. Daar wordt het basisvertrouwen van mensen in de politie geschapen en onderhouden. Dat is de stelling van Jaco van Hoorn, districtschef politie Hollands Midden. In iedere situatie het juiste doen, dat is het ambachtelijke van het politieberoep. Het gaat daarbij onder anderen om troosten, steun geven, helpen, aanspreken, beschermen, corrigeren. Soms zelfs allemaal tegelijk…
Deze kern dreigt men de laatste jaren uit het oog te verliezen, doordat de centrale overheid meer op resultaten is gaan sturen. Leidinggevenden moeten de processen-verbaal, de bekeuringen en doorlooptijden gaan tellen. Dat is op zich prima. Het risico is echter dat de leidinggevenden gaan denken dat alleen het telbare betekenis heeft. Wat de leiding telt, is echter niet wat de agent thuis vertelt. Ook het ingevoerde procesmanagement heeft risico’s: als we denken dat meer protocollen automatisch leiden tot beter politiewerk en meer vertrouwen van burgers vergist men zich. Vertrouwen in de politie hangt af van wat er van geval tot geval op straat tussen burgers en politie gebeurt.
Pim Breebaart is voorzitter van het College van Bestuur van de Haagse Hogeschool. Hij constateert dat slechts 40% van de HBO docenten op dit moment een masterdiploma heeft. Dat is te weinig. Een hoger opleidingsniveau van alle HBO-docenten is beslist noodzakelijk. Zo kunnen zij hun positie naar de studenten, hun collega’s en de leidinggevenden versterken. Dat geeft hen meer zelfvertrouwen en gezag.
Breebaart verwacht dat op zijn eigen Hogeschool over twee tot drie jaar alle docenten over een masterdiploma zullen beschikken. Hij ziet dat de docenten die ’s avonds en in de weekends studeren dat eerder als een lust dan als een last ervaren. Het geeft hen niet alleen veel inspiratie voor hun dagelijks werkzaamheden, maar ook een steviger positie.
Marc Blom is psychiater en hoofd van de afdeling Depressie Ambulant locatie Lijnbaan (PsyQ Haaglanden) in Den Haag. Hier worden chronisch depressieve mensen behandeld en ook in het bijzonder therapieresistente patiënten. Deze afdeling heeft in december 2008 van de Stichting Topklinische GGz het TopGGZ-keurmerk gekregen. Dit betekent de erkenning dat Bloms afdeling excelleert op het gebied van onderzoek, patiëntenzorg en onderwijs.
Het keurmerk is 1 jaar geldig. Blom beschrijft de effecten van de beroepstrots die hieruit voortkomen. Daarnaast bestrijdt hij de kritische verhalen die de ronde doen over PsyQ. De commerciële benadering zou erin bestaan dat er uitsluitend met protocollen gewerkt wordt, dat makkelijk en snel te behandelen patiënten geselecteerd zouden worden en het lopende bandwerk zou zijn met goedkope medewerkers. Dit zijn beelden die volstrekt niet met de werkelijkheid stroken.
Gabriel Anthonio is directeur van Jeugdhulp Friesland. Daarnaast is hij lector aan de Stenden Hogeschool in Leeuwarden. Zijn stelling: er is in de (semi)publieke sector behoefte aan persoonlijk leiderschap in plaats van management. De kern daarvan is werkelijk contact willen maken met anderen.
Anthonio geeft in dat licht een aantal adviezen. Ten eerste dien je de waarden die je in je organisatie van belang zegt te vinden, zelf voor te leven. Ten tweede, wees verbindend en geef ruimte. Ten derde moet je niet eenvoudigweg begrip opeisen van je medewerkers, maar proberen eerst de anderen echt te begrijpen. Deze adviezen kun je alleen echt in praktijk brengen, als je de moed hebt bij je zelf te beginnen.