Skip to main content

Redactie Beroepseer

Inzenden van werk voor meedingen ‘Cross Media Awards 2022’ kan t/m 15 april

Wie in aanmerking wil komen voor een van de prijzen van de Cross Media Awards 2022 kan cases*) inzenden tot en met 15 april. De prijzen worden uitgereikt aan de inzenders van de beste crossmedia cases van het jaar.
De Cross Media Awards – voor het eerst uitgereikt in 2013 – is de enige vakprijs die crossmedia centraal stelt. De cases worden in interview-vorm opgebouwd en aan de jury voorgelegd. Inzenders kunnen bij iedere case aangeven of deze mag worden gepubliceerd op relevante vakmedia als Nederlands MediaNieuws en Marketing Report. Daarmee levert Cross Media Awards als een van de weinige vakprijzen daadwerkelijk een bijdrage aan de ontwikkeling van het vak. Tegelijkertijd maakt dit dat alle inzenders een podium kunnen krijgen en niet alleen genomineerden en winnaars.

Crossmedia is een uit de de marketing- en communicatiewereld afkomstig begrip. In het algemeen wordt ermee bedoeld dat meerdere soorten media geïntegreerd gebruikt worden om een eenduidige boodschap uit te dragen. De verschillende soorten media zijn: televisie, radio, internet, sociale media, mailings.
Crossmedia is een van de belangrijkste middelen waar exploitanten, bureaus en adverteerders gebruik van maken. Het is niet overdreven te stellen dat een groot deel van de dynamiek in de media wordt veroorzaakt door de ontwikkeling van crossmedia.

De organisatoren van de Cross Media Award, Bas Vlugt en Peter Wybenga, presenteerden begin april 2022 de jury, bestaande uit twee deeljury’s: de bureau-jury en de exploitant-jury, ieder bestaand uit acht leden. Voorzitter van de jury is John Olivieira.

De prijsuitreiking van editie 2022 vindt plaats op dinsdag 8 juni 2022 in de Kromhouthal in Amsterdam.
De winnende cases worden gepubliceerd in het Het grote Marketing & Media Jaarboek 2022 – dat dit jaar voor het eerst verschijnt. De printuitgave ziet het levenslicht tijdens het Media100 & Marketing100 Event begin december 2022.

Noot
*) Cases: media-uitingen, voorbeelden, werkstukken

Meer info Cross Media Awards 2022 op: https://crossmediaawards.nl

Nederlands Medianieuws: https://nederlandsmedianieuws.nl

Genomineerden en winnaars 2021: https://crossmediaawards.nl/nominatiesenwinnaars2021/

U P D A T E

Genomineerden en Winnaars 2022: https://crossmediaawards.nl/nominatiesenwinnaars2022/

 

Uitkomst onderzoek Sociale samenhang en welzijn CBS: Vertrouwen in Tweede Kamer steeg in 2020 en daalde in 2021

Het vertrouwen in instituties is in 2020 vergeleken met de jaren daarvoor gestegen, vooral het vertrouwen in de Tweede Kamer nam toe, tot 53 procent. Wel is dit, net als bij het vertrouwen in ambtenaren en politici, in de loop van 2021 afgenomen. Het vertrouwen in de meeste andere instituties en in de medemens nam wel verder toe. Dit blijkt uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat sinds 2012 onder ruim 75 duizend personen van 15 jaar of ouder is gehouden.

Van alle instituties nam het vertrouwen in de Tweede Kamer de laatste jaren het sterkst toe. Waar in de periode 2012-2016 jaarlijks gemiddeld genomen zo’n 35 procent van de inwoners van Nederland van 15 jaar of ouder vertrouwen had in dit politieke instituut, en gemiddeld 41 procent in 2017-2019, zei 53 procent in 2020 vertrouwen in de Tweede Kamer te hebben. Vorig jaar daalde het vertrouwen wel weer tot 42 procent. In het vierde kwartaal zei maar 35 procent vertrouwen in de Tweede Kamer te hebben. Het vertrouwen in politici laat een vergelijkbaar patroon zien.

Het vertrouwen in de Europese Unie is toegenomen naar 48 procent in 2020, 10 procentpunt meer dan in 2012. In 2021 steeg dit verder naar 53 procent. Ook het vertrouwen in de pers stijgt gestaag; in 2020 was dit 39 procent, in 2021 was dit 46 procent.

Meer vertrouwen in instituties

Een duidelijke meerderheid van de inwoners van Nederland van 15 jaar en ouder gaf in 2020 aan gezaghebbende instituties te vertrouwen. Het grootste vertrouwen was er in de politie (78 procent), rechters (77 procent) en het leger (72 procent). Ten opzichte van 2019 is dit met respectievelijk 3 (politie), 4 (rechters) en 5 (leger) procentpunt toegenomen. Sinds 2012 groeide het vertrouwen in deze instituties met ongeveer 10 procentpunt.

In 2021 is het vertrouwen in de politie en rechters verder toegenomen en is het vertrouwen in het leger niet veranderd.

Stijging vertrouwen in medemens

In 2021 zei 66 procent de medemens te vertrouwen, een jaar eerder was dat 63 procent. In de periode 2012–2014 was dat 58 procent, 60 procent in 2015–2016 en 62 procent in 2017-2019. In het tweede kwartaal van 2020, aan het begin van de Covi-19 pandemie, veranderde het vertrouwen vergeleken met een kwartaal eerder niet. In de tweede helft van 2021 steeg het vertrouwen naar 67 procent.

Vertrouwen in Tweede Kamer steeg in 2020 en daalde in 2021, CBS, 31 maart 2022: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/13/vertrouwen-in-tweede-kamer-steeg-in-2020-en-daalde-in-2021

Van start gegaan: Proeftuin voor buurtplatformrecht. Er doen tien buurten mee

Buurtplatformrecht is een nieuw buurtrecht. Het geeft een buurt niet alleen het recht zichzelf te organiseren, maar kent daar ook een positie en middelen als een netwerk en een budget aan toe. Een buurtplatform geeft de gemeenschap een stem en een structuur om activiteiten te ontwikkelen. Het platform heeft daarbij het recht te fungeren als een netwerk van buurtbewoners en -organisaties die willen samenwerken aan verbeteringen in hun buurt.

De roep voor buurtrechten, begonnen in 2020, klonk steeds luider in Amsterdam. In dat jaar verenigden Amsterdamse wijkorganisaties zich in De kracht van Mokum en deden zij een oproep aan de gemeente: “In tijden van crisis gaan politici, stads(deel)besturen en ambtenaren extra hard aan de slag om de problemen op te lossen. De reflex is om meer ambtenaren en professionals in te zetten. Maar de gemeente kan het niet alleen en Mokum heeft veel kracht in zich. Er zijn zoveel Amsterdammers die willen en kunnen meedenken en zich willen inzetten voor hun stad en stadgenoten. Bewonersorganisaties en -initiatieven mogen niet aan de besluitvormingstafel ontbreken”.

Betrokken bewoners zijn van groot belang voor de stad. Zonder hun inbreng zouden vele zaken niet lopen. De gemeente kan immers niet alles zelf regelen. De actieve bewoners lopen evenwel tegen de grenzen van het vrijwilligerswerk aan. Het is als vrijwilliger niet makkelijk actief te zijn in eigen buurt, overal bij te zijn en inbreng te leveren en ook nog eens praktische zaken te moeten regelen, je te verantwoorden en hobbels te moeten overwinnen.

De eerste certificaten

Op 24 maart 2022 zijn door wethouder Groot Wassink van Amsterdam als erkenning de eerste certificaten uitgereikt aan een aantal buurtplatformen tijdens de conferentie Proeftuin Buurtplatformrecht. Deze uitreiking is het startsein voor een proeftuin waarin het buurtplatformrecht getoetst gaat worden. Op een eerdere bijeenkomst in januari 2022 heeft de wethouder gezegd dat “buurtplatformen volwaardige partners van de gemeente zouden moeten zijn”. De bedoeling van de proeftuin is uit te zoeken hoe de platformen, de gemeente en wijkpartners tot een effectieve duurzame manier van samenwerking kunnen komen. Omdat veel buurtplatformen op meerdere domeinen acteren in hun buurt, is samenwerking met stakeholders binnen diverse domeinen van groot belang. Via de platformen kunnen alle bewoners bereikt worden, ook de bewoners die anders niet snel gehoord worden.

Er doen tien buurten (stadsdelen) mee aan de proeftuin. Uitgebreide informatie over hun deelname is te lezen in het boekje: #buurtplatformrecht. De proeftuin. Downloaden: https://beroepseer.nl

In Pakhuis de Zwijger in Amsterdam vond op 22 maart 2022 de discussie Perspectief voor het buurtplatformrecht plaats waar de huidige staat van het buurtplatformrecht kritisch werd bekeken en waar vooruit werd gekeken. Want hoe ziet een stad eruit waarin de buurt zelf meer kan bepalen?  Van de bijeenkomst is een video gemaakt, terug te kijken op: https://dezwijger.nl/programma/perspectief-voor-het-buurtplatformrecht

Mike Brantjes coördinator van buurtplatform Hart voor de K-buurt dat meedoet aan de proeftuin schreef in zijn essay Amsterdam verdient de kracht van buurtplatforms:

“De gemeente, dat zijn we uiteindelijk zelf. De overheid is de samenballing van wat we er met zijn allen van maken. Dat vraagt om borging en checks and balances. Het politieke bestuur bepaalt het beleid, het ambtelijk apparaat voert het beleid uit. De realiteit van de wijk is dat in de uitvoering van dat beleid heel veel macht zit en dat die macht nauwelijks gecontroleerd wordt. Als het mis gaat wordt het politiek bestuur ter verantwoording geroepen, hun kop gaat eraf, door de gekozen vertegenwoordigers, en wint het uitvoeringsapparaat aan relatieve macht. Het politiek bestuur heeft, uiteraard ter voorkomen van vriendjespolitiek, geen directe macht over het ambtelijk apparaat. Ook daarom is het zo belangrijk dat er vanuit de leefwereld, de realiteit van alledag, toch een tegenmacht in kracht gezet wordt. De overheid, de maatschappij en de mensen in de buurt, hebben die luis in de pels vanuit de werkvloer van de wijk echt nodig”.

Downloaden essay Amsterdam verdient de kracht van buurtplatforms: https://www.dropbox.com

Lees ook: Certificaat voor Buurtplatforms: De proeftuin, Stichting WOON, 22 maart 2022: www.wooninfo.nl/nieuws/2022/03/certificaat-voor-buurtplatforms-de-proeftuin/

In het kader van de proeftuin voor het buurtplatformrecht maakten de bewoners van Platform Gein, Amsterdam Zuidoost, deze video in februari 2022:

 

Foto bovenaan staat op de laatste pagina van het boekje #buurtplatformrecht

Eindrapport van Nivel: Eén tegen eenzaamheid

Momenteel zijn er 1,3 miljoen mensen van 75 jaar en ouder in Nederland. Dit aantal zal oplopen tot 2,1 miljoen in 2030. Een groot deel van de ouderen geeft aan gevoelens van eenzaamheid te ervaren. De overheid heeft het programma Eén tegen eenzaamheid opgezet om eenzaamheid bij ouderen te voorkomen en te bestrijden. Het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg – Nivel – monitort zelf-gerapporteerde eenzaamheid van thuiswonenden van 75 jaar en ouder voor Eén tegen eenzaamheid sinds 2019. Dat betekent dat er regelmatig metingen worden uitgevoerd om de ontwikkeling van eenzaamheid en maatschappelijke participatie onder ouderen te volgen.
Het Eindrapport Eén tegen eenzaamheid verscheen in november 2021.

Het eerste deel gaf een overzicht van de ontwikkeling van eenzaamheid en maatschappelijke participatie onder ouderen tussen 2015 en 2018. In het tweede deel is de sociale cohesie aan de metingen toegevoegd. Ook zijn daarin de eerste resultaten van eenzaamheid en participatie tijdens de coronapandemie vermeld. Dit betrof toen nog alleen cijfers over ouderen met een lichamelijke beperking.
Voor het derde en laatste deel dat voortbouwt op de twee eerdere rapportages, onderzocht Nivel de sociale cohesie onder ouderen en de samenhang met eenzaamheid en participatie.

Conclusie

Eenzaamheid is een aanhoudend fenomeen onder zowel zelfstandig wonende ouderen met een lichamelijke beperking als zelfstandig wonende ouderen in de algemene bevolking. Door de coronapandemie is onder beide groepen ouderen eenzaamheid toegenomen en maatschappelijke participatie afgenomen. De ervaring van sociale cohesie in de buurt is stabiel gebleven.Er is niet één specifieke oplossing voor eenzaamheid en er is aandacht nodig vanuit verschillende invalshoeken en partijen. Zo is er inhoudelijk aandacht nodig voor beide vormen van eenzaamheid.
Beleidsmatig kan men zich richten op verschillende doelgroepen, waarbij ouderen met een lichamelijke beperking extra aandacht vragen. De coronapandemie heeft het belang van het versterken van de zelfwerkzaamheid en medeverantwoordelijkheid van bewoners bij hun eigen woon- en leefomgeving en het leggen van onderlinge verbindingen nog eens benadrukt. Hier ligt een taak voor bijvoorbeeld gemeenten en wijkteams om de sociale cohesie in woonwijken te bewaken en te bevorderen. Ook het programma Eén tegen eenzaamheid werkt met verschillende partijen, zowel via landelijke campagnes als lokaal door het ondersteunen van gemeenten en lokale initiatieven

Downloaden: Eindrapport Eén tegen eenzaamheid. Monitoring eenzaamheid, participatie en sociale cohesie onder ouderen 2015 – 2020, door Jill Knapen, Mariska Scheffer en Hennie Boeije, Nivel, november 2021: www.nivel.nl/sites/default/files/bestanden/1004113.pdf

Een tegen eenzaamheid: https://www.eentegeneenzaamheid.nl

Medisch specialisten willen geen verplichte loondienst en schreven manifest. ‘Wij staan voor het behoud van vrije beroepskeuze’

Zestig medisch-specialistische bedrijven (msb’s) verzetten zich tegen verplichte loondienst.  Ze hebben hun handtekening gezet onder een manifest, gepubliceerd is de site van Zorgvisie op 24 maart 2022.

In dienstverband dwingen

In het coalitieakkoord spreekt de regering het voornemen uit om 7000 vrijgevestigd medisch specialisten in een dienstverband te dwingen. Er staat letterlijk:

“Voor transformatie naar passende zorg, de bestuurbaarheid van ziekenhuizen en afremmen van perverse prikkels hebben ook medisch-specialistische bedrijven een verantwoordelijkheid. Indien bij deze medisch-specialistische bedrijven onvoldoende verbetering optreedt binnen twee jaar zal er regelgeving komen zodat alle medisch specialisten in loondienst gaan. Daartoe wordt regelgeving voorbereid”.

Deze passage roept bij  bij veel medisch specialisten verontwaardiging op. Het is juist zo dat in de afgelopen jaren op gelijkgerichtheid, passende zorg en ombuiging van de prikkels grote stappen zijn gezet. Dit regeringsvoornemen zorgt dan ook voor veel onbegrip, onrust en boosheid in de Nederlandse ziekenhuizen. Gedwongen dienstverband lost geen enkel probleem op, het creëert er juist een.

In het manifest waarschuwen de msb’s voor ‘hogere kosten, administratieve rompslomp, juridisch getouwtrek en rechtszaken’ als gevolg van verplichte loondienst. Vrijgevestigde medisch specialisten brengen volgens hen ‘creativiteit, flexibiliteit en innovatiekracht’, en dragen zo al bij aan meer kwaliteit en passende zorg.

Het land der fabelen

In artsenblad Medisch Contact staat een interview met Paul van Schaik, woordvoerder namens de msb’s. Het standpunt dat msb’s niet goed zijn voor de gelijkgerichtheid en bestuurbaarheid van ziekenhuizen kan wat hem betreft naar het land der fabelen: “De msb’s hebben dat juist verbeterd. Voorheen zaten raden van bestuur aan tafel met dertig vakgroepbestuurders, nu met één gesprekspartij”.

Volgens Van Schaik lijken politieke partijen en bestuurders in de loondienstdiscussie vooral gedreven door ‘emotie’, of ‘electorale afwegingen’. “Het is moeilijk om hierover inhoudelijk het gesprek met ze aan te gaan. Als je vraagt wat het oplevert, krijg je geen duidelijk antwoord. Dat het geld zou opleveren als medisch specialisten allemaal in loondienst gaan, is zeer ongewis, daar zijn allemaal rapporten over”.

Manifest: Vrijgevestigd medisch specialisten zijn onmisbare partners voor de toekomst. Met alle handtekeningen, Zorgvisie, 24 maart 2022: www.zorgvisie.nl/blog/manifest-vrijgevestigd-medisch-specialisten-zijn-onmisbare-partners-voor-de-toekomst

Medisch specialisten in touw tegen verplichte loondienst, door Ilse Kleijne, Medisch Contact, 25 maart 2022: www.medischcontact.nl/nieuws/laatste-nieuws/nieuwsartikel/medisch-specialisten-in-touw-tegen-verplichte-loondienst.htm#reacties

Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomstCoalitieakkoord 2021 – 2025, VVD, D66, CDA en ChristenUnie: www.kabinetsformatie2021.nl

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Onderwijsraad adviseert over functie extern toezicht in onderwijsbestel

Nieuw advies over extern toezicht van de Onderwijsraad: Inspecteer de school- en niet het bestuur – en doe dat onverwacht. Dus onaangekondigd een bezoek brengen aan een school en lessen bijwonen.

Geef in het extern toezicht op het onderwijs meer prioriteit aan de kwaliteitsbeoordelende taak en zorg voor direct zicht op de onderwijspraktijk. Richt het toezicht daartoe meer op wat er binnen een school gebeurt en doe vaker kwaliteitsonderzoek op scholen en opleidingen. Zo kan de overheid beter haar verantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit waarmaken. Het advies van de Onderwijsraad is getiteld  Essentie van extern toezicht, aangeboden aan de onderwijsministers op 23 maart 2022.

De overheid heeft de grondwettelijke verantwoordelijkheid voor onderwijs van voldoende kwaliteit voor iedere leerling en student. En voor de borging hiervan met extern toezicht. In het funderend onderwijs is dat belegd bij de Inspectie van het Onderwijs en in het hoger onderwijs vooral bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie. Met het oog op de evaluatie van de Wet op het onderwijstoezicht (WOT) en de plannen voor instellingsaccreditatie in het hoger onderwijs heeft de minister van Onderwijs aan de Onderwijsraad om advies gevraagd hoe extern toezicht de kwaliteit van het onderwijs het beste kan borgen.

Voorzitter Edith Hooge van de Onderwijsraad

“Kijkend naar de primaire functie van het extern toezicht in het onderwijsbestel, verdient de beoordelende taak van het externe toezicht meer prioriteit. Hiervoor heeft het extern toezicht direct zicht nodig op de plek waar onderwijskwaliteit ontstaat: op school of in een opleiding.”

Direct zicht op kwaliteit

In de WOT is vastgelegd dat de inspectie een taak heeft om de onderwijskwaliteit te beoordelen en een taak om die kwaliteit te bevorderen. De verhouding tussen deze twee taken is een voortdurend punt van discussie. De Onderwijsraad adviseert om de prioriteit te geven aan de beoordelende taak en dat vast te leggen in de WOT. De bevorderende taak van de inspectie ziet de raad als een secundaire taak, die wel van belang is, maar ondergeschikt is aan de beoordelende taak.

Om de onderwijskwaliteit te kunnen beoordelen, is direct zicht nodig op de onderwijspraktijk. Daar wordt de onderwijskwaliteit zichtbaar. Daarom moet het extern toezicht op iedere school en opleiding van tijd tot tijd een kwaliteitsonderzoek doen, aldus de raad. Om de onderwijskwaliteit goed te kunnen beoordelen zijn daarnaast duidelijke en toetsbare wettelijke eisen nodig, die vooraf zijn vastgelegd. De duidelijkheid van wettelijke voorschriften staat volgens de raad nu onder druk door het gebruik van open normen en zorgplichtbepalingen. De raad constateert dat er daardoor teveel ruimte is voor interpretatie.

Hoger onderwijs

Ook in het hoger onderwijs is het volgens de raad belangrijk om in het extern toezicht de onderwijspraktijk in beeld te houden. Met het oog op de plannen voor instellingsaccreditatie voor het hoger onderwijs, geeft de raad ter overweging mee om instellingsaccreditatie zodanig vorm te geven dat het extern toezicht zicht blijft houden op de kwaliteit van de opleiding. Zodat de overheid haar verantwoordelijkheid voor het toezicht op onderwijskwaliteit waar kan maken. Een overgang naar instellingsaccreditatie is een ingrijpende wijziging. Daarom adviseert de raad de evaluatie van pilots af te wachten voordat er vervolgstappen worden genomen.

Downloaden advies: Essentie van extern toezicht, Onderwijsraad, 23 maart 2022: www.onderwijsraad.nl/publicaties/adviezen/2022/03/23/essentie-van-extern-toezicht

Afbeelding bovenaan: Infographic uit ‘Essentie van extern toezicht’

Termijn voor nomineren verkiezing Overheidsmanager en Beste Overheidsorganisatie van het Jaar 2022 van start

De termijn voor het nomineren voor de verkiezing Overheidsmanager en Beste overheidsorganisatie van het Jaar 2022 is begonnen. De coronacrisis heeft laten zien dat complexe vraagstukken vragen om flexibiliteit en aanpassingsvermogen van overheidsmanagers en -organisaties. Voor de komende jaren is het van belang de geleerde lessen ter harte te nemen en nieuwe uitdagingen het hoofd te bieden.

Nomineren van kandidaten voor de verkiezing van de Overheidsmanager en de Beste Overheidsorganisatie van het Jaar 2022 is mogelijk vanaf half maart 2022. De termijn voor de verkiezing van de overheidsmanager loopt tot en met 1 juli 2022. Die van  de beste overheidsorganisatie tot en met 22 juli 2022.

Baanbrekend bestuurder

De verkiezingen hebben tot doel transparantie en kennisdeling binnen het openbaar bestuur te bevorderen door het werk van goede overheidsmanagers en organisaties uit te lichten en te belonen. Jetta Klijnsma, voorzitter van de jury voor de Verkiezing Overheidsmanager van het Jaar, zoekt naar een ‘baanbrekend bestuurder’. Deze overheidsmanager is iemand die de veelzijdige vraag vanuit de samenleving beantwoordt en opdrachten samen met andere organisaties of bestuurders uitvoert. De Overheidsmanager van het Jaar richt zich op grensverleggende samenwerking en houdt daarbij het algemeen belang in het oog.

Jan van Zanen, juryvoorzitter van de verkiezing Beste overheidsorganisatie van het Jaar ziet ernaar uit een krachtige organisatie te bekronen, een die verder kijkt dan de eigen missie in de hedendaagse tijd. De huidige crisissen vragen van overheidsorganisaties dat ze flexibel zijn en snel leren. De Beste overheidsorganisatie van het Jaar 2022 is weerbaar en wendbaar in tijden van een crisis en kijkt niet alleen naar zichzelf, maar durft ook over de schutting heen te kijken.
De criteria waaraan een deelnemende overheidsorganisatie dient te voldoen zijn te lezen op: www.overheidsawards.nl/dimensies/

Winnaars verkiezingen 2021

Cor Burgmeyer is in november 2021 uitgeroepen tot Overheidsmanager van het Jaar 2021. Hij is directeur Uitvoering Klant en Service van het Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen (UWV) en wordt door de jury een baken voor het UWV genoemd. Zijn jarenlange ervaring maakt hem een onmisbare schakel in het geheel. Burgmeyer heeft de uitvoering van de NOW-regeling (noodmaatregel overbrugging werkgelegenheid) gestalte gegeven.

De innovatie van het Openbaar Ministerie, XTC, daar zit een luchtje aan, werd gekozen tot de Beste Overheidsinnovatie van het Jaar 2021. OM en politie helpen het publiek de geur van XTC te herkennen door verspreiding van een parfum met de kenmerkende geur van de drug. Daarmee worden burgers gestimuleerd vermoedens van XTC-labs aan te geven en dumping van gevaarlijk afval te melden.
De prijsuitreiking vond plaats in de Ridderzaal in Den Haag, en live uitgezonden, op 18 november 2021.

Vanaf 2021 is er een verkiezing bijgekomen: Beste Overheidsinnovatie van het Jaar. Deze verkiezing wordt jaarlijks afwisselend georganiseerd met de Verkiezing Beste Overheidsorganisatie van het Jaar. In september 2021 hielden tien  overheidsinnovaties in de Werkspoorfabriek in Utrecht een pitch voor de jury, onder leiding van voorzitter Jan van Zanen.

De verkiezingen worden georganiseerd door de Vereniging voor Overheidsmanagement (VOM) in samenwerking met Binnenlands Bestuur, landelijk netwerk van jonge ambtenaren werkzaam bij de overheid FUTUR, Interprovinciaal Overleg (IPO), ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN), Netwerk van Publieke Dienstverleners (NPD), Ordina, Publiek Denken en Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Meer informatie is te vinden op Overheidsawards: https://www.overheidsawards.nl

Huis voor Klokkenluiders publiceert jaarverslag 2021: Betere bescherming van klokkenluiders en investeren in integriteitsbeleid is nodig

In 2021 kreeg het Huis voor Klokkenluiders ruim 200 adviesverzoeken waarvan er elf over (vermoedelijke) misstanden gingen. Zo’n 249 keer werd telefonisch advies gevraagd. Verder werkte het Huis in 2021 aan meer maatwerk, preventie, zichtbaarheid van het Huis in netwerken en publicaties en aan efficiëntere werkprocessen en extra capaciteit. Dat blijkt uit het jaarverslag 2021 van het Huis voor Klokkenluiders, in maart 2022 gepubliceerd.

Het Huis doet soms interventies om een situatie op te lossen zonder dat de klokkenluider hier nadelen van ondervindt. Ook wordt achteraf soms onderzoek gedaan naar de situatie. In 2021 vonden zeven uitgebreide onderzoeken plaats en werden er twee in een grote publicatie uitgelicht. Ook verkende het Huis de mogelijkheden voor extra psychosociale hulp.

De meest in het oog springende activiteiten van het Huis voor Klokkenluiders in 2021 waren het voorkomen dat melders van misstanden op de werkvloer worden benadeeld en het actief inzetten op betere wetgeving.

Uitgegroeid tot herkenbare organisatie

Het Huis voor Klokkenluiders bestond in 2021 vijf jaar. In die jaren groeide het Huis uit tot een herkenbare organisatie die melders van misstanden bijstaat met advies en waar nodig diepgaand onderzoek doet. Ook bevordert het Huis de integriteit binnen Nederlandse werkrelaties door bij te dragen aan het voorkomen, signaleren en oppakken van misstanden.

Intern melden en integriteit op de werkvloer

Om het werk steeds beter te kunnen uitvoeren, heeft het Huis in 2021 ingezet op verdere ontwikkeling van vier thema’s die staan vermeld in de in 2020 gepubliceerde toekomstvisie. De focus ligt steeds meer op preventie en maatwerk. Dat wil zeggen, voorkómen dat misstanden op het werk ontstaan of dat melders worden benadeeld. Daarnaast richt het Huis zich op een belangrijke voorwaarde voor het werk: betere wetgeving die werknemers beschermt en de integriteit van organisaties vergroot. Het Huis voor Klokkenluiders kan zijn rol pas goed spelen als het een centrale en zichtbare positie heeft in het integriteitslandschap.

In het Voorwoord schrijft voorzitter Wilbert Tomesen van het Huis voor Klokkenluiders over het intern melden:

“Bovendien ondervinden veel werknemers die intern een misstand melden benadeling door hun werkgever als gevolg van die melding, iets wat wettelijk verboden is. Denk aan isoleren, overplaatsing, contractbeëindiging, slepende procedures of ontslag. En bij heel wat zaken waarnaar het Huis voor Klokkenluiders onderzoek doet, komt de werkgever achteraf tot de slotsom dat het anders had gemoeten. Het hád dus beter gekund”.

Het jaarverslag vermeldt dat er nog veel schort aan het integriteitsbeleid van Nederlandse organisaties. Voorzitter Wilbert Tomesen in het Voorwoord daarover:

“Als er één onderwerp telkens terugkeert in het maatschappelijk debat, dan is het wel integriteit op de werkvloer. Of beter gezegd: het gebrek daaraan. Regelmatig gaat het in de media over misstanden binnen diverse organisaties, over onwenselijke omgangsvormen en over een leiding die daar niet, halfslachtig of paniekerig op reageert. Wat betreft die integriteit op de werkvloer kan het dus beter”.

Om deze reden heeft het Huis een Integriteitswijzer gemaakt waarmee organisaties op weg worden geholpen naar een beter beleid.

Integriteitswijzer

Bij raadpleging van de Integriteitswijzer krijgt de gebruiker na het beantwoorden van 35 vragen een beeld van de sterke en zwakkere delen van de integriteitsaanpak. Het resultaat is een rapport met een visuele weergave van scores op de zeven pijlers van een samenhangend integriteitsbeleid. Daarnaast biedt het rapport duiding en tips om de zwakkere punten te verbeteren.

Wetsvoorstel voor betere bescherming klokkenluider

De nieuwe Wet bescherming klokkenluiders moet klokkenluiders een betere bescherming bieden. Hoewel de wet voor 17 december 2021 ingevoerd had moeten zijn, is het wetsvoorstel op dit moment nog in behandeling bij de Tweede Kamer.
Het Huis heeft aanvullingen op het wetsvoorstel gegeven en was (net als voorgaande jaren) erg actief in het Network of European Integrity and Whistleblowing Authorities (NEIWA), waar nu 28 autoriteiten uit 22 lidstaten in zitten.

Jaarverslag 2021 Huis voor Klokkenluiders, maart 2022: www.huisvoorklokkenluiders.nl/Publicaties/jaarverslagen/2022/03/15/jaarverslag-2021-huis-voor-klokkenluiders

Integriteitswijzer Huis voor Klokkenluiders: www.huisvoorklokkenluiders.nl/integriteit-bevorderen/integriteitswijzer

Zie ook: HvK: integriteitsbeleid schiet nog vaak tekort, Rendement online, 21 maart 2022: www.rendement.nl

Stand van zaken wetstraject en ingebrekestelling Wet bescherming klokkenluiders, Ministerie van Binnenlandse Zaken, 16 februari 2022: www.wetbeschermingklokkenluiders.nl

Vlaamse minister van Onderwijs daagt met campagne mensen uit om leraar te worden

De nieuwe wervingscampagne van de Vlaamse minister van Onderwijs Ben Weyts wil mensen uitdagen om leraar te worden. De campagne, getiteld Lesgeven is alles geven, is gericht op mensen die het verschil willen maken in het onderwijs.

Persbericht van het ministerie:

“De voorbije jaren werd getracht de job van leraar stap voor stap aantrekkelijker te maken. Zo werden de arbeidsvoorwaarden verbeterd en kwam er meer ondersteuning in de klas. Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts en de onderwijspartners willen nu de instroom versterken met een imago- en rekruteringscampagne die mensen wijst op de fantastische en unieke aspecten van de job. De campagne wijst mensen ook de weg naar het lerarenberoep, want weinig mensen kennen de diverse paden om leraar te worden of weten bijvoorbeeld dat je al geld kan verdienen in het onderwijs terwijl je nog een pedagogische opleiding volgt. ‘Lesgeven is elke dag het beste van jezelf geven om het beste uit je leerlingen te halen’, zegt Weyts. ‘We zoeken dus mensen die veel te geven hebben’.

De campagne heeft twee grote doelstellingen. Ten eerste is het een fiere imagocampagne die mensen wijst op de fantastische en unieke aspecten van de lerarenroeping. Ten tweede is het een rekruteringscampagne die kandidaat-leerkrachten heel praktisch wijst op de verschillende wegen naar het lerarenberoep. Weinig mensen kennen immers de diverse wegen via dewelke je voor een klas kan gaan staan. Je hebt bijvoorbeeld geen pedagogisch bekwaamheidsbewijs nodig om leraar te worden: je kan al beginnen lesgeven en parallel een pedagogische opleiding volgen. Zo verdien je al geld terwijl je (bij)studeert. ‘De vele verschillende wegen naar het lerarenberoep lijken complex, maar eigenlijk betekent het vooral dat er voor iedereen een traject op maat bestaat”, zegt Weyts. “Onbekend is echter onbenut. We willen de vele mogelijkheden nu veel breder onder de aandacht brengen’.

De onderwijsverstrekkers, vakbonden, grote steden, hogescholen, universiteiten, scholen en leerkrachten dragen de campagne mee uit. Zij kunnen de centrale slogan ‘Lesgeven is alles geven’ aanpassen op maat van hun eigen werking en bijvoorbeeld werken met ‘Lesgeven in Leuven is …’ of ‘Lesgeven in het KSO is …’.

‘Lesgeven is niet voor iedereen weggelegd’, zegt Weyts. ‘De campagne schetst dan ook geen idyllisch beeld van een rustig leventje in het onderwijs. Het is elke dag opnieuw alles geven. Je hebt echt niets in het onderwijs te zoeken als je wil uitbollen of op automatische piloot door het leven wil gaan. We zoeken gedreven en ambitieuze mensen, die echt het verschil willen maken en nog heel veel te geven hebben’.”

De leraar positief in de kijker gezet

De minister heeft de campagne gelanceerd op het Oscar Romerocollege in Dendermonde op 21 maart 2021. Samen met de leerlingen en leerkrachten van deze school is er een promotievideo gemaakt. “Twee dagen lang zijn ze voor deze promovideo bij ons op school komen filmen”, zegt directeur Tomas De Wilde. “Daarbij werd gefilmd op de verschillende campussen van onze school, van de basisschool over onze technische ateliers tot in het algemeen secundair”.
De campagne loopt drie jaar. “Onze leerlingen en leerkrachten zullen dus over heel Vlaanderen te zien zijn”, zegt algemeen directeur Joeri Deblauwe. “We zijn er erg trots op dat onze school het decor mocht vormen voor deze campagne. Het is een goede zaak dat de job van leerkracht positief in de kijker wordt gezet.”

Nieuwe campagne daagt mensen uit om leraar te worden, door Ben Weyts, 21 maart 2022: www.benweyts.be/Nieuwe-campagne-daagt-mensen-uit-om-leraar-te-worden

Oscar Romerocollege decor voor campagnefilmpje dat mensen uitdaagt om leraar te worden, door Nele Dooms, Het Laatste Nieuws, 21 maart 2022: www.hln.be/dendermonde/oscar-romerocollege-decor-voor-campagnefilmpje-dat-mensen-uitdaagt-om-leraar-te-worden~a2d23005/

Leraar worden, Ministerie van Onderwijs Vlaanderen: www.onderwijs.vlaanderen.be/leraar-worden