Skip to main content

Redactie Beroepseer

Pleidooi voor herwaardering van vakmanschap en professionaliteit in lectorale rede ‘Samen goed werken’ van Daniël van Middelkoop

In de lectorale rede Samen goed werken, hield Daniël van Middelkoop een pleidooi voor herwaardering van professionaliteit en vakmanschap. Vakmensen en professionals zijn van grote waarde in werk en maatschappij. Vanuit motivatie en betrokkenheid leveren ze samen goed werk – betekenisvol werk van hoge kwaliteit. Ze spelen bovendien een belangrijke rol in de zoektocht naar oplossingen voor grote maatschappelijke en ecologische uitdagingen. Maar ondanks dit belang staan vakmanschap en professionaliteit in veel organisaties onder druk. Systemen en processen gericht op controle en efficiëntie lijken vaak belangrijker dan organiseren vanuit een professionele logica.

Samenwerken in teams aan complexe vraagstukken komt in veel organisaties niet goed van de grond en de dialoog over goed werk en de aanpak om dat te realiseren is nog te vaak het sluitstuk op overvolle to-do lijsten.  Van Middelkoops pleidooi voor herwaardering van professionaliteit en vakmanschap  vraagt om condities voor goed werk, maar begint bovenal bij professionals en vakmensen zelf.

Daniël van Middelkoop is per augustus 2021 benoemd tot lector Samenwerkende Professionals (Professional Agency) aan de Hogeschool van Amsterdam. Hij sprak zijn oratie uit in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam op 11 oktober 2022. Van Middelkoop richt zich in zijn onderzoek op het versterken van het handelingsvermogen van samenwerkende professionals in een veranderende economie, zowel in de publieke als de private sector.

Begin van de rede:

“In de maanden dat ik schreef aan deze rede kwam ik bij toeval langs de documentaire ‘We are the thousand’ op tv. Daarin staat de droom van de Italiaan Fabio Zaffagnini centraal om duizend rockmuzikanten gezamenlijk te laten
spelen om daarmee zijn favoriete band The Foo Fighters te overtuigen om in het kleine stadje Cesena te komen spelen. Spoiler alert: dat lukt. ‘The Rocking 1000’ zouden daarna nog vaker samen spelen en grote concerten geven. Het beeld op de cover van deze rede laat muzikanten zien tijdens een van deze concerten, in Florence.

De documentaire, maar met name het moment dat de duizend muzikanten met elkaar spelen, ontroerde me. Dat zal deels gekomen zijn door mijn gedegen opvoeding in de gitaarmuziek, maar meer nog kwam het door de volharding van de initiatiefnemers, het streven om met duizend man een nummer zo perfect mogelijk te spelen, en het ongelimiteerde plezier dat van de muzikanten afstraalt terwijl ze spelen. Het laat zien hoe geweldig samen werken – en in dit geval spelen – kan zijn. Met elkaar goed werk leveren, of dat nu muziek maken is of zorgen voor goed onderwijs, goede jeugdzorg of een goed draaiende energiecentrale, kan veel energie geven en geweldige resultaten opleveren. Met elkaar zijn problemen waar je in je eentje tegenaan hikte, toch op te lossen, gewoon omdat je collega’s je helpen met hun inzichten of net iets andere blik. En wanneer het druk is en het erop aankomt in het werk, is het fijn om collega’s te hebben op wie je kan vertrouwen. De ervaringen ten tijde van de coronapandemie hebben ons geleerd hoe belangrijk dat samen werken is – in ons onderzoek onder collega’s van mijn eigen hogeschool viel het meest op dat we het ‘echte’ contact misten, met studenten, maar zeker ook met onze collega’s.

De meerwaarde maar ook het plezier van samen goed werk leveren ligt ten grondslag aan deze rede, en ik kan het belang daarvan hier niet genoeg benadrukken. De afgelopen jaren voerden we vanuit het lectoraat gesprekken met honderden professionals en vakmensen – zowel individueel als in teamverband. Daarin valt op dat plezier en voldoening voortkomen uit het willen en kunnen leveren van goed werk. Samenwerking is daarin vaak belangrijk, maar altijd een middel en geen doel op zich. Ik spreek daarom in deze rede veelal van samen werken, als twee losse woorden, om die doelstelling van het realiseren van goed werk te benadrukken. Vaker in deze rede gaat het echter over het hoe van samen werken, meer dan het waarom. Met dat hoe komen ook de worstelingen, vraagstukken en problemen naar voren in de manier waarop we het samen werken van professionals en vakmensen hebben georganiseerd.
Waar samenwerking wel een doel op zich is, of waar de condities voor goed samen werken ontbreken, kan het plezier in samen werken omslaan in frustratie en sacherijn”.

Het laatste, vijfde hoofdstuk is getiteld: Pleidooi voor een andere manier van samen werken:

“We moeten wegbreken van een manier van organiseren waarin controlemechanismen, efficientiëdenken en de nadruk op ‘meetbare output’ centraal staan en waarin deze tot doel in plaats van middel gemaakt worden.
Dit geldt nadrukkelijk voor publieke sectoren, zoals de jeugdzorg, waar het werk niet of nauwelijks te standaardiseren is en waar efficiëntieverbetering gezien de aard van het werk slechts tot een zeker punt mogelijk is – waar het jarenlange adagium van meer met minder de kwaliteit van het werk aantast en tot misstanden leidt. Breng de organisatorische en financiële logica terug naar de juiste proporties – het zijn randvoorwaarden om professionals en vakmensen in staat te stellen goed werk te leveren.

Maar hoe doen we dat? Goed werk centraal zetten en handelingsvermogen van professionals versterken vraagt om meer dan het uitspreken van het belang daarvan. Het vraagt om het daadwerkelijk organiseren van het werk vanuit het vertrouwen in professionals en vakmensen. Dat begint ermee hun een stem te geven – zij moeten uiteindelijk gaan over de professionele logica en de invulling van goed werk in hun specifieke werksituaties. Bestuurders, leidinggevenden en ondersteuners bepalen niet wat goed werk is, maar hebben wel een cruciale rol in het zorgen voor de juiste condities voor goed werk. Dat betekent onder andere ruimte bieden aan professionals en vakmensen om te bepalen wat in een specifieke situatie de beste oplossing is, zonder dit te willen controleren of standaardiseren met ‘van bovenaf’ vastgestelde protocollen, processen of andere blauwdrukken. Dat vraagt van die professionals en vakmensen om het ontwikkelen en hanteren van een helder kader over wat voor hen goed werk is, zodat die ‘beste oplossing’ gestoeld is op doordachte professionaliteit en vakmanschap.
[…]
Het vraagt vanuit de organisatie om een focus op het creëren van de juiste condities voor goed werk. Het veranderen van die condities begint in de structuur van organisaties – de processen en handelingen die vaak onbewust en vanuit gewoonte gericht zijn op controle en efficiëntie en waarin nu op te veel plekken de wens tot verantwoording en controle over processen en output centraal staat”.

Samen goed werken. Pleidooi voor een herwaardering van professionaliteit en vakmanschap, door Daniël van Middelkoop, Academische Uitgeverij Eburon, 2022: https://pure.hva.nl/ws/files/24989560/Samen_goed_werken.pdf

Lectoraat Samenwerkende professionals: www.hva.nl

Uitnodiging Lectorale Rede: www.hva.nl

Hieronder video: Daniël van Middelkoop spreekt zijn lectorale rede uit in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam op 11 oktober 2022. Duur: 63 min. Foto helemaal bovenaan is een tafereel uit de video.

Onderwijsblad besteedt in oktobernummer 2022 aandacht aan invloed van verkiezing ‘Leraar van het Jaar’

De vier winnaars van de Leraar van het Jaar-verkiezing van 2022 zijn tijdens een feestelijke prijsuitreiking door minister Wiersma van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) in Laren bekendgemaakt op de Dag van de Leraar, 5 oktober 2022:

  • Steffie van der Meijden, speciaal onderwijs (so), mentorleraar aan VSO Heuvelrug College in Zeist
  • Dimitri van Dillen, middelbaar beroepsonderwijs (mbo), docent Nederlands en loopbaan & burgerschap aan het ROC van Twente
  • Lennart van der Meulen, primair onderwijs (po), Leerkracht groep 5/6 op basisschool De Gouden Griffel in Berkel en Rodenrijs
  • Erik Ex, voortgezet onderwijs (vo), docent geschiedenis op het Cynus Gymnasium in Amsterdam

De vier winnaars zijn een jaar lang het gezicht van de beroepsgroep en ambassadeur binnen hun sector. Dat betekent dat ze een jaar lang het onderwijsvak promoten en zich inzetten voor thema’s die de kwaliteit van de beroepsgroep raken.
De Leraar van het Jaar is niet een titel voor de beste leraar van Nederland, wel voor de leraar die volgens de jury het beroep van leraar op een inspirerende manier kan uitdragen en op een goede manier kan vertegenwoordigen.

De eerste verkiezing van Leraar van het Jaar vond plaats in 1999 en gold het vo. In 2005 werd de verkiezing voor het po toegevoegd, en in 2007 en 2012 voor het mbo en het so.
De initiatiefnemer van de verkiezing in 1999 was het het onderwijsadviesbureau CPS. Daarna werden de verkiezingen georganiseerd door resp. de Stichting Beroepskwaliteit Leraren SBL, de Onderwijscoöperatie (opgeheven in 2020) en tenslotte de onafhankelijke stichting Leraren van het jaar waarvan de leden in het verleden zijn verkozen tot leraar van het jaar.

In het oktobernummer 2022 van het Onderwijsblad staat een uitgebreid artikel van Joëlle Poortvliet over de jaarlijkse lerarenverkiezing waarin verschillende mensen hun zienswijze toelichten. De verkiezing blijkt bij sommigen weerstand op te wekken.

Je moet wel kunnen incasseren

Ismail Aghzanay, in 2018 verkozen tot Rotterdamse Leraar van het jaar voortgezet onderwijs schreef onder de titel Als je je hoofd boven het maaiveld uitsteekt… op Linkedin n.a.v. de negatieve reacties die hij en mede (ex-)leraren van het jaar soms krijgen, zowel online als offline: “Opmerkingen zoals: je doet het alleen voor jezelf. Of op school grapjes met een ondertoon. Dat je met een groepje leerlingen in de pauze staat te kletsen en een collega zegt: Zo, ze weten je wel weer te vinden hè? Leraar van het jaar natuurlijk”.
Aghzanay denkt dat het met de Nederlandse cultuur te maken heeft. “Van doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg. Je moet wel kunnen incasseren. Het gekke is, bij een demonstratie voor het gelijktrekken van salarissen verwachten we allemaal dat leraren in de frontlinie staan, dat zij zich uitspreken. Maar wanneer je als Leraar van het jaar op de voorgrond staat en impact wil maken met jouw positieve visie op onderwijs, word je – door een klein groepje, dat is wel belangrijk om te zeggen – heel anders bejegend”.

In de schijnwerpers

Onderwijsbestuurder Annet Kil, betrokken vanaf het eerste uur bij de Lerarenverkiezing, heeft behartenswaardige dingen te zeggen over de mediabelangstelling voor kandidaten en genomineerden. Zij krijgen als het ware vip-kaarten voor de onderwijspolder. Denk aan: bezoeken aan ministers, het koningshuis, mogen aanschuiven bij innovatielunches en op bezoek gaan bij de sectorraden. Ook belanden ze in de Rolodex van Hilversum. Kil: “Ik denk dat we rond 2010 met mediatraining voor de genomineerden begonnen zijn. Het is best heftig wat er allemaal op je afkomt. De scope van je werk wordt ineens veel groter. Juist het vertellen over je passie, vakmanschap en drijfveren maakt je kwetsbaar”

Andrew Niemeijer, Leraar van het jaar in 2009 denkt dat menig huwelijk van titelhouders onder druk is komen te staan. “Het gaf bij mij wel spanning thuis. Ik was net vader geworden. Mijn vrouw, Alexandra, is ook docent. Zij vond het wel een paar dagen leuk, maar daarna was ze er wel klaar mee. Het is vooral het ambassadeurschap wat niet voor iedereen is weggelegd en wat veel tijd kost”.

Het is een merk geworden

“Het is een brand geworden”, weet Kil. Waardoor men de Leraren van het jaar voor de gekste zaken weet te vinden. Niemeijer: “Of ik een ijsbaan wilde openen, een lintje wilde knippen en een fotoshoot wilde doen voor Miljonair magazine.” Achteraf stelt Niemeijer dat hij de activiteiten ‘inhoudsloos’ vond:  “Het ging mij om de status van het beroep, om een betere opleiding en meer tijd om door te leren. Ik wilde met Rinnooy Kan aan tafel”.

Met Rinnooy kan aan tafel zitten lukte uiteindelijk, maarm zo schrijft Joëlle Poortvliet in haar artikel, Niemeijer deed een ‘shocking’ inzicht op:  “Of het nu gaat om de commissie-Dijsselbloem, Rinnooy Kan, de programmaraad van de NRO of de jury voor de nationale onderwijsfilm: je bent doorgaans de enige leraar aan tafel”. Niemeijer voelde zich geregeld een Don Quichot,

Lees het hele artikel Leraar van het jaar is optimistische influencer, door Joëlle Poortvliet, AOb, 5 oktober: https://www.aob.nl
Onderwijsblad verschijnt maandelijks en is een uitgave van de Algemene Onderwijsbond (AOb).

Aanbevolen: Leraar van het Jaar verkiezing & mijn statement, door Juf Cherelle, Teach and Cher, 4 december 2021: https://teachandcher.nl/leraar-van-het-jaar-verkiezing-mijn-standpunt/

Leraren van het jaar: https://lerarenvanhetjaar.nl/

Leraar 24: ww.leraar24.nl/2632340/leraar-van-het-jaar-2022-dit-zijn-de-winnaars/

Hieronder video van verkiezing Leraar van het Jaar 2022 (foto bovenaan is ontleend aan deze video)

WorldSkills Netherlands bestaat twintig jaar. ‘Vakwedstrijden hebben me gemaakt tot wat ik nu ben’

WorldSkills Netherlands bestaat in oktober 2022 twintig jaar. Doel is vmbo-scholieren en mbo-studenten bewuster maken van hun talenten, kansen en mogelijkheden en hen inspireren na te denken over hun toekomst. Ze worden uitgedaagd om het beste uit zichzelf te halen en gemotiveerd zich volledig in te zetten. Dit draagt bij aan de trots en de passie van vakmannen en vakvrouwen Zij kunnen door mee te doen aan de vakwedstrijden hun opleiding succesvol afmaken en een goede start maken in hun loopbaan.

Op 13 oktober 2022 begint de WorldSkills-competitie in de Amerikaanse plaats Cleveland, Ohio. Aan die competitie doet  de Nederlandse ‘vakkanjer’ Bart Willems mee op het onderdeel lassen. Hij wordt begeleid en getraind door Wim van de Merwe en Richard Roolvink, coördinator Nationale wedstrijden lassen. Tot oktober 2016 was Van de Merwe vmbo-docent metaaltechniek van scholengemeenschap Reggesteyn in Rijssen. Zijn hele loopbaan was Van de Merwe pleitbezorger van technisch onderwijs. Steeds weer bedacht hij nieuwe plannen om het te promoten, bijvoorbeeld in de vorm van laswedstrijden voor vmbo-scholen in zijn eigen regio. Een hoogtepunt van zijn inspanningen waren de junior Vakkanjerwedstrijden voor metaal- en elektrotalenten. Met zijn leerlingen presteerde hij het vanaf 2007 vier keer op rij Nederlands kampioen lassen te worden. In maart 2013 werd zijn leerling, de veertienjarige Bas ter Steege uit Enter Nationaal Kampioen Lassen in de categorie elektrode lassen

Skills the Finals van 2023

In voorronden en regionale kwalificatiewedstrijden gaan leerlingen en studenten van het vmbo en het mbo uit heel Nederland de strijd met elkaar aan. Skills Talents zijn vakwedstrijden voor het vmbo, Skills Heroes voor het mbo.
Het eerstvolgende, jaarlijkse Nederlandse kampioenschap voor beroepen, Skills The Finals, vindt plaats in Amsterdam op donderdag 23 en vrijdag 24 maart 2023. Ruim 700 finalisten uit het (v)mbo nemen deel aan ruim zestig vakwedstrijden. Wie wordt de beste van Nederland in zijn of haar vakgebied? Degenen die goed presteren op de Skills Heroes kwalificeren zich voor Team Netherlands, dat Nederland vertegenwoordigt tijdens de internationale vakwedstrijden. Het is een zeer divers team van rond de dertig nationaal mbo-kampioenen.

Skills The Finals trekt jaarlijks duizenden bezoekers die de wedstrijden live volgen. Naast de wedstrijden kunnen jongeren een Loopbaanoriëntatie en Begeleidingsprogramma (LOB-programma) met doe-activiteiten volgen waarmee zij zich kunnen oriënteren op een vervolgopleiding. Skills The Finals biedt niet alleen de leerlingen en studenten maar ook docenten en bezoekers een onvergetelijke en zeer leerzame ervaring.

Vakkampioenen

Arnold Ros, oud-leerling van het Munnikenheide College in Etten-Leur, werd uitgeroepen tot wereldkampioen metselen tijdens het WorldSkills wedstrijdseizoen 2002-2003 in het Zwitserse Sankt Gallen:

“Als ik zo terugkijk, dan kan je zeggen dat vakwedstrijden me gemaakt hebben tot wat ik nu ben. Je krijgt door deelnemen meer zelfvertrouwen en je leert met mensen omgaan. Dat is ook belangrijk voor je persoonlijke ontwikkeling. En als je internationaal weggaat, dan maak je kennis met andere culturen en eetgewoonten. Daar heb ik nog steeds profijt van. Ben je vakkampioen, dan hangt er wel een ‘kwaliteitskaartje’ aan je naam. Daarom werk ik nog steeds zoals bij de wedstrijden: nauwkeurig en zo mooi mogelijk”.

Lees het verhaal van Arnold Ros op: ‘Vakwedstrijden hebben me gemaakt tot wat ik nu ben’: https://worldskillsnetherlands.nl/20jaar/

Bart Willems ziet uit naar de komende WorldSkills in de V.S.: “Ik vind het een unieke ervaring die niet iedereen krijgt. Je kan je onderscheiden van anderen”. Over zijn vak: “Wat ik zo mooi vind aan mijn vak is dat je dingen maakt met je handen. Je maakt van niks, iets. En het streven naar kwaliteit”.

In de lokale krant Hart van Hellendoorn-Nijverdal staat een artikel over de komende WorldSkills, met Wim van de Merwe aan het woord: “Momenteel zijn Richard Roolvink, deelnemer aan de WorldSkills 2015 in San Paolo Brazilië, en ik bezig met het trainen van Bart Willems. Hij doet als lasser van 13 tot en met 22 oktober mee aan de WorldSkills competitie 2022 in Cleveland, staat Ohio, Verenigde Staten. Is niet zo makkelijk als het lijkt. Zelf woon ik in Hellendoorn, Richard in Hengelo (OV) en Bart woont helemaal in Mill (NB). Maar de passie en het enthousiasme dat is iets wat we delen. Zelfs op vrije dagen gaat Bart naar het bedrijf waar hij werkt om te oefenen en van zijn werkgever, Wennekers Welding Support, krijgt hij ook de ruimte om dat te doen. En wij brengen dat wat hij nodig heeft vanuit Twente naar hem toe”. (Zie helemaal onderaan UPDATE).

Wim van de Merwe is voortrekker van Stichting Beroepseer

World Skills Netherlands. 20 Jaar Skills. Het begon in 2002: https://worldskillsnetherlands.nl/20jaar/

WorldSkills Netherlands: https://worldskillsnetherlands.nl/

Skills the Finals 2023 in Amsterdam: https://worldskillsnetherlands.nl/stf/

WorldSkills: https://worldskills.org/skills/

Hart van Hellendoorn-Nijverdal, 1 oktober 2022: www.hartvannijverdal.com

Hieronder een video met meester-patissier Rudolph van Veen over deelname aan de Skills-vakwedstrijden. Van Veen zegt dat ze hem hebben geholpen bij het vinden van een baan. In 1988 deed hij mee aan WorldSkills: “Als je je best doet in een beroep, is dat heel eervol. Er is waardering voor durven en lef hebben, dat gevoel tijdens de vakwedstrijd was heel leuk”.

U P D A T E

Wim van de Merwe: “Ik heb een topbaan”. Gouden verbinding: tomeloze inzet en doorzettingsvermogen van bevlogen leraar en sprankelend Nijverdals staalbouwbedrijf Van den Brink. De Week van Hellendoorn en Nijverdal, 21 december 2022: www.deweekvanhellendoorn.nl/

Bart Willems is 11e geworden en ontvangt Medal for Excellence tijdens WorldSkills 2022 (7–20 oktober)
Lasser Bart Willems heeft een Medal for Excellence behaald en is 11e geworden van de wereld in de WorldSkills competitie ‘Special Edition’ in Cleveland Ohio, VS.

Een Medal for Excellence wordt uitgereikt aan deelnemers die boven een bepaald aantal punten scoren en daarmee excellent vakmanschap hebben laten zien: “Het was leuk om kennis te maken met mensen uit verschillende landen met dezelfde passie. Een super-ervaring samen met Wim en Richard, om nooit meer te vergeten!”

Worldskills 2022: https://worldskills2022se.com/skills/welding/

Nederlandse lasser op wereldkampioenschap lassen – ‘Bart Willems ontvangt Medal of Excellence’, Vakblad Lastechniek, december 2022 – januari 2023: https://beroepseer.nl

 

 

 

Jeugdbeschermers leggen werk neer in het hele land

Jeugdbeschermers starten vanaf 10 oktober 2022 met werkonderbrekingen in het hele land. Dat begint met het deels schrappen van bureaudiensten en zal later worden opgeschaald tot het volledig stoppen met bureaudiensten en fors minder huisbezoeken. “Om deze sector nog te kunnen redden is een keiharde noodrem nodig”.

De acties komen nadat een eerder ultimatum van vakbond FNV aan minister Weerwind van Justitie en Veiligheid is verstreken. De minister kondigde onlangs wel maatregelen aan om de sector te ondersteunen, maar die zijn volgens de FNV volstrekt onder de maat. Uit een stemming onder de FNV-leden blijkt dat 94% van hen dat ook vindt, dat bovendien 97% bereid is om actie te voeren en 95% dat ook langdurig wil doen mocht het nodig zijn.

Ultieme schreeuw om hulp

Volgens Maaike van der Aar, FNV-bestuurder Jeugdzorg, is deze verregaande actievorm een ultieme schreeuw om hulp. “Het is heel vervelend dat medewerkers in deze situatie zitten door toedoen van andere partijen die hun verantwoordelijkheid verzaken. Het is nog vervelender dat medewerkers nu zelf ook nog degenen moeten zijn die de sector uit het moeras moeten trekken. Maar om dit nog te kunnen redden is er nu een keiharde noodrem nodig. En omdat niemand die aantrekt, doen we het zelf. Wij zien geen enkele andere optie meer”.

Fatale gevolgen

Uit een inventarisatie van de FNV blijkt dat jeugdbeschermers gemiddeld twee keer meer gezinnen bijstaan dan maximaal mogelijk is om het werk op een veilige manier te kunnen uitvoeren. En dat heeft enorme gevolgen; er is al enige tijd sprake van Code Zwart in de jeugdzorg. FNV wil daarom dat er zo snel mogelijk 5.000 jeugdbeschermers bijkomen. Dat lukt alleen als het werken in de jeugdbescherming aantrekkelijker wordt. FNV eist daarom een landelijke caseloadnorm*) en dat het kabinet de portemonnee trekt voor het aannemen van extra personeel.

Er is helemaal niemand die leiderschap toont

Van der Aar: “In feite is deze sector al omgevallen. Dat er nog kinderen en gezinnen in kwetsbare situaties geholpen worden, is alleen omdat de huidige jeugdbeschermers het nog niet hebben opgegeven. Zij moeten nu als allereerste en met spoed worden ondersteund door hen te ontlasten en door hen meer ruimte en zeggenschap te geven zodat zij hun vakmanschap op een goede en efficiënte manier kunnen inzetten. Maar ondanks dat de sector moord en brand schreeuwt, tot de inspecties aan toe, is er helemaal niemand die leiderschap toont. Daarom gaan we nu zelf in oplopende stappen de werkdruk verlagen door werkzaamheden te verminderen”.

Werkonderbrekingen

De werkonderbrekingen starten op 10 oktober 2022 met het afschalen van de telefonische bereikbaarheid, de zogeheten bureaudiensten. Deze vinden alleen nog van 9 – 12 uur plaats. Vanaf 24 oktober vervalt de bureaudienst in zijn geheel. En vanaf 7 november wordt het aantal huisbezoeken fors teruggeschroefd. Crisisdiensten gaan wel altijd gewoon door. Ook blijven jeugdbeschermers hun lopende werkzaamheden uitvoeren. Na het Wetgevend Overleg Jeugd op 21 november 2022 beraden jeugdbeschermers zich weer op eventuele verdere stappen.

Jeugdbeschermers leggen werk neer, situatie is onhoudbaar, door Sander Wageman, FNV, 30 september 2022: www.fnv.nl

Noot
*) Caseload:  het aantal casussen dat medewerkers onder hun hoede hebben, is de norm voor werkbelasting. Een norm helpt om overzicht te houden.

U P D A T E

Na maanden van acties doorbraak over verlagen caseload jeugdbeschermers. Afspraken over snelle vermindering werkdruk, Sander Wageman, FNV, 21 maart 2023: www.fnv.nl

Stakingen jeugdbeschermers van start: ‘Het is elke dag schipperen’, NOS, 10 oktober 2022: https://nos.nl

De ambtenaar moet ook inzichten aandragen die de politiek leider onwelgevallig zijn

Volgens Hans Wilmink zijn ambtenaren toe aan een herijking van hun moreel kompas. Hij zet zich al jaren in voor de bevordering van ambtelijk vakmanschap. Voor het boek Het recht op ambtelijk vakmanschap schreef hij het hoofdstuk Voorbij de perverterende loyaliteiten, naar een recht op vakmanschap? dat 6 oktober 2022 officieel wordt gepresenteerd in Den Haag.
Als voorproef publiceerde Follow the Money op 4 oktober een verkorte en licht bewerkte versie van het hoofdstuk: Ambtenaren moeten stoppen hun minister uit de wind te houden. Wilmink, zelf ambtenaar geweest en nu met pensioen, formuleert vier ‘kernwaarden’ voor een opnieuw te kalibreren moreel kompas van de ambtelijke dienst,

Ambtenaren krijgen vaak het verwijt vooral bezig te zijn met het voorkomen van politieke krassen voor hun minister en zich te zeer te vereenzelvigen met de belangen van hun ministerie.
Die kritiek is niet onterecht. De Toeslagenaffaire toonde een Belastingdienst die fraude moest bestrijden, maar volledig doordraafde en de gezinslevens van tienduizenden ouders ruïneerde. De enkele ambtenaar die binnenshuis waarschuwde voor ‘laakbaar handelen’ – de jurist Sandra Palmen – werd genegeerd. Haar kritische memo verdween in de doofpot en werd door de ambtelijke top van de Belastingdienst weggehouden bij de verantwoordelijke staatssecretaris.

Deze en andere affaires hebben een flinke bres geslagen in het publieke vertrouwen. Maar Wilmink gelooft dat juist ambtenaren een belangrijke rol hebben bij het restaureren daarvan – als ze maar leren zich kritischer op te stellen in het spanningsveld tussen loyaliteit en verantwoordelijkheid.

Lees het hele artikel op Follow the Money: Ambtenaren moeten stoppen hun minister uit de wind te houden, door Hans Wilmink, 4 oktober 2022: www.ftm.nl/artikelen/voorpublicatie-het-recht-op-ambtelijk-vakmanschap
Gratis proefabonnement voor een maand.
Follow the money is een multimediaal platform voor financieel-economische onderzoeksjournalistiek.

Boekpresentatie ‘Het recht op ambtelijk vakmanschap’ op 6 oktober 2022, Blogs Beroepseer: https://beroepseer.nl/

Hans Wilmink is voortrekker van Stichting Beroepseer.

Hans Wilmink:
De rol van de ambtenaar in ons rechtsstatelijk bestel.
“De ambtenaar is een vakvrouw of vakman die een zekere onafhankelijkheid moet bewaren ten opzichte van de politiek én ten opzichte van de organisatie waarin hij of zij werkt. De spanningen die dat met zich meebrengt, komen uitvoerig aan de orde. Een recht op ambtelijk vakmanschap lijkt nodig om die spanningen verantwoord te kunnen hanteren”

 

Gesprek met Thijs Jansen over 4-voudig recht op ambtelijk vakmanschap en republikeins burgerschapsperspectief

Jellie van Baardewijk interviewt Thijs Jansen voor De Nieuwe Wereld TV naar aanleiding van de publicatie en officiële presentatie van het boek Het recht op ambtelijk vakmanschap op 6 oktober 2022. Jansen is een van de redactieleden en directeur van Stichting Beroepseer, uitgever van het boek.
Het boek beschrijft de uitkomsten van een verkennend onderzoek van Stichting Beroepseer naar ambtelijk vak­manschap, in opdracht van het Arbeidsmarkt­ en Opleidingsfonds Rijk en in samenwerking met de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen. Aan het boek hebben meer dan twintig mensen meegewerkt: auteurs, geïnterviewden en redactieleden.
De kernvraag van het onderzoek was: Welke voorzieningen zijn er nodig om ambtelijk vakmanschap in de praktijk te ontwikkelen en te beschermen?

In het gesprek ging Thijs Jansen in op o.m. de relatie tussen macht en gezag, het belang van ambtelijk vakmanschap en de Nederlandse bestuurscultuur.

Over macht en gezag

Gezag is de zorgvuldige manier waarop je met macht omgaat. Als je zelf macht uitoefent en je hebt geen benul meer dat je dat doet, dan kom je niet eens meer aan gezag toe.
Vanuit de samenleving is er een enorme behoefte aan gezagdragers. Mensen die op een gezaghebbende manier zeggen: “Daar gaan we heen”. Of: “We gaan het zo doen, om die en die redenen en dat pakken we zo aan”. Het gaat om duidelijkheid over hoe je macht uitoefent, en waarom.
De beleving van macht is in Frankrijk en Duitsland bijvoorbeeld totaal anders dan in Nederland. In Frankrijk is machtsuitoefening vanuit een positie veel normaler. Het ambtenarenapparaat heeft het daar veel meer voor het zeggen en heeft daar ook veel meer status. In Nederland is het meewaaien met trends omdat er geen klasse is of beroepsgroep van ambtenaren die echt weten waar zij voor staan: “Zo moet het, zo doen wij dat”. Zo zouden wij het in Nederland ook kunnen.

Over het geheugen

We doen weinig aan geheugen opbouwen en trainen. Het is allemaal vrij vluchtig en hersenloos, zou je kunnen zeggen.
Waarom deden we dit ook alweer? Waarom hebben we de jeugdzorg naar de gemeente gebracht?  Je kan bijna voorspellen dat over een aantal jaren de jeugdzorg voor een deel óf weer naar provinciaal niveau óf naar rijksniveau gebracht wordt, want men is weer teleurgesteld en er zijn weer geen goede analyses gemaakt. In Nederland hebben we heel veel van dat soort hypes die ieder keer heen en weer gaan.
Bij de overheid is geen geheugen en de omloopsnelheid is gigantisch. Er zijn veel ambtenaren die zich bezig houden met zorg. Zij zitten dan een tijdje op het dossier van de apotheker, en dan gaan ze verder bij Landbouw, naar een ander ministerie om werkervaring op te doen. Er is geen institutioneel geheugen.

Kijken we naar het Integraal Zorgakkoord dat net is afgesloten (Er  is overigens veel kritiek op). We weten uit eerdere jaren dat zit soort zorgakkoorden niet goed werkt. De afspraken worden niet gehouden, ze leveren onvoldoende effecten op. Daarom wordt er weer een nieuw zorgakkoord afgesloten, en dat moest voor Prinsjesdag af zijn. Dan maken we weer opnieuw fouten. Men had allang kunnen leren van het verleden. Dat heeft ermee te maken dat men geen idee heeft hoe men het anders moet aanpakken. We hebben er niet over nagedacht. Men heeft er niet de tijd voor genomen en niet geleerd uit het verleden.

Je zou willen dat een overheid ondersteund wordt door een breed, goed geschoold team van ambtenaren met veel geheugen, die nadenken en weten: dit werkte niet. De volgende keer gaan we het op een andere manier doen.

Republikeins burgerschapsperspectief

Jansen pleit aan het eind van het interview voor een republikeins burgerschapsperspectief. Dat houdt o.m. in dat je van de burger ook mag vragen dat hij de samenleving mede vormgeeft en verantwoordelijkheid neemt.

In Nederland is burgerschap in veel opzichten: “Ja, ik ben een individu en ik wil gefaciliteerd worden. Maak mijn vrijheid zo groot mogelijk”. Bij het republikeinse perspectief gaat het erom dat de overheid er is om te voorkomen dat de burger te maken krijgt met willekeurige machtsuitoefening. Dat sluit niet uit dat de burger te maken heeft met machtsuitoefening, Gezag is niet-willekeurige machtsuitoefening. Er wordt door de overheid macht uitgeoefend en je bent als burger, als het goed is, via de democratische weg, daar ook bij betrokken.

Burgers zouden veel meer waarden mogen eisen van de overheid. Jansen vindt dat de overheid behoorlijk slecht functioneert. Burgers moeten veel meer van zich laten horen en minder accepteren. De liberale opvatting van “maak mijn vrijheid zo groot mogelijk” wordt gecombineerd met het klantperspectief van “erover zeuren dat de overheid niet doet wat jij wilt”.

We zijn een democratische rechtsstaat. Die maken we gezamenlijk. We moeten niet zeuren, maar kritisch zijn. Een goed idee is  meer burgerdenktanks. Ga zelf beleid ontwikkelen. Maak het de overheid ingewikkeld, daag haar uit en beconcurreer haar, zodat ze kwaliteit moet gaan leveren. Zo van: wij kunnen het beter dan die ambtenaren die daar zitten, want die doen het niet goed. Wij zeggen dat het op deze manier moet. Tegenwoordig kan dat. We hebben het recht gemeenten uit te dagen.
Republikeins wil zeggen: als burger begeef je je op het gebied van beleid en uitvoering. Je beconcurreert de overheid en je laat zien dat je het beter kunt. Het is dan aan de overheid om het beter te doen.

Jansen wordt aan het eind van het gesprek zichtbaar enthousiast. Dat komt, zegt hij, omdat hij het Republikeins burgerschapsperspectief een begaanbare en mooie weg vindt. Aan de andere kant is er een soort vrees dat we als samenleving een volstrekt verkeerde kan opgaan. We kunnen kiezen: Óf de activistische burger die de overheid gaat beconcurreren zodat deze veel beter wordt en haar best gaat doen. Óf we krijgen, en die trend is er ook, In Nederland de behoefte aan een autoritair leiderschap. En dat is precies het omgekeerde.

Boekpresentatie Het recht op ambtelijk vakmanschap: https://beroepseer.nl/

Hieronder videogesprek tussen Jelle van Baardewijk en Thijs Jansen.
Duur 65 min.

De Nieuwe Wereld TV is een platform dat mensen uit verschillende disciplines bij elkaar brengt om na te denken over grote veranderingen die op komst zijn door een combinatie van snelle technologische ontwikkelingen en globalisering. Het is een initiatief van filosoof Ad Verbrugge in samenwerking met anchors Jelle van Baardewijk, Marlies Dekkers en Thomas Bollen.

Zojuist opgericht ‘SPOON’: Samenwerking Passieve Openbaarmaking Overheidsinformatie Nederland

Tim Staal en Liset Hamming gaan zich met hun nieuwe expertisecentrum SPOON inzetten voor de versterking van de rechten van Wob-verzoekers*). Dat is hard nodig schrijft Staal:

“Al jaren lopen termijnoverschrijdingen steeds verder uit de hand, dwangsommen maken geen enkele indruk, de informatiehuishouding van de overheid is een puinhoop, de lakstift wordt veel te kwistig gehanteerd. De nieuwe Woo*) heeft daarin nog niks veranderd.
De kennis onder indieners van Wob-verzoeken is volstrekt versnipperd. Samen weten we heel veel, maar we houden dat te veel voor onszelf. Nu de Woo net is ingevoerd is dit het moment om kennis en krachten te bundelen. Die rol gaat SPOON vervullen.

SPOON staat voor Samenwerking Passieve Openbaarmaking Overheidsinformatie Nederland. ‘Passieve openbaarmaking’ is het ambtelijke woord voor het op verzoek openbaar maken van informatie. De afkorting staat voor onze ambitie het recht op openbaarmaking weer toegankelijk te maken.

Dat gaan we doen op drie manieren:

  1. wobben naar het digitale tijdperk brengen met de http://woo-knop.nl
  2. het verzamelen en laagdrempelig delen en uitwisselen van basiskennis en de fijne kneepjes
  3. op allerlei manieren het recht op openbaarheid versterken

De problemen zijn zo ernstig dat we alle mogelijkheden gaan inzetten: aanspreekpunt voor de media, beinvloeding van de besluitvorming in Den Haag, meedenken met bestuursorganen die het beter willen doen, naming and shaming, en last but not least strategische procedures

Dat we deze hoognodige strijd aan kunnen gaan is in grote mate te danken aan drie geweldige en moedige fondsen die ons hierin de komende jaren gaan ondersteunen: het Gieskes-Strijbis Fonds, Stichting Democratie en Media en Vereniging Veronica. Ook dank aan @VVOJ en @mySociety

Hoewel Liset Hamming en ik allebei uit de journalistiek komen, is SPOON er voor alle Wob-verzoekers. Of het nu gaat om verontruste burgers die de lokale democratie controleren, NGO’s die op hun terrein zicht proberen te krijgen op de besluitvorming, of onderzoeksjournalisten.

Wie de ontwikkelingen rond SPOON wil volgen kan zich op http://expertisecentrumspoon.nl inschrijven voor de nieuwsbrief.
En wie serieuze ideeen heeft over waar SPOON zich op moet richten en hoe dat aan te pakken, stuur me een DM. Niet voor niets staat de S in SPOON voor Samenwerking”.

Noot
*) De Wet open overheid (Woo) regelt het recht op informatie over alles wat de overheid doet. Het is de opvolger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Op 1 mei 2022 is de Wet open overheid (Woo) in werking getreden

Expertisecentrum SPOON ging van start op 28 september 2022, op International Right to know day: https://expertisecentrumspoon.nl/

Twitter Tim Staal: https://twitter.com/StaalTim

Enquête CBS: Gevoelens van eenzaamheid toegenomen. Vooral bij jongeren

In 2021 voelde 11 procent van de Nederlanders van 15 jaar of ouder zich sterk eenzaam. Dat zijn er meer dan twee jaar eerder (9 procent). Alleenstaanden en alleenstaande ouders voelden zich het vaakst eenzaam. In 2021 gaven jongeren van 15 tot 25 jaar het vaakst aan zich sterk emotioneel eenzaam te voelen, in 2019 waren dat nog de 75-plussers. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn.1)

In 2019 en 2021 zijn in deze enquête2) vragen gesteld over eenzaamheid. Aan bijna zeven duizend mensen van 15 jaar of ouder werden stellingen voorgelegd over het ervaren van leegte om zich heen, of zij mensen om zich heen missen, en of zij zich vaak in de steek gelaten voelen (emotionele eenzaamheid). Daarnaast werd gevraagd of zij mensen om zich heen hebben met wie zij zich verbonden voelen, die zij vertrouwen, en op wie zij in het geval van narigheid kunnen terugvallen. Het (deels) ontbreken van deze sociale steun kan een aanwijzing zijn voor sociale eenzaamheid. De algehele eenzaamheid is gebaseerd op de stellingen over zowel emotionele als sociale eenzaamheid.

Gevoel van eenzaamheid toegenomen

In 2021 voelde 11 procent van de Nederlanders van 15 jaar of ouder zich sterk eenzaam, 32 procent was enigszins eenzaam. In 2019 was dat achtereenvolgens 9 en 26 procent.

Alleenstaande ouders vaakst sterk eenzaam

In 2021 zijn, net als in 2019, alleenstaanden (16 procent) en alleenstaande ouders (19 procent) het vaakst sterk eenzaam. Kinderen die bij hun ouders wonen (ongeacht hun leeftijd) voelden zich vaker sterk eenzaam (12 procent, tegen 8 procent in 2019). Ook partners zonder kinderen zijn met vaker eenzaam dan twee jaar geleden (9 procent tegen 6 procent).

Jongeren vaker emotioneel eenzaam dan ouderen

Het percentage 15-plussers dat zich sterk emotioneel eenzaam voelde (een hechte band mist) nam tussen 2019 en 2021 toe van 8 naar 11 procent. Onder 15- tot 25-jarigen is dit aandeel met 14 procent het hoogst. Ook laat deze groep de sterkste toename zien ten opzichte van twee jaar eerder, toen 75-plussers nog het vaakst sterk emotioneel eenzaam waren.
Uit ander onderzoek van het CBS3) blijkt dat jongeren (18 tot 25 jaar) in 2020 het vaakst van alle leeftijdsgroepen aangaven dat zij zich tijdens de coronaperiode vaker eenzaam voelden dan daarvoor.

Toename sociale eenzaamheid

Ook de groep die zich sterk sociaal eenzaam voelde (behoefte heeft aan meer sociaal contact) is tussen 2019 en 2021 toegenomen, van 12 naar 14 procent. Sterke sociale eenzaamheid komt het vaakst voor onder 45- tot 55-jarigen (19 procent), maar ook 25- tot 45-jarigen gaven aan zich vaak sociaal eenzaam te voelen (15 procent). Onder 25- tot 35-jarigen steeg de ervaren sociale eenzaamheid in deze jaren het sterkst: van 10 naar 15 procent.

Data over eenzaamheid

In de Staat van Volksgezondheid en zorg4) is een kerncijfer opgenomen over eenzaamheid, gebaseerd op de Gezondheidsmonitor die eens in de vier jaar wordt gemaakt (laatste jaar: 2020). De cijfers in dit nieuwsbericht hebben betrekking op 2019 en 2021, en zijn gebaseerd op het onderzoek Sociale samenhang en welzijn. Ook hebben deze cijfers betrekking op een andere leeftijdsafbakening (15 jaar of ouder, in plaats van 18 jaar of ouder). De onderzoeksopzet en uitvoering van beide onderzoeken zijn niet geheel vergelijkbaar.

Noten
1) De cijfers in dit nieuwsbericht zijn gebaseerd op het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het CBS. www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/39/vooral-jongeren-emotioneel-eenzaam-in-2021/sociale-samenhang-en-welzijn

2) Eenzaamheid. Zie: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/39/vooral-jongeren-emotioneel-eenzaam-in-2021/eenzaamheid
3) Impact corona op mentale gezondheid en leefstijl: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/39/vooral-jongeren-emotioneel-eenzaam-in-2021/impact-corona-op-mentale-gezondheid-en-leefstijl
4) De Staat van Volksgezondheid en zorg: website met kerncijfers op het terrein van het Ministerie van VWS, gemaakt door acht samenwerkende organisaties waaronder het CBS. https://www.staatvenz.nl/kerncijfers/eenzaamheid

Vooral jongeren emotioneel eenzaam in 2021, CBS, 29 september 2022: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/39/vooral-jongeren-emotioneel-eenzaam-in-2021

U P D A T E

Grootste onderzoek ooit ten behoeve van Europese jongeren met mentale gezondheidsproblemen van start, Universiteit Maastricht (UM), 10 oktober 2022: www.maastrichtuniversity.nl
Universiteit Maastricht coördineert studie naar genetische en omgevingsfactoren van geestelijke gezondheid bij jongeren. Hoogleraar Bart Rutten coördineert de studie die wordt gesubsidieerd door de Europese Unie.

 

Afbeelding bovenaan: Tabel Sterke emotionele eenzaamheid 2019 en 2021 uit enquête Impact corona op mentale gezondheid en leefstijl

Promotie Erik-Jan van Dorp: Het vakmanschap van topambtenaren

Op vrijdag 30 september 2022  verdedigt Erik-Jan van Dorp zijn proefschrift Topambtelijk vakmanschap. Hoe beoefenen topambtenaren hun ‘vak’? Voor zijn proefschrift bestudeerde Erik-Jan van Dorp hen van dichtbij. Op basis van langdurige observaties van topambtenaren, interviews en meerjarige data laat hij op een unieke manier van binnenuit zien wat de dagelijkse praktijk van Nederlandse topambtenaren is. Hoe zij ministers adviseren, leidinggeven en jongleren met allerlei belangen. Van Dorp brengt de dagelijkse praktijk van het vak van topambtenaren tot leven. Bovendien doet hij belangrijke observaties over de uitdagingen van het vak – voor nu en in de toekomst.

Zo zeggen topambtenaren bijvoorbeeld al heel lang dat zij willen samenwerken met burgers, medeoverheden en andere belanghebbenden in de samenleving, maar keer op keer legt de urgentie daarvan het af tegen het belang dat zij hechten aan de eigen organisatie en aan de advisering van de minister.

De schijn van partijpolitieke benoemingen

Welke ambtenaar wordt topambtenaar? Erik-Jan van Dorp onderzocht de loopbaan van topambtenaren en ontdekte dat Secretarissen-Generaal, de hoogste functionarissen, in de afgelopen twintig jaar bovengemiddeld vaak partijpolitiek actief zijn geweest binnen de centrumpartijen en bovengemiddeld vaak op het Torentje (Ministerie van Algemene Zaken) hebben gewerkt, ten opzichte van hen die géén SG werden. Hoe zorgvuldig de procedures ook zijn ingericht zijn, de uitkomst ervan is opvallend, zeker ook in het licht van de discussies over de Algemene Bestuursdienst.

Topambtenaren politiseren zichzelf: spanning tussen beleid en uitvoering

Zogenaamde ‘functionele politisering’ is overal waarneembaar. Dat is geen opgelegde wetmatigheid vanuit de minister, stelt Van Dorp. Op basis van vele honderden uren observaties, concludeert hij dat topambtenaren dit feitelijk zelf doen. De uitspraak “de minister wil het” is regelmatig het einde van het gesprek onder ambtenaren – daar is vrijwel geen weerwoord tegen bestand. Dit levert zichtbaar spanningen op tussen Beleid, Uitvoering en Toezicht.

Buiten is belangrijk, maar binnen is urgenter

Overheidsambtenaren die opgavegericht willen werken voor de samenleving, willen graag met anderen samenwerken (burgers, buurgemeenten, medeoverheden en allerlei belanghebbenden) en noemen dat ‘buiten’ willen werken. Je zou dan ook verwachten dat dat zich vertaalt naar de aandachts- en aanwezigheidsverdeling van topambtenaren. Zij zeggen grofweg een derde van hun tijd aan ‘boven’ te willen besteden (de minister), een derde aan ‘beneden’ of ‘binnen’ (het managen van de eigen organisatie) en een derde aan ‘buiten’ (werkbezoeken, samenwerkingsoverleg etc.).

Hun agenda’s leverden Van Dorp echter de ontnuchterende observatie op dat dat zij in de praktijk vooral ‘binnen’ blijven. De wil is er wel, maar alles van ‘binnen’ en van ‘boven’ lijkt urgenter. En dan legt het belangrijke het af tegen het urgente. Ze blijken gevangen door hun agenda.

Temmen van chaos

Volgens Van Dorp betekent het vakmanschap van topambtenaren in de praktijk concreet het laveren tussen drie uitdagingen.

Ten eerste bestaat hun werk uit dienen én beïnvloeden. Zij zijn invloedrijk als adviseurs, en willen de minister dienen maar zijn nooit zelf ‘de baas.’ Toch hebben ze (vergaande) invloed.

Ten tweede: er komt heel veel op hen af, en zij moeten de keuze maken wat daaruit echt belangrijk is; welke zaken ‘naar boven’ gaan (naar de minister, de politieke besluitvorming) en welke niet. Hun vakmanschap is gebaat bij het temmen van deze chaos.

Ten derde: topambtenaren willen graag hun privacy behouden in een tijd van toenemende openbaarheid. Door de wet openbare overheid kunnen bijvoorbeeld allerlei documenten opgevraagd, gepubliceerd en door iedereen geïnterpreteerd worden – waardoor zij net zo beoordeeld, bekritiseerd (en bedreigd) kunnen worden als politici.

De promotie vindt plaats op vrijdag 30 september 2022 in het Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht en is online te volgen: www.uu.nl/agenda/promotie-het-vakmanschap-van-topambtenaren (promotiepagina niet meer beschikbaar)

Het vakmanschap van topambtenaren, Universiteit Utrecht: : www.uu.nl/nieuws/het-vakmanschap-van-topambtenaren

Erik-Jan van Dorp, MSc is universitair docent en als promovendus verbonden aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO). : www.uu.nl/medewerkers/GHvanDorp

Downloaden proefschrift Senior Civil Servants’ Craftwork.  An up-close and personal narrative on the heart of Dutch government, door Erik-Jan van Dorp, 2022: http://seniorcivilservants.com/wp-content/uploads/2022/09/Van-Dorp-PhD-Thesis.pdf

http://seniorcivilservants.com/

U P D A T E

Eén ding is heilig voor de topambtenaar: de agenda, door Martijn Delaere, Binnenlands Bestuur, 15 oktober 2022: www.binnenlandsbestuur.nl/carriere/topambtenaren-houden-niet-van-verrassingen