Skip to main content

Redactie Beroepseer

Eerste ‘blauwe tegel’ geplaatst voor politiebureau van Rijswijk

De eerste ‘blauwe tegel’ met de tekst Samen veilig is geplaatst voor het politiebureau van Rijswijk. Op maandagavond 17 december 2018 stapten nietsvermoedend tientallen inwoners van de gemeente Rijswijk, voor een groot deel leden van buurtpreventieverenigingen, het politiebureau binnen. Zij werden daar opgewacht door wijkagenten, toezichthouders en de burgemeester van Rijswijk, Michel Bezuijen.

Na een welkomstwoord van teamchef Maarten van Mierlo – in 2017 uitgeroepen tot ‘Wijkagent van het Jaar’- aan de aanwezige buurtpreventieteams, onderstreepte de burgemeester in zijn korte speech het belang van de samenwerking tussen wijkbewoners, buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s) en de politie. Die samenwerking werd op een wel heel bijzondere manier zichtbaar door een ceremonieel dat zich nog niet eerder in Nederland had afgespeeld. Samen met de teamchef plaatste de burgemeester een blauwe stoeptegel voor het bureau. De tegel is speciaal ontworpen door een collega van het regionaal servicecentrum Rotterdam.

J.W. van de Pol, projectmanager van Stichting Waardering Erkenning Politie (WEP) noemt het in een tweet een zeer bijzondere gebeurtenis, zelfs ‘een historisch moment’.

De politie kan het nooit alleen

Het idee van de tegel is afkomstig van een groep wijkagenten. Initiatiefnemers naast Maarten van Mierlo zijn Bennie Beuvink, wijkagent in Enschede West en voortrekker van Stichting Beroepseer, en Wilco Berenschot, voormalig wijkagent uit Rotterdam. Beiden waren ook aanwezig en onderstreepten het belang van een goede samenwerking tussen buurtbewoners en politie. “De politie kan het nooit alleen. Ze zullen altijd de hulp van de samenleving nodig hebben”, luidde de opvatting van beide collega’s.

Behalve het plaatsen van de blauwe tegel werden ook vier Rijswijkse vrijwilligers van de buurtpreventieteams en de beheerders van de Rijswijkse buurt-WhatsAppgroepen in het zonnetje gezet. Een WhatsApp groep met buurtgenoten blijkt een zeer effectief middel te zijn tegen inbraken in de wijk. Buurtbewoners zijn via WhatsApp met elkaar verbonden en komen in actie wanneer zij verdachte situaties of zich verdacht gedragende personen zien.

Couleur Bokaal

couleur bokaalDe buurtpreventieteams ontvingen de Couleur Bokaal 2018 (zie foto links) uit handen van Bryan Rookhuijzen, directeur van Stichting Waardering Erkenning Politie (WEP) vanwege de goede samenwerking met politie en gemeente. “Ik had dit nooit verwacht,” reageerde Jan van der Aart, oud-politieman en nu coördinator van buurtpreventieteam Te Werve. “Ik ben sprakeloos. Wat een enorm mooie waardering”.
De politie juicht het instellen van burgerinitiatieven als een WhatsApp-groep of een buurtpreventieteam van harte toe. Buurtbewoners zijn extra ogen en oren in de wijk.
Naast de actieve burgerparticipanten en politiemedewerkers was ook de brandweer aanwezig die de avond afsloot met een presentatie over brandveiligheid en jaarwisseling. Aan het slot van de avond kreeg iedere buurtprevent een rugzak van de gemeente en iedere Whatsapp-beheerder een boek over het werk van de wijkagent.

Eerste ‘blauwe tegel’ geplaatst in Rijswijk, Stichting Waardering Erkenning Politie, 19 december 2018: www.wep.nu

Eerste ‘blauwe tegel’ geplaatst in Rijswijk, VL Nieuws – nieuwssite over Veiligheid en Leefbaarheid in Nederland, 19 december 2018: https://vl-nieuws.nl

Buurtpreventieteams winnen de Couleur Bokaal 2018, Gemeente Rijswijk, 18 december 2018: https://www.rijswijk.nl/nieuws/buurtpreventieteams-winnen-de-couleur-bokaal-2018 (Niet meer beschikbaar)

blauwe tegel WEP

 

 

 

 

 

 

schrapsessie (Ont)regel de Zorg

Welke lessen kunnen we trekken uit de schrapsessies van (Ont)regel de Zorg?

Kees Kraaijeveld heeft een essay geschreven over de lessen die hij heeft geleerd uit de schrapsessies van (Ont)regel de Zorg. Hij maakt daarin de balans op na ruim een jaar sinds (Ont)regel de zorg is begonnen.
Op 18 november 2017 organiseerde actiegroep Het Roer Moet Om (HRMO) samen met de beroepsvereniging van zorgprofessionals VvAA de Schrapconferentie (Ont)regel de Zorg in de Munt in Utrecht waar zeven beroepsgroepen een start maakten met het daadwerkelijk terugbrengen van overbodige administratieve last. Schrappen wat niet bijdraagt aan betere zorg.
Het Roer Moet Om maakte zich overigens in 2015 al hard voor onacceptabele administratie– en regeldruk in de huisartsenzorg met hun ‘Manifest van de bezorgde huisarts’.

Een van de instrumenten om de (onzinnige) administratie en registratie terug te dringen was het inzetten van de Denktank (Ont)Regel de Zorg onder begeleiding van de Argumentenfabriek. Voorafgaand aan de schrapconferentie had Kraaijeveld, oprichter en directeur van de Argumentenfabriek, in juni 2017 een oproep gedaan ‘aan jonge heldere denkers’ om lid te worden van deze denktank voor de periode van augustus – november 2017. Eind augustus hadden zich negen academici aangemeld; zij kregen de taak onderzoek te doen naar de tijdsbesteding van zorgprofessionals aan administratie, de aard van de administratie en de mogelijkheden om de hoeveelheid aan administratie bestede tijd te verlagen.
De ‘(ont)regelaars’ maakten de onderzoeksresultaten bekend op de Schrapconferentie van november 2017. Voor die conferentie waren honderd bestuurders en honderd zorgverleners uit het veld uitgenodigd.

Actieplan en Regiegroep

In januari 2018 presenteerden zeven beroepsgroepen 62 concrete punten die op korte termijn konden worden geschrapt zodat er meer tijd overbleef voor aandacht voor de patiënt en meer kwaliteit van zorg.
Vervolgens hebben in circa 23 sessies honderden zorgverleners met elkaar en met verzekeraars, toezichthouders, patiënten- en brancheorganisaties, in circa drie maanden tijd vastgesteld welke regels binnen hun vakgebied overbodig waren en wat er nodig is om dat te realiseren (actieplannen). Op de site van de Argumentenfabriek was een overzicht te zien van het resultaat van de schrap- en verbetersessies van de eerste maanden van 2018.

Het resultaat vormde mede de basis van het Actieplan (Ont)Regel de Zorg dat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport presenteerde op 23 mei 2018 dat tot doel heeft de zorg te ontdoen van overbodige bureaucratie. Inzet zijn minder regels voor zorgverleners en meer tijd voor de patiënt.
Het staat nu wel vast dat dokters, verpleegkundigen, fysiotherapeuten en andere zorgverleners teveel tijd kwijt zijn aan administratie. De bedoeling is dat de administratieve lasten elk jaar verminderen. Op de website van (Ont)regel de Zorg wordt de voortgang van de afgesproken acties per sector bijgehouden.

Het Actieplan (Ont)Regel de Zorg is in feite het gevolg van een besluit van kabinet-Rutte III dat de missie van (Ont)Regel de Zorg – schrappen en verbeteren – in zijn agenda had opgenomen: “Met zorgaanbieders, zorgverleners, verzekeraars en toezichthouders zetten we met schrapsessies fors in op minder bureaucratie en minder regel”.

In november 2018 werd bekend gemaakt dat er een Regiegroep (Ont)Regel de Zorg is samengesteld onder leiding van Gerlach Cerfontaine die zich gaat inspannen voor de professionals in de curatieve zorg zodat zij zo snel mogelijk merken dat de regeldruk afneemt.

Bureaucratisme: we kunnen er zelf een einde aan maken

Kees Kraaijeveld in zijn essay: “De beweging (Ont)Regel de Zorg is nu ruim een jaar op gang. Wat hebben we tot dusverre geleerd? Tot welke problemen leidt de overmaat aan administratie in de zorg? Waaruit ontstaat de ongebreidelde groei aan administratieve handelingen? En wat kunnen we doen om, na de eerste succesvolle serie schrapsessies en het door VWS gepubliceerde actieplan (Ont)Regel de Zorg, de zorg bestendig te ontregelen? In dit verkennend schrijven probeer ik lessen te trekken uit (Ont)Regel de Zorg. Het onderzoek van de denktank (Ont)Regel de Zorg en de vele bijeenkomsten en schrapsessies met zorgverleners, zorginstellingen, zorgverzekeraars, toezichthouders, wetenschappers en politici zijn zeer leerzaam geweest. Steeds opnieuw blijkt hoe ingewikkeld het vraagstuk van de administratieve lasten is en hoe machteloos vrijwel iedereen zich voelt om er daadwerkelijk iets aan te doen.
[…]
Doel van deze publicatie is iedereen die in de zorg werkt en geconfronteerd wordt met het heersende bureaucratisme, handvatten te geven om erover na te denken, om er onderling over te discussiëren en om er iets aan te doen. Het bureaucratisme hebben we zelf gemaakt. We kunnen er ook zelf een einde aan maken”.

Klik hier voor downloaden van het essay Hoe kunnen we de zorg blijvend (ont)regelen? Lessen uit de schrapsessies, september 2018: https://www.argumentenfabriek.nl/media/3107/essay_lessen_ontregeldezorg_keeskraaijeveld.pdf

Schrappunten en actieplannen, de Argumentenfabriek: https://etalage.argumentenfabriek.nl/ontregel/schrappunten/#/toon/punten+acties/(Website bestaat niet  meer)

(Ont)Regel de Zorg: https://www.ordz.nl/

Regeerakkoord Vertrouwen in de toekomst, Kabinetsformatie, 10 oktober 2017: https://www.kabinetsformatie2017.nl/documenten/publicaties/2017/10/10/regeerakkoord-vertrouwen-in-de-toekomst (Website bestaat niet meer)

(Ont)Regel de zorg! Ministerie VWS presenteert meerjarig actieplan om zorg te verlossen van overbodige bureaucratie, Blogs Beroepseer, 23 mei 2018: https://beroepseer.nl

De Nationale ontregelmonitor – De status van de regeldruk bij zorgverleners: https://www.vvaa.nl/voor-leden/nieuws/ontregelmonitor (Niet meer beschikbaar. Zie: https://www.vvaa.nl/nieuws-en-kennis/nieuws-en-artikelen/nationale-ontregelmonitor-2021)

Teleurstellende voortgang van schrap- en verbetersessies (Ont)Regel de zorg, Blog Beroepseer, 26 oktober 2018: https://beroepseer.nl

Schrapweken (Ont)Regel de Zorg zijn begonnen. Zorgprofessionals gaan de bureaucratie te lijf, Blogs Beroepseer, 30 januari 2018: https://beroepseer.nl

Dossiers

Zorgverzekeraar krijgt inzage in patiëntendossier. Laatste plenaire overleg Eerste Kamer 17 december 2018

Het is al vaak ter sprake gekomen: inzage in een patiëntendossier moet alleen kunnen nadat de patiënt er toestemming voor geeft. Dus ook de zorgverzekeraar dient de patiënt te informeren over inzage in zijn of haar dossier en vooraf toestemming te vragen. Dat is de opvatting van de Patiëntenfederatie: “Patiënten moeten inzage in hun medisch dossier door de zorgverzekeraar kunnen weigeren. Ook als het gaat om fraudeonderzoek. Er zijn genoeg manieren voor een zorgverzekeraar om fraude te onderzoeken, zonder dat dit direct moet door in het medisch dossier te kijken”.

Het voorstel Verbeteren van toezicht, opsporing, naleving en handhaving in de zorg wijzigt een aantal wetten op het terrein van de gezondheidszorg met als doel uitbreiding van de mogelijkheden voor zorgverzekeraars en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) om fraude tegen te gaan. De wijziging zal gevolgen hebben voor het beroepsgeheim en de privacy van patiënten.
Het voorstel  is 13 september 2016 aangenomen door de Tweede Kamer. PvdA, Van Vliet, Houwers, VVD, SGP, CDA, Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV stemden voor.
De Eerste Kamercommissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft op 6 november 2018 het eindverslag uitgebracht.

De plenaire behandeling vindt plaats op maandag 17 december 2018.

Samengevat:

Het zorgstelsel wordt enerzijds vormgegeven door wettelijke ­bepalingen en anderzijds door privaatrechtelijke overeenkomsten ­tussen ziektekostenverzekeraar en zorgaanbieder. De uitvoering van de zorgverzekering, aanvullende en vrijwillige ziektekostenverzekeringen wordt ook vorm gegeven door privaatrechtelijke overeenkomsten tussen patiënt en zorgaanbieder en tussen verzekerde en ziektekostenverzekeraar.

Het is van groot belang dat ­patiënt/verzekerde, zorgaanbieder en ziektekostenverzekeraar in staat zijn of worden gesteld de nakoming en naleving van die overeenkomsten te controleren en te handhaven. Door het deels private karakter van het Nederlandse zorgstelsel moet bij het voorkomen en bestrijden van onrechtmatig of frauduleus gedrag eerst worden uitgegaan van de handhaving en naleving van de onderlinge overeenkomsten tussen patiënt/verzekerde, zorgaanbieder en ziektekostenverzekeraar. Daartoe wordt de juridische basis voor interne en externe controle door accountants en voor de formele en materiële controle door ziektekostenverzekeraars versterkt. Dit wetsvoorstel voorziet ook in de verplichting voor zorgaanbieders om de voor de controle door verzekeraars noodzakelijke tarief- en prestatiegegevens te verstrekken.

Een commentaar op internet op 12 december 2018 n.a.v. het voorstel luidde: “Een verzekeraar heeft niks te zoeken in een medisch dossier… Meer dan genoeg controle via andere regelgeving”.

Eldermans/Geerts Advocaten – juridisch specialist in de zorg – deed op 10 december 2018 een dringende oproep aan de Eerste Kamer:

“Eerste Kamer: laat je niet inpakken voor het kerstreces!
Een wetsvoorstel om zorgverzekeraars inzage te geven in de patiëntendossiers van ongecontracteerde aanbieders deed in 2016 veel stof opwaaien. Nadat het door de Tweede Kamer werd aangenomen, hebben we er niet veel meer over gehoord, tot nu. Deze maand staat het voorstel op de agenda van de Eerste Kamer.

In een brief van 9 november jl. van de minister en staatssecretaris van VWS aan de Tweede Kamer worden maatregelen aangekondigd om de contracteergraad te bevorderen. De dreiging om de hoogte van de vergoeding voor ongecontracteerde zorgaanbieders naar beneden bij te stellen, heeft al de nodige pennen in beweging gebracht. Minder aandacht gaat naar het wetsvoorstel uit 2016 dat de inzagebevoegdheid van verzekeraars in patiëntendossiers, nu ook van ongecontracteerde aanbieders, regelt. Inmiddels is daar zoveel tijd overheen gegaan – meer dan twee jaar – dat alle commotie die daarover was ontstaan is geluwd. Tijd heelt alle wonden, zo blijkt.
Maar goed, dat is politiek.

Zijn wij van mening dat ongecontracteerde aanbieders gevrijwaard moeten blijven van controles? Zeker niet. Wat echter wel belangrijk is, is dat er vóór tot uitbreiding van de inzagebevoegdheden wordt overgegaan, een moment van bezinning komt, omdat de huidige wet- en regelgeving zelfs bij gecontracteerde aanbieders onvoldoende waarborgen bieden.

Geheimhoudingsplicht

Wij schreven hier eerder over. Zorgaanbieders hebben een geheimhoudingsplicht en mogen in principe geen inzage geven in het dossier. De Regeling zorgverzekering maakt dit mogelijk, maar slechts als ‘ultimum remedium’, als er geen ander, minder verstrekkend alternatief is. Pas wanneer aan deze ‘noodzakelijkheidsvereiste’ is voldaan, moet en mag een gecontracteerde zorgaanbieder meewerken aan inzage in het patiëntendossier door de verzekeraar.

[ … ]

Eerste Kamer: blijf kritisch

Voordat besloten wordt de groep zorgaanbieders die verplicht zijn inzage te geven uit te breiden, moet ons inziens de systematiek zelf gerepareerd worden. Het wetsvoorstel kan worden vergeleken met het uitbreiden van een discotheek waarbij niet zeker is of de brandveiligheid in orde is. Voordat toestemming voor uitbreiding gegeven wordt, moet er zekerheid bestaan dat de brandveiligheid in orde is, met checks en balances dat dit ook in de toekomst het geval blijft. De thans in de regelgeving opgenomen oplossing, dat de patiënt achteraf te horen krijgt dat een verzekeraar inzage heeft gehad, heeft evenveel waarde als na de brand constateren dat de brandveiligheid niet in orde was”.

Lees de hele oproep van Eldermans/Geerts Advocaten: Eerste Kamer: laat je niet inpakken voor het kerstreces! 10 december 2018: www.eldermans-geerts.nl

Zorgfraude

W. J. Jongejan liet op Zorg-ICT Zorgen op 26 juni 2018 zijn misnoegen blijken over het klakkeloos overnemen door de media van een persbericht dat ging over de toename van zorgfraude. Fraude is niet goed te praten, maar feiten aandikken is ook niet goed.
Jongejan:

“Als we dan een fraudebedrag van 27 miljoen euro gemeld krijgen, gaat het dus om 0,036 procent van het totale bedrag van 75 miljard euro. Je kunt het ook omgekeerd aangeven, namelijk dat 99,964 procent van de zorguitgaven niet frauduleus wordt uitgegeven. Het fraudebedrag is niet gering maar stelt verhoudingsgewijs dus niets voor. Blijkbaar is het voor de beeldvorming rond de fraude gewenst dat het bar en boos lijkt te zijn. De overheid zet daarom fors in op zorgfraude. In het parlement ligt in de Tweede kamer het wetsontwerp 34445 en in de Eerste kamer nog steeds het wetsontwerp 33980 om ervoor te zorgen dat zorgverzekeraars met doorbreking van het medisch beroepsgeheim makkelijker materiële controles mogen doen. Dat houdt in dat men aan de hand van de medische informatie in zorgsystemen de rechtmatigheid van zorguitgaven zou mogen controleren”.

Jongejans conclusie: “Al met al lijkt het Zorgverzekeraars Nederland vooral te doen om een beeld te schetsen van een omvangrijke fraude in de zorg met voorbijgaan aan hoe vaak het wel goed gaat. Het kan niet anders dat die beeldvorming belangrijk lijkt om het ministerie en de parlementariërs te laten zien dat er (eigenlijk te) krachtige wetgeving nodig zou zijn voor fraudebestrijding”.

Ook Jongejan is van mening dat het het huidige instrumentarium voor fraudecontrole meer dan afdoende is.

Verbeteren van toezicht, opsporing, naleving en handhaving in de zorg, Eerste Kamer: https://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/33980_verbeteren_van_toezicht

Eindverslag van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, vastgesteld 6 november 2018: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33980-G.html

Agenda Plenaire vergadering Eerste Kamer op 17 december 2018: https://www.eerstekamer.nl/plenaire_vergadering/20181217

Sprekerslijst bij Plenaire vergadering: https://www.eerstekamer.nl/sprekerslijst/vkt9jygo2jvm

ZN, zorgfraude en beeldvorming. Een andere kijk op dezelfde cijfers, door W.J. Jongejan, Zorg-ICT Zorgen, 26 juni 2018: www.zorgictzorgen.nl

Alleen patiënt bepaalt of medisch dossier mag worden ingezien, Patiëntenfederatie, 8 september 2016: www.patientenfederatie.nl

eerste kamer plenaire vergadering 17 december 2018

U P D A T E

Wet tegen zorgfraude strandt in Eerste Kamer door privacy-bezwaren, NOS Nieuws, 17 december 2018: https://nos.nl

Beste ambtenaar van het jaar 2018

Anne Langenesch verkozen tot Beste Ambtenaar van het Jaar 2018. Tessa Martens wint Publieksprijs

Anne Langenesch is verkozen tot Beste Ambtenaar van het Jaar 2018. Zij is de winnares van de strijd om de eerste plaats van de wedstrijd Publiek Denken Top 100 Beste Ambtenaar van het Jaar. Juryvoorzitter Han Polman maakte de winnares bekend op een feestelijke bijeenkomst in het stadskantoor van de gemeente Utrecht op 13 december 2018.
Publiek Denken is de initiatiefnemer van deze verkiezing die dit jaar voor de achtste keer plaatsvond, in samenwerking met het ministerie van Binnenlandse Zaken (BKR) en de gemeente Utrecht.

Voorbeeldfunctie

Als programma-manager Omgevingswet in de gemeente Zaanstad heeft Anne Langenesch een voorbeeldfunctie. Vanuit andere Nederlandse gemeenten komt men kijken hoe Zaanstad met de Omgevingswet omgaat. Volgens de jury is Langenesch een uitmuntende ambtenaar die medewerkers en partners heel snel meekrijgt en met elkaar in gesprek weet te krijgen.
En dat past in de transitie die nu gaande is tussen overheid, externe partijen en bewoners.

De tweede plaats in de PD Top 100 gaat naar Erik Masthoff, directeur Zorg en behandeling, Dienst justitiële inrichtingen, penitentiaire inrichting Vught. Op de derde plaats is geëindigd Marieke Jakobsen, beleidsmedewerker Slachtofferbeleid op het ministerie van Justitie en Veiligheid.
Tessa Martens, clusterhoofd Consulaire aangelegenheden en reisadviezen op het ministerie van Buitenlandse Zaken is de winnaar van de PD Top 100 Publieksprijs. Van de meer dan 11.000 stemmen kreeg zij er de meeste.

Jury

De jury van de PD Top 100 Beste Ambtenaar 2018, bestaande uit acht leden, wordt voorgezeten door Han Polman, commissaris van de Koning in Zeeland en voorzitter van de Raad voor openbaar bestuur (Rob).

PD Top 100

Met De Publiek Denken Top 100 Beste Ambtenaar van het Jaar wordt de aandacht gevestigd op een beroepsgroep die vooral achter de schermen opereert.

Publiek Denken is een netwerkplatform voor professionals werkzaam in de publieke sector en bestaat uit een kwartaalblad, themamagazines, website, nieuwsbrief, expertmeetings, dialoogtafels en de verkiezing Top 100 Beste Ambtenaar.

Foto boven: Links Anne Langenesch, Beste Ambtenaar van het Jaar 2018  (fotografie Menno Ebbes).
Rechts Publieksprijswinnares Tessa Martens (fotografie Bart van Vliet)

Publiek Denken: https://publiekdenken.nl/evenementen/top-100/anne-langenesch-wint-publiek-denken-top-100-beste-ambtenaar-2018/

Tim Robbe

Tim Robbe (1977) studeerde rechten aan de universiteit van Tilburg (2002) en bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (2010).
De afgelopen vijftien jaar is hij vooral bezig geweest met het thema (doelgericht) opdrachtgeverschap in het sociaal domein. Eerst als zelfstandig adviseur, nu ook als advocaat. Kenmerkend daarbij is dat niet de relatie tussen overheid en aanbieder centraal staat, maar de relatie tussen hulpverlener en hulpvrager. Zelfregie bij hulpvragers en professionele autonomie bij hulpverleners vergroten de kans op succesvolle hulpverlening waar zowel de hulpvrager, de hulpverlener als de maatschappij baat bij heeft.

Lees verder

Verslag symposium Waarheidsvinding als ambacht – De feitenvrije wereld en het alternatief van beroepseer

‘Wetenschap is ook maar een mening’. Het onderscheid tussen feiten en meningen lijkt steeds vager te worden in het publieke debat, de politieke arena en de media. Deskundigheid op basis van (wetenschappelijke) kennis neemt af aan betekenis doordat zij in toenemende mate als mening wordt bestempeld.
Dit actuele thema stond centraal op het symposium Waarheidsvinding als ambacht – De feitenvrije wereld en het alternatief van beroepseer in Haarlem op 18 april 2018, georganiseerd door Stichting Beroepseer en de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen (KHMW).

Op het symposium hebben experts die actief werken aan waarheidsvinding de achtergronden en gevolgen van deze tendens geanalyseerd en nader toegelicht. Zij hebben ook gezocht naar mogelijke antwoorden: het alternatief van beroepseer.
Moderators van het symposium waren Thijs Jansen, directeur van Stichting Beroepseer en Louise Gunning-Schepers, voorzitter van de KHMW.
Gabriël van den Brink, hoogleraar wijsbegeerte aan de Vrije Universiteit van Amsterdam verzorgde de inleiding en gaf tot slot van het symposium een reflectie op de voordrachten van de sprekers. In zijn leiding zei hij:

“Wij, ambachtslieden van de waarheid, zijn terecht gekomen in een aanval op de waarheid, één van de grondslagen van onze beschaving. Het is een aanslag op de door de mensheid lang volgehouden inspanning om een precies antwoord te formuleren op uiteenlopende vragen. De afgelopen twee eeuwen hebben we een cultuur van waarheidsvinding ontwikkeld die de basis vormt van de moderne samenleving.”

Onderhoud

Deze cultuur kent een aantal beginselen die volgens Van den Brink onderhoud behoeven:

1. Deskundigheid. Ervaring doet ertoe. Het gaat om kennis, kunde, specialisatie: weten waar je het over hebt.
2. Eerlijkheid. Zeggen wat je weet en denkt, ondubbelzinnig, gebaseerd op betrouwbare informatie.
3. Veiligheid. Aanstootgevende bevindingen kunnen bovendrijven in de zoektocht naar waarheid. Dat vereist een veilige context.
4. Openbaarheid. Kennis en inzichten zijn geen particulier bezit. Ze worden gefinancierd met publieke middelen en dienen de publieke zaak

Sprekers op het symposium waren:

Frits van Exter, voorzitter van de Raad voor de Journalistiek, een onafhankelijke instantie van zelfregulering voor de media. Hij is tevens bestuurslid van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. Daarvoor was hij o.a. hoofdredacteur van Trouw en Vrij Nederland. Zijn onderwerp was Hoe kan de journalistiek vertrouwen (her)winnen?

Peter van Koppen, hoogleraar Rechtspsychologie aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Vrije Universiteit Amsterdam. Onderwerp: Waarheidsvinding in strafzaken. Waarheidsvinding is niet de core business van magistraten en niettemin een primair onderdeel van hun werk.

Jelle van Buuren, universitair docent verbonden aan het Institute of Security and Global Affairs van de Universiteit van Leiden. Onderwerp: Contraterrorisme en nepnieuws. Naast onderzoek op het gebied van contraterrorisme verricht hij onderzoek naar complottheorieën, nepnieuws, desinformatie en propaganda.

Marc Tuters, universitair docent Nieuwe media en digitale cultuur aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is hij onderzoeker aan het Digital Methods Initiative (DMI) en hij is directeur van het Open Intelligence Lab (OILab). Onderwerp: Fake news and the deep vernacular web.

Tim de Zeeuw, professor Theoretische sterrenkunde aan de Universiteit Leiden.  Zijn onderzoek betreft de vorming, structuur en dynamica van sterrenstelsels, inclusief de Melkweg. Onderwerp: Hoe proberen astronomen het heelal te begrijpen?

Leendert Louwe Kooijmans, emeritus-hoogleraar Prehistorie aan de Universiteit Leiden en stichter van de Faculteit der Archeologie aldaar; tevens lid van de KNAW. Onderwerp: Van α naar βeter. Van Dichtung naar Wahrheit in de prehistorische archeologie.

Eerste pagina PDF verslag Waarheidsvinding als ambacht

Klik hier voor het uitgebreide verslag in PDF van Maurits Hoenders en Gerard van Nunen, met foto’s van Hilde de Wolf: ‘Waarheidsvinding als ambacht ’ – De feitenvrije wereld en het alternatief van beroepseer, december 2018.

 

Groter denke kleiner doen boek van Tjeenk Willink

Tjeenk Willink in nieuw boek: Het herstel van hun functie in de publieke sector moet komen van de professionals zelf

Volgens de berichten gaat goed met Nederland. De economie groeit, de werkloosheid daalt, de financiën lijken op orde. Gaat het (dus) ook goed met onze democratische rechtsstaat? Bij Herman Tjeenk Willink, voormalig voorzitter van de Eerste Kamer en oud-vicepresident van de Raad van State, rijst steeds vaker de angstige vraag: hoe stevig zijn onze instituties als het er echt om gaat spannen? Hoe ‘Heldhaftig, Vastberaden en Barmhartig’ zijn wij, burgers, als medeburgers buiten de maatschappelijke orde worden verklaard? Wat blijft er van de democratische rechtsstaat over als feiten en waarden het afleggen tegen beelden en sentimenten?

In de afgelopen veertig jaar heeft Herman Tjeenk Willink zich in al zijn functies ontpopt als een onvermoeibaar verdediger van de democratische rechtsstaat en geharnast tegenstander van de overheid als bedrijf. De ontwikkelingen van de laatste jaren en zijn vele gesprekken, vooral met professionals op de werkvloer, rechters en betrokken burgers, hebben hem ertoe verleid zijn gedachten opnieuw tegen het licht te houden in het boek Groter denken, kleiner doen. Daarin schrijft hij dat zijn “zorg, zelfs ingehouden woede, is dat we de publieke zaak structureel aan het uithollen zijn”.

In Het Financieele Dagblad van 10 december 2018 staat een interview met Tjeenk Willink, door Rob de Lange en Ulko Jonker.
Hij haalt flink uit naar de overheid als bedrijf dat leraren, dokters, agenten en rechters van zich vervreemdt en de democratie verwaarloost. In keurige bewoordingen hekelt Tjeenk Willink in zijn boek de ‘betonrot’ in de democratische rechtsorde en de gevolgen daarvan voor de publieke sector.

De kosten van administratieve verplichtingen

Helemaal nieuw is zijn kritiek niet. Maar er is iets veranderd in zijn gevoel van urgentie. Hij ging veelvuldig in gesprek met verschillende beroepsgroepen en stuitte telkenmale op hetzelfde vraagstuk. “Hoe is het mogelijk dat professionals de overheid voornamelijk op hun weg vinden in plaats van door haar te worden gefaciliteerd?”

Het is inmiddels bekend, Stichting Beroepseer wijst er al twaalf jaar op. Professionals zijn soms tot 40% van hun tijd kwijt aan administratieve verplichtingen. Tjeenk Willink wijst op de daarmee verbonden kosten aan controleurs, toezichthouders en rapportages. “Wat kost het allemaal en wat levert het op?”

Uitsluiten van risico’s

De oorzaak van het dichtslibbende systeem is dat “het mechanisme drijft op het uitsluiten van risico’s met wantrouwen als resultaat. Voor het bedrag aan controles om risico’s uit te sluiten kun je heel wat risico’s lopen. En ja, dan zal het af en toe fout gaan”.

Tjeenk Willink heeft zijn boek geschreven als een soort pamflet. Hij roept de professionals op hun functie te heroveren op beleidsmakers en financiers.

Tjeenk Willink tijdens presentatie van zijn boek Groter denken, kleiner doenSignering boek Groter denken, kleiner doen door Tjeenk Willink

Op de foto Herman Tjeenk Willink tijdens de presentatie  van zijn boek Groter denken, kleiner doen op de Campus
Den Haag van de Universiteit van Leiden op 10 december 2018
  ‘s middags. 
Thijs Jansen, directeur van Stichting
Beroepseer was erbij aanwezig.
Tjeenk Willink signeerde een exemplaar voor Jansen met complimenten en een aansporing:
Volhouden! Uit bewondering voor het werk dat u doet’.
Daaronder: Tekst uit Groter denken, kleiner doen, gericht aan politici, toezichthouders, zorgaanbieders
en verzekeraars. Het wordt tijd dat zij zich achter de uitvoerders van het werk scharen en hun
niet langer belemmeren in hun werk.

Lees het hele interview in Het Financieele Dagblad: Tjeenk Willink: ‘We zijn de publieke zaak structureel aan het uithollen’, door Rob de Lange en Ulko Jonker, 10 december 2018: https://fd.nl

Groter denken, kleiner doen, door Herman Tjeenk Willink, 120 p., uitgeverij Prometheus, december 2018: https://uitgeverijprometheus.nl

Lees hier een fragment, het Woord vooraf, uit Groter denken, kleiner doen. Klik hier.

U P D A T E

Georganiseerd wantrouwen (2): Tjeenk Willink over Groter denken, kleiner doen, door Monique Marreveld, Didactief online, 16 mei 2019: https://didactiefonline.nl

 

Gabriël Anthonio columns Samen soep maken

Gabriël Anthonio doet een appèl op mildheid in krantencolumns ‘Samen soep maken’

Eens in de twee weken staat een column van Gabriël Anthonio in het Friesch Dagblad. Hij schrijft over situaties die hij meemaakt en over de mensen die hij ontmoet. Alle verhalen zijn echt gebeurd, wel zijn namen en locaties veranderd om herkenning te voorkomen.
Gabriël Anthonio is voorzitter van de Raad van Bestuur van Verslavingszorg Noord Nederland (VNN) en bijzonder hoogleraar Sociologie van Leiderschap, Organisaties en Duurzaamheid aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Zijn columns dragen titels als: Wie stuurt wie in mijn leven? Sommige dromen zijn ver weg, andere wandel je zomaar binnen. Wat is echt belangrijk? Bedankt meneer de rechter, ik sta onder curatele.
De columns zijn nu gebundeld in het boek Samen soep maken. De titel is geïnspireerd door Anthonio’s autistische, verstandelijk beperkte zoon Mahil. De zoon is inmiddels volwassen maar op diens instelling voor speciaal onderwijs maakten de kinderen samen soep. Voorheen kwam de soep uit de centrale keuken, maar begeleiders kwamen met het idee of ze de soep zelf mochten maken. Dat gaf aanvankelijk nogal wat discussie vanwege veiligheid, hygiëne en zelf geld beheren, maar uiteindelijk werd afgesproken dat de kinderen alles zelf deden, van inkoop tot en met koken. Het samen soep maken voegde waarde toe aan het onderwijs, de samenwerking in de groep en versterkte de positie van deze kwetsbare leerlingen in de hele school.

De vernedering opheffen

Trudy Oldenhuis schrijft in een artikel in het Friesch Dagblad over de achtergrond en beweegredenen van Anthonio. Hij wil met zijn verhalen de vernedering van andere mensen opheffen. Oldenhuis: “Hij dicteert het bijna, met enige nadruk: ‘Ik geloof dat de mens bedoeld is om rechtop te lopen en een menswaardig bestaan te leiden. Ik wil mijn leven ten dienste stellen aan mensen die gebogen door het leven gaan, vernederd worden en ik wil bijdragen aan hun herstel. Zodat ze weer rechtop kunnen lopen’.
Vernedering geschiedt op allerlei manier en in allerlei vormen. Armoede bijvoorbeeld, kan heel vernederend zijn, zegt Anthonio. ‘Dan krijg je dingen en moet je ook nog dank je wel zeggen’. Instituties kunnen vernederend werken, zelfs hulpverleners. ‘We vernederen ook mensen door alleen óver hen te praten in plaats van mét hen’.

Vooroordelen ontmaskeren

Wat de verhalen gemeen hebben is dat ze bijna altijd gaan over kwetsbare mensen. Iemand die verslaafd is of is geweest. Een moeder bij wie de oudste kinderen uit huis zijn geplaatst, maar die nu knokt om de jongste te houden. Een zwerver die de kerstdagen alleen zal doorbrengen in de opvang. Een studente die ongeïnteresseerd lijkt in de colleges die Anthonio geeft, maar van wie hij later hoort dat kort geleden haar broertje is overleden.

Dergelijke vooroordelen over mensen ontmaskeren, dat probeert Anthonio vaak in zijn verhalen. In zijn eigen woorden: ‘Deze mensen doen een appèl op ons. En dat appèl wil ik doorgeven. Een appèl op mildheid. Ik wil kijken met een barmhartige blik. En misschien kan ik dat pas als ik mijn eigen gebrokenheid ook onder ogen zie’.

Hoe een bestuurder van een grote zorginstelling – Verslavingszorg Noord Nederland biedt hulp aan zo’n tienduizend mensen en telt bijna duizend medewerkers – de tijd vindt om deze kwetsbare mensen te ontmoeten? ‘Daar moet je tijd voor maken’, zegt Anthonio stellig. Nog steeds heeft hij zelf wekelijks een behandelgroep en hij gaat vaak op werkbezoek. Soms geeft hij cursussen aan tientallen cliënten tegelijk en dan hoort hij op één dag wel twintig bijzondere verhalen”.

Minder controleren en terug naar een horizontale gemeenschap

Het gaat Anthonio ook om minder regels en meer menselijkheid. Dat is wat hem drijft als bestuurder in de zorg en als docent. In een interview in Trouw twee jaar geleden door Annemarie Bergfeld getiteld Ik ben een vriendelijke anarchist, vertelde hij: “Hoewel ik het niet van huis uit heb meegekregen, voel ik me erg thuis bij de Schrift, ik probeer er dagelijks een stuk in te lezen en te overdenken. Hetzelfde geldt voor de klassieke filosofie, met name Plato en Aristoteles. Het zijn bronnen die me inspireren en troosten. Aristoteles zegt bijvoorbeeld: De stadstaat wordt niet geregeerd bij wetten en regels, maar door mensen die het oprecht met elkaar menen. Als ik naar de moderne tijd kijk, zie ik piramideorganisaties vol vervreemding en bureaucratie. Bureaucratie ontstaat uit wantrouwen. Als wij uit die verticale kolom van controle en wantrouwen weten te komen en veel meer samenwerken, hoeven we minder te controleren.

Dan maak je een afspraak en daar houd je je aan, want vrienden belazeren elkaar niet. Aristoteles heeft het scherp gezien, als hij zegt: Vriendschap is de enige relatie waarop geen wetten of regels van toepassing zijn. Hoe bizar is het dat sommige van onze artsen 30, 40 procent van hun tijd bezig zijn met het inkloppen van gegevens. En het wordt alleen maar erger.

We moeten terug naar die horizontale gemeenschap van vrienden. Ook in de zorg, het onderwijs en het openbaar bestuur. Niet in de kleffe zin van gezellig vriendjes zijn, maar van mensen die het oprecht met elkaar menen. De manier waarop ik het probeer te doen, noem ik verbinden en meestribbelen. Ik zit midden in dat weerbarstige systeem, ik moet contact onderhouden met onze subsidiënten en inspecties – het is op zich ook niet verkeerd dat die er zijn – maar daar waar we de boel een beetje kunnen afbreken, moet gewoon de beuk erin. Ik probeer een vriendelijke anarchist te zijn, door soms te zeggen: Zullen we daar eens mee ophouden?”

Lees het hele artikel: Gabriël Anthonio wil de vernedering van andere mensen opheffen, door Trudy Oldenhuis, Friesh Dagblad, 8 december 2018: https://frieschdagblad.nl

‘Ik ben een vriendelijke anarchist’ door Annemarie Bergfeld, Trouw, 2 oktober 2016: www.trouw.nl

Leiderschap in Verandering – Over afdalen van de piramide en struikelen over kiezelsteentjes, door Gabriël Anthonio, Tijdschrift voor Management en Organisatie, 2017: www.rug.nl

Het Zwitsers zakmes van de leider. Gids voor leiderschap met blijvende impact, door Gabriël Anthonio, Boom Management, 2018: https://boommanagement.nl/artikel/het-zwitsers-zakmes-van-de-leider-gids-voor-leiderschap/

Gabriël Anthonio is voortrekker van Stichting Beroepseer


Samen soep maken
kan worden besteld door het zenden van een e-mail naar  communicatie@vnn.nl met opgave van uw adresgegevens. Kosten 20,- euro. De opbrengst van de bundel gaat naar Fonds Noodhulp VNN, waarmee cliënten en hun kinderen op praktische wijze geholpen worden.
Rekeningnummer van Fonds Noodhulp VNN: NL39 INGB 0007 4068 20 

omslag Good Work en Beroepstrots

Howard Gardner over zijn bezoek aan Stichting Beroepseer. Lessen uit Nederland

In hun artikel Keeping the professions alive and true to their mission: Lessons from the Netherlands schrijven prof. Howard Gardner en Daniel Mucinskas over het bezoek van Gardner aan Stichting Beroepseer in Utrecht eind oktober 2018. Gardner is professor aan Harvard Graduate School of Education, Cambridge, Mass, VS. Mucinskas is medewerker van Gardners team.
De samenwerking tussen Gardner, zijn onderzoeksgroep en stichting Beroepseer dateert van 2009. Die begon toen Thijs Jansen, mede-oprichter van Stichting Beroepseer, bezig was met het redigeren van het boek Beroepstrots – een ongekende kracht. Tijdens de voorbereiding stuitte hij op het Good Work Project, een initiatief van Gardner en twee van zijn collega’s, William Damon en Mihaly Csikszentmihalyi.

In het boek is een hoofdstuk gewijd aan dit project waarin de hoofdvraag luidde: “Waardoor slagen of falen mensen die ‘goed werk’ willen doen – werk dat zowel van uitstekende kwaliteit als sociaal verantwoord is – in hun streven, in een periode dat ongebreidelde marktwerking oppermachtig is, dat de hele maatschappij hangt naar steeds grotere winsten, dat er weinig of geen vergelijkbaar sterke beheersmechanismen of tegenkrachten zijn en dat ons hele gevoel van tijd en ruimte veranderd is in onze technologisch georiënteerde, mondiale samenleving?”

Tijdens een ontmoeting in 2009 liet Gardner aan Jansen weten dat hij Stichting Beroepseer zag als een welkome Europese voortzetter van het Good Work Project dat na vijftien jaar op zijn einde liep. Hij hoopte ook dat Europa een betere voedingsbodem zou bieden dan de VS voor de voortzetting van het project.

Verval van de beroepen

Toen Gardner met het Good Work Project begon, nu alweer een kwart eeuw geleden, deed hij onderzoek naar het beroep van artsen, advocaten, journalisten, leraren en acteurs maar ook naar academische onderzoekers in de genetica. Toen al zag hij dat er disruptieve krachten bezig waren zich te ontwikkelen in de journalistiek. Eenderde van de ondervraagde journalisten had al plannen de journalistiek te verlaten. Bij de onderzoekers was niemand dat van plan. Bij advocaten ontdekte hij dat de meest energieke groep bezig was met de ontwikkeling van ‘cyberwetten’.

“Het doel van ons project was inzicht krijgen in mensen die ‘goed’ werk verrichten, hun waarden, motieven en verantwoordelijkheden en hoe zij omgaan met moeilijke kwesties. Geïnterviewden hadden het vaak over steun of het gebrek daaraan binnen hun beroepsgroep of beroepsverenigingen die hun steunden of hun belemmerden ‘goed werk’ te leveren.
Maar medewerkers van het Good Work Project (dat nu is overgegaan in het bredere initiatief The Good Project aan the Harvard Graduate School of Education) waren niet voorbereid op het snelle tempo en de resoluutheid van het verval van de beroepen in de afgelopen twee decennia – tenminste in de Verenigde Staten. Maar ook in Engeland zoals we hebben kunnen lezen in de boeken van Richard en Daniel Susskind”.*)

Signalen van verval van een andere soort zijn er ook in Nederland. Hier rijst de vraag of beroepsbeoefenaren nog wel wat te zeggen hebben over hun beroep? Let op de recente klachten van beroepsvereniging VPHuisartsen. Op 5 december 2018 schreven zij op hun site dat veel huisartsen zich vogelvrij voelen in de spreekkamer naar aanleiding van een aantal in Medisch Contact gepubliceerde tuchtzaken met daarin voor huisartsen zeer bedreigende, zo niet bizarre conclusies van het tuchtcollege. VPHuisartsen schrijft zeer geschokt te zijn door het toenemend aantal onbegrijpelijke uitspraken. Artsen hebben gemeld n.a.v. deze uitspraken dat, als hen dit zou overkomen, zij zouden stoppen met hun werk.
Het schijnt te gebeuren dat het tuchtcollege lukraak nieuwe zelfverzonnen normen bepaalt voor het artsenberoep. Dat kan natuurlijk niet. We hebben hier te maken met betrokken praktijkhouders met hart voor de patiënt. Dit is slechts één voorbeeld.

Beroepen van de 21ste eeuw

Terwijl Gardner teleurgesteld is dat het Good Work Project in de VS niet gebracht heeft wat hij ervan verwachtte, voelde hij zich bij zijn bezoek aan Stichting Beroepseer helemaal in zijn element. Gardner zag een aantal veelbelovende door Beroepseer gestimuleerde ontwikkelingen op het gebied van openbaar bestuur, beleidsambtenaren, het onderwijs, de accountancy, de gezondheidszorg. In deze sectoren wordt tijdens door Beroepseer georganiseerde workshops, bijeenkomsten en sessies gediscussieerd aan de hand van de Good Work Toolkit, gereedschap waarmee goed werk kan worden verricht. Het is een praktische handleiding voor het op gang brengen van gesprekken en het omgaan met dilemma’s met als doel de waarden te bepalen en de kenmerken te formuleren van beroepen en goed werk.

Gardner heeft het ook over de boeken in de Beroepseer-reeks over onderwijs en gezondheidszorg. Genoemd wordt het in 2015 verschenen boek van René Kneyber en Jelmer Evers: Het alternatief. Weg met de afrekencultuur in het onderwijs! dat internationaal is gegaan onder de titel Flip the system en nu al in zes landen is gepubliceerd. We kunnen wel stellen dat hier sprake is van een internationale beweging van zelfbewuste leraren.

Gardner vraagt zich af waarom deze inspanningen in vergelijking met de VS tot zoveel meer positieve resultaten hebben geleid? Hij geeft zelf de antwoorden. Behalve een verschil in cultuur is de aanpak van Beroepseer meer gericht geweest op de praktijk en op specifieke beroepen.
De aanpak van Beroepseer heeft Gardner op enkele andere gedachten gebracht over beroepen van de 21ste eeuw, zoals informatietechnologie, accountancy, onderwijs en management in de lokale publieke sector. Het zou volgens hem kunnen gebeuren dat degenen die onze computers, netwerken en digitale systemen ‘bedienen’ uiteindelijk een voorbeeld kunnen stellen door ethisch verantwoord, professioneel gedrag in de 21ste eeuw.

Gardner begon zijn blog met een sombere uitspraak: “Voor degenen die geloven dat de beroepen een geweldige menselijke uitvinding zijn, waard om te behouden en stevig te verankeren, zijn sombere tijden aangebroken”. Hij betreurt het dat er beroepen zijn waarin men het niet meer zo nauw neemt met de ethiek en meer gericht is op prestige, titels en een hoog inkomen. Medische onderzoekers die financiële steun van farmaceutische bedrijven krijgen en dat verzwijgen. Of leraren die sjoemelen met examencijfers om meer salaris te krijgen. Dan zijn er nog de intelligente digitale apparaten die de mens werk uit handen nemen en het werk ook nog beter, sneller en goedkoper doen. Een melanoom wordt in een oogwenk ontdekt door een intelligent programma, en de helft van het routinewerk van een jurist wordt vandaag efficiënter en goedkoper gedaan door digitale applicaties.

Complimenten voor Beroepseer

Na zijn bezoek aan Beroepseer kijkt Gardner met een andere, opgeruimder blik naar de toekomst. Hij besluit zijn blog met: “We beseffen dat er veel inspiratie is te halen uit het werk dat Stichting Beroepseer met zoveel toewijding heeft gedaan en blijft doen in Nederland en daarbuiten”.

Goed werk is universeel en van alle tijden. Eer leggen in je werk en trots zijn op je werk als je het goed hebt gedaan ook.

Lees de hele blog van Howard Gardner en Danny Mucinskas: Keeping the Professions Alive and True to their Mission: Lessons from the Netherlands, The Good Project, 29 november 2018: http://thegoodproject.org

*) Lees ook: Is er een toekomst voor de professies of zijn ze ten dode opgeschreven? Blogs Beroepseer, 25 januari 2016: https://beroepseer.nl

VPHuisartsen geschokt door recente uitspraken tuchtcollege, VP Huisartsen, 5 december 2018: www.vphuisartsen.nl/