Skip to main content

Redactie Beroepseer

Vlaams-Nederlandse Journalistenbeurs, voor journalistiek onderzoek en uitwisseling in de Lage Landen

Vlaams-Nederlandse Journalistenbeurs: Aanvraag indienen voor onderzoeks- en uitwisselingsbeurs vóór 15 januari 2020

Ook in 2020 kunnen journalisten een aanvraag doen in het kader van de Vlaams-Nederlandse Journalistenbeurs (VNJB). De Vlaamse en Nederlandse overheden dragen 22.000 euro bij voor journalistieke producties en uitwisselingsprojecten.

De beurs wordt voor de zeventiende keer uitgereikt. Wie een aanvraag wil indienen heeft daar tot 15 januari 2020 de tijd voor. Een onafhankelijke jury zal de aanvragen wegen.

Nieuw is dat freelancers vanaf nu bij specifiek de uitwisselingsbeurs ook een honorariumvoorstel mogen opnemen, waar voorheen alleen reis- en verblijfkosten werden vergoed. Voor de onderzoeksbeurs worden als vanouds een honorarium en reis- en verblijfkosten vergoed.

Voorwaarden voor de uitwisselings- en onderzoeksbeurs staan op de site van de Buren, het Vlaams-Nederlands huis voor cultuur en debat in Brussel. Klik hier: www.deburen.eu/project/36/de-vlaams-nederlandse-journalistenbeurs

Aanvraagronde Vlaams-Nederlandse Journalistenbeurs 2020 geopend, Villamedia, 18 december 2019: www.villamedia.nl/artikel/aanvraagronde-vlaams-nederlandse-journalistenbeurs-2020-geopend

Rapport Challenges and prospects in the EU

EU-onderzoek: Betere openbare diensten zijn sleutel tot betere levenskwaliteit EU-burgers

Hoe heeft de kwaliteit van het bestaan en van openbare diensten zich de afgelopen jaren ontwikkeld in de EU? Wat valt het meeste op? Eurofound heeft het onderzocht in de periode 2017 – 2020; de resultaten van het onderzoek staan vermeld in het rapport Challenges and prospects in the EU: Quality of life and public services, een van de belangrijkste actuele publicaties van Eurofound, de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden.
Het rapport is een samenvatting van de hoofdthema’s die voor een deel gebaseerd zijn op de gegevens van Europese enquêtes over de levenskwaliteit (European Quality of Life Survey -EQLS).

Het rapport brengt ontwikkelingen, visies en ervaringen in kaart met betrekking tot: vertrouwen in instellingen en sociale cohesie; toegang tot en kwaliteit van gezondheids- en zorgdiensten; de impact van digitalisering op de sociale dienstverlening; toegankelijkheid van voorzieningen voor jongeren; en maatregelen gericht op integratie van vluchtelingen.
Hoewel het rapport veel uitdagingen en problemen voor openbare diensten belicht, bevat het ook een aantal positieve signalen: betrokkenheid en participatie van het publiek bij het vormgeven van diensten en invoering van nieuwe technologieën.

Belangrijkste bevindingen

  • Beleving van spanningen in de samenleving heeft een zeer nadelige invloed op het vertrouwen in instellingen, terwijl de kwaliteitsbeleving van openbare diensten een belangrijke motor is voor een groter vertrouwen in instellingen.
  • Burgerparticipatie, met name vrijwilligerswerk, gaat gepaard met meer vertrouwen.
    Er zijn steeds meer flexibele voorzieningen voor langdurige zorg nodig. Thuiszorg en hulp moeten meer beschikbaar zijn, vooral in de EU-lidstaten waar het inkomen het laagst is.
  • Snelle toegang tot basisgezondheidszorg, sociale zorg en langdurige zorg kan vroegtijdige interventie stimuleren; toezicht houden op veranderende behoeften kan escalatie van langdurige zorgproblemen voorkomen.
  • Geestelijke gezondheidsproblemen nemen toe bij jongeren, hoewel het niet duidelijk is of dat komt doordat ze veelvuldiger voorkomen of dat men zich er meer van bewust is door bijvoorbeeld het stellen van een scherper diagnose.
    Geestelijke gezondheid hangt nauw samen met andere jeugdkwesties en kan zowel een gevolg zijn van ongelijkheid of van de bron zelf van ongelijkheid. Risicofactoren voor geestelijke gezondheidsproblemen zijn onder meer handicaps en langdurige ziekte, gezinsproblemen, relatieproblemen met leeftijdsgenoten en intensief gebruik van sociale media.

Downloaden samenvatting in het Nederlands: Uitdagingen en vooruitzichten in de EU: kwaliteit van het bestaan en openbare diensten, Eurofound, 2019: www.eurofound.europa.eu

Downloaden rapport Challenges and prospects in the EU: Quality of life and public services, Eurofound, 2019: www.eurofound.europa.eu

Challenges and prospects in the EU: Quality of life and public services, Eurofound, 24 oktober 2019: www.eurofound.europa.eu

Improved public services key to better quality of life in Europe, Eurofound, 24 oktober 2019: www.eurofound.europa.eu

European Jobs Monitor 2019 Eurofound

Europese banenmonitor 2019: Verschuivingen in werkgelegenheidsstructuur op regionaal niveau

De Europese banenmonitor (European Jobs Monitor) analyseert al meer dan tien jaar de transformatie van werkgelegenheidsstructuren in Europese landen.
Er zijn steeds meer aanwijzingen dat de economische verschillen tussen regio’s binnen dezelfde EU-lidstaten groeien. Sommige regio’s – over het algemeen hoofdstedelijke regio’s en grootstedelijke centra – doen het veel beter dan andere regio’s. Deze verschillen kunnen, indien ze niet worden aangepakt, de sociale en territoriale samenhang ondermijnen. Toenemende interregionale ongelijkheid is een factor die leidt tot teleurstelling over bestaande politieke systemen en dat leidt weer tot verzwakking van de sociale verbanden van ons democratische stelsel.

De banenmonitor van 2019 vergelijkt patronen van groei en daling van de werkgelegenheid in vier verschillende soorten regio’s: hoofdsteden, grootstedelijke gebieden, tussenliggende en grotendeels landelijke gebieden. Onderzocht zijn 130 regio’s in negen van de grotere lidstaten in de periode 2002-2017: België, Tsjechië, Frankrijk, Duitsland, Italië, Polen, Spanje, Zweden en het Verenigd Koninkrijk.

Beleidscontext

Regio’s hebben een belangrijke plaats in de EU-beleidsvorming, met name in het cohesiebeleid. Met cohesiebeleid wordt bedoeld beleid dat honderdduizenden projecten, verspreid over heel Europa, financieel ondersteunt via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), het Europees Sociaal Fonds (ESF) en het Cohesiefonds.

Regio’s zijn de belangrijkste territoriale gebieden voor uitvoering van beleid dat bijna een derde van de totale EU-begroting uitmaakt. Tot op heden is de EU erin geslaagd de economische ongelijkheden tussen de lidstaten te verkleinen.
Een combinatie van het wegwerken van achterstand en regionaal beleid heeft de afgelopen vijftien jaar bijgedragen aan een snellere groei van het BBP*) per hoofd in de Midden- en Oost-Europese lidstaten. Eerdere toetredingslanden als Ierland, Portugal en Spanje zijn in staat gebleken economische achterstand in te halen en gelijk te komen met de oorspronkelijke landen van de Europese Gemeenschap (EG). In de afgelopen jaren is evenwel gebleken dat de economische kloof tussen regio’s in veel lidstaten groter is geworden. Verkiezingspatronen suggereren dat dit een van de oorzaken is van de ontgoocheling van EU-burgers met de gevestigde politieke partijen en de snelle opkomst van populistische partijen die electoraal voordeel denken te halen bij teleurgestelde burgers.


Noot
*)
Het bruto binnenlands product (BBP) is de totale geldwaarde van alle in een land geproduceerde finale goederen en diensten gedurende een bepaalde periode (meestal een jaar). Meestal wordt met dit begrip het bruto binnenlands product tegen marktprijzen bedoeld.

Downloaden onderzoeksrapport European Jobs Monitor 2019: Shifts in the employment structure at regional level, Eurofound, 2019: www.eurofound.europa.eu

European Jobs Monitor 2019: Shifts in the employment structure at regional level, 7 oktober 2019: www.eurofound.europa.eu

Eurofound – European Foundation for the Improvement of Living and Working Conditions: www.eurofound.europa.eu

Akwa GGZ krijgt berisping van Autoriteit Persoonsgegevens na overnemen ROM-data

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft de Alliantie kwaliteit in de geestelijke gezondheidszorg (Akwa GGZ) een berisping gegeven voor het verwerken van persoonsgegevens over de gezondheid. Volgens de privacywet is dit verboden, omdat gezondheidsgegevens gevoelige informatie geven over een persoon. Verwerking mag alleen bij uitzondering. Akwa GGZ heeft sinds begin 2019 een set met onvoldoende geanonimiseerde gezondheidsgegevens overgenomen van Stichting Benchmark GGZ (SBG). Daarmee heeft Akwa GGZ gezondheidsgegevens verwerkt, terwijl deze verwerking niet gebaseerd kan worden op een uitzondering op het verbod.

SBG en Akwa GGZ doen kwaliteitsonderzoek in de geestelijke gezondheidszorg. Patiënten vullen op verzoek van de zorginstelling een vragenlijst in, zodat GGZ-aanbieders gebenchmarkt kunnen worden op behandeleffect en klanttevredenheid. Deze zgn. Routine Outcome Monitoring (ROM) data gingen via Zorg TTP na pseudonimisering naar SBG. De AP deed na een handhavingsverzoek onderzoek naar de werkwijze van SBG en heeft deze getoetst aan relevante wet- en regelgeving.

ROM-data zijn persoonsgegevens

De AVG definieert persoonsgegevens als alle informatie die tot de persoon herleidbaar is. De AP heeft alle stappen geanalyseerd van het aanleveren van gegevens door de patiënt tot en met de verwerking van die gegevens door SBG. Hieruit blijkt dat SBG geen gebruik maakte van randomisatietechnieken op het moment dat SBG de data ontving. Ook blijft de sleutel voor pseudonimisering gelijk.

De AP stelt vast dat SBG op de dataset onvoldoende technische waarborgen heeft getroffen om de risico’s op herleidbaarheid weg te nemen. De ROM-data zijn daarmee niet anoniem en zijn tot de persoon herleidbare gezondheidsgegevens. Akwa GGZ heeft begin 2019 de dataset overgenomen van SBG. Daarmee hebben SBG en Akwa GGZ dus persoonsgegevens verwerkt over de gezondheid van patiënten.

Verbod op verwerking van gezondheidsgegevens

De verwerking van bijzondere persoonsgegevens, zoals gezondheidsgegevens, is volgens de privacywet verboden. De AP concludeert dat SBG en Akwa GGZ zich niet kunnen beroepen op een wettelijke uitzonderingsgrond voor dit verbod, omdat SBG en Akwa GGZ geen instellingen voor gezondheidszorg of maatschappelijke dienstverlening zijn. Dit betekent dat het voor deze organisaties verboden was de gegevens te verwerken.

SBG bestaat inmiddels niet meer en heeft de onvoldoende geanonimiseerde data begin 2019 overdragen aan Akwa GGZ. Dit is een verwerking van persoonsgegevens die zonder wettelijke uitzonderingsgrond ook verboden is. Omdat SBG inmiddels niet meer bestaat als rechtspersoon, legt de AP alleen een handhavende maatregel op aan Akwa GGZ. Dat is in dit geval een berisping omdat Akwa GGZ de dataset in quarantaine heeft geplaatst en daarna heeft vernietigd.

Downloaden Rapport naar aanleiding van onderzoek gegevensverwerking SBG, Autoriteit Persoonsgegevens, december 2019: www.autoriteitpersoonsgegevens.nl/

Berisping voor Akwa GGZ na overnemen ROM-data, Autoriteit Persoonsgegevens, 16 december 2019: https://autoriteitpersoonsgegevens.nl

 

De foto bovenaan is van StockSnap

Nieuw boek met ontwerp voor een beter belastingstelsel

Op vrijdagmiddag 13 december 2019 is het boek Ontwerp voor een beter belastingstelsel gepresenteerd in Pulchri Studio in Den Haag. Het Nederlandse belastingstelsel is economisch verstorend, allesbehalve neutraal en buitengewoon complex. Het is nodeloos ondoelmatig en moedigt belastingontwijking aan. Bovendien kent het hoge uitvoerings- en nalevingskosten. Dit werkt willekeurige en illegale toepassing van de regels in de hand. Een van de schrijnendste gevolgen hiervan is de kindertoeslagkwestie die de gemoederen in alle gelederen van de Nederlandse bevolking hoog deed oplopen in het najaar van 2019.

In Ontwerp voor een beter belastingstelsel geven economen hun visie op de wijzen waarop het Nederlandse belastingstelsel hervormd zou moeten worden. Het boek analyseert belastingen op arbeids- en kapitaalinkomens, de winstbelasting en indirecte belastingen. Vele bouwstenen worden aangedragen om het belastingstelsel doelmatiger, neutraler en eenvoudiger te maken.
De adviezen en voorstellen in het boek zijn geschreven door wetenschappers en beleidsexperts uit binnen- en buitenland. Hiermee willen zij bijdragen aan de discussie voor een beter belastingstelsel voor Nederland.
Alle voorstellen houden de belastingdruk constant en zijn geen pleidooi voor een grotere publieke sector, meer inkomensherverdeling of sterker overheidspaternalisme.

Voorwoord van Menno Snel

De bundel is geredigeerd door Sijbren Cnossen en Bas Jacobs. Cnossen is academic partner bij het Centraal Planbureau (CPB) en hoogleraar aan de Universiteit van Pretoria. Jacobs is hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Het Voorwoord is geschreven door Menno Snel, staatssecretaris van Financiën. Hij begint met het noemen van een van zijn voorgangers, Alexander Gogel die in 1799 een eerste schets maakte voor een stelsel van algemene belastingen:

“De verenigde gewesten moesten tot een eenheidsstaat gevormd worden en volgens Gogel hoorde daar één belastingstelsel bij. Hij stond daarmee aan de wieg van waar ik mij ruim tweehonderd jaar later als staatssecretaris van Financiën dagelijks mee bezighoud.
[…]
Die steeds veranderende tijden laten zien dat een belastingstelsel nooit statisch kan zijn. De maatschappij verandert en dus ook de belastingen. Sinds dat eerste stelsel van algemene belastingen is er sprake geweest van een continu bijschaven, hervormen en uitbreiden. Soms met rigoureuze stelselwijzigingen, dan weer met kleine aanpassingen. Door die voortdurende bewegingen, vaak ook ingegeven door de politiek-economische realiteit, kom je niet altijd uit op die ideale schets die je zou maken als je met een blanco vel kon beginnen.
Juist daarom is het van groot belang om die politieke begrenzing eens los te laten en met de academische bril te kijken naar ons systeem. Ik juich van harte toe dat in het kader van de Sijbren Cnossen-leerstoel voor economie en overheidsfinanciën aan de Erasmus School of Economics in deze bundel vermaarde economen uit binnen- en buitenland ons belastingsysteem bezien. De beleidsaanbevelingen gaan van de vennootschapsbelasting en de btw, tot het belasten van digitale platformen en de belastingdruk van eenverdieners versus tweeverdieners. De contribuanten geven blijk van bevlogenheid en idealisme, door hun academische kennis in te zetten voor een goed stelsel, met uiteindelijk grote impact op mens en maatschappij. Deze bundel zal een mooie inspiratiebron zijn voor mij en mijn opvolgers op deze plek. Daarbij hebben wij helaas niet die vrijheid van het blanco vel.De praktische uitvoerbaarheid, de politieke haalbaarheid en mogelijk grote herverdelingseffecten beperken de mogelijkheden. Tegelijkertijd zien we allemaal dat het systeem aan hervorming toe is.

Om die reden heb ik opdracht gegeven voor het ambtelijke traject ‘bouwstenen voor een beter belastingstelsel’. In een serie onderzoeken stellen we daarin de vraag of de huidige belastingen en heffingen nog steeds bijdragen aan de kwaliteit van onze samenleving en wat er beter kan. Hoe is de belastingdruk verdeeld over verschillende groepen in de samenleving, zoals tweeverdieners, eenverdieners,grote en kleine bedrijven? Ook het effect van de klimaattransitie, globalisering en digitalisering op de belastingen wordt onderzocht. De diverse academische inzichten uit deze bundel zullen ongetwijfeld van pas komen. Zo zetten we, vanaf de eerste pennenstreken van Alexander Gogel, met vereende krachten stappen vooruit –en soms een paar stappen terug – op de weg naar een zo eerlijk, effectief en efficiënt mogelijk stelsel dat steeds weer past in de moderne tijd”.

Inhoudsopgave en downloaden van Ontwerp voor een beter belastingstelsel, onder redactie van Sijbren Cnossen en Bas Jacobs, een uitgave van ESB, vakblad voor economen, 298 p., 2019 op de site van ESB: https://esb.nu

Experts nemen initiatief tot ontwerp voor een beter belastingstelsel, Erasmus Universiteit, 12 december 2019: www.eur.nl

Kamerbrief Tweede Kamer bouwstenen voor een beter belastingstelsel, Rijksoverheid, 15 april 2019: https://beroepseer.nl

 

U P D A T E

Bouwstenen voor een beter belastingstelsel Tweede Kamer, Rijksoverheid, 18 mei 2020: www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2020/05/18/bouwstenen-voor-een-beter-belastingstelsel-tweede-kamer

 

Promotie Wiljan Hendrikx. Proefschrift over professionaliteit ademt geest van stichting Beroepseer

Het was een bijzondere gebeurtenis, de promotie van bestuurskundige Wiljan Hendrikx in de aula van de Universiteit van Tilburg op woensdagmiddag 11 december 2019. Niet alleen voor Hendrikx die promoveerde op een proefschrift naar professionele identiteit in een context van beleidshervormingen maar ook voor Stichting Beroepseer.
Titel van het proefschrift: When policy meets practice – Professional identity in a context of public management reform.

In zijn studie heeft Hendrikx ruim zestig jaar beleidshervormingen in de huisartsenzorg en het voortgezet onderwijs in kaart gebracht en daarbij achterhaald hoe verwachtingen ten aanzien van professionals zich hebben ontwikkeld.
Het blijkt dat nieuwe beleidsmaatregelen altijd gepaard gaan met nieuwe rolverwachtingen, maar dat deze verwachtingen elkaar niet zomaar vervangen maar dat zij zich eerder opstapelen. Voor professionals betekent dit dat ze steeds meer ballen tegelijkertijd in de lucht moeten houden. Zo moeten ze veelal heel kundige experts zijn en verdienstelijke ondernemers en goede netwerkmanagers, waarbij ze gelijktijdig verantwoording af moeten leggen aan hun professionele gemeenschap en hun management en hun netwerkpartners.

Goed werk

Voor zijn studie reisde Hendrikx in de zomer van 2012 voor drie maanden naar de V.S. voor het volgen van de GoodWork Course van Howard Gardner, professor aan Harvard Graduate School of Education.
Howard Gardner was met twee collega’s in 1996 het GoodWork Project gestart, een tien jaar durend, grootschalige onderzoek naar individuen en instituties die in staat blijken te zijn om goed werk af te leveren. Dat is werk dat kwalitatief excellent is, sociaal verantwoord en ethisch, ofwel bekwaam, betrouwbaar en betrokken. Het betreft hier zinvol werk waarvoor de professional zich met hart en ziel inzet.
Tijdens zijn verblijf in de V.S deed Hendrikx in een vijftal blogs op de site van Beroepseer verslag van zijn ervaringen: “Kort gezegd is het doel van mijn bezoek om GoodWork meer in mijn vingers te krijgen. Ik geloof sterk dat omgevingsfactoren (‘context’) van groot belang zijn voor onze manier van denken”.

De medewerkers van Stichting Beroepseer feliciteren Wiljan Hendrikx met zijn voortreffelijke verdediging van zijn proefschrift!

Promotie Wiljan Hendrikx

Foto links: Wiljan Hendrikx neemt de beroepseer-speld in ontvangst van directeur Thijs Jansen van Stichting Beroepseer wegens zijn verdiensten voor de stichting en het onderhouden van de contacten tussen de stichting en Howard Gardner.
Foto rechts: Wiljan Hendrikx met de twee oprichters van Stichting Beroepseer: Alexandrien van der Burgt en Thijs Jansen.

Foto helemaal bovenaan, links staande: Wiljan Hendrikx verdedigt zijn proefschrift. Een van de promotors is professor Gabriël van den Brink ( zittend derde van links). Van den Brink is bij Stichting Beroepseer betrokken sinds de oprichting en was jarenlang bestuurslid.

Downloaden proefschrift When Policy meets Practice – Professional Identity in a context of Public Management Reform, door Wiljan Hendrikx, 2019: https://beroepseer.nl



Professionals in de frontlinie,
Blogs Beroepseer, 27 november 2019: https://beroepseer.nl/blogs/professionals-in-de-frontlinie/

Blog 1 door Wiljan Hendrikx over Goed Werk project, Blogs Beroepseer, 19 september 2019: https://beroepseer.nl

Blog 5 door Wiljan Hendrikx over Goed Werk project, Blogs Beroepseer, 7 november 2019: https://beroepseer.nl

Masterstudent Wiljan Hendrikx van Tilburgse School voor Politiek en Bestuur bij GoodWork Project, Blogs Beroepseer, 18 mei 2012: https://beroepseer.nl/

Over Goed Werk: https://beroepseer.nl/goed-werk/

U P D A T E

Leraren en huisartsen gaan gebukt onder beleidshervormingen, door Ron Vaessen, Univers online, 17 december 2019: https://universonline.nl

Professionals in de frontlinie, TIAS, 26 november 2019: www.tias.edu

 

Klaus Boonstra ontwart knoop in verpleegkunde t.a.v. functie-differentiatie en beroepsperspectief

“We praten er al decennia over en komen er niet uit”, schrijft Klaus Boonstra in een blog op zijn site: “Functiedifferentiatie in de verpleegkunde, de relatie met opleiden, waardering en honorering. Recent liep BIG 2 op de klippen en sneuvelde het V&VN-bestuur. Was dat nodig? In welke richting moeten we de oplossing zoeken?”*)

Omslag van boek Competent in de contextBoonstra werkt al jaren in zorg en onderwijs. Vijf jaar lang was hij directeur van College Zorg Opleidingen (CZO), het landelijk orgaan voor de accreditatie van zorgopleidingen. Recent kwam een nieuw boek van hem uit. Met Siewert Klip schreef hij Competent in de context – Een leven lang leren in de zorg, over de mismatch tussen onderwijs en zorg (Noordhoff, 2019).

In het artikel De Gordiaanse knoop van verpleegkundige functiedifferentiatie , beroepsperspectief en opleiding legt Boonstra uit hoe de verpleegkunde uit de impasse kan komen. Hij noemt de crisis in de verpleegkunde een blessing in disguise, ofwel een geluk bij een ongeluk. Het is nu de tijd serieus over die differentiatie na te denken. Boonstra noemt een aantal uitgangspunten.

Uitgangspunten

– Het verlangen om tot een bij de beroepsopleiding passende functie te komen is beslist redelijk te noemen. Het is maatschappelijk heel gebruikelijk dat van elkaar en in niveau verschillende opleidingen tot verschillende functie-uitoefening leiden. Zoals de opleidingen sport & bewegen en fysiotherapie beide gaan over het bewegingsapparaat, maar wel (op)leiden tot een andere functie en bevoegdheid.

– Het is in onze samenleving ook gebruikelijk dat een hogere opleiding leidt tot een functie met een hogere verantwoordelijkheid en een hoger salaris. Dat zien we overal in de zorgsector terug, echter niet bij de verpleegkunde, waar hbo- en mbo-verpleegkundigen vaak starten in dezelfde functies en salarisschaal.

– We leiden al jaren verpleegkundigen op mbo- en hbo-niveau op, zonder dat het ons is gelukt om in de praktijk tot een passend onderscheid in de functie-uitoefening te komen dat hierop is gebaseerd. Het is alleszins redelijk om dat wel te willen.

Tot zover de zaken waar we het waarschijnlijk wel over eens zijn, aldus Boonstra: “Voor zover ik dat kan beoordelen is er niemand specifiek verantwoordelijk, schuldig of aansprakelijk, maar zijn we wel in een gecompliceerde situatie beland. Het uitgangspunt dat iedereen tot nog toe met de beste intenties heeft gehandeld betekent niet dat we door kunnen gaan zoals we deden. Dan verbetert er immers niks. Alle betrokkenen zullen hun inzichten en overtuigingen moeten heroverwegen en in beweging moeten komen. Maar dan zal er ook een uitweg blijken te zijn.

Lees het hele artikel van Klaus Boonstra, waarin hij een uitweg biedt en oplossingen aandraagt. Aan het slot komt hij tot de conclusie: “Ik ben ervan overtuigd dat we op deze manier de patstelling kunnen doorbreken en de gordiaanse knoop doorhakken. Koester je de zekerheid van de patstelling? Of durf je mee te doen en los te laten?”

De Gordiaanse knoop van verpleegkundige functiedifferentiatie, beroepsperspectief en opleiding, door Klaus Boonstra, site Klaus Boonstra, 26 november 2019: www.klausboonstra.nl


Noot
*) Zie over deze kwestie: Storm van reacties en kritiek op besluit overgangsregeling verpleegkundigen. BIG-II is niet nodig, door Nienke Ipenburg, Blogs Beroepseer, 19 juni 2019: https://beroepseer.nl
Brief aan de bestuursleden van platform V&VN door Nienke Ipenburg, Blogs Beroepseer, 24 november 2019: https://beroepseer.nl
Kritische beschouwing met adviezen Wetsvoorstel BIG II van twee medisch specialisten, door Mathijs Binkhorst en Ralph Bronsema, Blogs Beroepseer, 25 augustus 2019: https://beroepseer.nl/

Foto bovenaan is van Engin Akyurt

WO in Actie doet bij Arbeidsinspectie aangifte van overwerk

WO in Actie stapt op 20 december 2019 naar de Arbeidsinspectie om collectief aangifte te doen van structureel overwerk. Maar voor het zover is inventariseert WO in Actie eerst de omvang en gevolgen van het overwerk aan de universiteiten en roept daartoe individuele wetenschappers op hun klachten te vermelden op een formulier en in te zenden. Het invullen van het formulier is in een mum van tijd gebeurd en duurt niet langer dan enkele minuten.
Op 20 december worden alle individuele formulieren gebundeld en door WO in Actie als een collectieve aangifte ingediend bij de Arbeidsinspectie
WO in Actie is het landelijke platform dat protesteert tegen de aanhoudende onderfinanciering van het wetenschappelijk onderwijs.
De Arbeidsinspectie heet sinds 2012 officieel Inspectie SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en is toezichthouder op het gebied van arbeidsomstandigheden, arbeidstijden, arbeidsverhoudingen en sociale zekerheid. Denk hierbij aan de Arbowet en de Arbeidstijdenwet.

Acties hebben effect

De nu al twee jaar durende acties van WO in Actie beginnen hun vruchten af te werpen. Minister Ingrid van Engelshoven van Onderwijs heeft begin december 2019 toegegeven dat de eis van WO in Actie dat er minstens een miljard euro structureel bij moet voor de universiteiten terecht is.
Twee jaar activisme van WO in Actie heeft meer opgeleverd dan het vele werk van onderwijslobbyisten en beroepsverenigingen met hun rapporten en diplomatiek overleg. Met alle respect voor de Vereniging van Universiteiten (VSNU) en de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (KNAW), de tijd begint te dringen en de noodzaak dwingt tot het inwilligen van de eisen van de actievoerders.

De inspanningen van WO in Actie hebben dus effect. Maar, aldus de actievoerders: “We moeten de druk op de ketel houden tot de ‘erkende 1 miljard’ ook daadwerkelijk en op een structurele manier op tafel ligt. Wij voeren actie totdat er genoeg universitaire docenten zijn voor goed onderwijs en onderzoek”.

Klik hier voor het formulier: https://docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSf4lPPUitSeigpDoeyTA8fqV0ioxYHFhr1UyOoRyfiKYuOJ3w/viewform

Nieuwe actie voor december: Massale aangifte Arbeidsinspectie, WO in Actie, 6 december 2019: https://woinactie.blogspot.com/2019/12/nieuwe-actie-voor-december-massale.html

 

U P D A T E

‘Wetenschappers hebben ernstige lichamelijke en psychische klachten’, Algemene Onderwijsbond, 20 december 2019: www.aob.nl

Rapport WO in Actie: Inventarisatie omvang en gevolgen van structureel overwerk aan Nederlandse universiteiten, Blogs Beroepseer, 20 januari 2020: https://beroepseer.nl

Over het rapport van WOinActie – Inventarisatie omvang en gevolgen van structureel overwerk aan de Nederlandse universiteiten, Ministerie van VWS, Rijksoverheid, 21 februari 2020: www.rijksoverheid.nl

Foto bovenaan: Symbool van WOinActie is het rode, vilten vierkant. Het symboliseert dat de rek in het WO er helemaal uit is. 

Ondertekenen brief Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie

Leden Ned. Vereniging voor Psychiatrie roepen op mee te werken aan onafhankelijke beroepsvereniging en vragen brief te ondertekenen

Leden van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) hebben een brief gestuurd aan het bestuur van hun vereniging waarin ze verzoeken om een ledenraadpleging. In de brief worden vijf keuzevragen beschreven die het bestuur in de ledenraadpleging aan de leden dient voor te leggen.

De briefschrijvers pleiten voor een sterke beroepsvereniging die onafhankelijk de professionele belangen van psychiaters behartigt. Ze vinden dat dat momenteel niet het geval is. Werkgeversorganisatie GGZ Nederland en GGZ-instellingen zou teveel invloed hebben op de koers van de vereniging, Ze schrijven:

“Wij zijn voorstander van een sterke beroepsvereniging die de beroepsbelangen van psychiaters met verve en onafhankelijk van derden behartigt. De integriteit van het verenigingsbestuur kan niet anders worden gewaarborgd dan door uitbanning van iedere schijn van belangenverstrengeling. De invloed van werkgeversorganisatie GGZ Nederland en daarmee de aangesloten leden van bestuursraden van ggz-instellingen op de beleidskeuzes van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (hierna: NVvP) is ronduit zorgwekkend. Door dergelijke dubbele petten binnen het bestuur en de ledenraad van de NVvP is onafhankelijke belangenbehartiging feitelijk onmogelijk. De afgelopen jaren vormde een gecombineerde bestuursfunctie in een ggz-instelling en/of werkgeversorganisatie GGZ Nederland geen beletsel voor toetreding tot het bestuur van de NVvP. Hetzelfde geldt voor de ledenraad, het hoogste orgaan van de vereniging.

Deze (drie)dubbele petten (GGZ Nederland, raad van bestuur ggz-instelling, NVvP-bestuur) wekken de schijn van strijdige belangen bij bestuurders van de NVvP. Het behoeft geen toelichting dat GGZ Nederland als werkgeverspartij andere belangen behartigt dan de psychiater als werknemer of medisch beroepsuitoefenaar anderszins. De vertegenwoordiging van aan GGZ Nederland gelieerde psychiaters was de afgelopen jaren aanzienlijk binnen de ledenraad en het verenigingsbestuur. Hoe kan een NVvP-bestuurder of ledenraadslid garant staan voor van de werkgever onafhankelijke belangenbehartiging als gelijktijdig werkzaamheden voor de werkgeversorganisatie worden verricht?”

Acht kernpunten

Het blijkt dat de benoeming van bestuursleden en leden van de ledenraad van de NVvP bij gelijktijdige banden met GGZ Nederland in strijd is met de Governance-code van GGZ Nederland. Leden van bestuursraden van GGZ-instellingen en van GGZ Nederland – of dat zijn geweest in de afgelopen vijf jaar – behoren niet in het bestuur of de ledenraad van de NVvP  zitting te nemen.
De statuten van de NVvP moeten worden aangepast en daarvoor is een ledenraadpleging nodig, voor waarborging van de belangen van de vereniging.

Op de site Governance NVvP staan de acht kernpunten van ‘Good governance’ ofwel behoorlijk bestuur binnen de beroepsvereniging, evenals de drie keuzevragen voor de ledenraadpleging. Aan psychiaters het verzoek de brief op internet te ondertekenen en mee te werken aan de ontwikkeling van een sterke, onafhankelijke beroepsvereniging van psychiaters.
De oproep om te ondertekenen is van start gegaan op 5 december en geldt nog tot en met 24 december 2019.

Ga naar: Governance NVvP: https://governancenvvp.nl/ (Site bestaat niet meer).