Skip to main content

Charlotte V.C. Goulmy

Examenperikelen…

Woensdag 5 februari 2020 was ik bij het Algemeen Overleg Passend Onderwijs in de Tweede Kamer. Het was een  emotionele bijeenkomst met aan de ene kant van de tafel machteloos spartelende Kamerleden en Bewindslieden en op de tribune machteloze ouders en docenten. Na de eerste termijn van de kant van de Commissie ging ik naar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) want daar was een bijeenkomst over Curriculum.nu, over hoe nu (liever niet als het aan mij ligt) verder.

Op OCW vertelden medewerkers me dat er iets ging veranderen rond de examens Frans en Duits. Er stond iets in de krant. Dat hele curriculum was voor mij op dat moment een nog grotere bijzaak dan normaal. De examens aangepast? Ik zat net nog onder de neus van de commissie! Niemand apte, seinde, jubelde, niks…  We hadden in de schorsing nog zo leuk staan praten? Ik wist van niks en dat is vreemd, ik ben al bijna 25 jaar bezig om ieder jaar de politiek zover te krijgen dat ze wat doen aan al die gruwelijke fouten in de examens Frans. En nu is er beweging en zegt niemand iets. Ze wisten het zelf ook nog niet hoorde ik later.

Sinds ik les geef zitten er fouten in de examens en precies even lang probeer ik daar wat aan te doen want het is oneerlijk. Kinderen zakken op Frans en op vragen die ik ook niet kan beantwoorden. Als een vraag fout is, is er ook geen goed antwoord. Dus je zakt om niets. Volgend jaar beter.

Ik heb daar voldoende over geschreven, op deze site natuurlijk maar ook op papier. Alle betrokken instanties kunnen mijn naam spellen en doen dat het liefst niet te vaak, maar tussen mei en juli ontkomen ze er niet aan. Reuze vermoeiend, soms bits, meestal lijdzaam geduldig, soms ook begripvol.

Ik heb alles geprobeerd; Politiek, Onderwijsinspectie, Pers, Journaal, Onderwijsraad (2018), Blogs. De Nationale Ombudsman (2009). Er is een onderzoek geweest waar niets uit kwam. De conclusie was dat er bij de examenmakers voldoende kwaliteit aanwezig was om deugdelijke examens te maken.

Geen onwil, maar onkunde

Bijna ieder jaar werden er Kamervragen gesteld, de vragen besloegen alle niveaus van VMBO tot VWO, iedere keer kwam er een heel klein beetje beweging, er zou een commissie komen die snel kon ingrijpen, de Inspectie kon voortaan handelen, hiertoe werd zelfs een artikel geschrapt, iedere keer hele kleine stapjes. De Onderwijsraad bevestigde de fouten. Ook bij de examenmakers worden kleine stapjes gezet, het is geen onwil maar onkunde, vooral bij hun toetsexpert, zij rouleert braaf om de vier jaar terug naar haar eigen post, iedere keer op Frans, steeds weer dezelfde naam, zij denkt dat koeien jurken dragen, ongetwijfeld nog steeds. Maar goed, het College voor Toetsen en Examens (CvTE) gebruikt inmiddels geen teksten meer die uit het Duits vertaald zijn, ze doen beter hun best, ze kijken soms vooraf en soms achteraf naar het antwoordmodel, maar nog steeds zitten er fouten in de examens en die los je niet op met kortere examens en zeker niet met een soepeler normering voor alleen HAVO. Sterker nog, als besturen horen dat het een eitje zal worden op HAVO dan kunnen er wel meer zelfstudie-uren komen en minder lessen!

De minister luistert niet, of liever gezegd, net zo goed als al zijn voorgangers. Ook Arie Slob zegt niet dat de fouten uit de examens moeten, voor alle niveaus. De cijfers mogen omhoog en het examen mag korter. Alleen op HAVO. Maar op VWO is het niet anders. Soms op het VMBO. (Al is het daar de laatste jaren een stuk minder dramatisch.)

Hij geeft toe dat de examens niet representatief zijn, geen recht doen aan de leerlingen en dat dit zo niet kan. Los dat dan op!! Nee, vooral geen fouten erkennen. Niet bij het CvTE, niet op het Ministerie. Duiken, even een simpele truc zoeken. Weet je wat? We maken het korter en beoordelen het soepeler.
Zaterdag 8 februari 2020 zijn de HAVO-examens bekeken door een grote groep docenten in een geheime bijeenkomst en zijn de correctievoorschriften aangepast. Bij de HAVO kan niks meer fout gaan. VWO heeft dus pech dit jaar. Daar zijn de fouten niet uit het examen gehaald, niet uit het antwoord gehaald, geen post-correctie, geen pre-correctie, geen verkort examen en geen soepeler normering. Wat een walgelijke deal is dit.

Geen versoepeling, wel foutloze examenopgaven

Ik wil geen versoepeling van welke norm dan ook. Ik wil dat alle fouten uit de examens gaan, dat het correctievoorschrift klopt voor alle vragen en dat kinderen de punten krijgen die ze verdienen. Ik wil zelf weer een examen foutloos kunnen maken zonder dat ik Cito-taal moet beheersen. Ik wil dat Frans weer over Frans gaat en ik wil een minister en een OCW die snappen dat duiken een buitensport is en geen beleidsstrategie.

En dan nu graag even een momentje stilte voor de docenten Frans die ieder jaar op het matje moesten komen bij hun meerdere omdat het verschil tussen het gemiddelde cijfer schoolonderzoek en eindexamen te groot was… Sommige docenten keken écht op tegen hun functioneringsgesprek. Zij werden afgerekend op de fouten van het CvTE. De Inspectie hield hen verantwoordelijk voor het matsen van hun leerlingen terwijl zij het dus al die jaren goed hadden, de inspectie had veel eerder in moeten grijpen. Ze hebben daartoe sinds een paar jaar de mogelijkheid en het is essentieel dat zij die rol gaan pakken.

De Vereniging van leraren in levende talen en het CvTE hebben alletwee onderzoek gedaan naar de problemen met de examens en daar komt uit dat er teveel fouten in de examens zitten.

Die onderzoeken staan hier, deze van Levende Talen: http://www.franszelfsprekend.nl/images/pdf/Enqute_eindexamens_Frans_uitwerking_def.pdf

Hier het onderzoek van het CvTE: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2020Z01979&did=2020D04203

Vorm en inhoud van het examen: kritiek op vragen, kritiek op tekstkeuze, rigide cv 58 keer genoemd op pagina 53…

Hier staat de brief van Levende Talen dat ze GEEN versoepeling van de normering willen: https://www.franszelfsprekend.nl/images/pdf/Brief_Levende_Talen_sectie_Fransbetreffende_centrale_examens.pdf

Hier de brief van het CvTE dat ze een versoepeling voorstellen: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/detail?id=2020D04213&did=2020D04213

En hier de permissie van de minister om de examens te versimpelen: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2020Z01979&did=2020D04203

Het CvTE zal daarom in de tussenliggende periode (met ingang van dit examenjaar) de cesuur tijdelijk licht aanpassen vanuit het motief om leerlingen niet onevenredig te benadelen. Daarnaast wil het CvTE, op aanraden van docenten Frans, ook de lengte van dat examen enigszins inkorten om een negatief effect van tijdsdruk op de meting van vaardigheid uit te sluiten.

Hier de link naar de brieven van de laatste paar jaar aan de Kamercommissie en de ministers via Marja Bijsterveldt naar Jet Bussemaker, Sander Dekker en nu dus Arie Slob: https://www.tweedekamer.nl/zoeken?qry=examen+frans+docent&srt=date%3Adesc%3Adate&fld_tk_categorie=kamerstukken&dpp=15&clusterName=Kamerstukken

En als kers op de taart de brief van de voorloper van het CvTE aan Sander Dekker waarin alles echt helemaal geweldig gaat met die examens Frans: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2014Z13100&did=2014D26166

Dat gedraai van instanties naar Kamer naar Minister naar werkvloer naar burgers naar leerlingen naar docenten, het is om gek van te worden. Dit probleem staat al heel lang op het netvlies van OCW, dit probleem negeert OCW al even lang. De uitspraak van de Onderwijsraad is genegeerd, de Nationale Ombudsman voorgelogen en de Hoge Raad https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:PHR:2019:509 had hier dus nooit werk aan mogen hebben.

‘Mijn’ eerste Kamervragen waren gericht aan ‘mijn’ eerste minister J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en ook zij vond het allemaal onzin: https://www.tweedekamer.nl/zoeken?search_str=examen+ombudsman+frans

«Ik ben ervan op de hoogte dat in 2009, nog voor de totstandkoming van het College voor Examens, via de Nationale Ombudsman aandacht is gevraagd voor veronderstelde onvolkomenheden in het examen Frans. De Nationale Ombudsman heeft aangegeven welke rechten en procedures zijns inziens zouden moeten gelden bij klachten over de inhoud van de centrale examinering. Het in 2009 ingestelde College voor Examens heeft bij de vaststelling van zijn procedures met de uitspraken van de Nationale Ombudsman rekening gehouden. Ik meen dat – ondanks alle zorgvuldigheid – een controverse tussen het College en een individuele docente zoals nu over de eindexamens Frans havo en vwo ook in de toekomst nooit helemaal is te voorkomen. Het blijft mogelijk dat individuele docenten zich niet kunnen vinden in de expertoordelen ten aanzien van de inhoud van de examens.»

Het is een schandaal, ach een schandaal meer of minder, eens kijken of iemand nog onder de indruk is. Misschien een onterecht gezakte leerling of tigduizend???

 

Foto bovenaan: Eindexamen MAVO, 1978

‘Plan Boerenverstand’: We gaan een heel jaar plat!

Toen Arie Slob onze minister werd was er opluchting en blijdschap. Een man met hart voor onderwijs, een deugmens. Hij zou nooit domme besluiten nemen, nooit geld voor kind laten gaan, altijd zijn hart laten spreken.

Hij erfde de puinhopen van Sander Dekker die, zónder onderwijshart, met geld vóór kind en rendementsdenken nooit iets goed gedaan had voor onderwijs. Slob landde in een warm bad, genoot zichtbaar van zijn populariteit en deed alles wat goed was in zijn eerste periode. Tot de koek op was.

Hij had al het geld uitgegeven, bijna al Dekkers grote fouten hersteld, Slob kon gerust verwachten dat de rest van zijn termijn een toonbeeld van rust, reinheid en regelmaat zouden zijn. Het verborgen gebrek ‘lerarentekort’ had hij onderschat. PO in actie maakte duidelijk dat het zo niet verder kon, er gaan dingen structureel mis, het lerarentekort is structureel, het onderwijs knelt structureel, voor hoogvliegers, laagvliegers en alles wat er tussen zit. Docenten zijn moe, burnt-out, boos, machteloos, hulpeloos, apathisch en amechtig of juist activistisch, rebels, stakingsbereid en klaar met de onzin.

Die laatste groep wint het sinds PO in actie van de eerste groep maar met de moed der wanhoop. Ook in de tweede groep barsten soms docenten in tranen uit, stoppen, melden zich ziek, gaan elders werken. We schieten te kort, kinderen zijn al kansloos of kansrijk voor ze kleuteren, je postcode bepaalt je kansen. De ChristenUnie-minister gedoogt VVD beleid pur sang. Wil je nog een kans hebben, zorg dat je bijles krijgt, ga naar een particuliere school als je postcode hopeloos is, niks is onmogelijk, het is alleen een kwestie van betalen. De kansongelijkheid is fenomenaal. Is er toch nog iets fenomenaal. In de policortaal van De Staat van het Onderwijs heet dit:

“De afgelopen jaren bleek dat de verschillen tussen leerlingen in het onderwijs aanzienlijk zijn. Sommige groepen leerlingen en studenten krijgen in ons land niet de kans die ze verdienen; in het onderwijs en op de arbeidsmarkt. Ook leren we dat groepen leerlingen elkaar steeds minder tegenkomen omdat de segregatie in het onderwijs groeit”.1)

Ondertussen heeft de minister het niet makkelijk, de teleurgestelde achterban staat in lichterlaaie, de PR-machine van OCW schiet in actie maar doet werkelijk bijna alles, alles en alles fout. Zouden zij hun minister willen saboteren, verdienen ze promotie.

Zo heeft OCW een onderwijscommunity online met betrokken docenten die graag mee willen praten over onderwijs. Ik weet dat, ik ben lid. Wij mogen meepraten over de kleur van de achtergrond in de video maar niet over de inhoud van die video. Werkelijk inhoudelijke vragen komen niet langs.

Ik begrijp dan ook niet dat OCW pabostagiair Merel van Vroonhoven, in haar vierde maand stage, aanneemt als aanjager aanpak lerarentekort. Je hebt een online forum met 150 betrokken, ervaren docenten en je benoemt een PABOstagiaire in

haar vierde maand. Je kunt een heel veld docenten niet harder beledigen. Zouden die docenten in de community van OCW niet veel nuttiger kunnen zijn?

Iets anders is dat ik, en vele docenten met mij, heel kitscherig hadden geloofd dat Merel van Vroonhoven de goede ziel was die haar auto met chauffeur aan de wilgen had gehangen om iets terug te doen voor kwetsbare kinderen als haar zoon. Niks aanjager OCW. Assepoester, Sneeuwwitje, Zwavelstokjes, Kleenex en goedkope sentimenten waar ik dus met open ogen ingestonken was. Dan voel je je vies. Goedkoop. Dom. Beledigd. Simpel. Naïef. Plots zie je vreemde verbanden, Merel had al heel snel een eigen column waarin ze beleidsblije dingen zei, bijvoorbeeld; ze zag wel iets in Ipad-docenten en zo. Had zij dat zelf geschreven? Vraagt de minister aan de viermaandsstagiaire: “Goh, zeg eens dat we wel wat met minder docenten toe kunnen?’ Is haar column een idee van de Volkskrant? Of betaalt het ministerie de Volkskrant voor een stukje non-trias politica? Ik keek uit naar haar columns!!!! Nu lees ik ze niet meer. Mijn maag draait om als men er over twittert. Een litteken op mijn naïeve zieltje. Sinterklaas die niet bestond? Weer niet! Doodeng dit. En zo pijnlijk. Bijna nog pijnlijker dan toen de minister, op de dag dat de werkelijk dramatische PISA-scores naar buiten kwamen, een foto van hemzelf voorlezend aan een kleinkind twitterde. “Kijk, ik ben een goede opa mijn kleinkinderen worden voorgelezen, iedereen die dat niet doet heeft de achterstanden aan zichzelf en zijn ouders te danken”.

Gisteren deed hij het weer. Half Nederland ligt plat vanwege de onderwijsstaking, hij gaat op bezoek bij een school waar ze de stakende docenten hebben vervangen door leerlingen uit het Voortgezet Onderwijs die later docent willen worden. Waar zou Arie zijn zonder onbevoegde docenten? Nu breekt hij een staking en ontloopt weer de stakende docenten die juist en masse naar Den Haag waren gekomen om langs zijn ministerie te demonstreren tegen zijn beleid. Adding insult to injury dus. “De minister is er niet, hij is naar een school waar kinderen jullie werk doen stelletje klaplopers”.

Iets anders dat zijn PR afdeling helemaal fout doet is het beeld scheppen van Rupsje Nooitgenoeg. Daar maakt niemand vrienden mee. Het veld heeft behoefte aan STRUCTUREEL geld. Wat doet de minister voor iedere staking, hij geeft INCIDENTEEL geld. De meeste mensen snappen dat verschil niet dus ik zal het even inzichtelijk maken:

Nijntje krijgt van papa en mama Pluis precies genoeg eten om niet dood te gaan, maar ze heeft geen calorieën over om lekker te kunnen spelen, ze wordt dus bijna gek en moet steeds huilen, ze slaapt slecht en heeft akelige nachtmerries. Iedere keer als Nijntje denkt: “Hier ga ik een boek over schrijven” gooit papa of mama Pluis een suikerklontje in haar bedje met de woorden: “Zo en nou weer lief zijn, je hebt vorige keer ook al een suikerklontje gehad! Ondankbaar rot kind!” INCIDENTEEL dat suikerklontje helpt niet. Nijntje iedere dag, STRUCTUREEL DUS, fatsoenlijk eten geven wel.

Arie Slob weet dit heus als geen ander, het is dezelfde man die destijds onze minister werd. Hij wil heus wel, hij is niet dom, hij begrijpt heel goed wat er gebeuren moet maar hij is netjes, hij heeft zich gecommitteerd aan een regeerakkoord en heeft een baggerslecht PR-team dat hem steeds de domst mogelijke dingen laat doen. Hij is te netjes om ze allemaal achter Sander Dekker aan te sturen die zo’n team helemaal niet nodig heeft om domme dingen te doen.

Ik spreek docenten die gedesillusioneerd zeggen dat Slob het niet begrijpt, dat het hem niet kan schelen, dat wij hem niet kunnen schelen, dat onderwijs hem niet kan schelen, dat hij ons minacht, dat ze hem meer verachten dan Dekker omdat ze van hem geen verwachtingen hadden. Dat is de pech van Slob. Mensen hadden verwachtingen. Hoop. Die leek even terecht. Die was misschien ook wel even terecht. Maar nu is het op. Opperdepop. De koek is op. De minister is te netjes. Hij gaat Mark Rutte geen ultimatum stellen.

De bal ligt dus bij ons. Wachten op verkiezingen… ja, en wat stemmen we dan? Er is geen Onderwijspartij, iedereen vindt dat een slecht idee. Ik nog steeds niet maar goed, stemmen gaat dit dus niet oplossen. Wat dan wel?

Ik ben tegen staken, ik vind de achterstanden rampzalig genoeg. Ik meld me nooit ziek, ik wil de kinderen niet benadelen en ik vind het belangrijk dat ze zien dat ik niet met een drupneus en een tikje verhoging thuis blijf. Ik ben al eens met een abces in mijn kaak, onder de morfine, tegen de vlakte gegaan in een les. Soms kies je te laat voor jezelf, maar staken vind ik echt een rot middel omdat je specifieke groepen dupeert.

Plan Boerenverstand

Dat probleem is er niet als we een heel jaar plat gaan… dan duperen we niemand. Schooljaar 2020-2021 bestaat gewoon niet voor funderend onderwijs! Briljant. Als ik de baas zou zijn van OCW dan besloot ik dat:

Het schooljaar 2020-2021 is voor de leerlingen een jaar van ontdekking. Ze mogen lekker knoeien met Ipads, op pad met hun ouders, logeren bij leuke mensen zonder strafblad, boswandelingen maken en strandjutten. Ze zijn vrij! Om te groeien, te ontdekken, naar Walhallab te gaan, buiten te spelen, hutten te bouwen of naar de muziekschool of de bieb te gaan, die vanaf 2020-2021 gratis zijn net als alle sport en scouting. OCW trakteert!

Het schooljaar 2020-2021 is voor de docenten een jaar van ontwikkeling. De docenten die nu tegen de Burn-out aanzitten mogen een jaar herstellen. Zonder poortwachter, gezeur of bedrijfsarts. Breien, yoga, zwemmen, slapen, pillen, lezen, vakantie, wat ze maar willen. Een heel jaar aansterken, evenwicht terugvinden zodat ze schooljaar 2021-2022 weer gezond op kunnen staan.

Voor de docenten die nog niet tegen de Burn-out aanzitten is het ook een jaar van ontwikkeling, zij mogen gratis naar de HBO of Universiteit om zich bij-of om te scholen tot expert op hun vakgebied of, en dat is echt het bonuspunt van dit plan, tot expert PASSEND onderwijs. Als we dan met ons allen besluiten dat passend onderwijs belangrijk is, dan moeten we misschien ook passende docenten gaan maken. Een heel jaar gratis studeren plus de garantie dat je een schaal omhoog gaat lijkt me een hele mooie manier om docenten te belonen voor hun inzet. De docenten die nu niet kunnen studeren vanwege ziekte of Burn-out mogen dat later in hun eigen tempo doen, tegen identieke voorwaarden vanzelfsprekenderwijs.

Het schooljaar 2020-2021 is voor het Onderwijsmiddenveld een nachtmerrie. Dat is het plan, zij moeten zichzelf grotendeels opheffen en zullen dat niet met liefde doen. Ook zij moeten zich ontwikkelen. Als ze dan zo’n groot hart voor Onderwijs hebben, nou, dan mogen ze voor de klas. Ze hebben het hele jaar om zich te specialiseren.

De subsidie voor hun cluppies stopt per 1 september 2020 dus ze zullen wel moeten. Alle raden zijn opgeheven. De bestuurders van de raden mogen niet terug naar de klas, zij krijgen een beroepsverbod en mogen uitsluitend aan de slag op een departement waar op dat moment Sander Dekker aan het hoofd staat. Onder Rutte IV is dat trouwens naar alle waarschijnlijkheid Zorg. Hij mocht eerst Onderwijs slopen, nu Justitie, Zorg is de logische volgende stap. Daar kan nog veel stuk.

Het schooljaar 2020-2021 is voor de medewerkers van OCW een topjaar. Alle docenten van Nederland, inclusief middenveld, iedereen die in 2021-2022 voor de klas wil moet zich in een REGISTER plaatsen met daarin de volgende gegevens:

Naam

Geboortedatum        (zodat OCW de pensioendatum kan incalculeren)

Woonplaats               (zodat OCW kan zien waar de docenten ingedeeld kunnen worden)

Vak                              (zodat OCW kan inschatten waar en wanneer er tekorten ontstaan)

Bevoegdheid/graad  (zodat OCW de salarissen juist kan berekenen)

Rekeningnummer    (zodat OCW de salarissen kan overmaken)

Dit is precies wat OCW al jaren wil, een sluitend register en het is ook precies wat het veld wil want niemand is meer afhankelijk van de welwillendheid van zijn bestuur. Alle salarissen gaan via een druk op de knop van OCW inclusief herindexaties. De lumpsum is hiermee de facto afgeschaft, dus geld is er zat. Ik zie niet wie hier tegen kan zijn. Ja, het middenveld, die bal spaghetti waar Edith Hooge het over had. Opgelost al dente!

Dit plan regelt alles, geen lerarentekort meer, de salarissen gaan fors omhoog in PO en VO door al die hoger opgeleide docenten, de docenten zijn weer gezond en gemotiveerd, de lumpsum gaat niet meer naar prestigeprojecten, alles mooi op tijd voor de komende verkiezingen maar er is een man voor nodig met moed. Die niet bang is om iets radicaals te doen en die niets anders wil dan het goeie. Voor onderwijs, voor docenten, voor hoog, laag en middenvliegers, die thuiszitters wil helpen (Oh ja, vergeten te zeggen dat alle kinderen die nu het stempel ONLEERBAAR hebben gekregen gewoon naar school mogen als ze dat willen, waar dan ook, en als dat niet zo is graag namen en rugnummers) en Passend Onderwijs past.

Voor de volledigheid, toen ik zei dat het PR-team van OCW bijna alles, alles, alles fout deed, toen vergat ik de Praktijkspiegel. Een keer per twee maanden ongeveer nodigt OCW docenten uit om, in klein comité mee te praten over een specifiek onderwerp. Dat zijn nuttige sessies omdat je rechtstreeks spreekt met vakgenoten die iets intelligents zeggen en die dat doen onder het notulerend oor van een junior medewerker die graag wil helpen. Ik vind dat hele waardevolle sessies. Vroeger liet de minister zich daar nog wel eens zien, maar dat gebeurt eigenlijk niet meer. Hij zal de specifieke vragen beu zijn denk ik. Met plan Boerenverstand zal hij de moed om het echte gesprek aan te gaan ongetwijfeld terug vinden. Zijn gezondheid zal opknappen, zijn haar zal weer gaan glanzen en over een paar jaar, als de rust is wedergekeerd, onder Rutte IV zal hij, terugkijkend op wat hij dan inmiddels vertederd plan #Slob noemt, zien dat het goed was….


Noot
1)  https://www.gelijke-kansen.nl/actueel/nieuws/2019/04/19/congres-de-staat-van-het-onderwijs-2019

Zie ook: Een Aisopische fabel over onderwijsvernieuwingen, of hoe boerenverstand ons moet redden, door Charlotte Goulmy, Blogs Beroepseer, 29 april 2019: https://beroepseer.nl


Charlotte Goulmy is lerares Frans

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Ontrecht

“Het allertreurigste is dat mensen zich ontrecht zijn gaan voelen”. Renate Rubinstein

Op 18 december 2019 zat ik op de publieke tribune van de Tweede Kamer toen staatssecretaris van Financiën Menno Snel aftrad vanwege de Kinderopvangtoeslag.
Het moment was verwarrend. Voorzitter van de Tweede Kamer Khadija Arib schorste het debat en de ouders op de tribune bleven zitten, in hun wereld betekende schorsen even naar de wc, kopje koffie, uithuilen en over tien minuten verder. Maar iets later vulde ze aan dat ze schorste tot 18.00 uur. Bodes gingen heel geduldig uitleggen dat het debat nu voorlopig klaar was, dat ze naar huis konden, de pers deed ook een poging, ik ook, maar er heerste ongeloof. Hoezo? Nee hoor, de voorzitter zei: geschorst!

Toen kwamen de Kamerleden en drong het langzaam bij de ouders door, ook vandaag zouden ze niks wijzer worden over hun dossier, hun toekomst.

Ik kwam in contact met een moeder die sterk en gebroken tegelijk op me over kwam, ze zat klem tussen alles. Overheid, instanties, hulpverlening, geld, huur, schuld, ellende en ik zei: joh waarom schrijf je dit niet op?

Je hebt binnenkort een afspraak met Rutte, zorg dat hij je dossier kent. Dat vond ze wel een goed idee. Ze wilde gaan schrijven zodra ze haar dossier had gekregen. Dinsdag zou ze eindelijk meer weten. En dinsdag wist ze dus niks. de koerier kwam niet want de dossiers waren niet klaar en dus al die stress en slapeloze nachten om niks.

Dat het al jaren helemaal ellendig ging was één ding, maar dat het sinds 18 december 2019 tot 7 januari 2020 even hard zo vernederend is doorgegaan is een schoftenstreek.

Ik zei, schrijf het van je af. Lukt niet.

Ik zei, probeer te slapen. Onmogelijk.

Haar aangestelde bewindvoerder die alles zou regelen kon, vanwege gebrek aan saldo, haar huur niet betalen.

Als je niet kunt slapen, kun je niet denken, als je niet kunt denken kun je je niet verdedigen. Je hebt begeleiding, maar die mag niks doen, die kan niks doen. Je wilt wel over zijn hoofd gaan maar je bent bang voor represailles.

Je zou wel aan de huisarts een slaappil willen vragen maar je durft niet. Je bent  bang dat veilig thuis dan zegt… Heee die vrouw trekt deze staatsgeorganiseerde martelgang niet… Zullen we daar eens even naar de thuissituatie kijken?  Hee, de huur is niet betaald… Hee die moeder slaapt niet…

Nee gek hè? Als je niet naar de huisarts kunt uit angst voor Veilig Thuis dan denk ik dat Veilig Thuis een andere naam moet krijgen.

Kan iemand even gewoon normaal doen, die mensen een bak geld geven voor de huur en de geruststelling dat vragen om hulp, vragen om een stevige slaappil en erkennen dat dit nu beslist absoluut en ondubbelzinnig veel te veel is een teken is van gezond verstand dat applaus verdient in plaats van dreigementen? Zo maak je mensen stuk en mijn land moet daar dringend mee kappen. Ik kan dit niet aanzien.

De meeste mensen deugen, nu Den Haag nog.

 

Foto bovenaan: De Tweede Kamer

Hoe EU-luchtvaartwetgeving het NL-onderwijs uit het slop trok

In 2007 schreef Alexander Rinnooy Kan in zijn conclusie van het rapport LEERkracht1) dat hij zich terdege bewust is van het feit

“dat met het afleveren van dit advies niet meer dan een eerste stap gezet is naar de oplossing van het dubbele lerarenprobleem: het op Nederland afstormende

– grote kwantitatieve tekort aan leraren

– van voldoende kwalitatief niveau.

Als iets moet doorklinken in het advies, dan is dat de urgentie van een brede en stevige reactie op deze dreigende ondermijning van veel van de ambities die Nederland als kenniseconomie heeft geformuleerd. De vele pogingen om gedurende de afgelopen vijftien jaar het lerarenprobleem effectief aan te pakken stemmen daarbij niet optimistisch.2)

Maar er is geen keus. Goed onderwijs, dat al het beschikbare Nederlandse talent koestert en ontwikkelt, is een onmisbare voorwaarde voor behoud van welvaart en welzijn. Leraren met de kennis en de motivatie om daaraan een bijdrage te leveren vervullen een maatschappelijke rol van onschatbare betekenis. Het is meer dan treurig dat het lerarenprobleem de huidige omvang heeft kunnen aannemen zonder dat er een effectieve reactie op is gekomen en zonder dat daarover grote verontwaardiging is ontstaan. De brede verantwoordelijkheid daarvoor zou zich nu moeten vertalen in een brede bereidheid om aan de oplossing een bijdrage te leveren. Zonder die bereidheid zal ook dit advies zich moeten scharen in de lange rij van eerdere goedbedoelde mislukkingen”.

Zo schreef Alexander Rinnooy Kan in 2007. Zijn woorden werden warm ontvangen door iedereen en vervolgens gebeurde er veel te weinig mee. Nou, dat is niet helemaal waar, iedereen verwijst er tot de dag van vandaag dagelijks naar, maar actie? Nee. Onlangs verscheen het PISA-rapport en bleek dat een kwart van de Nederlandse kinderen laaggeletterd is. Dat wil zeggen, vertelde Edith Hooge bij Buitenhof, dat kinderen wel technisch kunnen lezen maar niet diep. Dus ze kennen de woorden maar niet hun betekenis in samenhang.

Daarom heb ik de conclusie van het rapport LEERkracht! een beetje aangepast door er wat witregels in te plaatsen. Hiermee kunnen zwakke lezers vast beter uit de voeten. Het lijkt mij waarschijnlijk dat de mensen die aan de slag hadden gemoeten met zijn conclusies waar geen woord Spaans bij staat, gewoon niet diep konden of wilden lezen. Zij hebben destijds de woorden wel gezien, maar niet in samenhang begrepen. Nu maakt dat bij een recept voor soesjes niks uit, je gooit het baksel gewoon weg en probeert het nog een keer of tien, maar bij dit glasheldere en essentiële rapport is dat pijnlijk, kwalijk, stuitend en verwoestend gebleken.

In datzelfde jaar gingen kinderen naar groep 3 om te leren lezen en schrijven. Die kinderen zijn nu dertien jaar ouder. Ze zijn geen 6 meer maar 19. Ze zijn klaar met hun MBO en aan de slag, of doen dit jaar examen als ze VWO hebben gedaan of hebben net hun propedeuse al dan niet gehaald op het HBO en zij hebben achter het net gevist.

Is dat erg? Nee. De komende generaties zullen nog veel harder achter het net vissen. Sterker nog, er beginnen nu kinderen in groep 3 met leren lezen en schrijven die dagelijks de conclusies uit het rapport aan den lijve ondervinden, die hebben helemaal geen vaste docent, de invallers die af en toe voor de groep staan weten niet hoe ze heten en beheersen vaak de taal zelf ook niet geweldig. Of de invaller van nu de taal diep begrijpt weet niemand. Ik weet niet eens of de invaller van nu nog wel een Verklaring omtrent het gedrag moet kunnen overleggen.

Een gevangenis zou dus ook best een optie zijn

Nu zou je grote paniek verwachten maar die blijft uit. Iedereen zag het aankomen, die jeugd van tegenwoordig is ongeïnteresseerd schrijft de pers en die kan het weten, de vakken zijn achterhaald en eigenlijk is school tegenwoordig meer een soort dagbesteding voor docenten die het niet tot management hebben weten te schoppen en voor leerlingen die ouders hebben die graag willen dat hun kinderen opgevangen worden in een veilige omgeving. Een gevangenis zou dus ook best een optie zijn.

Het stukje onderwijs is weggevaagd ergens tussen de prestatieafspraken en de bedrijfsvoering. Er gaat heel veel geld naar Onderwijs maar dat komt niet de klas in. En dan komt er weer zo’n Pisa-rapport; blijkt dat we er niks van bakken en gaat de minister lief Nijntje voorlezen.3)

Hoogopgeleide ouders in mijn omgeving nemen één kind, misschien twee als er iets mis is gegaan, maar twijfelen hardop, is het wel verstandig? Is het wel veilig? Kunnen zij nog wel een beter leven krijgen dan wij? Het antwoord op die vragen is vaak nee. Dus gaat er een dubbele knoop in en kijken ze jaloers naar mensen die zich al die lastige vragen niet stellen en die gewoon kinderen krijgen alsof de zeespiegel niet zodanig stijgt dat mijn Deventer binnenkort een prachtige badplaats is.

Iedereen heeft gelijk. Kinderen zijn superleuk. Maar ze leren alleen goed lezen als ze veel en gepassioneerd voorgelezen zijn, goede docenten treffen en goed begeleid worden en dat zit er binnenkort niet meer in. Tenzij de ouders rijk en hoogopgeleid zijn natuurlijk. Nu hebben onze kinderen soms nog docenten die niet halfdood, uitgeput, burnt out en depressief voor de klas staan. Maar ik las onlangs over een klas in de buurt van Amsterdam waar ze 28 invallers hadden gehad. 28 invallers op 1 klas. Hoeveel van die docenten kenden hun naam? Zouden er veel Klaas-Jan Willem III, Arthur-Roderick, Sterre-Amber, Madeleine-Machteld en Antonia-Françoises in die klas hebben gezeten?

Ik heb een scoop… de Pisa-score van nu is nog niks bij die van morgen. The only way is down. Waarom? Simpel. Hoogopgeleiden lijken steeds minder kinderen te maken. Waar vroeger de happy few niet kon wachten om alle ouders en grootouders te vernoemen kijkt men sinds het begin van deze eeuw wel link uit. De wereld is eng en onzeker. De hoogopgeleide kinderen van vandaag krijgen alleen nog kleinkinderen als die standaard geleverd worden met een anti-aanbaklaag, schubben en zwemvliezen. Tot nader orde worden ze dat niet.

De kloof tussen rijk en arm, hoog en laagopgeleid, kansrijk en kansarm loopt de spuigaten uit. School is tegenwoordig een dagopvang met soms een educatief oogmerk. Het is een bedrijf dat moet streven naar een sluitende begroting, directies worden gestimuleerd om zo probleemvrije kinderen in te schrijven, hoe vloeiender je populatie door de klassen loopt hoe beter je presteert als bedrijf. Daar krijg je erkenning voor. Het helpen van de probleemkinderen wordt je als school zwaar aangerekend, de kinderen worden als hete aardappels geweerd, het aantal thuiszitters stijgt de pan uit, passend onderwijs knelt door geld. Beslissingen worden genomen op basis van een kassabon in plaats van het belang van het kind. Veilig Thuis heeft het er maar druk mee, al die ouders die zeuren om een goede toekomst voor hun kind. Het huidige systeem sloopt kinderen, ouders, families, docenten en scholen.

Die rechten hebben de kinderen in het Onderwijs momenteel niet

Klinkt allemaal heel wanhopig en onoplosbaar maar we kunnen wijze lessen leren uit de Europese Wet en Regelgeving4)

“Het komt weleens voor dat een vlucht is overboekt. Lege stoelen kosten een luchtvaartmaatschappij veel geld. Om verspilling te voorkomen verkopen luchtvaartmaatschappijen vaak meer vliegtickets dan dat er plaatsen in het vliegtuig zijn. Meestal levert dit geen problemen op omdat er bijna altijd passagiers zijn die zich afmelden voor een vlucht. Komen alle passagiers opdagen, is er niet voor iedereen plek. De luchtvaartmaatschappij zal dan een oplossing moeten bieden voor het overboeken van uw vlucht”. 5)

Als er meer stoelen zijn verkocht dan er zitplaatsen zijn, dan heb je recht op een andere stoel, op een ander moment of je geld terug plus een financiële compensatie. Niemand kan je verplichten om een stoel te kopen die al is gereserveerd voor een ander en niemand kan van je eisen dat je die reis nog wilt maken als je het meest elementaire deel van de reis, namelijk, de reis zelf, niet kunt maken.

Die rechten hebben de kinderen in het Onderwijs momenteel niet. Ze zijn door bewust beleid potentieel overboekt. Deze kinderen hebben geen recht op een andere stoel op een ander moment of op een pittige compensatie. Hier ligt de kern van de huidige problemen binnen ons onderwijs. Als overboekte kinderen ter plekke een stevige compensatie kunnen eisen dan zal een bestuur wel drie keer nadenken voor het een tijdelijk contract niet verlengt, en zich beroepen op de invalpool of de zoveelste stagiair.

Kan iemand mij uitleggen hoe wij van kinderen kunnen eisen dat ze naar school blijven komen als wij ze daar, eenmaal in het lokaal, geen bevoegd docent kunnen bieden? Als een kwart van de kinderen niet opknapt van school, zijn ze dan niet beter af thuis? Kleuren, knippen, plakken, lezen, dromen, boompje klimmen, taartjes bakken, koken, tuinieren, timmeren en niksen? Ik weet dat de ouders vaak niet thuis zijn maar is school voor dat kwart van de kinderen een dagbesteding? Opvang?

Een natuurlijke waterscheiding

Stel nou eens dat de norm wordt: een bevoegde docent, een klas. En stel nou eens dat een school de kinderen moet compenseren voor het scenario: een onbevoegde of ontbrekende docent, een klas? Dan val je onder de ophokplicht, dan krijg je, onbelast, vijftig euro per dag op je spaarrekening gestort voor iedere dag dat je vrijwillig, of onvrijwillig overboekt bent. Dus stel de juf heeft aandacht voor twintig kinderen, dan mag no 21 kiezen om thuis te blijven en vijftig euro cashen.

Je zult dan een natuurlijke waterscheiding krijgen, van kinderen die graag naar school gaan en die dus vroeg intekenen en kinderen die liever buiten spelen en klussen of lezen en die misschien alleen op woensdag intekenen als het maar een kort dagje is. Of kinderen die nooit meer komen en liever slapende rijk worden. Dat zijn de win-win kinderen. Ze sparen adequaat en hebben een jeugd waar normale mensen alleen maar van kunnen dromen: het pro-pre-pensioen. Die twintig uitslovers die graag naar school willen en dus iedere dag intekenen hebben de volledige aandacht van hun bevoegde docent. Die docent heeft een makkelijk leven. Uitsluitend gemotiveerde kinderen die aan de lippen van de meester hangen. Het leven van de docent gaat over rozen. De kinderen zijn gelukkig, de school is rustig, alle kinderen met een rugzakje kunnen bevoegd begeleid worden mits ze dat willen natuurlijk. Het aantal onvrijwillige thuiszitters is nul, immers alle thuiszitters zijn dat betaald en hebben daarvoor nadrukkelijk gekozen. Passend onderwijs knelt niet meer, alle besturen halen het maximale uit de kast om de zaak tiptop te regelen. Immers iedere thuiszitter kost ze harde knaken! Beter investeren dan maar dat geld, in speciale docenten, extra begeleiding, goeie thee en excellente koffie. Een sportlokaal voor de docenten die gemasseerd kunnen worden tijdens de luxueuze lunch die liefdevol besteld wordt bij de lokale traiteur. Docenten als zeg maar de gekoesterde schatkist van de school, blije juffen blije kinderen. Dat idee. Het mag wat kosten een docent! Altijd twee reserve-docenten in de school op stand-by, een been is snel gebroken. Die kunnen een groep zelfstandig draaien, stagiaires begeleiden, bijspijkeren, ondersteunen, begeleiden, administreren vertroetelen en schoolreisjes organiseren. Naar de Tweede Kamer en het Rijks bijvoorbeeld… Kunnen ze mooi onderweg het Wilhelmus leren.

Om ze te laten zien hoe leuk leren is

Hoe onvoorstelbaar veel aantrekkelijker zou het werken in het onderwijs blijken? Hoeveel meer aanzien zou de bevoegde docent oogsten als zonder hem of haar de school binnen een week failliet zou zijn? Nu is het aantrekkelijk om een bevoegde docent onbevoegd te vervangen, nog aantrekkelijker is het om bevoegde docenten helemaal niet te vervangen! Deze perverse financiële prikkel is dan exit. Hoe snel zouden alle tijdelijke contracten omgezet worden in vaste aanstellingen? Hoe hard zouden de salarissen stijgen? Hoeveel beter zou het Onderwijs weer worden? Hoe hard zouden wij op die PISA-lijsten stijgen? Hoe leuk zou het zijn als docenten weer zuurstof en respect verdienen en de kinderen huppelend de klas in klotsen?

Hoe groot is de kans dat de kinderen die nu tussen wal en schip vallen, dat beroemde PISA-kwart zeg maar, dan weer naar school willen? Omdat ze daar misschien dan toch weer een plek hebben waar ze dan welkom zijn en waar er alles aan wordt gedaan om ze te laten zien hoe leuk leren is? Waar ze niet overboekt zijn? Waar geen robots aangeroepen worden om ze te ‘helpen’? Dit plan is briljant, er zit maar één minpunt aan, maar het is wel een groot minpunt; niet alle kinderen zijn thuis veilig en Veilig Thuis is al net zo omstreden als de Belastingdienst. Daar zal beleid op moeten komen. Boerenverstand alleen volstaat in deze niet. Maar dat de bezem erdoor moet staat als een paal boven water. De leerplicht moet vervallen tot dit rotte systeem op orde is. Het kost misschien een generatie of twee maar iedere idiote onderwijsvernieling van de laatste dertig jaar kostte dat ook.

Ton van Haperen zou zeggen dat er een bom op moet. Hij heeft gelijk maar dit lijkt me een soort jaren ’60 bom, de pacifistische, de blije bom.

Alexander Rinnooy Kan zou zeggen: “Het is meer dan treurig dat het lerarenprobleem de huidige omvang heeft kunnen aannemen zonder dat er een effectieve reactie op is gekomen en zonder dat daarover grote verontwaardiging is ontstaan”.

En ik zeg dat de ophokplicht nooit mag prevaleren boven het welzijn van het kind en dat je de leerplicht pas kunt afdwingen als je de zaken op orde hebt. Een klas, een bevoegde docent. Leerrecht. Anders maakt een school meer kapot dan me lief is. De magistrale Paul Kirschner zou zeggen: “Als ik zeg dat ik zomaar experimenteren met kinderen crimineel vind, zet je dat zeker als kop boven je artikel?6)

Noten
1) https://www.rijksoverheid.nl/documenten/brochures/2008/09/11/leerkracht
2) (NDLR 2007-15 = 1992)
3) https://twitter.com/arieslob/status/1201793562314264576
4) https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:32004R0261

5) https://www.eccnederland.nl/nl/hulp-bij/toerisme-en-vervoer-eu/vliegreizen
6) https://www.trouw.nl/onderwijs/als-ik-zeg-dat-ik-zomaar-experimenteren-met-kinderen-crimineel-vind-zet-je-dat-zeker-als-kop-boven-je-artikel~b43b77dc/

 

Charlotte Goulmy is lerares Frans

 

Foto bovenaan is van Ashutosh Sonwani

De meeste mensen deugen. Nu de macht nog

Voor mijn eerstegraads moest ik het grootste deel van Psychology in Education lezen van Anita Woolfolk-Hoy. Het boek weegt zoveel als een gezinsauto en lijkt op een glossy telefoongids. Je kunt er alleen met tegenzin aan beginnen maar al snel blijkt het bizar goed geschreven te zijn en een trucje te flikken met je hersenen. Alles wat er in dat boek staat weet je eigenlijk allang.

Het boek schudt je hersenen als een pak kaarten. Als je een hoofdstuk uit hebt is een stuk van je brein opgeruimd. Je Klavers liggen keurig van A’s tot Koning op een rijtje. In het volgende hoofdstuk zullen je Ruiten geordend worden… 15 keer… er komt geen eind aan maar wat knap je er van op! Je leert niks nieuws, je leert de chronologie, de verbanden, de logica, maar alles wist je eigenlijk wel en dat maakt het lezen van deze gezinsauto een genot. Je voelt je super intelligent en aan het eind ben je beslist virtuoos op het gebied van Psychologie van het onderwijs.

Hetzelfde overkwam me met de pil van Rutger Bregman. De meeste mensen deugen, een nieuwe geschiedenis van de mens. Ook daar begon ik aan met een zekere wanhoop. Het boek is dik en onhandig en als je de band niet wilt knakken kun je er niet ontspannen mee zitten. Het is vlotjes geschreven en refereert constant aan evenementen waar je ooit wel eens van had gehoord in meer of mindere mate. Je stapt er in als een warm bad, Bregman schudt je hersens lekker op en aan het eind van ieder hoofdstuk heb je iets hoopvols goed begrepen en kun je met frisse moed naar het volgende. Hij maakt de titel waar. De meeste mensen deugen. Ik had verwacht dat de titel cynisch was maar nee. De meeste mensen deugen.

Ik was ontzettend toe aan een boek met dergelijke strekking. Ik ben inmiddels vijftig en eigenlijk zo ver dat in mijn ogen de politiek corrupt, het milieu naar de haaien, de mensheid gedoemd en het onderwijs irrelevant is. Ik wil dat hij gelijk heeft en zal hem een rondje het voordeel van de twijfel geven. Vooral zijn mensen met vertrouwen benaderen is een goed idee. Ik ben eigenlijk meer van even kat uit boom kijken, maar inderdaad, wat riskeer je als je vanaf dag één alle vertrouwen geeft? Niks waarmaken. Uitgaan van. Veel slimmer en in het ergste geval loop je een keer tegen de muur, nou dat is dan maar zo. Heb je toch mooi vol vertrouwen en open in de wereld gestaan, en als Alfred Lord Tennyson te denken «better to have loved and lost than never to have loved at all». Wijze woorden en uiteindelijk is dat gewoon een kwestie van een knop omzetten. Ik oefen dat ondertussen een paar weken en tot nu toe gaat het prima. Het is nog een beetje eng en onwennig, maar ik kan niet zeggen dat het tegenvalt.

Wat ik mis in het boek van Bregman is de link naar de huidige politiek. Er staat wel een hoofdstuk 11 in over hoe macht corrumpeert maar dat is te kort en te subliminaal toegesneden op hoe het nu gaat in Den Haag en Brussel. Ik merk in het echte leven dat voor een te belangrijk deel onze politiek vanaf de kop rot is en dat slechts nog het recht van de sterkste geldt. De wetgeving is in Nederland sinds een paar decennia verworden tot slechts een richtlijn. Iets dat je in je achterhoofd kunt houden maar dat altijd ondergeschikt blijkt aan ‘belangen’, een lobby voor iets dodelijks of een handigheidje ter bevordering van de rust van een ambtenaar.

Ouderwetse kernwaarden worden verbluffend gemakkelijk terzijde geschoven. Dit maakt dat integriteit, ruggengraat, betrouwbaarheid en moreel besef gevaarlijke eigenschappen zijn geworden in een maatschappij die niet langer rust op de vertrouwde solide schouders van de Rechtsstaat:

«Dit houdt in dat de overheid al haar handelen baseert op de bevoegdheden die zij van de wet heeft gekregen. De overheid moet zich dus net als de burgers aan de wet houden. Elke beperking van de vrijheid van burgers en elke verplichting die de overheid aan haar burgers oplegt moet berusten op de wet.»1)

Dat waren nog eens tijden. Het is knap verwarrend want ik verkeerde eigenlijk in de veronderstelling dat het goed Burgerschap was als je opstond tegen onrecht, je een kik gaf als je kennis had van misstanden, dat je een mens in nood als vanzelfsprekend verdedigde. Tegenwoordig is het de bedoeling dat je er alles aan doet om geen Klokkenluider te worden, dat je wegkijkt als duizenden verdrinken in onze Middellandse Zee, dat je fotorolletjes verstopt, bonnetjes dieper nog verstopt, ministerieel liegt, 70 burgerdoden vergeet, je dat dan niet kunt herinneren, draait, wegkijkt en als regering moties naast je neerlegt, kinderhandel faciliteert, er vervolgens van wegkijkt, toeslagen onterecht terugeist op inhumane manier, klokkenluiders sloopt, vervolgt en eigenlijk in alles de maffia incarneert.

Geen wonder dat de politiek het vak Burgerschap wil introduceren binnen het funderend onderwijs. Dat lijkt me in deze essentieel. Het is niet iedereen gegeven om weg te kijken, de wet als vage richtlijn te zien, niet te helpen als iemand in nood is en hersenloos te gehoorzamen aan je meerderen.

Bregman’s boek mist dus een hoofdstuk dat ik eigenlijk wel dringend nodig heb… Misschien komt dat in deel 2. De titel van het nieuwe boek? Ongetwijfeld De bestuurlijke uitzondering…

Noot
1)  https://www.denederlandsegrondwet.nl/id/vi7hh3726wvo/rechtsstaat

Charlotte Goulmy is lerares Frans

Foto bovenaan gemaakt door Florian Pircher: Europees parlement in Brussel

Onderwijscommissie Boerenverstand pakt rigoureus door

Iedereen lacht me altijd uit als ik zeg dat de oplossing voor Alles van de Politiek moet komen. ik schrijf Politiek bewust met een hoofdletter omdat ik me er totaal van afhankelijk voel. Ik heb zelfs overwogen om een Politieke Partij op te richten, de Partij voor de Kinderen, maar dan werd ik nog harder uitgelachen. Nóg een one-issue partij werkt de versplintering in de hand en als ik zie hoe NLBeter is ontvangen dan ben ik blij dat ik er niet aan ben begonnen.

De oplossing moet dus komen van de normale partijen en die hebben we niet echt meer. Ze vergeten Onderwijs bij de begroting, experimenteren tegen common sense met curriculum onzin en bijvoorbeeld Passend Onderwijs en denken alleen aan hun eigen achterban, hun eigen kerk, hun eigen fetisj. Het is klaar. Onderwijs is niet links of rechts. Onderwijs moet snel weer van boven wijs worden. Onwijs is het nu en ONWIJS moet het worden.

De polder kon ooit rekenen op de bonden maar in afwachting van de redding van de Algemene Onderwijsbond (AOb) hebben we alleen nog de pientere kleintjes over.
Al het geld van de wereld kan de problemen binnen het onderwijs niet oplossen. Hans Duijvestijn en Frans van Haandel hebben dat overtuigend aangetoond in 20171). Misschien dat we nu een keer kunnen ophouden met bedelen om extra geld. Geld alleen helpt niet.

Wat wel helpt

Wat wél helpt is opnieuw beginnen. Er is heel veel geld voor Onderwijs en heel weinig daarvan komt aantoonbaar in de klas terecht. Dat moet dus anders en snel een beetje ook.

We gaan beginnen met het afschaffen van de lumpsum. Alle salarissen gaan voortaan door middel van een soort Huursubsidiestructuur via het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Dat willen ze eigenlijk heel graag want daarmee hebben ze volautomatisch een actueel lerarenregister waarmee ze kunnen anticiperen op tekorten en met een druk op de knop salarissen koninklijk kunnen indexeren.
Verder herstellen we het leenstelsel met terugwerkende kracht zodat de kinderen van vandaag morgen nog een hypotheek kunnen krijgen.

Verder stopt per 1 september alle subsidie aan alle organisaties die mee-eten uit de OCW-begroting. Alle mensen die nu bij die cluppies werken kunnen aan de slag in de scholen. OCW heeft dan geld genoeg en voor de mensen die geen bevoegdheid hebben is plek in de ondersteuning, begeleiding, conciërges, schoolleiders, kantinebeheer, schoonmaak, roostermaker, pleinwacht. Er ligt een wereld aan nuttigheden met smacht op hen te wachten.
Daarmee is het middenveld dus weg, de scholen gevuld met mensen uit het Onderwijsveld, heeft OCW het gewenste register en is het lerarentekort opgelost. Dit kan allemaal zonder geweld, zonder stakingen, zonder chantage rond de examens, zonder ontslagen, zonder tractoren en zonder bonden.

Kwestie van goede wil en #boerenverstand.

 

Noot
1) https://onderwijzerblog.wordpress.com/2017/05/07/waar-is-het-extra-geld-voor-het-vo-gebleven/

Zie ook: Een Aisopische fabel over onderwijsvernieuwingen, of hoe boerenverstand ons moet redden, door Charlotte Goulmy, Blogs Beroepseer, 29 april 2019: https://beroepseer.nl

 

Charlotte Goulmy
lerares Frans

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Curriculum.nu

Gert Biesta over curriculum…

“In het onderwijs gaat het naast kwalificatie en socialisatie altijd ook om de vorming van de persoon, gericht op het volwassen in de wereld willen zijn. Daarom is een pedagogische oriëntatie in het onderwijs onontbeerlijk.”                                                                                                                                                                 Prof.dr. Gert Biesta

Voor de zomervakantie sprak ik bij een onderwijsconferentie een wijze oude man over curriculum.nu en hoe deze club de drieslag van Biesta, in het bijzonder het begrip ‘subjectificatie’, gebruikt zou hebben als kapstok en legitimatie voor de nieuwe curriculum-voorstellen. Ik ben toen een beetje gaan rondvragen en de consensus was: Biesta kon ongetwijfeld nooit achter de manier staan waarop curriculum.nu zijn drieslag gebruikt. In de voorstellen wordt die namelijk aan alle kanten gemangeld. Dit beeld werd nog eens bevestigd in zijn septemberstuk in Didactief.

«Ik schrik ook als persoonsvorming wordt neergezet als het proces waarin leerlingen hun eigen kwaliteiten en voorkeuren leren kennen. Onderwijs is er juist om leerlingen aan te sporen die kwaliteiten en voorkeuren te bevragen – egoïsme is immers ook een kwaliteit en racisme ook een voorkeur.»
https://didactiefonline.nl/blog/gert-biesta/een-wikicurriculum

Hoe zit dat nu? Hoe kan een curriculumherziening worden opgehangen aan de theorieën van Biesta terwijl diezelfde Biesta toch wel fundamentele twijfels lijkt te hebben over de producten die nu op tafel zijn gelegd?

Voor de duidelijkheid, Gert Biesta is niet een schimmige uit een kelder getrokken vage gelegenheidstheoreticus. Hij is een zeer gerespecteerde autoriteit en als zodanig verbonden aan verschillende universiteiten in binnen- en buitenland. Van 2015 tot 2019 was hij geassocieerd lid van de Onderwijsraad. Zijn boeken worden wereldwijd gelezen. Biesta is momenteel hoogleraar aan Maynooth University (Ierland), de Universiteit van Edinburgh (Schotland) en de Universiteit voor Humanistiek.

Mailwisseling

Onderstaande is een vrij verslag van de correspondentie met Gert Biesta. Ik heb toestemming gekregen om de wisseling te delen. De illustraties zijn van hem. En ook die gebruik ik met permissie. Ze komen uit de PowerPoint presentatie die hij op 17 september 2018 heeft gehouden voor en op uitnodiging van de ontwikkelteams van curriculum.nu.

Professor Biesta, kent u de tussenproducten van Curriculum.nu? En staat u achter de manier waarop zij uw drieslag hebben geïnterpreteerd?
Ik heb, voor mijn column in Didactief, de voorstellen voor Kunst en cultuur en Burgerschap gelezen. Het werd me daarbij niet goed duidelijk wat er met ‘de drieslag’ wordt gedaan. Ik heb tot nu toe geen document kunnen vinden waarin curriculum.nu serieus en gedetailleerd probeert de ideeën van de drieslag te analyseren en documenteren. Ik heb het idee dat het ‘vrij spel’ is, dat wil zeggen dat alle groepen er op hun eigen manier mee om zijn gegaan. Ik heb inderdaad gezien dat ‘mijn’ drieslag wordt gehanteerd, maar ik ben er nog steeds niet achter hoe precies. Dit staat er bijvoorbeeld op de curriculum.nu website onder ‘Veelgestelde Vragen’:

Ondanks de motie in de Tweede Kamer is er vooral bij Burgerschap wel aandacht voor persoonlijkheidsvorming. Hoe kan dat?

De ontwikkelteams werken aan bouwstenen (de benodigde kennis en vaardigheden) die als basis dienen voor herziening van de kerndoelen en eindtermen, maar ook om scholen in staat te stellen op eigen wijze invulling te geven aan de brede opdracht van het onderwijs. In deze brede opdracht gaat het om een goede balans tussen de drie hoofddoelen van het onderwijs: kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming. De opbrengsten van de ontwikkelteams beperken zich tot de kennis en vaardigheden die voor alle leerlingen gelden omdat ze van belang zijn voor vervolgonderwijs en maatschappelijk functioneren. Daarbij hoort inderdaad niet een uitgewerkte visie op persoonlijke vorming, die invulling is aan de school. Zo beperkt burgerschap zich wat waarden betreft tot die waarden die ononderhandelbaar zijn in een democratische samenleving. Het ontwikkelteam werkt deze zo uit dat het ruimte laat aan de school om invulling te geven aan haar eigen identiteit of onderwijsvisie.”

Dit is conceptueel behoorlijk rommelig: allereerst wordt persoonsvorming verward met persoonlijkheidsvorming en dan vervolgens benoemd als persoonlijke vorming. Dit zijn drie heel verschillende dingen die niet zomaar op een hoop geveegd kunnen worden.

 

Is het niet vreemd dat u de hoofdrol heeft gekregen in een stuk waaraan u zelf part noch deel had?
Iedereen is natuurlijk vrij om mijn werk te lezen en te gebruiken, maar het is jammer dat er niet een poging is ondernomen om zo scherp mogelijk te krijgen waar het in de drie doeldomeinen nu precies om gaat – waar ik uiteraard graag aan had willen bijdragen.

Volgens de heer Douma, de voorzitter van curriculum.nu, zou de drieslag zoals de ontwikkelteams die toepassen wettelijk verankerd zijn. Hij baseert zich daarvoor op WVO artikel 10 lid 2. Is Douma’s interpretatie van dit artikel naar uw mening juist?
De verwijzing naar WVO artikel 10, lid 2 klinkt, zacht gezegd, nogal geforceerd. Daar gaat het over het vak ‘persoonlijke vorming’ in de theoretische leerweg van het VMBO – dus een heel specifiek stukje van de wetgeving – en ook is het zo dat persoonlijke vorming daar over heel praktische zaken gaat (dat leerlingen leren om gezond te leven, bijvoorbeeld), wat van een totaal andere orde is dan subjectificatie.

Bent u van mening dat de wettelijke eis dat onderwijs ook persoonlijke vorming biedt, overeenkomt met uw visie op de hoofdtaak subjectificatie én dat deze hoofdtaak specifiek in de curricula voor alle vakken (vakgebieden) verwerkt dient te zijn?
Zie eerder – ik vind dat een wel erg creatieve interpretatie van de wetstekst (in de wetstekst duikt overigens ook het begrip persoonlijkheidsvorming op, voor zover ik het kan zien als synoniem met persoonlijke vorming – dus de wet is zelf ook conceptueel warrig).

Kunt u delen wat voor de ontwikkelteams de opbrengst geweest is van het gesprek dat u met hen hebt gehad?
In mijn PowerPoint (zie bijlage) heb ik heel expliciet gewezen op de verschillen tussen persoonlijkheidsvorming, persoonlijke vorming en persoonsvorming, met name in termen van het onderscheid tussen vormen-van-personen en vorming-tot-persoon-willen-zijn (wat voor mij alles te maken heeft met de democratie en daarom niet als staatspedagogiek terzijde kan worden geschoven – wat in de 2e kamer is gebeurd omdat men daar ook niet de moeite heeft genomen zich te verdiepen in waar het hier om gaat). Ik heb ook nog op andere problemen gewezen – bijvoorbeeld dat er twee heel verschillende interpretaties van de idee van ‘grote vragen’ circuleren, en ook dat de documenten eigenlijk blijk geven weinig kaas te hebben gegeten van curriculumtheorie en curriculumontwikkeling. En ik heb laten zien hoe volgens mij de drieslag opgepakt zou moeten worden in de curriculumontwikkeling. Is dat opgepakt door de ontwikkelteams? Ik denk het niet, getuige wat er bij burgerschap en kunst en cultuur uit is gekomen. Ik denk dat het proces al te ver onderweg was.

Kunt u zich vinden in de wijze waarop de concept-eindproducten van curriculum.nu de drieslag ‘kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming’ tot uiting brengen? Anders gezegd, bent u bereid uw naam verbonden te laten zijn aan de wijze waarop curriculum.nu uw drieslag ‘kwalificatie, socialisatie en subjectificatie’ en de verschillende elementen daaruit in de curriculum-voorstellen verwerkt?
Voor zover ik het kan zien denk ik dus dat er behoorlijk veel misvattingen circuleren, en zou ik het niet handig vinden als bij dat alles naar mijn werk wordt verwezen, ofschoon ik dat natuurlijk niet kan verbieden!

Subjectificatie heeft niets te maken met persoonlijkheidsontwikkeling en persoonlijkheidsvorming – dat is een manier van denken die uit de persoonlijkheidspsychologie komt en ik zou, even snel, zeggen dat persoonlijkheidspsychologie het kind als ‘ding’ beschouwt dat op een bepaalde manier gevormd moet worden (persoonlijkheidskenmerken moet verwerven), maar niet geïnteresseerd is in de mens als persoon die voor de uitdaging staat zijn of haar eigen leven te leiden. Voor de goede orde: de idee dat onderwijs iets van doen heeft met subjectificatie, met het subject-zijn van leerlingen, is goed verankerd in 200 jaar pedagogisch denken en doen, en heeft zijn grondslag en rechtvaardiging in de democratie, die immers geïnteresseerd is in de menselijke vrijheid maar wel vraagt dat mensen hun vrijheid op volwassen wijze inzetten, en niet als vrijheid-om-te-doen-wat-je-maar-wilt.

Tot zover de correspondentie met Gert Biesta

De Kamer moet zich binnenkort buigen over de vraag of de voorstellen van curriculum.nu de Dijsselbloemtoets kunnen doorstaan. Aan deze opdracht gaat echter een andere, veel relevantere vraag vooraf: zijn de voorstellen conceptueel voldoende uitgekristalliseerd? Is er voldoende huiswerk gedaan door de ontwikkelteams? Op basis van het bovenstaande luidt de conclusie: nee.

De voorzitter van curriculum.nu, Theo Douma, zei het treffend afgelopen zaterdag, bij de bijeenkomst van Groen Links:

«Er is een wetenschappelijke inbreng geweest en dat is heel iets anders dan een wetenschappelijke onderbouwing.»

Daar is alles wel zo ongeveer mee gezegd lijkt me.

De Dijsselbloemtoets eist:

 «Onderwijsinhoudelijke vernieuwingen dienen wetenschappelijk gevalideerd te zijn.»1)

Mocht de Kamer overwegen om curriculum.nu desondanks door te voeren dan is het niet onbelangrijk te weten dat een eventuele wetenschappelijke bodem onder de stukken niet bestaat. Net zo min als draagvlak trouwens.

Powerpointpresentatie Gert Biesta voor Curriculum.nu, september 2018: https://beroepseer.nl

https://nivoz.nl/nl/gert-biesta

https://www-gertbiesta-com.jimdosite.com/ (Website is niet meer actief)

https://twitter.com/eppobruins/status/1060799653099245568?s=20

Noot
1)  https://www.parlement.com/9291000/d/svrapportonderwijs.pdf

 

Charlotte Goulmy is lerares Frans

Enquete over eindexamen Frans. Alleen voor boven de 18

Hoe manipuleer je een enquête? Alleen voor 18+

Duizenden mensen zijn overleden na het eten van vergiftigde worsten. Er komt een groot onderzoek. De opdracht luidt:

«Hoe kan het dat deze perfect voor consumptie geschikte worsten duizenden doden hebben opgeleverd.»

De slager mag zelf het onderzoek uitvoeren. Hij pakt het grondig aan en stelt een messcherpe vragenlijst op:

Vraag 1       Eten mensen de laatste jaren minder met mes en vork?
Vraag 2       Hebben mensen servetten gebruikt en vooraf hun handen gewassen?

Dit was de conclusie van het gedegen onderzoek: Mensen hebben hun dood verdiend want ze hadden ook gewoon met mes en vork kunnen eten en fatsoenlijk hun mond kunnen afvegen met gewassen handen. Aan de worsten kan het niet gelegen hebben, die waren immers perfect voor consumptie geschikt.

Over de eindexamens Frans is alles wel gezegd; ze zijn voor een pijnlijk deel gevuld met vragen die niet kloppen, kandidaten zakken op ondeugdelijke antwoorden, docenten moeten goede antwoorden fout rekenen, ondubbelzinnige fouten worden niet of niet tijdig gecorrigeerd en Franstaligen kunnen al jaren geen 10 meer halen. Dan kunnen we het nog hebben over gedoe met normeringen, de non-sense eis die zou maken dat een examen altijd vergelijkbaar zou moeten zijn met een ijkjaar, dat 2e en 1e tijdvakken dezelfde normering krijgen terwijl het andere examens zijn en dus met een beetje boerenverstand anders beoordeeld zouden moeten worden, de willekeur tussen de open vragen die iedere docent anders beoordeelt en de Vakvereniging Levende Talen, die tegen de expliciete wens van het Ministerie weigert de examenverslagen te delen met alle docenten opdat iedereen een klein beetje op één lijn kan zitten. Alles is gezegd en eigenlijk is er genoeg aandacht voor de problemen geweest.

Een vertrouwenskwestie

Weten de examenmakers dat er fouten in hun werk zitten? Jawel, dat weten ze al jaren, ze doen er bijna alles aan om die te voorkomen. Ze hebben pre-testen, post-testen, ze nemen voor het examen Frans geen uit het Duits vertaalde teksten meer, ze laten de teksten vaker intact, ze veranderen minder uitroeptekens in vraagtekens wat teksten absoluut onbegrijpelijk maakte, het enige dat ze weigeren te doen is het examen in haar geheel te laten maken door degelijke docenten die vooraf een rode pen mogen gebruiken. Het zal een vertrouwenskwestie zijn.

Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) heeft een nieuwe sectordirecteur Havo/Vwo, Jacob Raap; hij deugt. Hij wil goeie examens. Iedereen die hem spreekt zegt na dat gesprek: «Joh! Frisse wind door CvTE, die nieuwe wil écht goeie examens!»  Er is een nieuwe oppergod verantwoordelijk voor het eindproduct, mijn oude professor. Hij deugt ook maar het helpt allemaal niet. Minister Slob heeft een onderzoek aangekondigd naar Frans  https://www.examenblad.nl/nieuws/20190923/onderzoek-en-enquete-duits-en/2020?regime=hflinks&horizon= (Niet meer beschikbaar op site Examenblad)
(en Duits maar daar weet ik niks van) en een belangrijk onderdeel van dat onderzoek dat HET CvTE uitvoert op verzoek van het ministerie van OCW is een enquête. Ik ben er zo één en ik kon niet wachten. Ik weet heel precies wat er mis is met die examens, kom maar op!

«Het CvTE signaleert dat bij het centraal examen Frans en Duits havo er zich, ondanks dat het op zich valide examens betreft, er een te groot verschil is ontstaan (in negatieve zin) tussen de vaardigheid van de leerlingen en de vaardigheid die nodig is voor het behalen van een voldoende bij die examens. Het resulteert voor de genoemde examens in een situatie waarbij er elk jaar een grote groep leerlingen lage cijfers haalt. Het gemiddeld cijfer voor deze vakken is structureel lager dan voor andere vakken. Dit vind ik een onwenselijke situatie voor zowel de leerlingen als voor de positie van deze vakken. Het CvTE geeft aan dat het handhaven van de huidige cesuur voor Frans en Duits havo op de langere termijn niet reëel is. In voorkomende gevallen is het aan het CvTE om te komen tot een analyse van de mogelijkheid en wenselijkheid om de eisen aan de veranderde vaardigheid van de kandidaten aan te passen. En om te onderzoeken wat de mogelijke oorzaak hiervan kan zijn.» https://duits.levendetalen.nl/wp-content/uploads/sites/2/2019/01/190116-Fragmenten-uit-de-Kamerbrief-van-A-Slob.pdf (niet meer beschikbaar op site van Levende talen)

De minister die in zijn Kamerbrief benadrukt dat de examens valide zijn… Hoe komt zo’n zin in die brief? Doodvermoeiend dit. Hiermee sluit de minister zelf dus al uit dat het aan de examens kan liggen en is het onderzoek feitelijk morsdood. Valide betekent namelijk iets als in orde, oké, niks meer mee doen, geldig, puik, toppie, fijn… Kortom, daar kan het niet aan liggen. Feestje gewoon, helemaal happy.

En toen las ik de vragen. In grote lijnen werd er gevraagd of het klopte dat de jeugd van tegenwoordig steeds minder in contact komt met de Franse taal en dat ze veel minder les hebben gekregen…

Née dat is het probleem! Natuurlijk! Dat ik daar niet eerder zelf op gekomen ben… De examens ratelen van de meest stupide fouten, ik weet soms écht niet welk antwoord “goed” is (wat het dan niet is) maar als het CvTE desgevraagd haar eigen vlees moet keuren dan leggen we de schuld bij… de kinderen! Zij komen niet vaak genoeg in Frankrijk, ze kijken niet genoeg Franse tv, luisteren niet genoeg Franse radio, ja logisch dat die examencijfers zo teruglopen! Ja, en dat ze veel minder les hebben gehad helpt natuurlijk ook niet.

Met de examens is niets mis. Het heeft helemaal niks met alle fouten in de examens te maken. De enquête is briljant opgesteld. Je kunt nauwelijks je eigen opmerkingen kwijt en je moet antwoord geven op straatschoonvegende vragen die nooit als resultaat kunnen hebben dat het CvTE de problemen moet erkennen.

Dit hadden de vragen moeten zijn:

  • Denkt u dat eindexamens fouten mogen hebben?
  • Denkt u dat eindexamens kloppende antwoorden moet hebben?
  • Denkt u dat eindexamens beter te maken zijn als de vragen en de antwoorden juist zijn?
  • Denkt u dat het eindexamen Frans voor Franstaligen foutloos maakbaar zou moeten zijn?
  • Denkt u dat eindexamens een normering moeten hebben die gaat over DAT eindexamen of liever over de normering van een ijkjaar (2013)
  • Denkt u dat een eindexamen en een herexamen dezelfde normering moeten hebben ook als de niveaus totaal onvergelijkbaar zijn?
  • Denkt u dat een normering onder een 1 standaard minpunten geeft aan de kandidaten en dat de N gewoon altijd 1 moet zijn en dat van die regel uitsluitend afgeweken mag worden per ministeriële ingreep?
  • Denkt u dat het zou helpen als de eindexamens allemaal op dezelfde manier werden nagekeken op basis van hetzelfde eindexamenverslag?

De feiten

Hieronder een verhelderend stukje Excel van de site van de immer briljant degelijke Arjan van der Meij https://ntermen.nl/

Dit is het percentage onvoldoendes per jaar bij HAVO Frans:

Dit is de normering per jaar bij HAVO Frans:

bij 0 heeft iedereen een heel strafpunt gekregen, bij 1 is de normering normaal, bij alles boven 1 heeft iedereen een beetje compensatie gekregen. Er zijn heel ingewikkelde compensatiesystemen aan de basis van dit systeem maar om te voorkomen dat niemand een 10 kan halen is het cijferschema eerlijk gemaakt. Zonder zou je bij N-term 0 maximaal een 9 kunnen halen en bij N-term 2 een 11. Dat is overigens aangepast. Niemand kan een 11 halen en niemand kan met nul fout een 9 halen. Dat is goed, veel en vaak uitgelegd door het CvTE en dat klopt op zich.

Hier is mooi zichtbaar hoe er vooral strafpunten worden uitgedeeld bij Frans HAVO. In 2011 haalde 43 procent van alle kinderen een onvoldoende en kreeg honderd procent van alle leerlingen 0.7 strafpunten:

2011 5,8 43 0,3

 

Iemand heeft dat dus een goed idee gevonden… Laten we bijna iedereen zoveel strafpunten geven dat bijna de helft onvoldoende haalt! Excellent! Komen wij dan in de problemen? Nee want gemiddeld haalt iedereen net als ieder jaar een 5,8 en dat moet van Den Haag! Maar was het dan een superslecht examen? Welnee! We hebben toch gemiddeld een 5,8. Was die normering gewoon 1 geweest dan was het landelijk gemiddeld een 6,5 geweest… Wedden dat bijna niemand dan een onvoldoende had gehad? Wedden dat heel veel kandidaten dan niet waren gezakt op compensatiepunten? Wedden?

Dit zijn de gemiddelde cijfers voor HAVO Frans:

Zie hoe keurig we om de 6 dansen, het maakt niet uit, een goed examen een slecht examen, gemiddeld komt iedereen gewoon uit op de 6. Volgens het CvTE moet dat van Den Haag, zo maken ze geen slachtoffers en is de norm gerespecteerd. Ik zie een dikke uitzondering in 2000, kort na de invoering van de Tweede Fase. Toen zaten we bijna op de 7. Dit gebeurde bij VWO in 2016. Daarop volgde een brief waarin stond dat, en ik citeer:

«Het hoge gemiddelde cijfer voor het centraal examen Frans vwo 2016 betekent dus niet dat er sprake is van een grote vaardigheidsstijging van kandidaten Frans vwo. Als we met dit examen gelijke eisen hadden kunnen stellen, dan hadden kandidaten Frans vwo gemiddeld een cijferpunt lager gescoord. Met de centrale examens Frans havo en vwo 2016 is geen kandidaat benadeeld. De beschreven situatie bij Frans is echter niet wenselijk. De eerste gesprekken over maatregelen om dit voor de toekomst te voorkomen, zijn in dit kader inmiddels met deskundigen van het CvTE en Cito gevoerd.»

Freya Martin

clustermanager talen havo/vwo

College voor Toetsen en Examens

Ik heb zelden een meer perverse brief gelezen en dit is een officieel stuk van het CvTE… Koude rillingen krijg ik ervan.

Dit is het overkoepelende overzicht:

Eerst het landelijk gemiddelde cijfer HAVO Frans gevolgd door het landelijk gemiddeld aantal onvoldoendes en de bijbehorende normering

Dit is de vragenlijst die ervaren docenten konden invullen over het examen HAVO Frans. Ik heb er een hoop lucht uitgehaald, de herhalingen, de multiple-choice opties etc… maar van de substantie heb ik niets afgedaan.

Vragenlijst over de prestatie-eis van Frans havo

1       Heeft u de afgelopen jaren Frans gegeven aan leerlingen in klas 4 en/of 5 havo?

Een leerling leert Frans door de lessen op school, door andere schoolgebonden activiteiten en door niet-schoolse activiteiten. Onder deze drie aspecten verstaan we het volgende:

  –    Onder de andere schoolgebonden activiteiten van de school verstaan we bijvoorbeeld excursies, keuzewerktijd, taaldorp, bijles of facultatieve lessen op school etc.

    –    Onder de niet-schoolse activiteiten verstaan we activiteiten van leerlingen volledig buiten school om. Hieronder vallen bijvoorbeeld het kijken van Franstalige tv, het vrijwillig surfen op internet op Franstalige websites, het naar Frankrijk op vakantie gaan etc.

–    Onder lessen verstaan we het aantal klokuren dat de leerling les heeft gehad van een vakdocent. We zijn in dit onderzoek alleen geïnteresseerd in de lestijd (dus zonder huiswerk etc).

We zijn niet alleen geïnteresseerd in de invloed van deze drie aspecten op de ontwikkeling van de taalvaardigheid van leerlingen, maar ook in een eventuele verandering van de invloed op de taalontwikkeling gedurende de afgelopen 30 jaar.

2       Hoe heeft de invloed van de andere schoolgebonden activiteiten op de vaardigheidsontwikkeling van leerlingen in het vak Frans zich in de afgelopen 30 jaar ontwikkeld?*

3       Hoe heeft de invloed van de niet-schoolse activiteiten op de vaardigheidsontwikkeling van leerlingen in het vak Frans zich in de afgelopen 30 jaar ontwikkeld?*

Prestatie-eis

Met de prestatie-eis bedoelen we de vaardigheid die nodig is om een voldoende te halen op het centraal examen. Of in andere woorden: De prestatie-eis is de combinatie van de moeilijkheid van het examen en de daarbij vastgestelde N-term.

Handhaven van de norm

Het CvTE heeft van het ministerie van OCW de opdracht ervoor te zorgen dat over de jaren heen de prestatie-eis gelijk blijft. In andere woorden: Het CvTE moet de norm handhaven. Dat betekent dat als de vaardigheid van de leerlingen terugloopt, ook het gemiddelde cijfer op het centraal examen zal teruglopen. Op dit moment is het gemiddeld cijfer voor Frans havo lager dan voor andere vakken, ondanks de inspanningen van de docenten in de huidige situatie. Al enige tijd haalt een relatief groot aantal leerlingen een onvoldoende.

4       Wat vindt u dat er moet gebeuren met de norm?

5       Het gemiddelde cijfer voor Frans havo in 2019 was 5,8. Welk gemiddeld cijfer had u passend gevonden?*

6       Kunt u het antwoord op de vorige vraag hier kort toelichten?

7       Hierboven wordt aangegeven dat het gemiddeld cijfer kan veranderen door de norm aan te passen of doordat de vaardigheid van de leerlingen stijgt. Welke oplossingen ziet u voor de huidige situatie?

8       Wat is de totale lestijd voor Frans havo op uw school exclusief de facultatieve lestijd?*

9       Naast de lesuren hebben leerlingen ook andere uren waarin zij actief (kunnen) zijn met Frans. Deze uren kunnen per leerling verschillen. Het kan daarbij gaan om keuzewerktijd, facultatieve lessen etc. Zijn er op uw school georganiseerde momenten waarop de leerlingen met Frans bezig (kunnen) zijn buiten de reguliere Franse lessen om?*

10     Indien u bij de vorige vraag ‘ja’ heeft geantwoord, kunt u dan aangeven waar dit uit bestaat?

11         Indien u de vorige vraag heeft beantwoord, kunt u dan aangeven in welke mate leerlingen van de door u bij de vorige vraag gekozen mogelijkheden gebruik maken?

12     We zijn voor dit onderzoek niet alleen geïnteresseerd in de hoeveelheid lestijd in Frans op havo-niveau op dit moment, maar ook in veranderingen hierin in de afgelopen 30 jaar. Om die te onderzoeken hebben we drie specifieke perioden gekozen. We willen de totale lestijd in deze perioden weten om zicht te krijgen op de ontwikkeling in de lestijd. De drie perioden zijn 1990-1995, 2000-2005 (voor Frans 1,2) en 2009-2012. Mogelijk kunt u via oude schoolgidsen of via de schooladministratie achterhalen hoe de situatie toen was. Wij realiseren ons dat dit wel het nodige werk met zich mee brengt. Het zou ons echter enorm helpen om een concreet beeld te krijgen van de ontwikkeling van de lestijd.

De uitkomst van dit onderzoek is ongetwijfeld:

Kinderen komen minder in aanraking met Frans en maken dientengevolge hun examens slechter.

En dan is iedereen blij. Het CvTE heeft degelijk onderzoek gedaan, OCW kan zeggen dat het ligt aan de jeugd van tegenwoordig en de Minister kan erin volharden dat de examens valide zijn… Als iemand écht de problemen bij Frans wil oplossen moet hij naar de problemen bij de examens vragen. Niet naar de problemen bij de jeugd.

Voorstel

Voor we nu met ons allen gaan concluderen dat de examens gelukkig valide zijn en de kinderen te weinig onderlegd zijn voor Frans, zou ik willen voorstellen dat het CvTE een aantal docenten in vertrouwen neemt. Sluit een man of zes, met de eindexamens voor 2020 op in een bunker, zonder internet, met een stapel woordenboeken, kladblokjes, eten en drinken. Doe het met de Kerst. Verbied die zes uitverkorenen hun eigen klassen te corrigeren, laat hun lessen afluisteren door de AIVD, die hebben toch verder niks te doen, laat ze volgen, schaduwen, aftappen, maar geef ze Carte Blanche. Zij moeten alle fouten eruit halen. En ga dit dan niet vragen aan bangerds die niemand voor de schenen durven te schoppen. Alle aanpassingen die zij maken aan de examens voert het CvTE zonder morren en, essentieel, zonder invloed van het fruithapje door. Alles.

En als er dan in 2020, bij een foutloos examen, wederom zou blijken dat de kinderen slecht scoren, pas dan brengen jullie de uitkomst van deze gemankeerde enquête naar buiten. Tot die tijd is het wijs en zinnig om de hand diep en pijnlijk in eigen boezem te steken en om de kinderen het voordeel van de twijfel te geven.

Dit mes snijdt aan twee kanten, het CvTE maakt zich niet belachelijk met een eigen-slager-scenario en de kinderen hebben een foutloos examen. Ik zie niet wie daar tegen kan zijn. De uitkomst van het onderzoek kan dan probleemloos zijn, dat er bij foutloze examens minder fouten worden gemaakt. Mooi toch?

 

Charlotte Goulmy is lerares Frans

Waarom zou je kinderen leren nadenken?

Een collega-docent Frans vroeg me of ik vond of een depressieve docent eigenlijk wel voor de klas mocht. Ik zei dat een depressieve docent ongetwijfeld niet voor de klas kòn… je bent depressief of je bent het niet. Toch?

De vraag bleef door mijn hoofd spoken. Ik weet het eigenlijk niet. In mei kreeg mijn vertrouwen in onze rechtsstaat een dreun, in juni en juli raakte mijn vertrouwen in een diepe coma en is overleden op 12 juli toen mijn Minister-President geroutineerd, aantoonbaar en met overtuiging tegen mij loog op straat.

Sindsdien heb ik gemerkt dat het Ministerie van Justitie de Archiefwet ontduikt door sinds 1994 geen stukken meer over te dragen aan het Nationaal Archief, dat hetzelfde Ministerie van Justitie lak heeft aan de scheiding der machten en driftig meepingelt in het proces Wilders en dat de verantwoordelijk Minister, indien daarop aangesproken tijdens de Politieke Beschouwingen, lekker voetbal zit te kijken. Ditzelfde Ministerie van Justitie doet haar uiterste best om de Rechtsgang zo moeilijk mogelijk te maken voor de minder vermogenden. Mijn Rechtsstaat is rot vanaf de kop en dus hoeft niemand zich illusies te maken over de andere ministeries. Minister Grapperhaus in tranen over de aanslag op de Rechtsstaat… Adding insult to injury. De aanstaande Europese oppergod van Justitie, de hoeder van de Giga-Rechtstaat heet trouwens met een beetje pech Didier Reynders1)… Dat kan, hij is namelijk niet veroordeeld voor corruptie en witwassen als ex-geheim agent zijnde. Alle zegen komt van boven. Met bakken…

Ik kan nu probleemloos een hele serie misstanden benoemen maar kies voor kop in het zand. Ik mòet geloven in een Rechtsstaat. Anderen zijn religieus en kunnen een extra Weesgegroet bidden als hun vertrouwen wankelt, maar politiek is mijn enige religie en mijn schietgebeden maken tot nader orde weinig indruk in Den Haag…

In de onderwijswereld leer je jonge kinderen dat je het goede moet doen, dat je iemand moet verdedigen die onheus wordt bejegend, dat het belang van één nooit ondergeschikt mag worden gemaakt aan dat van een ander, dat niemand belangrijker is dan een ander, dat mensen even veel waard zijn. Dat je niet moet buigen voor corruptie of druk, dat politiek werkt zonder last en ruggespraak en meer van dat soort pikante onzin. Partijdiscipline quand tu nous tiens…. Plotseling lijkt het me toch wel zinnig dat we een vak als Burgerschap invoeren. De rechtsstaat is soms stuk. Het was fijn om dat bijna 50 jaar niet te weten. Ik wens de volgende generaties de capaciteit om laconiek om te kunnen gaan met dit soort ontdekkingen. Is dat een depressie? Is dat juist lucide? Is het pessimistisch? Realistisch? Pathetisch? Defaitistisch? Aan het eind van ieder examenjaar lees ik Huis Clos. Klassikaal. Dat zal dit jaar wel even slikken worden. Blijft ‘t bij L’enfer c’est les autres of duik ik toch dieper het Existentialisme in? Sartre wat doe je me aan….

Moet ik me als docent niet liever druk maken over het lerarentekort, curriculum onzin, het leenstelsel, knellend onderwijs, sectarische clubjes en de discussie over art. 23? Nee. De leerplicht is inmiddels bijna vervangen door de ophokplicht, kijk eens in het Primair Onderwijs. En trouwens, waarom zou je kinderen leren nadenken zolang de Rechtsstaat aan flarden ligt? Alles komt goed. Kan niet anders. Uiteindelijk. Moet haast wel. Hoop ik. Toch? Ik denk dat ik Sartre dit jaar maar vervang door iets minder confronterends…

1) https://www.tijd.be/politiek-economie/belgie/federaal/parket-onderzoekt-aantijgingen-van-corruptie-tegen-reynders/10162414.html


We moeten weer dom worden – De afschaffing van de mondige burger, door YorienvdH, Opiniez, 20 augustus 2019: https://opiniez.com/2019/08/20/we-moeten-weer-dom-worden/yorienvdh/

 

Charlotte Goulmy is lerares Frans