Skip to main content

Redactie Beroepseer

Nieuwe eed voor rijksambtenaren. Betrouwbaarheid en eerlijkheid belangrijk. Meer nadruk op algemeen belang

Minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft op 20 januari 2023 de tekst van de nieuwe ambtseed voor rijksambtenaren aan de Tweede Kamer gestuurd. Met name het tweede gedeelte van de eed van trouw geeft meer normatieve richting. De meest normatieve frase in het huidige tweede deel van de eed is nogal vaag. Deze luidt: “Ik zweer/beloof dat ik mij zal gedragen zoals een goed ambtenaar betaamt, dat ik zorgvuldig, onkreukbaar en betrouwbaar zal zijn en dat ik niets zal doen dat het aanzien van het ambt zal schaden”.

In de nieuwe eed gaat het over je inzetten voor het algemeen belang; integer werken; mensen rechtvaardig, gelijkwaardig en met respect behandelen; bijdragen aan een open overheid; zorgvuldig omgaan met vertrouwelijke informatie en je gedragen volgens wetten, het recht en de gedragsregels die voor ambtenaren gelden.

Ambtelijk vakmanschap

De toelichting in Bijlage 1 is interessant. Daar staat o.a.: “Het democratisch en rechtsstatelijk besef is een kernonderdeel van ons ambtelijk vakmanschap”.

De nieuwe ambtseed lijkt een belangrijke stap richting betere institutionalisering van goed ambtelijk vakmanschap, zoals door stichting Beroepseer bepleit in het boek Het recht op ambtelijk vakmanschap.

Voor de nieuwe eed is een wetswijziging nodig. De verwachting is dat deze vanaf 1 januari 2024 kan worden gebruikt. Alle rijksambtenaren moeten de eed afleggen als zij in dienst bij de rijksoverheid komen.

Kamerbrief over uitvoering motie Ellian wijziging ambtseed rijksambtenaren, Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 20 januari 2023, Rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidspersoneel/documenten/kamerstukken/2023/01/20/kamerbrief-tk-uitvoering-motie-ellian-wijziging-ambtseed-rijksambtenaren

Bijlage 1: Wijziging ambtseed rijksambtenaren. Tekst en toelichting voor de nieuwe ambtseed rijksambtenaren, Rijksoverheid, 20 januari 2023: www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidspersoneel/documenten/ambtsberichten/2023/01/20/bijlage-1-tekst-en-toelichting-nieuwe-ambtseed

Nieuwe eed voor rijksambtenaren, Binnenlands bestuur, 20 januari 2023: www.binnenlandsbestuur.nl

Het recht op ambtelijk vakmanschap verschenen, Beroepseer, 7 oktober 2022, : https://beroepseer.nl

Eed en belofte: www.p-direkt.nl/

U P D A T E

De nieuwe ambtseed: een grote stap naar een transparantere overheid, Over informatie gesproken, 20 maart 2023: https://overinformatiegesproken.nl/de-nieuwe-ambtseed-een-grote-stap-naar-een-transparantere-overheid/

De maatschappelijke coalitie ‘Over informatie gesproken’ heeft een brief geschreven op 20 maart 2023 aan minister Hanke Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de nieuwe ambtseed die nog in de wet moet worden opgenomen.
De coalitie vindt de eed een grote verbetering ten opzichte van de huidige en is vooral te spreken over de achterliggende gedachte. Wat betreft inbedding van de eed heeft de coalitie voorstellen, waarover ze graag het gesprek met de minister wil aangaan.

 

Podcastserie ‘Operatie aangeklaagd’: Wat doet een tuchtklacht met een zorgverlener?

In de podcastserie Operatie aangeklaagd van beroepsvereniging voor zorgverleners VvAA vertellen zij openhartig over een tuchtklacht die ze van een patiënt of cliënt kregen. Een huisarts, een gynaecoloog, een dierenarts en een chirurg blikken terug op de afhandeling en de impact van het hele proces.
VvAA maakt sinds najaar 2021 Operatie aangeklaagd met het doel moeilijke onderwerpen binnen de zorg bespreekbaar te maken en van elkaar te leren.

A F L E V E R I N G E N

Huisarts Geert-Jan

Een patiënt van huisarts Geert-Jan krijgt van een doktersassistent een injectie in de bil, waarna een complicatie optreedt. Hoewel de complicatie op tijd wordt onderkend en aangepakt, is voornamelijk de partner van de patiënt ontevreden over de afhandeling. Geert-Jan krijgt een tuchtklacht. “Als ik kritisch naar mijn handelen keek, had ik niet het gevoel dat er veel mis was gegaan.” De klacht wordt gegrond verklaard, ook in hoger beroep. Hierna besluit Geert-Jan klachten ‘leuk’ te gaan vinden: “Ik heb me voorgenomen me zo open mogelijk op te stellen.”

Gynaecoloog Marjolein

Gynaecoloog Marjolein ontvangt vijf jaar na een nachtdienst een klacht van een vrouw die destijds zwanger was en klaagde over veel pijn. De dienstdoende arts-assistent had haar een afwijkende hoeveelheid medicijnen gegeven toen Marjolein in het ziekenhuis lag te slapen. Uiteindelijk overlijdt de baby. “Ik liet niet zien hoe aangeslagen ik was, terwijl ik dat wel was.”

Dierenarts Paul

Dierenarts Paul onderzoekt in een periode van twee maanden regelmatig een hond met vage, niet-specifieke klachten. Met zijn eigenaar kan hij het prima vinden. “Ik had het gevoel dat we hetzelfde pad bewandelden.” Na een periode stuurt Paul de hond door naar een medisch specialist. Deze constateert dat Paul wellicht in een eerder stadium iets over het hoofd heeft gezien. Niet lang daarna krijgt hij een tuchtklacht. Aan de steun van zijn werkgever heeft hij deze periode veel.

Vaatchirurg Ran

Vaatchirurg Ran is al met pensioen wanneer hij, net als twee voormalige collega’s, thuis een klacht ontvangt. Drie jaar geleden zou hij onzorgvuldig hebben gehandeld nadat een patiënt complicaties kreeg na een operatie aan haar hoofdslagader. Hij komt voor de eerste keer met het tuchtcollege in aanraking en gaat er met vertrouwen in: “Alles was opgeschreven. Van medische handelingen tot en met notities als ‘familiegesprek in goede sfeer verlopen.”

Klik op afbeelding hieronder voor podcast op Spotify

 

Magazine ‘Betrokken’

In het online magazine Betrokken spreken zorgverleners in artikelen en video’s openhartig over zaken die anders liepen dan gewenst. Ga naar Betrokken: over omgaan met (en het voorkomen van) klachten en claims: https://www.vvaa.nl/nieuws-en-kennis/ledenthema/klachten-en-claims-in-de-zorg/magazine-betrokken/bekijken
of https://media.umbraco.io/vvaa/o1fpjlum/vvaa-magazine-betrokken-omgaan-met-klachten-en-claims.pdf

Podcast van alle afleveringen: www.vvaa.nl/nieuws-en-kennis/ledenthema/klachten-en-claims-in-de-zorg/podcast-operatie-aangeklaagd
of www.bnr.nl/vanonzepartners/operatie-aangeklaagd

VvAA: www.vvaa.nl

Verschenen: Eerste editie ‘Staat van de Uitvoering’. Organisaties trekken aan de bel vanwege problemen bij uitvoering wetten

De medewerker van een grote publieke dienst zei op een reflectiebijeenkomst: ”En wanneer gaan we het nu hebben over het echte probleem? De complexiteit?”
Het zijn de beginwoorden van de eerste Staat van de Uitvoering, een periodiek terugkerende publicatie bedoeld om de politiek te informeren over de openbare dienstverlening. De eerste editie begint met een Voorwoord van de uit negen personen bestaande Stuurgroep, een op 15 juli 2022 door de Ministerraad ingesteld orgaan dat de opdracht heeft om zelfstandig de Staat van de Uitvoering vast te stellen.

De Staat van de Uitvoering is een analyse van de problemen die uitvoeringsorganisaties tegenkomen, zoals bijvoorbeeld de Belastingdienst, het Centraal Bureau voor de uitgifte van Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) of de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Twee jaar na publicatie  van het eindverslag van het onderzoek naar de kinderopvangtoeslag, Ongekend onrecht (december 2020), waarin de uitvoeringsproblemen duidelijk aan het licht kwamen, is de overheid nog niet veel opgeschoten met reparatie en verbetering. De uitvoering is nog steeds ondoorzichtig, inflexibel en foutgevoelig, aldus de stuurgroep. De regels worden ingewikkeld genoemd, er is sprake van een stapeling van beleid.

Modernisering van de Overheid

De Kamerbrief ‘Modernisering van de Overheid’ van 5 maart 2021 zegt het volgende over de Staat: “De Staat van de Uitvoering bundelt inzichten uit afzonderlijke domeinen en wordt vergezeld van een rijksbreed en trendmatig beeld van de uitvoeringspraktijk. De Staat focust nadrukkelijk op slepende problematiek voorbij de waan van de dag”.

Over het waarom meldt de Kamerbrief: “Steeds weer blijkt de uitvoering doorslaggevend in de maatschappelijke waardering van de overheid. (…) Toch is het niet duidelijk hoe wordt bepaald op welke wijze uitvoeringsorganisaties verantwoording afleggen aan de Kamer. (…) doordat problemen die ontstaan in de uitvoering van beleid niet altijd expliciet worden benoemd in de rapportages en dat sommige problemen die wel benoemd worden, niet door Kamerleden worden opgepakt door de veelheid aan informatie. (…) Voor Kamerleden kan het interessanter zijn om te reageren op incidenten dan om zich bezig te houden met de wetgeving of met structurele monitoring van uitvoeringsorganisaties”.

In deze eerste Staat gaat de aandacht vooral uit naar zaken die raken aan de kwaliteit en toegankelijkheid van de dienstverlening aan burgers en bedrijven. De Stuurgroep beperkt zich daarbij niet tot het directe klantcontact: goede en toegankelijke dienstverlening vraagt om focus in de hele keten van politiek tot balie. Centraal in de Staat staan knelpunten die publieke dienstverleners niet zelf kunnen oplossen, maar waarbij ook politiek en beleidsmakers nodig zijn.

Onderzoeksdomein

De publieke dienstverleners vormen een heterogene groep. Samen met politiek en beleidsmakers staan zij als uitvoeringsorganisaties voor de uitdaging om belangrijke maatschappelijke opgaven van nu het hoofd te bieden. Denk aan opgaven als bestaanszekerheid en armoedebestrijding, klimaat, energie en stikstof, wonen, veiligheid, mobiliteit en infrastructuur. Het voornemen was om 38 van de ruim 150 uitvoeringsorganisaties van de Rijksoverheid (diensten, agentschappen en zelfstandige bestuursorganen) in deze beschouwing op te nemen. Met name omdat deze 38 op grote schaal contact hebben met burgers en ondernemers. Een aantal organisaties heeft met redenen omkleed aangegeven niet te willen participeren. Veel van de onderzoeken in deel 3 gaan wel over de volledige groep van 38 publieke dienstverleners. In sommige gevallen bestrijken de gebruikte onderzoeken een nog breder domein. Zo hebben de klanttevredenheidsonderzoeken ook betrekking op de dienstverlening door gemeenten.

Bronnen van informatie

Bronnen voor de Staat van de Uitvoering zijn documenten van de uitvoeringsorganisaties zelf. Een flink deel van hen publiceerde een Stand van de Uitvoering en/of een knelpuntenrapport. Andere organisaties leverden een (nog) ongepubliceerde Stand aan of hebben in een e-mail hun knelpunten toegelicht. Daarnaast is de Staat gebaseerd op analyses van onafhankelijke onderzoeksbureaus en wetenschappers. Bovendien is een groot aantal bijeenkomsten georganiseerd voor publieke dienstverleners en beleidsmakers. In deze bijeenkomsten hebben deze groepen gereflecteerd op de onderzoeksresultaten en meegedacht over de te formuleren oproepen. Enkele vertolkers van het burger- en ondernemersperspectief en voormalige beleidsmakers hebben als klankbord gefungeerd. In de beschouwing is ook de recent gepubliceerde Stand van de Uitvoering van de gemeenten betrokken.
Gemeenten waren geen deelnemer in deze Staat van de Uitvoering, maar de ambitie is in een volgende Staat ook de rol van gemeenten nadrukkelijk mee te nemen. Een groot deel van de publieke dienstverlening is immers de verantwoordelijkheid van gemeenten.

Inhoud
Voorwoord en Samenvatting van de Stuurgroep 4
Over de Staat 6
DEEL 1 Complexiteit blijkt grootste knelpunt bij publieke dienstverlening 7
DEEL 2 Rode draad uit de Standen van de Uitvoering 19
DEEL 3 Trendmatig beeld van de publieke dienstverlening: een eerste foto 28

Downloaden Staat van de Uitvoering 2022, 18 januari 2023: https://beroepseer.nl

Staat van de uitvoering: https://staatvandeuitvoering.nl/

Ambtenaren zijn er niet alleen voor politici

Thijs Jansen reageert met zijn artikel Ontwenningskuur: ambtenaren zijn er niet alleen voor politici op het artikel in NRC Hoge ambtenaren bezorgd over samenwerking met politiek, topoverleg bij Rutte (10 januari 2023).
Het topoverleg vond plaats tussen premier Rutte, minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de twaalf secretarissen-generaal, de hoogste ambtenaren van de verschillende ministeries. De spanningen tussen het kabinet en de rijksambtenaren schijnen zodanig toegenomen te zijn dat topoverleg nodig was.

Volgens Jansen behoren de oplopende spanningen geduid te worden “in het licht van de conclusies die dit kabinet-Rutte en de topambtenaren zelf hebben getrokken uit de Toeslagenaffaire. Ze hebben aan den lijve ondervonden dat de geloofwaardigheid van de overheid wordt bepaald door de kwaliteit van de uitvoering; en hebben zich genoodzaakt gezien er consequenties aan te verbinden.

Ze moedigen ambtenaren nu aan om zich in toenemende mate stevig op te stellen richting bestuurders, als dat van belang is voor vertrouwen in en het gezag van de overheid. Het onvermijdelijke gevolg daarvan is echter dat het monopolie van het bestuur op ambtelijk vakmanschap steeds sterker onder druk komt te staan. Kortom: we zien hier de eerste verschijnselen van de ‘ontwenningskuur’ waarvoor bestuurders zelf hebben gekozen.

Door de Toeslagenaffaire is het inzicht gaan dagen dat het toe-eigenen van het recht op vakkundige ambtenaren door bestuurders tot problemen leidt. Het is daarom belangrijk dat in de komende jaren wordt toegewerkt naar een evenwicht waarbij vier partijen in gelijke mate recht hebben op ambtelijk vakmanschap”.
Behalve de bestuurders en de ambtenaren zelf – in beleid, uitvoering en toezicht – zijn dat de burgers en de volksvertegenwoordigers.

Ambtelijk vakmanschap

Voor de metamorfose van de ambtenaar als dienaar van de politiek tot dienaar van de burger heeft de overheid een aantal programma’s opgezet voor de periode 2021 – 2026, zoals ‘Ambtelijk vakmanschap’, ‘Grenzeloos samenwerken’, ‘Dialoog en ethiek’, ‘Werk aan uitvoering’ en ‘Loyale tegenspraak’, waarmee 30 miljoen euro is gemoeid.

Jansen aan het slot van zijn artikel: “Een stevige erkenning van het recht van burgers, volksvertegenwoordiging en ambtenaren zelf op ambtelijk vakmanschap is onontkoombaar. Het vertrouwen in politiek en overheid staat sterk onder druk en het is steeds duidelijker dat goed ambtelijk vakmanschap ten dienste van de maatschappij noodzakelijk is om het tij te keren.

En het is allerminst verbazingwekkend dat deze operatie tot grote spanningen leidt…”

Ontwenningskuur: Ambtenaren zijn er niet alleen voor politici, door Thijs Jansen, NRC, 18 januari 2023: www.nrc.nl/nieuws/2023/01/18/ontwenningskuur-ambtenaren-zijn-er-niet-alleen-voor-politici-a4154542

Thijs Jansen is directeur van Stichting Beroepseer

Het artikel staat in de papieren krant van 20 januari 2023: Ambtenaar, durf je uit te spreken tegen bestuurders. Klik op afbeelding voor vergroten

 

 

Drie reacties van experts op ‘Het geheim van de lange relatie’. Over continuïteit in het sociaal domein

Discontinuïteit is te zeer de norm in sociaal beleid en in organisatie- en uitvoeringspraktijken ervan. In het essay Het geheim van de lange relatie*) schrijven de auteurs dat we maatschappelijke vraagstukken en uitdagingen met meer succes zouden kunnen aanpakken als we continuïteit een centrale plek kunnen geven in het sociaal domein. Het gevolg daarvan is dat in het bijzonder de relationele continuïteit – het contact van sociaal werkers met bewoners en cliënten – wordt gefrustreerd.

Het kan anders en het moet anders. Radboud Engbersen, programmaleider bij Movisie en een van de auteurs van het essay gaat in een artikel op Sociale Vraagstukken nader in op het onderwerp. Aan het slot leveren drie experts, geïnterviewd door Jan van Dam, commentaar.

Discontinuïteit doorbreken

Tijdelijkheid, wisseling en discontinuïteit lijken in het hele semipublieke domein een wezenskernmerk te worden, terwijl er juist behoefte is aan vertrouwdheid, aan vaste contacten, aan rust en aan zekerheid. Het is daarom tijd dat politiek en bestuur serieus werk maken van continuïteit. In beleid, in organisaties, in professionele relaties.

Het essay biedt aanwijzingen om op drie samenhangende niveaus de alom aanwezige discontinuïteit te doorbreken.

– Beleidsmatig: weersta de verleiding om op basis van incidenten, modegrillen of politieke druk het beleid telkens aan te passen.
– Organisatorisch: garandeer meerjarige financiële zekerheid door anders of zelfs niet meer aan te besteden.
– Relationeel: zorg voor een werkklimaat waarin professionals een langdurige relatie met inwoners, cliënten en een wijk kunnen aangaan.

Reactie 1: Stop met aanbesteden

De eerste reactie is van Michiel van der Vlies: Beter betrokkenheid en worteling in lokale gemeenschap dan aanbesteden. Van der Vlies is bestuurder van sociaalwerk-organisatie MEE-Vivenz, een grote welzijnsorganisatie in Dordrecht en omstreken. Hij pleit voor afschaffing van kortjarige aanbestedingen. “Die zorgen alleen maar voor onrust”.

“Ik ben zelf wethouder geweest in Hendrik-Ido-Ambacht, maar besef nu meer dan toen het belang van continuïteit voor de bereidheid van organisaties, professionals en inwoners om te ontwikkelen. Veranderen prima, maar dat werkt beter als je financiële zekerheden hebt waardoor je kunt investeren.

Het essay geeft de lezer inzicht in het geheim van de langdurige relatie, en biedt tevens aanknopingspunten om de continuïteit in het sociaal domein te waarborgen. Ik voeg er graag aan toe: Stop met het circus van aanbesteden en keer terug naar het Rijnlandse model van overleg”.

Reactie 2: Geduld opbrengen

Willemijn van der Zwaard benadrukt: We moeten met z’n allen geduld opbrengen. Van der Zwaard is strategisch projectleider bij zorginstelling Reinaerde. Ze onderschrijft de oproep uit het essay aan professionals om zich zelfbewuster op te stellen.

“Als je te weinig ruimte voor je professionaliteit opeist, hoe kun je dan voor mensen met een hulpvraag de goede dingen doen? Het zou‚ met andere woorden‚ je professionele verantwoordelijkheid moeten zijn om je uit te spreken wanneer een regel of financieel kader je hindert je werk goed te doen.

Gemeenten zochten de afgelopen zeven jaar naar passende organisatievormen voor zorg en ondersteuning. Er is discussie mogelijk over de vraag of ze daar voldoende in zijn geslaagd, maar hoe dan ook is er ruimte ontstaan om lokaal de taaie vraagstukken aan te pakken. Het sociaal domein moet daar nu de focus op leggen, een strakke opdrachtgever-opdrachtnemer-relatie is daarbij echter eerder een belemmering dan een stimulans.

We moeten met z’n allen geduld opbrengen, zoals de auteurs van het essay terecht vragen, en gemeenten de gelegenheid bieden om samen met hun partners iets op te bouwen. Als iets de continuïteit in het sociaal domein bedreigt, dan is het wel dat we uit ongeduld zouden besluiten tot een re-centralisering van verantwoordelijkheden”.

Reactie 3: Gemeenschappelijke visie

Marcel Spierts: Discontinuïteit en versnippering bestaan langer dan vandaag. Spierts is zelfstandig onderzoeker en publicist op het gebied van sociaal werk, educatie en cultuur. Hij mist de historische dimensie in het essay.

“Bijna vijftig jaar na het verschijnen van de Knelpuntennota (1974), vertoont wat we nu het sociaal domein noemen nog steeds het beeld van enorme versnippering. Daar kun je moedeloos van worden. Maar als je het beeld goed tot je laat doordringen, vind je er ook aanknopingspunten voor een mogelijke oplossing. Een ervan is dat beleidsmakers, organisaties en professionals veel meer het gesprek met elkaar moeten aangaan, over hoe ze tot een gemeenschappelijke visie kunnen komen. Een visie van waaruit ze via een van tevoren overeengekomen manier van werken bepaalde doelstellingen kunnen realiseren. Dat is volgens mij dé manier om eindelijk af te komen van die vermaledijde versnippering en discontinuïteit in het sociaal domein.

Dat onze premier het hebben van een visie bijna als iets onoorbaars beschouwt, ontslaat ons niet van de plicht om er zelf een te ontwikkelen. Zorg- en welzijnsorganisaties en hun professionals mogen zich niet verschuilen achter welk excuus dan ook. Zij móéten, als ze hun metier serieus nemen, een goed onderbouwde visie ontwikkelen, en hun manier van werken daarop afstemmen. Daarvoor moeten ze gebruikmaken van de kennis die er al is. Maar ook dienen ze hun praktijk zo in te richten dat de kennis verder ontwikkeld wordt. Ik heb het dan over een gezamenlijke inspanning van beleidsmakers, wetenschappers, professionals, ervaringsdeskundigen, bewoners en cliënten”.

Lees het hele artikel en de interviews: Succesvol sociaal werk vraagt om relationele continuïteit, door Radboud Engbersen, Sociale Vraagstukken 9 december 2022: www.socialevraagstukken.nl/succesvol-sociaal-werk-vraagt-om-relationele-continuiteit/
Movisie is het landelijk kennisinstituut voor het sociaal domein. Sociale Vraagstukken is een tijdschrift en een platform voor debat van onderzoekers en deskundigen over maatschappelijke kwesties.

Permanente vernieuwingsdrang ondermijnt het sociaal domein, door Radboud Engbersen (Movisie), Thijs Jansen (Stichting Beroepseer), Rienk Janssens (VNG), mei 2022, een uitgave van Movisie: www.socialevraagstukken.nl/permanente-vernieuwingsdrang-ondermijnt-het-sociaal-domein/

*) Downloaden essay Het geheim van de lange relatie, door Rienk Janssens, Radboud Engbersen, Thijs Jansen, mei 2022: https://beroepseer.nl/wp-content/uploads/2022/05/essay_het_-geheim_van_de_lange_relatie_DEF.pdf

 

 

Er is iets mis met de manier waarop we met ouderen omgaan. 75-plussers over ouder worden voor boek en docu ‘Rebels’

“Het allerergste is het vreselijke woordje ‘nog’. Dan zeggen ze dat ik er nog goed uitzie of me nog goed kan concentreren. Alsof dat op mijn leeftijd een verdienste is”. – Greta (77)

Via een oproep is de Vlaamse journaliste Ann Peuteman op zoek gegaan naar 75-plussers die het op de een of andere manier moeilijk hebben met de manier waarop er met hen wordt omgegaan en hoe ze worden voorgesteld. Binnen een paar dagen kreeg zij honderden reacties.
Eénmaal een bepaalde leeftijd worden ouderen meer dan nodig betutteld. In voorzieningen en in ziekenhuizen wordt iedereen met de voornaam aangesproken of ze dat nu willen of niet. Weinigen worden nog aangesproken op hun expertise of mening. Veel wordt beslist in hun plaats. Haast onzichtbaar worden alle ouderen – ongeacht verleden, identiteit of karakter – op dezelfde manier behandeld en als een anoniem en homogeen blok aangezien.

Rebels

Ann Peuteman sprak voor haar boek en documentaire film Rebels met 75-plussers over ouder worden. Het resultaat is een bundel verhalen van een twaalftal ouderen, verschenen in het najaar van 2022. In samenwerking met filmmaker Brecht Vanhoenacker maakte Peuteman de documentaire voor de sociaal-artistieke werkplaats voor verhalenvertellers, ‘Victoria Deluxe’ in Gent.

Aan Peter Jan Bogaert vertelde Peuteman in een interview voor het Vlaamse Sociaal.Net: “Ik heb iedereen dezelfde vraag gesteld: wat is voor jou het moeilijkst bij het ouder worden om te kunnen blijven wie je bent. Na een eerste selectie heb ik een veertigtal mensen uitgebreid geïnterviewd. Voor de documentaire heb ik er daarvan een tiental geselecteerd, rekening houdend met gender, diversiteit, thuiswonend of in een voorziening, korter en langer geschoold”.

Je hebt in je boek drie rechten geformuleerd die volgens de 75-plussers het meest worden geschonden.
“Op één staat het recht op een eigen mening of het gebrek eraan. Nummer twee is het recht op werk/vrijwilligerswerk. Op drie staat het recht je eigen financiën te regelen. Daarna, maar niet in het boek opgenomen, kwamen het recht om zelf te bepalen wat je eet en drinkt en tenslotte het recht op mobiliteit: je kunnen verplaatsen hoe en wanneer je wil”.

Wat woonzorgcentra betreft, er blijkt behoefte te zijn aan een andere vorm van inspraak en medebestuur.
“Het gaat dan veel verder dan zelf te beslissen wanneer welke soep geserveerd wordt. Het gaat ook over de mogelijkheid om zelf het budget van de inrichting van de leefgroep te besteden of zelf een zeg te hebben in het personeelsbeleid en de aanwervingen.
Echte participatie is toch vaak de sleutel voor kwaliteit. In een bepaald woonzorgcentrum kampten ze met een personeelstekort waardoor ze niet alle bewoners voor negen uur ’s morgens konden wassen. Vaak duurde het tot elf uur. De directie heeft dan samengezeten met de bewoners. En wat bleek: niet iedereen wilde zo vroeg gewassen worden. Zo is er een regeling ontstaan dat er een groep ’s morgens werd gewassen en een aantal in de late namiddag, op eigen vraag”.

Tot besluit twee treffende uitspraken:

“De verhalen van hoe ouderen, al dan niet subtiel, worden geweerd uit het actieve leven zijn talloos. We laten daar als samenleving veel kansen liggen”.

“Er een cultuuromslag nodig. Niet alleen in de woonzorgcentra, maar in de hele samenleving”.

Lees het hele interview: 75-plussers in verzet: ‘Er is iets mis met de manier waarop we met ouderen omgaan’, door Peter Jan Bogaert, Sociaal.Net, 16 januari 2023: https://sociaal.net/achtergrond/ann-peuteman-rebels-75-plussers-in-verzet/
Sociaal.Net is een online platform voor geïnteresseerden in sociaal werk, welzijn en gezondheid en forum voor maatschappelijk debat.

Ann Peuteman is redactrice bij het Vlaamse weekblad Knack en verdiept zich daarnaast al jaren in het leven van ouderen.  Daarover schreef ze de boeken Grijsgedraaid – Waarom we bang moeten zijn om oud te worden en Verplant – Waarom het heerlijk wonen kan zijn in het woonzorgcentrum.
Brecht Vanhoenacker is filmmaker. Hij werkte eerder al samen met ‘Victoria Deluxe’ voor o.m. de film Somer en de documentaires Buffalo forever en Wat hebben we verdiend vandaag?

Boek Rebels, uitgeverij Vrijdag:  https://www.uitgeverijvrijdag.be/product/6910095/rebels

Documentaire Rebels: https://www.victoriadeluxe.be/rebels/

Zorgverleners kijken alsmaar negatiever naar ouderen: ‘Ageism is sluipend gif’, door Christel Geerts en Charlotte Brys, Sociaal.Net, 5 januari 2022: https://sociaal.net/achtergrond/ageism-zorgverleners-kijken-steeds-negatiever-naar-ouderen/

Hieronder de trailer van de documentaire Rebels. De afbeeldingen helemaal bovenaan zijn eraan ontleend.

Interview met Jelle van Baardewijk over de cultuur van moeiteloosheid, beroepstrots, onderwijs en professionalisering

In zijn lezing op het HGZO-congres*) vertelde filosoof en ethicus Jelle van Baardewijk dat mensen tegenwoordig moeite hebben met moeite. Thema van het congres was Uit je comfortzone.
Joke van Alten en Jacqueline Dijkstra interviewden Van Baardewijk  voor het kennisplatform Onderwijs en Gezondheidszorg – voor mensen die zich bezighouden met opleiden en leren in de zorg.
Van Baardewijk houdt zich bezig met de ethiek van het bedrijfsleven en de overheid. Hij is universitair docent Maatschappelijke bestuurskunde aan de Vrije Universiteit en lector Bedrijfsethiek aan de Hogeschool Rotterdam .

De interviewers vroegen aan Van Baardewijk een toelichting te geven op zijn uitspraak dat mensen tegenwoordig moeite hebben met moeite. Zijn lezing – die o.m. ging over het mijden van inspanning, dociel gedrag en vakmanschap – was getiteld Onderwijs en zorg in een cultuur van moeiteloosheid.

“We leven in een consumptie-, maar ook in een prestatiesamenleving. Mensen zijn gericht op de bevrediging van hun behoeftes en vinden het ingewikkeld om te presteren, terwijl dat steeds meer van ons gevraagd wordt. Dat is paradoxaal. Er waart een grote kracht rond die aanzet tot een passieve houding ten opzichte van onze eigen doelen en ons eigen vakmanschap. Dat zie je in moderne techniek, moderne levenssferen die aanzetten tot een passieve levenshouding. Veel mensen zetten eerder Netflix aan dan dat ze een boek lezen. Of waarom zou je een vriendin bellen als je ook lekker kan instagrammen. Zo is een cultuur van moeiteloosheid ontstaan, weerstand tegen weerstand. Dat resulteert in een palliatieve samenleving, volgens de filosoof Byung-Chul Han, waarin pijn weggeslikt en niet geaccepteerd wordt. Een samenleving waarin discipline ook iets heel moeilijks is geworden. Dat zie ik terug op de universiteit en de hogeschool. Ook op de werkvloer laten mensen over zich heen lopen, gaan ze dociel met administratiesystemen mee. De kunst is hier in opstand tegen te komen. Je eigen werk vorm te geven”.

Structuur bieden voor voortdurende professionalisering

Wij herkennen die moeiteloosheid, horen bijvoorbeeld zorgmedewerkers zeggen: ‘Als de baas het niet betaalt, dan doe ik niets aan mijn ontwikkeling’.

“Er zijn veel beroepen die geen gezag meer hebben in Nederland. Eigenlijk bestaat positioneel gezag in Nederland niet meer, zoals Thijs Jansen van de Stichting Beroepseer laat zien in zijn boeken. Wanneer je vroeger zei dat je aan de universiteit of als verpleegkundige werkte, dan had je een soort autoriteit. Maar gezag moet je tegenwoordig toch meer verdienen. De meeste beroepen in de zorg zijn in coronatijd, door de herbezinning op wat vitale beroepen zijn, enorm in waardering gestegen. Werken in de zorg wordt als bijzonder gezien, er wordt voor zorgmedewerkers geapplaudisseerd.
Verpleegkundigen, meer nog dan specialisten en huisartsen, zouden hun nieuwe gezag nu kunnen verzilveren. Hun beroepstrots is terecht. Het is een overvraagde beroepsgroep met een normaal loon, er is flinke schaarste, en ieder doemscenario laat zien dat er meer verzorgenden en verpleegkundigen nodig zijn. Dat zij dan nu zeggen ‘ik doe dit of dat niet, want het is geen onderdeel van mijn werk’, dat snap ik. Eindelijk staan ze voor hun werk en zeggen ze NEE. Dat heeft ook te maken met dat zij heel goed weten dat zij altijd ‘aan’ staan, pauze heeft bijvoorbeeld een heel andere betekenis dan in kennisintensieve beroepen. Ik vind het een teken van beroepstrots en ik denk dat ze groot gelijk hebben als ze zeggen ‘wij doen genoeg’.

De andere kant is: hoeveel wil je investeren in je eigen beroepsontwikkeling? Jongere generaties hebben veel meer moeite met investeren in hun eigen vakmanschap. In een consumptiecultuur is het niet meer vanzelfsprekend aan je eigen ontwikkeling te werken. Maar het hoort er natuurlijk wel bij. Je mag verwachten van verpleegkundigen dat ze niet de avond voor een vroege dienst tot laat in de kroeg staan en dat ze hun vakliteratuur bijhouden. Dat vergt discipline en dat is echt niet zo makkelijk in een cultuur van moeiteloosheid. Je moet als onderwijs en beroepsgroep ook een structuur bieden voor de voortdurende professionalisering. Er zijn beroepen waarin het heel gewoon is om jaarlijks terug te keren in de schoolbanken, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen op je vakgebied en om te publiceren. Voor hbo en mbo zou daarvoor een andere vorm bedacht moeten worden. Cultuur is in de kern het stellen van eisen en moeite doen”.

Andere uitspraken over onderwijs:

– Het onderwijs moet […] in de spiegel gaan kijken. Kennis en kunde moeten terug in het hart van het onderwijs.

 – Onderwijs moet inhoudelijk veeleisend en daarmee goed zijn. Je hele leven wordt leuk als je dingen begrijpt en onder controle hebt. Het ‘leuk zijn’ van je school of je werk is een secundaire kwaliteit, die je er als je geluk hebt bij krijgt.

– In de zorg bestaat een vrij realistisch beeld van het vakmanschap, al vrees ik ook bij jullie voor de onderwijsvernieuwers. Op het vakmanschap van artsen en verpleegkundigen kun je geen compromissen sluiten.

Herwaardeer vakinhoud

Op de slotvraag – Welke boodschap wil je geven aan opleiders in de zorg? – antwoordt Van Baardewijk:
“Herwaardeer vakinhoud. Schuw discipline niet. Studenten gaan minder hard leren als ze drie herkansingen hebben, laat staan vijf! Zoek ook je eigen beroepseer op als mede-poortwachter van het zorgsysteem. Wat is de kern van jullie werk, vakinhoudelijk?”

Lees het hele interview: De beroepstrots wordt alleen maar groter als iets moeilijk is, door Joke van Alten en Jacqueline Dijkstra, Onderwijs en Gezondheidszorg, 19 december 2022: https://onderwijsengezondheidszorg.nl/artikelen/2022/december/editie-7/de-beroepstrots-wordt-alleen-maar-groter-als-iets-moeilijk-is


Noot

*) Het HGZO-Congres, georganiseerd door het Amsterdam UMC, vond voor de 21e keer plaats op 6 en 7 oktober 2022. Het is een jaarlijks congres bestemd voor docenten en opleiders in het Hoger Gezondheidszorg Onderwijs (HGZO). Men kan lezingen bijwonen en deelnemen aan verschillende workshops. www.vumc.nl/
Het volgende congres vindt plaats op 20 maart 2023. Thema: De onderzoekende docent.

Praktische wijsheid is essentieel voor verlenen goede medische zorg

“Praktische wijsheid staat vanaf de laatste decennia van de 20ste eeuw toenemend in de belangstelling van professionals van allerlei aard: psychologen, juristen, docenten, managers, bestuurders en medici. Deze vernieuwde belangstelling is toegeschreven aan factoren als: de toenemende complexiteit en de alsmaar versnellende ontwikkelingen van laatmoderne samenlevingen en de eraan gekoppelde onzekerheden, aan het wegvallen van vertrouwde ideologieën en denkkaders, en aan de technologisering en instrumentalisering behorend bij het momenteel in de westerse wereld overheersende, door marktdenken beheerste neoliberale
discours.

Met name professionals die te maken hebben met morele vraagstukken hebben daardoor toenemend behoefte aan een kompas dat hen helpt te koersen op moraliteit: het doen van het goede en het geen schade toebrengen. Het dagelijks werk van medische professionals, artsen, is doordrenkt met moraliteit. Medici-practici vragen zich voortdurend af: wat is hier en nu voor deze individuele patiënt goed om te doen (of te laten)? Hoe voorkom ik schade of te grote risico’s op schade voor deze mens die aan mijn zorgen is toevertrouwd? Zou het ontwikkelen van de Aristotelische phronèsis, die wij vertaalden als ‘praktische wijsheid’ kunnen helpen bij het vinden van de juiste weg in de wirwar van alledaagse morele vragen in door onzekerheid en complexiteit gekenmerkte moderne praktijken? Dat was de vraag die het uitgangspunt vormde voor dit onderzoek”.

Marij Bontemps-Hommen verdedigde haar proefschrift Praktische wijsheid. De essentie van professionaliteit in medische praktijken – waaraan bovenstaande is ontleend in de samenvatting –  aan de Universiteit voor Humanistiek in  oktober 2020. Promotoren waren Frans Vosman, emeritus hoogleraar Zorgethiek (overleden in 2020) en Andries Baart, geestelijk vader van de Presentietheorie.
Bontemps, kinderarts en ziekenhuisbestuurder, observeerde de dagelijkse medische praktijken in een algemeen ziekenhuis, en ontdekte dat praktische wijsheid onmisbaar is om in deze complexe netwerken goede medische zorg voor elkaar te krijgen.

Herwaardering van praktische wijsheid

Bontemps benoemt een aantal factoren waardoor praktische wijsheid zo belangrijk is geworden. Dat is in de eerste plaats omdat onze huidige zorg te eenzijdig gericht is op (meetbare) werkzaamheid, waardoor het zicht verdwijnt op wat in specifieke gevallen goed is. Verder omdat het algemene van richtlijnen en regels geregeld blijkt te wringen met een zorgvuldige afstemming op individuen in hun eigen context.
Medische zorg wordt tegenwoordig niet meer louter verleend door individuele zorgverleners maar ook door teams binnen netwerken. Die moeten dus ook praktische wijsheid laten zien. Tenslotte: omdat zorg- en maatschappelijke organisaties vaak meer belang hechten aan efficiëntie, soepele logistiek en een flink marktaandeel dan aan ‘goede zorg’, dreigen zij praktische wijsheid te miskennen en te verdringen.
Bontemps laat zien hoe praktische wijsheid zich voordoet, wat bevorderend werkt of  tegenwerkt, en hoe praktische wijsheid geleerd kan worden tijdens het dagelijks werk. Ze toont wat er gebeurt als praktische wijsheid ontbreekt of juist floreert. Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek pleit Bontemps voor een herwaardering van praktische wijsheid. Waar die wijsheid ontbreekt, moet ze worden geïntroduceerd en ontwikkeld. Dat geldt niet alleen voor medische praktijken, maar ook voor andere vakgebieden, zoals verpleegkunde, sociaal werk, management, bestuur en toezicht, het recht en de politiek.

Meer praktische wijsheid kan:
1. leiden tot een betere kwaliteit van zorg: zorg die beter aansluit bij de individuele patiënt,
2. bijdragen aan een beter leven van patiënten na of met een ziekte,
3. bijdragen aan meer geluk voor professionals die een zeer zinvolle maar moeilijke taak hebben in het vakbekwaam, wijs en samen beoefenen van de professie.

Recensie van Hans Hoek

Hans Hoek schreef recent een uitgebreide recensie  van het proefschrift op de website van C3 van adviseurs en managers die zich inzetten voor maatschappelijke organisaties in zorg, welzijn en het sociaal domein. C3 staat voor Community – Cooperation – Coordination. Hoek is docent aan de Universiteit Maastricht en doceert bij het C3 College. Zie: Praktische wijsheid in de gezondheidszorg, C3am, 10 januari 2023: https://c3am.nl/praktische-wijsheid-in-de-zorg/

Downloaden promotie-onderzoek: Practical wisdom: the vital core of professionalism in medical practices (Praktische wijsheid: de essentie van professionaliteit in medische praktijken: https://research.uvh.nl/ws/portalfiles/portal/14763241/Full+Text.pdf

Praktische wijsheid is onmisbaar om goede medische zorg te verlenen, Universiteit voor Humanistiek, 20 oktober 2020: www.uvh.nl

Zie ook: ‘De ongetemde ambtenaar’. Webinar met Henk den Uijl, Beroepseer, 25 mei 2022: https://beroepseer.nl/

 

Prof. Remco Breuker kandidaat voor verkiezing ‘Persoon van het Jaar’ in Leiden en omgeving

Een van de kandidaten voor de verkiezing Persoon van het Jaar 2022 in Leiden en omgeving is Remco Breuker, hoogleraar Koreastudies. De verkiezing wordt sinds 2017 georganiseerd door het Leidsch Dagblad. Lezers van de krant kunnen kandidaten voordragen die volgens hen een positieve bijdrage hebben geleverd aan de Leidse regio en Duin- en Bollenstreek of de samenleving. Uit de voorgedragen regiogenoten selecteert de redactie de beste kandidaten op wie vervolgens gestemd kan worden (tot 15 januari 2023). Dit jaar strijden tien mensen om de eer.

Voor Remco Breuker was de nominatie een totale verrassing, meldt Sabine Waasdorp in een artikel voor de nieuwsbrief van de Universiteit van Leiden: “Ik was zeer verrast en vereerd toen ik het hoorde. Ik had het absoluut niet verwacht”.

Breuker is genomineerd voor zijn veelzijdige activiteiten voor de (Leidse) academische gemeenschap. Met zijn eigen politieke partij in de Universiteitsraad (Leidse Academische Gemeenschap), zijn vaste column in het universitaire weekblad Mare en zijn prominente rol als actievoerder bij WO in Actie heeft Breuker, zo stelt het Leidsch Dagblad, zich tot een academisch geweten van de universiteit ontwikkeld.

Breukers ideaal

Breukers ideaal is een universiteit die midden in de samenleving staat en stad en omgeving vooruithelpt. “De universiteit levert een hele wezenlijke bijdrage aan de stad Leiden. Ik hoop dat mijn continue nadruk op het belang van de academische gemeenschap en democratie binnen de universiteit dat ook doet en zorgen in stad en omgeving over democratie, vertegenwoordiging en de kloof tussen bestuurders en de gemeenschap verkleint. Zorgen en issues die aan de universiteit spelen, stralen immers ook uit naar de regio”.

Ga naar de lijst van alle tien kandidaten – met de fraaie portretten, gefotografeerd door Hielco Kuipers – en stem mee: Wie wordt de Persoon van het Jaar in Leiden en omgeving? De stembussen zijn geopend, Leidsch Dagblad, 31 december 2022: www.leidschdagblad.nl/cnt/dmf20221230_51725774
Zie onderaan artikel stemknop.

Twee Leidse wetenschappers genomineerd voor Persoon van het Jaar verkiezing, door Sabine Waasdorp, Universiteit Leiden, 5 januari 2023: www.universiteitleiden.nl/nieuws/2023/01/twee-leidse-wetenschappers-genomineerd-voor-persoon-van-het-jaar-verkiezing

Bijdrage van prof. Remco Breuker aan hoorzitting Tweede Kamer over ‘Verscheidenheid en diversiteit in de wetenschap’, Blogs Beroepseer, 24 april 2019: https://beroepseer.nl

40 Stellingen over de wetenschap (2020) door Rens Bod, Remco Breuker en Ingrid Robeyns, in de rubriek Aanbevolen Boeken: https://beroepseer.nl/aanbevolen-boeken/aanbevolen-boeken-iii/#veertigstellingenwetenschap
Met link naar gratis download: www.boomfilosofie.nl/media/26/40_stellingen_open_acces(1).pdf

 

WO in Actie: https://woinactie.blogspot.com/