Skip to main content

Redactie Beroepseer

Ervaringsverhalen van patiënten

stichting cccDe zorg verbeteren door verhalen van ervaringen van patiënten is het doel van de in 2004 opgerichte Stichting Coleta’s Chronische Circus (CCC). Op de website van de stichting – patiëntenervaringsverhalen – zijn inmiddels bijna tweeduizend verhalen in boekvorm, document of video van patiënten opgeslagen in een database, toegankelijk gemaakt en te raadplegen via zoekwoorden.

Coleta Plantenkamp, oprichter en coördinator van CCC, verdiepte zich als sociologe al in de gezondheidszorg, maar problemen met haar rug en bekken hebben ertoe geleid dat ze zelf chronisch patiënt werd en afhankelijk van zorg. Ze moest uiteindelijk accepteren dat ze nooit meer een reguliere baan zou kunnen hebben. In een interview met Hanneke van der Meide*)  op de webstie van Zorgethiek legt Plantenkamp uit dat ze maatschappelijk van betekenis wilde blijven. Op de vraag van haar arts waaraan ze steun ontleende, antwoordde Plantenkamp: aan zowel de zorgverleners als aan de ervaringen van andere patiënten.

De website is ingedeeld in diverse categorieën. Je kunt zoeken op thema of schrijver en er zijn blogs en links naar andere sites met bijvoorbeeld documenten of titels van boeken waarin het eigen verhaal centraal staat of die van familie en de omgeving. Er is een Leeswijzer en een Tiplijst, een rubriek Nieuw besproken boeken en een verslag van het in november 2011 gehouden symposium: De patiënt: laat u verrassen. Op dat symposium interviewde Gonny ten Haaft, auteur van het boek Dokter is ziek, Plantenkamp over haar motieven tot oprichting van de stichting en haar toekomstverwachtingen.

Van de kennis en ervaring van de patiënt wordt nog te weinig gebruikt gemaakt in de gezondheidszorg. De ervaringsverhalen kunnen daarin verandering brengen.
Na analyse van de verhalen kan bijvoorbeeld specifieke kennis ontsloten worden die erin verborgen zit. De stichting publiceerde al drie themaboekjes: over vermoeidheid, verschillende visies van patiënten op positief denken en een visie op de kwaliteiten van een goede dokter. Uit verhalen kan kennis worden verzameld die bruikbaar is in het onderwijs, voor onderzoek en voor het maken van beleid. Ook patiëntvertegenwoordigers kunnen hier hun voordeel mee doen.

*) In gesprek met Coleta Platenkamp over de website Patientenervaringsverhalen.nl door Hanneke van de Meide op de website van Zorgethiek. Van de Meide is promovendus aan de Universiteit van Tilburg en doet onderzoek naar patiëntenparticipatie vanuit zorgethisch perspectief. Klik hier.

Website Patiëntenervaringsverhalen en de Stichting CCC. Klik hier.

Op de website van Zorgethiek is een rubriek met verhalen, geschreven door mensen die iets bijzonders hebben ervaren in zorgsituaties – ook in het schijnbaar alledaagse daarvan: http://zorgethiek.nu

We zijn vandaag in arbeidsvreugde uitbetaald

“We zijn vandaag weer eens in arbeidsvreugde uitbetaald”, interview met Wim van de Merwe, docent en sectieleider Metaaltechniek, verschenen in no 4 van Direct Magazine (mei 2012), vakblad voor leidinggevenden in het primair en voortgezet onderwijs, uitgegeven door CNV Onderwijs.
Wim van de Merwe is voortrekker van Stichting Beroepseer: https://beroepseer.nl

Leraren vertellen hun verhaal

storycorps“Alles wat ik ben, heb ik te danken aan u”… Als je dat als leraar te horen krijgt van een leerling, is dat wel het grootste compliment dat je kunt krijgen.
Het overkwam Albert Siedlecki, meer dan dertig jaar leraar natuur en techniek op de Amerikaanse Memorial Middle School in Medford, New Jersey.

Als leerling in de jaren tachtig bleef Lee Buono op een dag na aan het eind van de lessen om hersenen en ruggemerg uit een kikker te verwijderen. Hij deed het zo goed dat zijn leraar opmerkte dat hij later wel eens een goede neurochirurg zou kunnen worden.

Lee Buono is ook neurochirurg geworden. Hij vertelt: Er komt een patiënt bij me. Hij heeft een goedaardige tumor die zijn spraakvermogen aantast. Hij kan een paar woorden uitbrengen, maar ze zijn bijna niet te verstaan. Dus ik praat met zijn vrouw en probeer met haar de situatie een beetje op te vrolijken. Ze beginnen me vragen te stellen over mezelf. Ze vroegen me door wie ik was geïnspireerd, en dus noemde ik u. We gaan naar de operatiekamer en hij krijgt zijn spraak terug; hij is heel opgewonden en gelukkig. Hij begint te huilen en wil me omhelzen. Toen vroeg hij me: Je moet echt die leraar opbellen. Je moet hem echt bedanken. En daarom bel ik u nu.

De leraar, Al Siedlecki: Ik nam de telefoon op en je zei: Hé, met Lee Buono. Ik zei: Lee, waarom bel je? Ik heb niet meer van je gehoord sinds je schooltijd. En jij zei: Ik wil je bedanken. Ik stond perplex en zei: Van alle mensen in je hele carrière wil je mij bedanken? Het was hetzelfde gevoel dat ik had als toen mijn kinderen werden geboren.
Ik begon te huilen. Ik voelde me echt belangrijk, dat ik die invloed op je heb gehad. Pas geleden nog schrok ik ervoor terug om aan sommige mensen te vertellen dat ik leraar was.
Maar ik ben niet… omdat jij me belde. Ik ben leraar, en ik ga net zoveel mensen helpen als ik kan om hun passie te vinden.

Dit gesprek was te horen tijdens de lancering van het programma National Teacher’s Initiative op 19 september 2011 op het Witte Huis in Washington door StoryCorps, een organisatie die in 2003 is begonnen met het vastleggen van de orale geschiedenis van Amerikanen.
National Teacher’s Initiative verzamelt tijdens het schooljaar 2011-2012 honderden verhalen van leraren van het openbare onderwijs, als uiting van waardering voor hun onschatbare bijdragen. Dit als tegenwicht voor de negatieve en demoraliserende commentaren en verhalen over leerkrachten van het openbare onderwijs die bij het publiek en de media de laatste jaren in de Amerikaanse samenleving de ronde doen.

In zijn toespraak over het National Teacher’s Initiative liet Dave Isay, oprichter van StoryCorps aan de toehoorders in de zaal niet alleen het gesprek tussen Buono en Siedlecki horen als voorbeeld van een verhaal over een inspirerende  leraar, hij had beide heren ook uitgenodigd bij de lancering aanwezig te zijn.
De bijeenkomst in het Witte Huis is op video opgenomen. Het fragment waarin Buono en Siedlecki het podium oplopen en zich richten tot het publiek duurt zeven minuten. Het zijn zeven uitzonderlijke minuten waarin Siedlecki vertelt over het leraarschap en de overdracht van enthousiasme van leraar op leerling. Siedlicki besluit zijn korte speech met een opsteker voor alle leraren die wat hem betreft weer het respect krijgen dat ze verdienen.
Het fragment begint op 12.38 minuten en eindigt op 19.40 minuten. Duur van de hele video: 52.20 minuten. Engelse ondertiteling kan worden ingeschakeld.

Luister ook naar het begin van de video waarin Dave Isay van StoryCorps de methode van het vastleggen van de verhalen uitlegt.

Website StoryCorps: klik hier.

Website van de publieke radiozender NPR, waarop de verhalen van StoryCorps te beluisteren zijn in het programma Weekend Edition Sunday: klik hier.

Foto: Al Siedlecki, links, en Lee Buono tijdens de lancering van StoryCorps’ National Teachers Initiative in het Witte Huis, Washington (foto van AJ Chavar /StoryCorps).

 

Arbeidsverhoudingen snel slechter

In het Nederlands Dagblad van 29 mei 2012 staat een mooi overzichtelijk stukje over de snel slechter wordende arbeidsomstandigheden in Nederland.
In de inleiding staat: “…Sommige werkgevers maken misbruik van de zwakker wordende positie van werknemers en vakbonden op de arbeidsmarkt, en keren terug naar negentiende-eeuwse arbeidsverhoudingen…”

Een op de acht jongeren komt momenteel niet aan het werk, de jeugdwerkloosheid zal komende maanden hard stijgen. Oudere werknemers zijn bij werkloosheid ronduit de klos. De beoogde decimering van hun ontslagvergoedingen zal uitdraaien op koude saneringen. Er is in Nederland geen samenhangend beleid waarbij werknemers, werkgevers en overheid gezamenlijk investeren in de inzetbaarheid van werkende ouderen. De overheid is hierin passief, werkgevers vooral opportunistisch, en de vakbeweging worstelt met zijn eigen verdeeldheid.

Lees het hele artikel, Arbeidsverhoudingen snel slechter in het Nederlands Dagblad van 29 mei 2012, geschreven door redacteur economie GPD Maurice Wilbrink: https://beroepseer.nl

Zo kweek je de beste docenten

Vraag aan elke leerling, van brugklas tot examenjaar, welke docent hij of zij een erg goede docent vindt. Geef deze docent een extra lesuur per week waar hij of zij goed voor betaald wordt. Biedt elke leerling van de school de gelegenheid naar dit wekelijkse “college” te gaan.

Dit is de kern in het voorstel van Marc Oskam om eens echt iets te doen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. De volledige column waarin hij dit voorstel onderbouwt en uitlegt is te lezen op de site van Joop: Zo kweek je de beste docenten, 26 mei 2012: https://joop.bnnvara.nl

Marc Oskam is auteur van het boek Venijn in de start, een boek voor leidinggevenden om teams op een Rijnlandse en eigentijdse manier aan te sturen. Het vakmanschap van zijn of haar teamleden en alles wat zij dagelijks meemaken dat van betekenis is, leert de leidinggevende met dit boek te gebruiken om gewenste resultaten te bereiken. Meer informatie over het boek en dienstverlening: www.trias-o.nl.www.trias-o.nl
Marc Oskam is tevens wiskunde-docent op het Berlage Lyceum te Amsterdam.

Eerdere columns van Marc Oskam op site Beroepseer: Ik zorg er voor dat u zich diep schaamt / Personeelsmanager, wees creatief! / En altijd maar weer over weerstand / Het einde van kwaliteitszorg / De Vakmanschap Checklist.

Zorgverzekeraars neuzen in medische gegevens GGZ

Op de website van Sargasso, een collectief van bloggers die graag nieuw blogtalent verwelkomt, staat op 22 mei 2012 de bijdrage van journaliste Carolien Epping, Zorgverzekeraars neuzen in medische gegevens GGZ:

“Medewerkers van diverse zorgverzekeraars hebben persoonlijke behandelplannen en zelfs gespreksverslagen ingezien van cliënten in de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ). Het gaat ook om niet-medici. Ook zijn mensen thuis overvallen door telefoontjes van verzekeraars.

Voor het eerst wordt nu duidelijk hoeveel willekeur de nieuwe Gedragscode van de zorgverzekeraars openlaat. Deze Gedragscode is in januari 2012 goedgekeurd door het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Een en ander vond plaats in het kader van een onderzoek door de verzekeraars naar de rechtmatigheid van declaraties van Europsyche.
Dit is een landelijke koepelorganisatie van therapeuten en verzorgt ook de declaraties voor hen. Zorgverzekeraar CZ twijfelde aan de rechtmatigheid van die declaraties en ging op onderzoek uit. Met een team van vier mensen, waaronder niet-medici. Andere verzekeraars volgden. Europsyche telt zo’n 1.200 therapeuten met totaal 11.000 cliënten.

“Weet u wel wat u de samenleving kost?”
Een en ander wordt aangekaart door Hans Landman en Hanneke Nijkamp, beiden therapeuten die via Europsyche werken en oprichters van het Comité Zorgen om de GGZ*). “In de drang naar controle over welke therapievorm zij wel en niet vergoeden, gaan zorgverzekeraars steeds verder,” zo waarschuwen zij: “Meerdere van onze cliënten en die van onze collega’s zijn onvoorbereid door medewerkers van zorgverzekeraars gebeld. Die bleken dan over allerlei vertrouwelijke gegevens te beschikken, waaronder zelfs informatie uit de gesprekken met hun therapeut. Een cliënt werd gevraagd of zij zich wel realiseerde wat ze de samenleving kost. Mensen zijn enorm geschrokken. Veel van de cliënten in de GGZ zijn in hun leven ernstig geschaad in hun vertrouwen. In de therapie wordt dit met veel moeite en tijd weer enigszins hersteld. Een zo’n telefoontje kan zo’n proces van jaren in een keer teniet doen.”

Klik hier voor verder lezen  op de site van Sargasso. Ook de reacties, zoals bijvoorbeeld van McLovin die schrijft dat… die zorgverzekeraars zo langzamerhand een staat in een staat aan het worden zijn… Wat er bij mij niet ingaat is dat er bij een vermoeden van onrechtmatigheid de zorgverzekeraar zelf onderzoek mag instellen bij dees en geen. Ik zou zeggen, ga lekker naar de politie. Als ik het vermoeden heb dat mijn overbuurman bij mij heeft ingebroken heb ik ook niet het recht om bij hem binnen te dringen en zijn huis uit te pluizen… Maar deze vergelijking zal wel weer te naïef zijn. …

Zorgverzekeraars neuzen in medische gegevens GGZ, Sargasso, 22 mei 2012: Site Sargasso: https://sargasso.nl

*) Lees op site Beroepseer: Nieuwe actiegroep Zorgen om de GGZ, 22 mei 2012: https://beroepseer.nl/

Nieuwe actiegroep Zorgen om de GGZ

Comitè Zorgen om de GGZ is een nieuwe actiegroep die zich wil inzetten voor de belangen van cliënten en zorgprofessionals in de  de GGZ.
Al sinds 2009 liggen er ideeën en voorstellen  klaar om tot een goede en volwaardige GGZ te komen waar vertrouwen, hoop, compassie, betrokkenheid en maatwerk weer de hoofdzaken worden. Allerlei voorstellen daartoe van de GGZ-sector –  die sinds 2004  te horen zijn – lijken evenwel te worden genegeerd, zoals het comité stelt:

  • Al sinds 2004 is bekend dat de marktideologie niet werkt; dat markt en ziel niet samen gaan.
  • Al sinds 2006 is bekend dat de dbc’s (diagnosebehandelcombinaties) onbruikbaar zijn in de psychiatrie.
  • Al sinds 2008 is bekend dat verzekeraars zich als oligarchen gedragen en zich inhoudelijk met de zorg bemoeien.
  • En het is al lang bekend dat sinds de invoering van de dbc-systematiek de privacy van cliënten niet langer is gewaarborgd. Dat door de marktwerking GGZ instellingen en professionals elkaar beconcurreren in plaats van samen pal te staan voor de cliënt!

Het comité Zorgen om de GGZ gaat zich  – in de breedste zin – inzetten voor de belangen van:

  • 11.000 cliënten die door de huidige acties van de zorgverzekeraars in de GGZ per direct worden bedreigd in de continuïteit van de voor hun noodzakelijke tweedelijns GGZ behandeling.
  • 1200 zorgprofessionals die door de huidige acties van de zorgverzekeraars per direct worden bedreigd in de uitoefening van hun werk als professional in de GGZ en in hun bestaanszekerheid.
  • Een onbekend aantal cliënten  dat door het beleid van zorgverzekeraars en door politieke keuze in de nabije toekomst worden bedreigd in de continuïteit van de voor hun noodzakelijke 2elijns GGZ behandeling. Ongeacht bij welke instelling in de GGZ zij worden behandeld.
  • Een onbekend aantal zorgprofessionals dat door beleid van zorgverzekeraars en door politieke keuze in de nabije toekomst worden bedreigd in de uitoefening van hun werk als professional in de GGZ. Ongeacht bij welke instelling in de GGZ zij werkzaam zijn.

Ook wil het comité zich inzetten voor het op gang brengen van een brede maatschappelijke discussie over de actuele situatie in, en de toekomst van de Geestelijke Gezondheidszorg in Nederland.

Daarbij richt Zorgen om de GGZ zich vooral op de volgende punten:

  • Behoud en verbetering van bescherming van het medisch geheim; zorgverzekeraars mogen zich niet ongevraagd toegang tot de medische dossiers van cliënten verschaffen.
  • Beschikbaarheid van goede GGZ zorg voor iedere inwoner van Nederland.
  • Keuze vrijheid voor cliënten. Het recht om zelf een behandelaar te kunnen kiezen die bij de problematiek, de situatie en de persoonlijkheid van de cliënt past.
  • Het ‘ontzuilen’ van de GGZ. Nu nog heeft iedere beroepsgroep eigen belangenorganisaties, die vaak met elkaar met elkaar in strijd zijn, Het nastreven van het motto ‘met elkaar, naast elkaar, maar niet tegen elkaar’.
  • Het herstellen van het door de media beschadigde imago van zorgprofessionals in de GGZ.
  • Het terugdringen van bureaucratische invloeden in de GGZ, inclusief de invoering van de ROM (Routine Outcome Measurement) – een zogenaamd objectief instrument voor het meten van kwaliteit – als maatstaf voor ‘kwaliteit van zorg’.
  • Het tegengaan van de invloed van de zorgverzekeraars. Geen directe bemoeienis met de inhoud van het zorgtraject.
  • Het fungeren als spreekbuis voor cliënten en zorgprofessionals, naar de Nederlandse samenleving, naar de zorgverzekeraars en naar de politiek.
  • Het komen tot een systeem van intensieve en duidelijke omschreven kwaliteitscontrole voor de geleverde GGZ zorg waarbij verbetering van kwaliteit  en de bescherming van het medische geheim van de cliënt voorop staat.
  • Het meer betrekken van de cliënten bij de beoordeling van de aan hen geleverde zorg.

Initiatiefnemers tot oprichting van het comité Zorgen om de GGZ zijn Hanneke Nijkamp-den Hertog, psycholoog, en Hans Landman, sociaal pyschiatrisch verpleegkundige.

Ga naar de website van Zorgen om de GGZ en steun dit initiatief door bijvoorbeeld het ondertekenen van een petitie:  http://zorgenomdeggz.nl (Website is opgeheven)

Nieuw WWR rapport over ‘Vertrouwen in burgers’

omslag vertrouwen in burgersOp dinsdagmiddag 22 mei 2012 presenteert de WRR het rapport: Vertrouwen in burgers.
Tijdens deze presentatie zal WRR raadslid prof.dr. Pieter Winsemius het eerste exemplaar van het rapport overhandigen aan minister-president drs. Mark Rutte in het Kyocera Stadion van ADO Den Haag.

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) stelt dat de betrokkenheid van  de burgers bij de samenleving een andere rol van ambtenaren en politici vergt. Beleidsmakers moeten meer openstaan voor burgers die zich inzetten voor de samenleving. Laat ze meer denken vanuit het perspectief van burgers en minder vanuit de bestuurlijke logica.

Veel meer dan wordt gedacht, zijn burgers bereid zich in te zetten voor de samenleving. De WRR trof een groot aantal vormen van burgerbetrokkenheid aan: van razendsnel georganiseerde ludieke acties tot nieuwe samenwerkingsvormen tussen burgers en professionals. Eén daarvan is het in 2002 opgerichte Publieksbureau van ADO Den Haag, waarin vertegenwoordigers van de club, supporters, politie en welzijnsorganisaties zitten. Het Publieksbureau is er in geslaagd een informele overlegstructuur te creëren, waardoor partijen die rondom wedstrijden voorheen vaak lijnrecht tegenover elkaar stonden, elkaar nu makkelijker kunnen vinden. Deze actieve betrokkenheid van burgers is onontbeerlijk voor een democratie die meegroeit met zijn tijd.

Helaas blijven er veel kansen voor burgerbetrokkenheid liggen. De WRR maakt zich zorgen over de grote groepen burgers die het vertrouwen in de overheid en in hun eigen vermogen daar invloed op uit te kunnen oefenen dreigen te verliezen. Slechts kleine groepen burgers voelen zich aangesproken door de wijze waarop beleidsmakers hen pogen te betrekken. En beleidsmakers lijken op hun beurt weer weinig open te staan voor de nieuwe manieren waarop burgers hun betrokkenheid uiten. Steeds meer burgers nemen zelf het initiatief en omzeilen de gebruikelijke routes via politiek, belangenbehartigers en formele inspraakorganen die de beleidsmakers gewend zijn. Met als gevolg een steeds verdere verwijdering tussen burgers en beleidsmakers.

De WRR doet vier aanbevelingen om hier verandering in te brengen:

Creëer tegenspel:
Beleidsmakers moeten niet bang zijn voor tegenspel. Het houdt hen scherp en geeft hun de mogelijkheid om de creativiteit en het oplossingsvermogen van de samenleving aan te boren. Een absolute voorwaarde voor tegenspel is goede informatie van beide kanten.

Versterk alledaagse invloed:
Burgers voelen zich betrokken bij hun leefomgeving, die zich niet beperkt tot hun fysieke woonomgeving maar via virtuele verbindingen steeds ‘groter’ wordt. Overheden laten kansen liggen door te eenzijdig het vizier te richten op participatie op buurtniveau.

Stimuleer maatschappelijk verkeer:
Niet iedereen is gewend of instaat zelfstandig vorm te geven aan zijn betrokkenheid. Soms is gerichte inzet nodig van professionele frontlijnwerkers (agenten, welzijnswerkers, buurtconciërges) en goed toegeruste vrijwilligers. Zij kunnen fungeren als verbinders tussen burgers en overheden.

Bouw steunpilaren:
De manieren waarop burgers beleidsmakers proberen te beïnvloeden, zijn toegenomen. Traditionele belangenbehartigers (zoals politieke partijen, maatschappelijke instellingen, vakbonden en ngo’s) blijven belangrijk, maar zullen zich meer moeten instellen op een wisselende achterban. Daarnaast moeten beleidsmakers ruimte bieden voor nieuwe vormen van belangenbehartiging, via nieuwe ngo’s, maatschappelijk ondernemen en nieuwe verbanden van burgers.

De kern van succesvolle participatie van burgers ligt in vertrouwen, zowel van beleidsmakers in burgers als van burgers in beleidsmakers. Een behoorlijke dosis vertrouwen is essentieel voor de representatieve democratie en onderlinge betrokkenheid, een gepaste dosis wantrouwen is noodzakelijk voor corrigerende tegenmacht en maatschappelijke vernieuwing.

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) is een onafhankelijk adviesorgaan voor de Nederlandse regering. De WRR geeft de regering gevraagd en ongevraagd advies over onderwerpen vanuit een langetermijnperspectief. Deze onderwerpen zijn sectoroverstijgend en hebben betrekking op maatschappelijke vraagstukken waarmee de regering in de toekomst te maken kan krijgen. De WRR-adviezen krijgen hun weerslag in openbare rapporten, die zowel een probleemstellend als adviserend karakter kunnen hebben.

Downloaden WRR-rapport nr. 88 Vertrouwen in burgers, Amsterdam University Press, 2012: https://beroepseer.nl

Discussie over ambtelijk vakmanschap

Als onderdeel van het project Ambtelijk Vakmanschap, start deze week een ‘crowdsourcing’-discussie, waarbij ambtenaren wordt gevraagd mee te discussiëren over hun vak.

“Ambtenaren zijn de ambassadeurs van de overheid. De burger ontleent immers vertrouwen in de overheid aan het optreden van ambtenaren. Bovendien brengt werken voor de overheid bijzondere verantwoordelijkheden met zich mee, zoals een zorgvuldige belangenafweging, transparant en integer handelen en omgaan met gemeenschapsgeld”, aldus beleidsspecialist Limke Tukker van het project Ambtelijk Vakmanschap van de afdeling Arbeidsrecht, Integriteit en Kennismanagement van de directie Arbeidszaken Publieke Sector van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Tukker is met haar afdeling deze week een brede discussie gestart over de kernwaarden voor ambtelijk vakmanschap.

Kernwaarden
Tukker: “We willen door een brede discussie onder alle ambtenaren een helder beeld krijgen van waar de ambtenaar voor staat en tegelijkertijd uitdrukking geven aan de waardering voor diens bijzondere taak.
Uiteindelijk is het doel om te komen tot een set van eenduidige en herkenbare kernwaarden die voor de ambtenaar handvatten kunnen bieden voor goed ambtelijk handelen en ook in de dagelijkse praktijk kunnen worden gebruikt.”

Om zoveel mogelijk input te verzamelen, zoekt BZK de dialoog met vakbonden en andere organisaties, maar natuurlijk ook rechtstreeks met de ambtenaar.
Evelien Smit, beleidsmedewerker bij het project: “De aftrap van het project vindt plaats met een online discussie op www.ambtelijkvakmanschap.nl (Website bestaat niet meer).
Dit is een zogenaamde Pleio-groep*). Wie nog niet lid is van deze samenwerkingsruimte voor ambtenaren, kan zich eenvoudig aanmelden. Het succes van de discussie wordt mede bepaald door de hoeveelheid en de verscheidenheid aan mensen die mee doen, dus het is van groot belang dat zoveel mogelijk collega’s en andere ambtenaren zich in de discussie mengen.”

Ankerpunt
Tukker: “De kernwaarden die we met hulp van de ambtenaren willen formuleren, kunnen een belangrijk ankerpunt vormen, in een tijd waarin ambtenaren zich meer en meer tot moderne publieke professionals ontwikkelen en ook met de praktijk van het nieuwe werken en sociale media te maken krijgen.”

Zie voor discussies en blog-postings de site www.ambtelijkvakmanschap.nl (Website bestaat niet meer)

De online discussie over het ambtelijk vakmanschap loopt tot eind juni 2012. Daarna worden de resultaten geïnventariseerd en via de site gecommuniceerd.

————————————

*) Pleio – www.pleio.nl – is een samenwerkingsplatform op internet waarop overheidsorganisaties onderling met elkaar kunnen communiceren.