Door oprukken van managers en toenemende macht Raad voor de Rechtspraak functioneren rechtbanken steeds meer als bedrijven
Annerie Smolders schrijft in De Groene Amsterdammer aan het eind van haar artikel Het rechterlijk bedrijf
Van vonnis naar output dat rechters tegenwoordig worden behandeld als pionnen op een schaakbord. Op die manier hebben “de meer eigenzinnige types er geen zin meer in. Insiders zeggen al jaren dat rechters steeds meer op elkaar zijn gaan lijken. Wie stuurt op uniformering, oogst mensen die zich het liefst conformeren. En dat terwijl er juist nu, in een politiek krachtenveld waarin ook rechters de maat wordt genomen, zelfbewustzijn nodig is om de balans met de andere twee staatsmachten op peil te houden. Het verval kan sluipenderwijs gaan, zonder dat het in de gaten loopt – dat is al gebleken”.
Annerie Smolders is oud-rechter, publicist en gastonderzoeker bij het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) .
Ze gaven gezicht aan het recht
In de jaren tachtig “kon je een taxichauffeur in Amsterdam net zo vlot de naam horen noemen van de president van de rechtbank (‘mr. Asscher’) als van een speler bij Ajax. In die tijd waren rechtbankpresidenten bekende figuren, ze gaven gezicht aan het recht vanwege hun optreden in maatschappelijk belangrijke processen. Maar de functie veranderde van inhoud en de presidenten van nu zijn bestuurders. Wie kent nog hun namen?
De komst van de bestuurders hing nauw samen met een bedrijfsfilosofie die de rechterlijke organisatie nu intern dreigt uit te hollen. ‘De uitstroom van rechters die nog echt rechtsstatelijk besef hebben, zal toenemen’, schreef minister van staat Tjeenk Willink vorig jaar in een somber bericht over de ‘verbestuurlijking’ van het rechtersambt.
Net als overal in de publieke sector werd op de rechterlijke macht een paar decennia terug de filosofie losgelaten van het New Public Management, dat denkt in termen van output. Waarom zou een rechtbank niet wezenlijk anders te managen zijn dan een private onderneming, beide moeten toch voldoende opleveren? De bestuurders werden, samen met de landelijke Raad voor de Rechtspraak, de managers van het ‘rechtsbedrijf’. Maar van meet af aan was het de vraag of dit soort bedrijfsmatig denken wel verenigbaar is met de derde staatsmacht in de trias politica. Wat betekent het voor de rechterlijke onafhankelijkheid als er wordt afgerekend op genoeg productie?”
Lees het hele artikel van Annerie Smolders: Het rechterlijk bedrijf – Van vonnis naar output, De Groene Amsterdammer, 14 augustus 2019: https://www.groene.nl/artikel/van-vonnis-naar-output
Foto bovenaan is gemaakt door Roel Wijnants: Paleis van Justitie, Den Haag