Skip to main content

Redactie Beroepseer

Wat ging er mis met het ethisch besef van de ambtenaren i.v.m. het toeslagenschandaal?

De Kindertoeslagaffaire, die inmiddels toeslagenschandaal is gaan heten, heeft één ding duidelijk gemaakt: ambtenaren hanteerden een keiharde aanpak van de van fraude verdachte ouders. Klokkenluiders werden geloosd.
Het kabinet wil dat ‘dergelijke problemen nooit meer gebeuren’. Topambtenaren en het demissionaire kabinet smeden nu revolutionaire plannen. Maar wat ging er mis met het ethisch besef van de ambtenaren?

Thijs Jansen en Hans Wilmink schrijven erover in het artikel Het toeslagenschandaal: wat is er loos met de ethiek van de ambtenaar? (21 april 2021) voor Follow the money, het multimediaal platform voor onderzoeksjournalistiek.
Ga voor lezen naar: www.ftm.nl/artikelen/ethiek-ambtenaar-krijgt-na-toeslagenaffaire-opknapbeurt
Alleen voor abonnees, maar ook direct te lezen voor degenen die inschrijven voor een proefabonnement.

Zie ook:

In Toeslagenaffaire hebben de 3 machten elkaar bevestigd en de verkeerde kant op gedreven. Over systeemfouten en systeemgedrag, door Hans Wilmink, Blogs Beroepseer, 1 februari 2021: https://beroepseer.nl

Topambtenaren staan steeds meer ‘in de wind’. Gespannen sfeer op werk van rijksambtenaren vanwege gevolgen toeslagenaffaire, Blogs Beroepseer, 24 augustus 2020: https://beroepseer.nl

Klokkenluider toeslagenaffaire verdient een standbeeld i.p.v. disciplinaire maatregelen, Blogs Beroepseer, 25 juni 2019: https://beroepseer.nl/blogs/klokkenluider-toeslagenaffaire-verdient-een-standbeeld-i-p-v-disciplinaire-maatregelen/

Is kinderopvangtoeslagaffaire incident of kanarie in de kolenmijn? Blogs Beroepseer, 19 december 2020: https://beroepseer.nl

Enquête Stichting Beroepseer: Versterken ambtelijk vakmanschap cruciaal voor geloofwaardigheid overheid, door Hans Wilmink en Maurits Hoenders, Blogs Beroepseer, 12 januari 2021: https://beroepseer.nl

Webinar over rechtsstatelijk besef door Hans Wilmink, 5 april 2021: https://beroepseer.nl

Voorbij boos en achteloos. Rechtsstatelijk besef als kompas voor overheid en burger, door Hans Wilmink:
https://beroepseer.vrijeboeken.com/book/9789492458087-voorbij-boos-en-achteloos.html

Kinderopvangtoeslagaffaire is symptoom van grimmig geworden verzorgingsstaat, Blogs Beroepseer, 6 januari 2021: https://beroepseer.nl

Ambtelijk vakmanschap en moreel gezag, door Gabriël van den Brink en Thijs Jansen, Stichting Beroepseer, 2016: https://beroepseer.nl

 

Afbeelding bovenaan is van Peggy en Marco Lachmann-Anke

Arre Zuurmond, scheidend Ombudsman Metropool Amsterdam: ‘Ik weet hoe mensen vermalen kunnen worden door bureaucratie’

Arre Zuurmond, Ombudsman van Metropool Amsterdam, stopt per 1 september 2021. Acht jaar lang streed hij tegen bureaucratie: “Als een soort bezemwagen die fouten van de gemeente herstelt”. Zuurmond vertelt over zijn ervaringen als ombudsman aan Martine Bakker voor nieuwszender AT5. Hij probeerde zo laagdrempelig mogelijk te opereren. Zo verkleedde hij zich bijvoorbeeld als dakloze en ondervond hij persoonlijk het tekort aan slaapplekken. Ook hield hij kantoor in zijn caravan aan de stadsranden waar hij werklozen trof en hen hielp bij hun reïntegratietraject. Zuurmond: “Voor 80 procent zijn het kleine zaken. Maar dat zijn er wel 2000 per jaar. Voor mensen is het een enorme verademing als er een keer wél iemand naar ze luistert”
Bij de overige 20 procent gaat het om structurele klachten. Zoals de grote overlast door drukte in de binnenstad. Hiervoor ging Zuurmond logeren bij bewoners op het Leidseplein. “Ik heb geen oog dichtgedaan, het is echt onthutsend”, zei hij hierover in 2016.

Zijn eerste rapportage met brandbrief en video van de overlastsituaties, schoof hij de toenmalige burgemeester Van der Laan onder de neus. Die was daar allerminst van gediend. “Toen ben ik 35 minuten uitgescholden door hem. Van der Laan wilde er absoluut niets van weten. Hij had alles onder controle”.

Veel bereikt

Dit incident was in Zuurmonds carrière “een absoluut dieptepunt. Ik heb mijn rol te spelen als Ombudsman”.
Hij was nog maar net begonnen. En hij zette door. Hij huurde een huis op de Wallen en woonde daar vier maanden om de overlast grondig te onderzoeken en het aan den lijve te ondervinden. ’Het is alsof de Arena leegliep, maar dan 24/7”, vertelde hij in 2018. “Schelden, poepen piesen en neuken zo voor je deur”.
Het lukte hem uiteindelijk om de overlast op de kaart te krijgen en de gemeente te overtuigen. “Je hebt soms dat ze überhaupt niet accepteren dat er een probleem is en dan maken ze het kleiner. Dus je moet wel drie, vier, of vijf dingen in een paar jaar doen om het muntje te laten vallen. En als ik nu kijk welke maatregelen ze nu nemen op de Wallen, dan heb ik wel veel bereikt”.

Zuurmond eindigt zijn verhaal met de hoop dat de politiek duidelijk beleid gaat maken in de toekomst, en fundamenteel transformeert.

Lees het hele verhaal van Arre Zuurmond verteld aan Martine Bakker van AT5 (of bekijk de video): Hoogte-en dieptepunten van de Ombudsman: “Van der Laan schold me 35 minuten lang de huid vol”, 20 april 2021: www.at5.nl

Zie ook Interview met Arre Zuurmond, door Maurits Hoenders, Blogs Beroepseer, september 2017: https://beroepseer.nl

Foto bovenaan van Arre Zuurmond is ontleend aan het video-interview voor AT5

Vijftien verhalen met ervaringen uit de praktijk van academici n.a.v. Alarmdag ‘Op naar een normaal academisch peil’

Twee weken geleden was het Alarmdag voor academici. Op 6 april 2021 voerden zij actie voor een Normaal academisch peil. De actie werd ondersteund door een brede coalitie van studenten, bestuurders, vakbonden, werknemers en wetenschappers verbonden aan de veertien Nederlandse universiteiten. Ze staan vermeld op: https://normaalacademischpeil.nl/overons

Van alles te weinig

Het probleem waarvoor de actievoerders aandacht vroegen is het onder druk staan van onze universiteiten als gevolg van structurele onderfinanciering. Al jaren neemt het aantal studenten toe en de financiering per student af.
Er is daardoor te weinig geld voor onderwijs, te weinig tijd, te weinig verbinding tussen goed onderwijs en goed onderzoek. Ook de financiering van onderzoek groeit al jaren niet mee met het stijgend aantal studenten. Die financiering van onderzoek is onlosmakelijk verbonden met de kwaliteit van onderwijs.

Vijftien verhalen uit de praktijk

Op de site Normaal academisch peil staan verhalen van vijftien mensen over hun ervaringen in de praktijk:

  1. Ate Snijder (31), docent Mechanica en ontwerp draagconstructies, Bouwkunde aan de Technische Universiteit Delft: Meer focus op onderwijs en meer menskracht.
  2. Kathrine van den Bogert, postdoc aan de Radboud Universiteit: De nood is hoog: het academisch onderwijs en onderzoek staat onder druk.
  3. Wouter Veenendaal, universitair hoofddocent Politicologie aan de Universiteit Leiden en voorzitter van de opleidingscommissie van de bachelor: Je ziet de structurele onderfinanciering terug in veel burn-outklachten en uitval.
  4. Laura Keesman, promovendus culturele sociologie en onderdeel van Group Violence Research project aan de Universiteit van Amsterdam: Als iedereen zich aan de contracttijd zou houden, dan zou de wetenschappelijke wereld er anders uitzien.
  5. Marijtje Jongsma, universitair hoofddocent in de cognitieve neurowetenschappen aan de Radboud Universiteit in Nijmegen: Er wordt veel van ons verwacht, veel meer dan we in onze werkweek kunnen proppen.
  6. Prof. dr. ir. Bert Weckhuysen, universiteitshoogleraar Katalyse, Energie & Duurzaamheid aan de Universiteit van Utrecht: De wetenschap is een soort loterij geworden.
  7. Prof. Dr. Beatrice de Graaf, faculteitshoogleraar geesteswetenschappen aan de Universiteit Utrecht: De universiteit moet een plek van reflectie en bezinning zijn.
  8. Linda Bos, universitair docent politieke communicatie aan de Universiteit van Amsterdam en lid van de ondernemingsraad: Als er niets verandert, gaan wetenschappers, docenten en ondersteunend personeel eraan onderdoor.
  9. Rens Bod, hoogleraar computationele en digitale geesteswetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam: De politiek is aan zet: bied een oplossing voor de structurele onderfinanciering.
  10. Han van Krieken, sinds 2016 rector magnificus van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Is opgeleid tot arts en gespecialiseerd in de pathologie: De verwevenheid van onderzoek doen en onderwijs geven is cruciaal voor de kwaliteit van het academisch onderwijs.
  11. Sofia Maza Angulo, junior docent aan de Universiteit van Amsterdam; geeft les aan de bachelorstudenten van Interdisciplinaire Sociale Wetenschap (ISW): Als ik de uren werk die in mijn contract staan, dan lever ik in op de kwaliteit van het academisch onderwijs.
  12. Casper Albers, hoogleraar Toegepaste Statistiek en Datavisualisatie aan de Rijksuniversiteit Groningen, directeur onderzoek van de afdeling psychologie; zit in de universiteitsraad: Door de structurele onderfinanciering neemt de kansenongelijkheid toe.
  13. Pieter Duisenberg, sinds oktober 2017 voorzitter van de Vereniging van Universiteiten (VSNU): Het wetenschappelijk onderzoek is avonduren werk geworden.
  14. Sam Buisman, studeert landschapsarchitectuur aan de Universiteit van Wageningen: De studie kan niet meer op de persoonlijke manier gegeven worden, zoals ik het ervaren heb.
  15. Sabine Go, universitair docent aan de economische faculteit van de Vrije Universiteit in Amsterdam: Het academisch onderwijs is een instabiel kaartenhuis.

Klik hier voor lezen van Ervaringsverhalen, Normaal academisch peil: https://normaalacademischpeil.nl/ervaringsverhalen

Manifest Op naar een normaal academisch peil: https://normaalacademischpeil.nl/files/210330-VSNU-Manifest-A4.pdf

Conferentie over ‘De staat van het onderwijs 2021’ op 11 mei

Inspecteur-generaal van de Inspectie voor het Onderwijs Alida Oppers heeft op 14 april 2021 het rapport De staat van het onderwijs 2021 aangeboden aan de ministers Van Engelshoven en Slob van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De presentatie vond plaats in het Nationaal Onderwijsmuseum van Dordrecht. De staat van het onderwijs wordt ieder jaar overhandigd aan de minister(s) van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In het rapport beschrijft de inspectie het functioneren van het onderwijs van dat jaar en meerjarige ontwikkelingen.

’s Middags gaf de Onderwijsinspectie nadere uitleg over diverse thema’s in zeven verschillende webinars.  Deze zeven webinars zijn op video opgenomen en kunnen worden gedownload op de site van de Onderwijsinspectie: www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/staat-van-het-onderwijs/webinars

De zeven thema’s

  • Stelselhoofdstuk
  • Primair onderwijs
  • Voortgezet onderwijs
  • Special onderwijs
  • Middelbaar beroepsonderwijs
  • Hoger onderwijs
  • Financiële staat van het onderwijs

Conferentie op 11 mei 2021

Het is de bedoeling dat in de weken na de presentatie van het rapport het onderwijsveld onderling in gesprek gaat over De staat van het onderwijs voor de jaarlijkse conferentie over trends en ontwikkelingen in het onderwijs. Datum: donderdag 11 mei.

In een talkshow worden de reacties op De staat van het onderwijs 2021 en openstaande vraagstukken besproken. Aansluitend zijn er diverse inspiratiesessies en gesprekken met partners en onderwijsprofessionals over oplossingen voor knelpunten in het onderwijs.

Wie wil deelnemen aan de online-conferentie op 11 mei 2021 kan zich Inschrijven voor een of meerdere onderdelen op: https://www.eventtouch.eu/(Niet meer beschikbaar)
Het programma start om 9.30 en eindigt om 13.00 uur. Details volgen per e-mail na inschrijving

Downloaden rapport

Volgens de Inspectie van het Onderwijs ontstaat er door de coronacrisis een unieke kans om het onderwijs structureel te verbeteren. Omdat leerlingen en studenten vertraging hebben opgelopen door de coronapandemie is er een inhaalslag aangekondigd. De inspectie roept in De staat van het Onderwijs 2021 op meer te doen dan alleen de corona-achterstanden in te halen: maak van de aangekondigde reparatie een renovatie.

Downloaden rapport De staat van het onderwijs 2021: www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/2021/04/14/de-staat-van-het-onderwijs-2021

Randstedelijke media kijken in hun analyses te vaak niet verder dan de eigen achtertuin

“De media worden geplaagd door institutioneel Randstadisme”, schrijft Jesse de Voogd in Villamedia (april 2021), vakblad voor journalistiek. Deze houding leidt tot misverstanden en wakkert tegenstellingen aan. Josse de Voogd, politiek geograaf, schreef zijn essay in opdracht van stichting KIM, Forum voor reflectie en journalistiek. De Voogds bijdrage is de eerste van een serie in Villamedia over reflecteren en journalistiek.

Amsterdam is een van de minst representatieve stukjes Nederland

De Voogd:

“Journalisten en redacties klonteren vooral samen in Amsterdam. Dit terwijl de hoofdstad een van de minst representatieve stukjes Nederland is, waar slechts 5 procent van de bevolking woont. Dat doet iets met hoe het land wordt gerepresenteerd. Het dominante verhaal, de bril waarmee naar maatschappelijke kwesties wordt gekeken, is (Rand)stedelijk gekleurd en deze bias gaat ten koste van de aandacht voor andere regio’s en daarmee voor problemen die daar spelen. De media kampen met wat je zou kunnen noemen ‘institutioneel Randstadisme’.”

De blinde vlek in het diversiteitsdebat

”Een van de thema’s waarbij dit Randstadisme sterk naar voren komt is het oplaaiende maatschappelijke debat over thema’s als diversiteit, afspiegeling en ongelijkheid. Als het gaat over een gebrek aan diversiteit en afspiegeling wordt meestal bedoeld dat iets te wit, te mannelijk of te heteroseksueel is.
Thema’s als sociale klasse, gezondheid, politieke voorkeur en regio komen er bekaaid vanaf. Het valt op dat het debat vooral wordt gedicteerd door een groep die op die vlakken nou net wat weinig divers is. De terecht toegenomen aandacht voor de ene diversiteit zet daarmee indirect de schijnwerpers op het gebrek aan de andere.
De weerstand hierover neemt toe en leidt onder meer in ‘de regio’ tot onbehagen. Want die regionale dimensie is wel degelijk iets om rekening mee te houden. Enerzijds omdat regio op zichzelf één vorm van diversiteit is; realiteiten, sentimenten, waarden en belangen verschillen per gebied. En anderzijds omdat, zoals we zullen zien, de impact van die andere diversiteitsdimensies, zoals kleur, gender en klasse, verschilt per regio.”

Regiokramp

De Voogd presenteert een aantal oplossingen voor ’geoneutrale’ media, die anders zijn dan de gebruikelijke die vaak ten koste gaan van kansarme mensen, groepen en gebieden: “Verleidelijk is het ook om als tegenbeeld voor de grootstedelijke overrepresentatie meer aandacht te schenken aan het platteland”. Maar volgens De Voogd bestaat er dan het risico van ‘regiokramp’: “Dat er een zoektocht ontstaat naar écht platteland, naar boze boeren, krimpgebieden, reformatorische dorpen of BlokkeerFriezen. Maar dat zijn allemaal uitersten. Urk, Pekela en Amsterdam zijn alle drie excentriek en doen er getalsmatig nauwelijks toe. Het grote midden er tussenin wordt misschien nog wel meer genegeerd dan het echte platteland. Dus vergeet de Schilderswijk en Staphorst en ga naar middelgrote gemengde plaatsen als Meppel en Geleen”.

Tot slot een behartenswaardig advies van De Voogd: “Het belangrijkste, en minder ingrijpend, is echter bewustwording. Het onder ogen zien van het institutioneel Randstadisme.
[…]
Beseffen dat de verschillen groot zijn, dat een fenomeen zich op een andere plek anders kan voordoen en dat de meerderheid heel anders woont, werkt en leeft dan men in de dagelijkse stedelijke omgeving gewend is”.

Lees het hele artikel: Josse de Voogd: ‘De media worden geplaagd door institutioneel Randstadisme’, door Josse de Voogd, Villamedia, 25 maart 2021: www.villamedia.nl/artikel/josse-de-voogd-de-media-worden-geplaagd-door-institutioneel-randstadisme

Villamedia, jaargang 13 no 3, april 2021: www.villamedia.nl/magazine/jaargang/13/2021

U P D A T E

In ’Nieuwswoestijnen zijn een fata morgana’ schrijft Bart Verkade dat media er een handje van hebben elkaar de put in te praten: “Vooral over de (vermeende) teloorgang van de regionale journalistiek worden keer op keer tranen geplengd. NRC riep op 27 februari de vraag op of in Nederland ‘nieuwswoestijnen’ ontstaan: gemeenten waaraan zelfs lokale journalisten geen aandacht meer besteden. Een kritische blik leert dat het hele stuk is gebaseerd op een onderzoek van lik-me-vestje. De regionale journalistiek is springlevend”. Verkade is oud-hoofdredacteur van Rotterdams Dagblad en AD, nu zakelijk directeur van DPG Media.

De cijfers in het onderzoek van NRC blijken van geen kant te kloppen. Verkade schrijft dat NRC niet heeft uitgezocht hoe vaak er is gepubliceerd over lokale politiek, maar hoe vaak een journalist letterlijk schreef over ‘gemeenteraad van…’ en dan moest de gemeentenaam volgen. De werkelijkheid is vele malen rijker. De editie Hoeksche Waard van AD Rotterdams Dagblad schrijft 6 dagen per week minstens 2 pagina’s over deze gemeente en in die vier jaar zijn honderden artikelen gepubliceerd over de plaatselijke politiek, waar alleen al een herindeling en de plaatsing van windmolenparken hete onderwerpen waren die mensen raakten.
Lees verder: ‘Nieuwswoestijnen zijn een fata morgana’, door Bart Verkade, Villamedia, 15 maart 2022: www.villamedia.nl/artikel/nieuwswoestijnen-zijn-een-fata-morgana

 

Foto bovenaan is van Steve Buissinne

Uitnodiging voor online Lancering Advies Jeugdsprong. Ben jij erbij op 17 mei?

FNV en Stichting Beroepseer hebben de handen ineengeslagen om een advies te schrijven hoe de Jeugdzorg beter kan. Beter voor de jeugdzorgmedewerkers, beter voor de bestuurders, beter voor de gemeenten, beter voor de werkgevers en uiteraard: beter voor de kinderen en gezinnen die jeugdzorg nodig hebben. We nodigen je graag uit voor de online Lancering Advies Jeugdsprong op maandag 17 mei 2021.

Met verschillende partijen gesproken voor het advies

Een advies geven over zoiets belangrijks als de jeugdzorg met zoveel mensen kost tijd en veel wezenlijke discussie. In het traject hebben we met veel mensen gesproken, we hebben documenten gelezen, deskundigen geraadpleegd en niet te vergeten; we hebben geluisterd naar de mening van de kinderen. Volgens ons ligt er nu een advies dat recht doet aan ieders bijdrage. Graag praten wij je bij tijdens onze online lancering van het advies namens de FNV en Stichting Beroepseer. Proost je met ons mee?

Interactief en verrassend programma

In het programma is ruimte voor vragen en discussie, én we blikken alvast vooruit naar wat de volgende stap gaat worden. Je kunt rekenen op een gevarieerd, interactief en verrassend programma met medewerking van o.a. ervaringsdeskundigen en Kitty Jong, vicevoorzitter FNV.

Programma maandag 17 mei 2021

15.30 uur Muzikale opening en start programma

15.40 uur In gesprek met Maaike van der Aar (FNV), Thijs Jansen (St. Beroepseer) en Steven de Waal (voorzitter) over de realisatie van het advies Jeugdsprong

15.55 uur Ruimte voor jouw vragen en opmerkingen, discussie met de initiatiefnemers van dit advies

16.10 uur Muzikaal intermezzo en verrassingsact

16.15 uur Feestelijke overhandiging!

16.25 uur #samenverder! In een breakout room naar keuze praat jij mee over de vervolgstappen. Geef bij je aanmelding jouw voorkeur door.

17.00 uur Einde programma

Aanmelden

Meld je aan op: www.fnv.nl/nieuwsbericht/sectornieuws/zorg-welzijn/2021/04/uitnodiging-lancering-advies-jeugdsprong


Ga voor meer info naar:

Over het ontstaan van de Jeugdsprong,  leden van de denktank en het kernteam, lees: FNV Zorg en Welzijn en Stichting Beroepseer slaan de handen ineen voor de uitwerking van een ander jeugdzorgstelsel: https://beroepseer.nl/wp-content/uploads/2020/12/Jeugdsprong.pdf

De Jeugdsprong; work in progress! www.fnv.nl/getmedia/b5a56cc0-561f-4a77-8edf-7c0d302b842b/Achtergrond-Jeugdsprong.pdf

Petitie van denktank Jeugdsprong, Blogs Beroepseer, 17 maart 2021: https://beroepseer.nl/actueel-in-beroepseer/petitie-van-denktank-jeugdsprong/

 

U P D A T E

Motie van de leden Simons en Kuiken over het advies van de Jeugdsprong serieus beoordelen. Voorgesteld 21 april 2021:

De Kamer, gehoord de beraadslaging, overwegende dat de jeugdzorg in een crisis verkeert en niet kampt met incidentele problemen, maar met structurele problemen;

constaterende dat er een ommezwaai nodig is voor de toekomst van de jeugdzorg;

roept de Staatssecretaris op, het advies van de Jeugdsprong serieus op zijn inhoud te beoordelen en de mogelijkheden voor de implementatie van deze beleidsrichting te onderzoeken, en gaat over tot de orde van de dag. roept de Staatssecretaris op, het advies van de Jeugdsprong serieus op zijn inhoud te beoordelen en de mogelijkheden voor de implementatie van deze beleidsrichting te onderzoeken,

en gaat over tot de orde van de dag

Klik hier: https://beroepseer.nl/wp-content/uploads/2021/05/Motie_van_de_leden_Simons_en_Kuiken_over_het_advies_van_de_Jeugdsprong_serieus_beoordelen.pdf

Stemmingsuitslag, 11 mei 2021: www.tweedekamer.nl/kamerstukken/moties/detail?id=2021Z06631&

Psychosociale risico’s van gig-economie voor werknemers

De gig-enonomie*) verwijst naar een marktsysteem waarin bedrijven of organisaties werknemers inhuren voor het uitvoeren van korte opdrachten. De transacties geschieden volgens bemiddeling van online-arbeidsplatforms. Het werk wordt uitbesteed aan geografisch verspreid wonende personen of het wordt toegewezen aan personen in een specifiek gebied.

In het afgelopen decennium is de verscheidenheid aan werkzaamheden via online-arbeidsplatforms dramatisch toegenomen. Naast de specifieke risico’s die horen bij diverse soorten werk, hebben we ook te maken met de psychosociale risico’s die horen bij de manier waarop gig-banen worden georganiseerd.
Doel van het rapport Exposure to psychosocial risk factors in the gig economy van het European Trade Union Institute in Brussel is een uitgebreid overzicht geven van deze risico’s, alsmede het benoemen van de hiaten en het bepalen van strategieën om ze zoveel mogelijk te beperken.

De risico’s van gig-arbeid

Gig-arbeid brengt risico’s met zich mee voor werknemers op drie terreinen:

– Fysiek en sociaal isolement
Taken worden individueel uitgevoerd, zonder contact met en vaak in concurrentie met collega’s, wat resulteert in een gebrek aan sociale steun op de werkplek, een vervaging van de grenzen tussen werk en privéleven, en moeilijkheden bij het vaststellen van een consistente professionele identiteit.

Algoritmisch management en digitaal toezicht
Constante monitoring en geautomatiseerde managementtechnieken dragen bij tot een steeds jachtiger werktempo, een gebrek aan vertrouwen in het platform en sterke machtsongelijkheid die de mogelijkheden van werknemers beperken om effectieve methoden te ontwikkelen om intern hun stem te laten horen.

  • Verandering van werk en grenzeloze loopbanen
    Omdat gig-banen gebaseerd zijn op kortlopende opdrachten die slechts voor een beperkte tijd werk verschaffen, ervaren gig-werkers een voortdurende baanonzekerheid. Om hun baan te behouden geven ze zich over aan allerlei vormen van emotionele arbeid (emotional labour). Emotional labour wil zeggen: de hele dag met een glimlach door het leven gaan, ongeacht hoe je je echt voelt. Je doet het omdat anders je baas of de klanten wel eens over je zouden kunnen klagen dat je niet vrolijk genoeg bent.

Gebrek aan evenwicht

De rode draad die door deze specifieke risico’s loopt is een tamelijk groot gebrek aan evenwicht tussen de eisen die aan de arbeid van werknemers worden gesteld en de beschikbare organisatorische middelen om ermee om te gaan.
Hoewel voor elk van bovengenoemde factoren voorlopige bewijzen van werkdruk zijn gevonden, is meer onderzoek nodig om specifieke vormen van platform-management aan te wijzen die schadelijk zijn voor de arbeidsomstandigheden (Occupational Safety and Health – OSH).

Inzicht in deze factoren is essentieel om de wet- en regelgeving te verbeteren op een manier die bevorderlijk is voor het welzijn van gig-werknemers.

Exposure to psychosocial risk factors in the gig economy – A systematic review, door Pierre Bérastégui, European Trade Union Institute (ETUI), Brussel, januari 2021: https://beroepseer.nl
Pierre Bérastégu is onderzoeker bij ETUI in Brussel.

 

Noot:
*) Gig-economie is een economie waarin zelfstandige arbeidskrachten tijdelijk, vaak voor een specifiek project worden ingehuurd. Taken die voorheen door vaste krachten, werknemers, werden verricht, worden nu verricht door flexibele krachten, op afroep beschikbaar. De term gig is oorspronkelijk een door jazz-musici gebruikte verbastering van engagement – een optreden.
De gig-economie wordt ook platform-economie genoemd, of klus-economie. Diensten en producten worden via (online) digitale platformen aangeboden en verhandeld. Voorbeelden zijn Uber en Airbnb. Vraag en aanbod worden daar bij elkaar gebracht.
De platformeconomie heeft de in het verleden opgebouwde zekerheden (arbeidsvoorwaarden en sociale zekerheid van werknemers) uitgehold.

De opmars van waardegedreven zorg. Hoeveel is zorg waard? Prof. Marian Verkerk over ‘zorgwaarde’

U heeft er vast al wel over gehoord: ‘waardegedreven zorg’, schrijft Marian Verkerk op het online kennisplatform Zorg & Sociaalweb. Verkerk is hoogleraar Zorgethiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Waardegedreven zorg is komen overwaaien uit de VS en wordt daar Value-based health care (VBHC) genoemd. In 2006 lanceerde Michael Porter zijn boek Redefining Health Care en gaf daarmee het startsein voor het implementeren van VBHC. Inmiddels is VBHC een actueel thema binnen de gezondheidszorg en steeds meer ook binnen het sociaal domein.

Waardegedreven zorg wil zeggen zorg leveren die het meeste waarde voor de patiënt oplevert tegen de minste kosten.
Marian Verkerk: “Eigenlijk gaat het dus om kostenefficiënte zorg, maar dan in een breuk gevisualiseerd: patiëntwaarde gedeeld door de kosten. Die patiëntwaarde wordt berekend (sic!) met behulp van vergelijkbare uitkomsten, de zogenaamde ROM’s en PROM’s (Patient Reported Outcome Measures). In goed Nederlands: de behandeling van een aandoening wordt getoetst op de waarde die het levert voor de patiënt of cliënt afgezet tegen de kosten die de behandeling met zich meebrengt”.

Rekenmeesters in de zorg

Het komt erop neer dat wanneer je beter zicht hebt op de uitkomsten van bepaalde behandelingen en interventies en die vergelijkt met de kosten, dan ben je een goede rekenmeester in de zorg.
Verkerk noemt met opzet ‘rekenmeesters’, omdat al dat rekenen niet veel te maken heeft met de kwaliteit van zorg. Zij wijst er ook op dat waardegedreven zorg goed past in een al langer bestaande trend in de maatschappij: meten en toetsen.

Verkerk: “Transparantie, op wetenschappelijke evidentie gebaseerde uitkomsten bepalen de maat van goede zorg waarbij de kosten goed in het oog worden gehouden. Let wel: waardegedreven zorg zegt nog niets over hoeveel die zorg mag kosten. Voor de vraag hoe hoog de kosten mogen zijn hebben we andere rekenmeesters, bijvoorbeeld zorg volgens de QALY (kwaliteit van leven vermenigvuldigd met gewonnen levensjaren), die niet meer dan 80.000 euro per jaar mag kosten”.

Samengevat: We leveren zorgproducten af op een economisch verantwoorde wijze. Daarvoor ontwikkelen we ‘zorgpaden’  op basis van data, management en facilitering.
Maar zorg is toch geen product? vraagt Verkerk terecht. Handel tussen twee partijen?

Zorg waar de relatie en de inhoud voorop staan

Aan het slot van haar blog legt Verkerk helder uit dat zogenaamde waardegedreven zorg het tegendeel is van wat het beoogt. Het heeft niet veel met waarden te maken maar alles met rekenen en kostenbesparing.
Verkerk: “Waardegedreven zorg past in een cultuur waarin meetbare kennis de boventoon voert en die op zijn beurt gemanaged kan worden. Zorgeloze aandacht laat zich immers niet managen. Waardegedreven zorg heeft niets met waarden als menswaardigheid, zorgzaamheid, vertrouwen, betrokkenheid te maken. Het heeft dus ook niets te maken met patiënten en wat zij van waarde vinden. We hebben wel waardevol werken nodig in de zorg: zorg waar de relatie en de inhoud voorop staan. Waar professionals de reflectieve ruimte krijgen om zich bij tijd en wijle af te vragen: waarom doe ik de dingen die ik doe en waarom is dat het goede? Zorg waarvan de weerbarstigheid niet wordt wegpoetst door vooral te kijken naar de meetbare uitkomsten. We hebben een visie op zorg nodig waarin men bereid is soms van het zorgpad af te wijken wanneer dat het goede is om te doen, zoals de verpleegkundige die even bij een kind gaat zitten om ‘niets’. Het kan zelfs betekenen dat we even geen zorg leveren, maar afwachten. In die zin hoeft waardevolle zorg niet altijd zoveel te kosten“.

Kortom: de zorg heeft geen nieuwe managershobby uit de VS of weer nieuwe rekenmodellen nodig. Volgens Verkerk gaat het bij zorgwaarde niet over zorg en niet over waarde.

Ondertussen probeert men VBHC ook te implementeren in het sociaal domein. Volgens Zorg & Sociaal Web besloten vier GGZ-instellingen in 2017 waardegedreven te gaan werken. In Brabant Noordoost voerden zestien zorgaanbieders en zeventien gemeenten een waardegedreven mini-transformatie uit in de jeugdzorg, bínnen het huidige stelsel.

Lees de hele blog Mijn zorgen om ‘zorgwaarde’ van Marian Verkerk, Zorg & Sociaalweb, 13 april 2021: https://magazines2.sociaalweb.nl/magazines.sociaalweb.nl/value-based-healthcare-in-het-sociaal-domein.html#!/mijn-zorgen-om-zorgwaarde

 

Afbeelding bovenaan is van Mudassar Iqbal

Thijs Jansen te gast in podcastprogramma over beroepseer, beroepstrots en professionaliteit

Thijs Jansen, directeur van Stichting Beroepseer is te gast bij Arie Dekker in het tweewekelijkse podcastprogramma Onderstroom van tijdschrift The Optimist. In aflevering 23 is het onderwerp de waardering voor werk en de betekenis van beroepseer en professionaliteit, zowel op de werkvloer als in de maatschappij. In een kort overzicht belicht Jansen de ontwikkeling van de afgelopen decennia. Hoe in onze neo-liberale – of neo-kapitalistische – maatschappij er geld wordt verdiend met werk van anderen, van degenen die met hun arbeid resultaten behalen.
We zijn terecht gekomen in een bureaucratische, technocratische wereld waar hoger opgeleiden het heft in handen hebben genomen en macht hebben gekregen. Ze hebben een ‘hogere status’ en staan ver af van de mensen die het echte werk doen.
Onze samenleving lijkt eigenlijk alleen maar geschikt voor hoger opgeleiden. Zij drukken er hun stempel op. Ondertussen kan tien tot twintig procent niet overweg met digitale formulieren en bureaucratie.

Alternatieven

Waar mensen gelukkig van worden is ambachtelijk werk. Een beroep leren, een vak, vaardigheden onder de knie krijgen, iets maken. Een podcast maken bijvoorbeeld waar je geld mee kan verdienen. Je steekt tijd en energie in het maken en als er dan aandacht voor is, voel je een zekere bevrediging en trots. Je hebt goed werk verricht.
Als dat genoegen van mensen wordt afgenomen, wordt het leven erg kaal. Dan zijn we uiteindelijk nog slechts consumerende wezens die achter een beeldscherm zitten en kijken wat computers geproduceerd hebben. Dat is niet een erg gelukkige wereld. Jansen: “In ieder geval niet een wereld waar ik in wil leven. Mijn ideale mensbeeld is een mens die kan leren en plezier kan scheppen in het ontwikkelen van vaardigheden, daar goed in worden. Of dat nu een sport is of een ambacht”.

Het gericht zijn op efficiency waarbij de mens overbodig wordt, het zoveel mogelijk en zo snel mogelijk geld verdienen, daar gaat het niet om. Alleen al niet omdat dat vaak gepaard gaat met onrechtvaardigheid. Het geld dat met de nieuwe nieuwe technologie verdiend wordt, gaat naar de mensen die al heel veel geld verdienen. Het sprekende voorbeeld daarvan is Amazon waar werknemers in idioot hoog tempo de bestellingen moeten afhandelen en waar ook een robot rondloopt die hun uiteindelijk zal vervangen. Dan houden we op een gegeven moment alleen nog mensen over die goed verdienen aan automatisering en schaalvergroting met daarnaast een klasse mensen die niet meer nuttig is met weinig geld tot haar beschikking.

Het kan anders. Stichting Beroepseer heeft zich de afgelopen jaren beziggehouden met alternatieven voor verschillende beroepsgroepen, waaronder de gezondheidszorg, de jeugdzorg en het onderwijs. Die alternatieven zijn hard nodig, want veel professionals vertrekken uit deze sectoren omdat ze hun werk niet meer kunnen doen zoals ze dat zouden willen en zich niet meer gemotiveerd voelen. Jansen pleit met de stichting voor meer zeggenschap op alle fronten, van professionals, patiënten/cliënten en van burgers. Zij behoren te kunnen meebeslissen over waar het heen gaat op het werk en in de maatschappij.

Professionals en burgers als bondgenoten

Hoe een zorgmedewerker, een leraar of een politieagent kunnen zorgen dat beroepseer terugkomt legt Jansen uit aan het slot van zijn gesprek met Arie Dekker. Ook burgers kunnen daaraan meewerken, bijvoorbeeld ouders van scholieren. Jansen geeft waardevolle, praktische voorbeelden. Daarnaast geeft hij een mooie tip:
“Zie niet wat anderen voor jou doen als vanzelfsprekend. Probeer ook eens te zien in wat voor context ze dat doen. Soms hoe waardevol dat is. Hoeveel betrokkenheid daarachter zit. Erken dat ook eens. Dat is al een simpele raad. Als je daarover verder gaat nadenken, kun je misschien meer doen en kun je zeggen tegen de leraar van je kind: wat kan ik betekenen? Ik heb zelf een tijd in de medezeggenschapsraad gezeten van een school en de leraren hadden moeite tegen de directeur te zeggen dat ze sommige dingen niet goed vonden en daar veel last van hadden. En dan vroegen ze aan de ouders of zij dat wilden zeggen. Dat deden wij dan en dat had effect. Zo kan je professionals helpen”.

De voorbeelden van Jansen zijn niet slechts incidentele voorbeelden van beroepseer, ze wijzen naar de toekomst. Weiger een vrijwillige slaaf te zijn die gevangen zit in een inhumaan systeem waar niemand gelukkig van wordt.

Luister naar het hele gesprek met Thijs Jansen: https://theoptimist.nl/daily/leer-je-werk-te-waarderen/