Skip to main content

Redactie Beroepseer

Versterking band politiek-samenleving door sociale media

De Raad voor het openbaar bestuur presenteerde in de eerste week van april 2012 het boekje In gesprek of verkeerd verbonden? Kansen en risico’s van sociale media in de representatieve democratie waarin vier aanbevelingen staan om de kansen van sociale media vanuit het perspectief van politiek en bestuur beter te benutten.

De Raad stelt o.m. dat investeren in scholing en het creëren van mediawijsheid van cruciaal belang is: “We moeten investeren in de mediawijsheid van gebruikers, zodat zij ook in de nieuwe context als volwaardige citoyen kunnen bijdragen aan de democratische gemeenschap.
Wie zijn de afzenders van welke informatie? Hoe werkt informatievoorziening via sociale media? Waar kan ik tegengeluiden vinden? Hoe beïnvloedt de informatie die ik zelf via sociale media deel het beeld dat over mij ontstaat?”.
Lees verder bij Aanbevolen boeken op deze site: https://beroepseer.nl/aanbevolen-boeken/aanbevolen-boeken/#ingesprekofverkeerdverbonden

De Raad voor het openbaar bestuur (Rob) en de Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) zijn adviesorganen van de regering en het parlement. De raden zijn onafhankelijk. www.raadopenbaarbestuur.nl

Administratie veroorzaakt meer stress dan heftige politiezaken

The Irish Times berichtte dat brigadiers en inspecteurs van politie meer stress ondervinden door bureaucratie, de besluiteloze houding van meerderen en financiële zorgen dan moeilijke zaken als kindermisbruik of zelfmoorden.

In een nieuw onderzoek, verricht door de Association of Garda Sergeants and Inspectors (AGSI) over stress op het werk, gaf 69 procent van de geïnterviewden aan dat bureaucratie de meeste stress veroorzaakt. Ongeveer 62 procent voelt zich zeer gestresst door het hele administratiesysteem op de politiebureaus, terwijl hetzelfde aantal brigadiers en inspecteurs zei dat ze gestresst zijn door wat zij zien als een oneerlijke verdeling van werk en de besluiteloosheid van hun meerderen.

Het promotiestelsel van de politie levert ook stress op. 61 procent gelooft dat sommige collega’s op een post zitten waar ze niet geschikt voor zijn.
Wat de financiën betreft zegt 84 procent bezorgd te zijn over vermindering van loon en 75 procent is bezorgd om hun pensioen. 67 procent voelt zich gestresst door hun algemene financiële situatie.

Hoewel het onderzoek onthulde dat een hoog percentage stress veroorzaakt wordt door financiële zorgen en werkdruk, kwam ook naar voren dat het behandelen van zeer zware criminele zaken niet zo hoog scoort als verwacht.
De resultaten van onderzoek suggereren dat brigadiers en inspecteurs meer last hebben van de manier waarop zij behandeld worden binnen de eigen organisatie dan door de zware gevallen waarmee zij te maken krijgen bij het verrichten van hun taken.
Op de vragen van het onderzoek respondeerden 821 brigadiers en inspecteurs van politie uit een totaal van 2,122.
39 procent reageerde op de vragen. Meer dan de helft van de degenen die reageerden zei dat zij vinden dat zij niet fair behandeld worden door de ombudsman van de Garda Siochana – het Ierse politiekorps – die klachten tegen de politie behandelt.

Paperwork causes more stress than tough cases, The Irish Times, 5 april 2012: www.irishtimes.com/news/paperwork-causes-more-stress-than-tough-cases-1.495178

Engelse leraren willen Onderwijsinspectie toegang weigeren

De onderwijsinspectie dreigt de toegang te worden geweigerd tot de klaslokalen van Engelse scholen. De inspectie krijgt evenmin de gegevens van leerlingen te zien.
De onderwijsvakbonden protesteren tegen het “destructieve” inspectiesysteem en steunen plannen tot het starten van een campagne van “niet-meewerken” met de inspectie.

De onderwijsinspecteurs hebben een te grote invloed en vergroten de werkdruk van leraren. Bovendien ondermijnen ze het moreel en bevorderen ze het eenzijdige klaarstomen voor examens.
In Noord-Ierland werden de inspecteurs al eerder de voet dwars gezet door een massale boycot van de vakbonden.

Volgens het Ministerie van Onderwijs, dat de acties heeft veroordeeld, moeten de scholen verantwoordelijk worden gesteld voor de miljarden ponden belastinggeld die aan het onderwijs worden besteed. Maar Martin Powell Davis van de vakbond National Union of Teachers, reageerde op het jaarcongres dat de inspectie – in Engeland Ofsted genoemd: Office for Standards in Education – “niet welkom op onze scholen is”.

Ofsted ‘to be barred from classroom’ in teacher protest, door Graeme Paton, The Telegraph, 8 april 2019: www.telegraph.co.uk/

ARCHIEF GOED WERK HUB

balk archief goed weerk hub

De Goed Werk Hub toegelicht

De Goed Werk Hub is een initiatief van de Stichting Beroepseer.
De Stichting Beroepseer, opgericht in 2006, is een brede beweging van professionals. Zij vervult een actieve rol in het versterken van de arbeidssatisfactie en productiviteit van werkers in vooral de publieke en semi-publieke sector.
De Stichting bevordert de erkenning van vakmanschap op terreinen als onderwijs, politie, zorg, sociale dienstverlening en overheid. Klik hier voor meer informatie over de Stichting.

Met de introductie van de Goed Werk Hub geeft de Stichting Beroepseer een nieuwe impuls aan haar activiteiten.
Goed Werk is gebaseerd op het Amerikaanse Good Work Project van Howard Gardner, Mihaly Csikszentmihalyi en William Damon waarvan de kern is: vakmanschap gecombineerd met morele verantwoordelijkheid en persoonlijke betrokkenheid.

De Goed Werk Hub is een onafhankelijke ontmoetingsplek om te werken aan goed werk in de (semi-) publieke sector. Iedere professional is er welkom om in een open en laagdrempelige sfeer nieuwe sector-overschrijdende verbindingen te leggen tussen mensen op de werkvloer, managers, bestuurders, politici en wetenschappers.
Je kunt daar kennis, ervaring en ideeën uitwisselen en elkaar ondersteunen bij het ontwikkelen van goed werk*).

Bondgenoten van de Goed Werk Hub zijn: het Ministerie van Binnenlandse Zaken, het Expertise centrum Beroepstrots van de Universiteit Tilburg, Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF), Buurtzorg Nederland, Nu’91, CNV Publieke Zaak en het ROC Mondriaan Horeca College van Den Haag.

*) De stichting verbindt zich hiermee nadrukkelijk met het Amerikaanse Good Work Project van Howard Gardner, Mihaly Csikszentmihalyi en William Damon. Dit project is gestart in 1995. Zie The GoodWork Project en The GoodWork Toolkit

Waarom is de Goed Werk Hub noodzakelijk?

Het initiatief voor de Goed Werk Hub is noodzakelijk omdat te vaak verantwoordelijkheid nemen voor het eigen beroep gehinderd wordt door allerlei beperkingen. Zo durft men het gesprek in de eigen organisatie vaak niet tevoeren vanwege de afhankelijkheidsrelatie waarin men zich als beroepskracht of leidinggevende bevindt. Maar er is ook de beperking van onwetendheid. Men is over en weer zelden voldoende op de hoogte van zaken als:

  • wat er in andere beroepsgroepen gebeurt;
  • wat er op andere beleidsterreinen geregeld is of wordt ten aanzien van professionals;
  • wat er in andere sectoren gebeurt (privaat/publiek);
  • wat er in andere lagen binnen de eigen organisatie speelt;
  • relevante wetenschappelijke kennis uit verschillende disciplines.

Het met elkaar spreken over en het faciliteren en ontwikkelen van vakmanschap moet gebeuren voorbij de bestaande kaders. Door de kennis van de betrokkenen in de Hub aan elkaar te verbinden komen gemeenschappelijke problemen – en oplossingen – aan de orde, die uiteindelijk leiden tot een verhoging van de kwaliteit van de professie.

Bij de ontwikkeling van de Goed Werk Hub is de Stichting Beroepseer zich bewust van de ermee samenhangende maatschappelijke en economische belangen. De Hub draagt op een vernieuwende wijze bij aan de ontwikkelingvan goed werk. Dit zal van invloed zijn op een gezonde samenleving en de economie. Betrokken medewerkers zijn daarvoor van groot belang.

Voor wie is de Goed Werk Hub?

De Goed Werk Hub is er voor ondernemende professionals, bestuurders, managers, beleidsmakers, wetenschappers en andere geïnteresseerden die zich willen inzetten voor goed vakmanschap, goed besturen, stimulerend beleid en effectieve wet- en regelgeving. Kortom, mensen die willen werken aan verbetering van beroepskwaliteit, die geloven in de kansen van nieuwe sociale netwerken, die op zoek zijn naar contacten die zij anders niet zouden kunnen leggen. De Hub biedt ook ruimte aan de groeiende groep ZZP’ers, werkzaam in de publieke en semi-publieke sector.

Samenwerkingspartners

De Stichting Beroepseer ontwikkelt de Goed Werk Hub samen met haar bondgenoten, de Voortrekkers van de Stichting Beroepseer. Zij zijn actieve professionals die anderen inspireren en tot voorbeeld dienen. Zij verzorgen Ateliers Beroepstrots waar zij vertellen over hun beroep. Klik hier voor meer info over de Voortrekkers.

Daarnaast is er een aantal organisaties dat bij de start van de Hub betrokken is geweest: het Expertise centrum Beroepstrots van de Universiteit Tilburg, de Stichting Beroepskwaliteit Leerkrachten, Nu’91, Buurtzorg Nederland, CMHF en het ministerie van BZK.

Voor het ontwikkelen van de Goed Werk Hub kan de Stichting Beroepseer rekenen op een financiële bijdrage van het ministerie van BZK en het Van der Kruijs Fonds dat deel uitmaakt van het Prins Bernhard Cultuurfonds. Wij zijn op zoek naar andere, niet-commerciële partners.

Klik hier voor lezen van verslag De Goed Werk Hub feestelijk van start (26 januari 2011).

Stichting Beroepseer
Alexandrien van der Burgt-Franken
E-mail: a.vanderburgt@beroepseer.nl

 

Voorbeeld van Goed Werk (1)

Eerste fraudefietstocht over Zuidas

Onder leiding van journalist Vasco van de Boon, auteur van het boek Vastgoedfraude, maakten elf ambtenaren een educatieve fietstocht langs geestelijk lenige advocaten, blinde accountants en talrijke “fraudekavels”, aldus  Eric Smit op de website van Folow the Money.

Sinds 13 februari 2012 bestaat er ook een fraudefietstocht over de Zuidas naar het idee van Ewald Engelen, hoogleraar financiële geografie die met het lumineuze idee kwam om met zijn studenten de met wanbeleid en fraudeschandalen doortrokken Zuidas aan een oculaire inspectie te onderwerpen.

De studenten van Engelen waren ambtenaren die de masteropleiding Strategic Urban Studies volgden.
Een confrontatie met de voortbrengselen van corrupte geesten was wat hem betreft een “essentiële” educatieve activiteit die niet aan zijn leermodule mocht ontbreken. Engelen nodigde daarom journalist Vasco van der Boon van het Financieele Dagblad en co-auteur van het boek De vastgoedfraude uit om zijn kennis van ABCDE-constructies, omkoping, diefstal, oplichting, zelfverrijking in de stedenbouwkundige context te etaleren.

Het was de eerste keer dat Van der Boon deze fietstocht maakte. Naast het uitbrengen van een vastgoedfraudekwartetspel had hij ook wel eens geopperd om deze attractie te introduceren, maar tot 13 februari was het er niet van gekomen.

Lees het artikel De 1e fraudefietstocht over de Zuidas door Eric Smit, 21 februari 2012, op de site van Follow the Money: www.ftm.nl

Verkeerde prikkels oorzaak kostenexplosie in de zorg

Niet vergrijzing, maar verkeerde prikkels zijn oorzaak van de kostenexplosie in de zorg. Dit is één van de conclusies van het op 5 april 2012 verschenen rapport “Integrale zorg in de buurt”.

In 2012 komen de zorguitgaven per gemiddelde Nederlander uit op ongeveer € 5600. In 2000 was dat de helft. Die explosieve stijging komt niet door de vergrijzing; die verklaart maar 15% van de kostentoename. Het komt ook niet omdat we ongezonder leven; de gezondheid neemt juist toe. De belangrijkste oorzaak ligt volgens NYFER in het ontbreken van prikkels om zorgeuro’s doelmatig te besteden.

Aanbieders van zorg hebben weinig belang bij doelmatigheid. Hun inkomsten hangen af van de zorg die zij leveren (productie), niet van de bijdrage aan gezondheid of kwaliteit van leven. Hierdoor blijven investeringen in preventie, verbetering van de leefstijl en ondersteuning van mensen om zelf hun gezondheid te managen, achter; de focus ligt op omzet en verrichtingen. Doelmatigheid moet, naast kwaliteit en toegankelijkheid, een grotere rol gaan spelen in de organisatie van de zorg, aldus NYFER. En dat kan door financiële prikkels daar sterker op te richten.

Dit rapport analyseert wat nodig is om “integrale zorg in de buurt” te realiseren. Daarbij staat het perspectief van de zorgvrager centraal: de mens die – blijvende – problemen met zijn gezondheid ervaart die hem in zijn dagelijkse leven hinderen en waarvoor hij professionele hulp vraagt. Problemen die vaak niet uitsluitend medisch zijn, maar voor een deel ook in het fysieke, psychische en sociale vlak liggen. ‘Integrale’ zorg houdt in dat de zorg zich op de volle breedte van de vraag richt, waarbij niet de aandoening, maar de mens in zijn sociale omgeving centraal staat. Bij de integrale zorg zijn doorgaans verschillende disciplines betrokken, het aanbod omvat zowel cure als care, de coördinatie tussen zorgverleners is goed geregeld en de zorg is erop gericht de kwaliteit van leven te verbeteren.
Een belangrijk uitgangspunt van deze studie is dat vernieuwing van zorg vanuit de praktijk ontstaat: door initiatieven van zorgvragers, zorgverleners, professionals en financiers die vaak met grote inzet bezig zijn de zorg te verbeteren.
Het rapport geeft daarvan aansprekende voorbeelden. De taak van bestuurders en beleidsmakers is hiervoor gunstige voorwaarden te scheppen, blokkades weg te nemen en te bevorderen dat goede resultaten navolging krijgen.

Het rapport eindigt met aanbevelingen voor samenwerking tussen zorg en maatschappelijke ondersteuning en het noemen van veelbelovende initiatieven, waaronder Buurtzorg.

Bureau NYFER doet toegepast wetenschappelijk economisch onderzoek op een groot aantal beleidsterreinen. De resultaten daarvan worden ingebracht in het publieke debat over economie en samenleving. NYFER wil meten, analyseren en vergelijken om het sociaal- en financieel-economisch beleid op een hoger plan te brengen: www.nyfer.nl (Website is opgeheven).

Downloaden rapport Integrale zorg in de buurt – Meer gezondheidsresultaat per euro, door Lucienne Berenschot, Leo van der Geest, Nyfer, april 2012: https://beroepseer.nl

Dit economisch bestel vernielt onze menselijkheid!

paul verhaeghe 2Een inspirerende lezing van Paul Verhaeghe, klinisch psycholoog en psychoanalyticus aan de Universiteit van Gent roept ons op de economie weer economie te laten worden, en onderwijs, opvoeding, zorg en relaties weer hun eigen plaats te laten innemen. Dat vraagt om een andere inlevering, of bezuiniging, dan wat er nu van ons geëist wordt door de overheid.
Verhaeghe hield zijn krap een half uur durende  lezing op 30 januari 2012 in het Kunstencentrum Vooruit in Gent, de dag van de nationale staking in België, gehouden uit protest tegen de plannen van 11 miljard aan bezuinigingen van de regering-Di Rupo.
Interviews en opiniestukken van deze Belgische hoogleraar doen steevast de nodige stof opwaaien. In deze lezing keert Verhaeghe zich tegen de allesoverheersende neoliberale economie die volgens hem ADHD-individuën produceert, hoppend van de ene job en partner naar de andere, met als gevolg een steeds groter wordende groep mensen die zich mislukt voelt.
Verder betoogt hij dat de bezuinigingen de maatschappij ten goede moeten komen, en niet de economie. Ook moeten de waarden terug in het onderwijs. Iedereen is tegen het huidige onderwijsstelsel, maar niemand kan het pakken, we voelen ons machteloos. Grote vraag: hoe de anonieme systemen aan te pakken?
Volgens Verhaeghe tonen onze scholieren een gebrekkige democratische en maatschappelijke houding. Dat is het effect van ons competentie-gericht onderwijs. We vormen onze kinderen tot ondernemer van zichzelf, die hun kennis en vaardigheden moeten kapitaliseren. De eerste vraag is dan: wat brengt ‘t op voor mij?

Wat het werk betreft stelt Verhaeghe de neoliberale meritocratie tegenover de onmacht op de werkvloer, waar solidariteit een kostbare luxe dreigt te worden. Die moet plaats ruimen voor tijdelijke coalities met doel meer winst behalen dan de anderen doen. Diepe banden worden daarvoor nagenoeg uitgesloten, emotionele betrokkenheid met het werk zelf is er nauwelijks nog, laat staan met het bedrijf. De infantilisering van de werknemers, een systeem dat mensen niet toelaat autonoom te denken en te werken en de aantasting van het zelfrespect dienen te worden ingewisseld voor het stellen van noodzakelijk vragen.
Bijvoorbeeld: Wat is het goede leven voor mij? En hoe kan ik dat vormgeven in verhouding tot anderen? De antwoorden moeten gebaseerd zijn op zelfbeheersing. Dat staat lijnrecht tegenover de huidige verheerlijking van consumeren en de verplichting tot eeuwige groei.
Zorg voor jezelf komt neer op matiging en moed, waardoor we niet meer de hedendaagse plicht hebben tot “depressief genot”. Inleveren betekent kiezen voor het goede leven. Zo’n keuze leidt tot bewust burgerschap dat altijd vervlochten is met de zorg voor de ander.

Verhaeghe geeft een heldere analyse van de manier waarop het neoliberalisme destructief inwerkt op ons mens-zijn alsook op de samenleving – of wat daar nog van overschiet.
Op 18 maart jl. werd een uitspraak van Verhaeghe gekozen tot Uitspraak van de week in dagblad De Morgen: “Dit economisch bestel vernielt onze menselijkheid!” Zijn  boek De neoliberale waanzin is in maart 2012 in herdruk verschenen.

Info over de video op De wereld morgen: www.dewereldmorgen.be/artikel/2012/09/17/livestreaming-voorstelling-identiteit-van-paul-verhaeghe-in-vooruit/

Stel hbo en mbo onder curatele

Jan Bouwens, hoogleraar accounting aan de Universiteit van Tilburg vindt dat het hbo en het mbo onder curatele dienen te worden gesteld. In een opiniestuk in de Volkskrant van 2 april 2012 schrijft hij dat “het hbo en het mbo beide aan een dramatische redesign toe zijn. Dat kan alleen als de scholen uit die sector onder curatele worden geplaatst.

Sinds 2004 hebben hogescholen en roc’s onder leiding van de HBO-raad en de MBO Raad massaal het zogenaamde competentiegericht onderwijs ingevoerd. Dit systeem voorziet er bijvoorbeeld in dat een student de benodigde moeilijke statistische technieken voor de uitvoering van zijn projecten gaat zoeken als hij ze nodig heeft. Hij heeft dan geen docent meer nodig die hem inwijdt in de geheimen van deze technieken. Binnen het systeem werd het de docent dan ook verboden om nog les te geven. Later werd een groot aantal docenten vervangen door een procesbegeleider die evenals de student niets van statistiek weet, terwijl deze uitstekend geëquipeerd is erop toe te zien dat de student al zijn projecten in een portfolio verzamelt. Als alle projecten zijn uitgevoerd, volgt een diploma.

Een aantal hbo’s heeft nu ingezien dat zij met deze keuze hun opleidingen volledig in de vernieling hebben geholpen (Inholland). Niet alle bestuurders hebben het licht gezien. Het mbo heeft nog niets geleerd. Zo liet de voorzitter van de MBO Raad Jan van Zijl op 26 maart via Radio 1 naar aanleiding van een vernietigend artikel in deze krant (‘Het roc zoekt het meer in stenen dan in onderwijs’, Het Vervolg, 24 maart), nog weten dat er niets aan de hand is met de kwaliteit van het onderwijs. Ter adstructie nodig ik de heer Van Zijl van harte uit kennis te nemen van de uitkomsten van de wiskunde/rekentoets die zijn eindexamenkandidaten onlangs ondergingen. Ik mag aannemen dat hij dan zijn opvatting bijstelt”.

‘Stel het hbo en het mbo onder curatele’, door Jan Bouwens, de Volkskrant, 2 april 2012:  www.volkskrant.nl