Skip to main content

Redactie Beroepseer

‘Handhavingsfiasco’s’ in de sociale zekerheid. Hoe ontstaat algoritmische discriminatie en hoe voorkomen we het?

Wat kan er worden gedaan om algoritmische discriminatie binnen de overheid tegen te gaan? In juni 2023 trok de zaak DUO de aandacht. De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) voor studenten en scholieren heeft een algoritme gebruikt om fraude met uitwonende studiebeurzen vast te stellen. Opvallend veel studenten met een migratieachtergrond werden als fraudeurs aangemerkt.

NOS op 3 berichtte dat DUO sinds 2012 werkt met een algoritme om mogelijke fraude op te sporen. Met zelfbedachte risico-indicatoren zoals leeftijd en opleidingsniveau selecteert het systeem potentiële fraudeurs. En nu, tien jaar later blijkt dat er veel mis is gegaan bij de opsporingsmethode. Het algoritme dat studenten selecteert heeft bijvoorbeeld geen wetenschappelijke basis. Bovendien is de methode in de testfase niet gebaseerd op neutrale gegevens, maar gevoed met ‘ervaringen’ van medewerkers van DUO.
Bijna 10.000 studenten zijn de afgelopen tien jaar door DUO beschuldigd van fraude. Ruim 6000 studenten gingen in bezwaar, van wie een op de vijf gelijk kreeg.

Lucas Haitsma schreef een blog over DUO, algoritmes en discriminatie op de site van Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Voor zijn promotie op deze universiteit onderzoekt hij hoe algoritmische discriminatie ontstaat, hoe het voorkomen kan worden en welke rol de wetgeving daarbij speelt.

Lucas Haitsma:
“De casus van DUO lijkt deel uit te maken van een breder patroon waarin handhavingsinstanties algoritmes gebruiken met discriminatie als gevolg. Zo werd een rechtszaak aangespannen om het gebruik van SyRI, een algoritmisch systeem dat werd gebruikt om risicosignalen van fraude te genereren, te stoppen.
De rechter oordeelde dat SyRI in strijd was met Europese wetgeving. De rechter merkte op dat de kans op discriminatie en stigmatisering hoog was. Ook de Belastingdienst gebruikte een algoritme om de kans op onrechtmatigheid en fraude bij toeslagen te berekenen. In 2018 kwam naar buiten dat duizenden ouders die kindertoeslag ontvingen onterecht waren geregistreerd als fraudeurs – ook wel de Toeslagenaffaire genoemd.
Er is nadien aangetoond dat ook hier sprake was van discriminatie. Veel van die ouders hadden buitenlandse nationaliteiten en behoorden tot specifieke etnische minderheden. Een recenter voorbeeld is het algoritme van gemeente Rotterdam dat gebruikt werd om bijstandsfraude op te sporen. Uit de onderzoeksrapporten en testen is gebleken dat ook dit algoritme discrimineerde. In dit geval werd geselecteerd op basis van etniciteit en geslacht, wat zichtbaar was in de daaropvolgende controles.

Deze casussen schetsen een duidelijk probleem, namelijk dat non-discriminatie onvoldoende wordt gewaarborgd door handhavingsinstanties die gebruikmaken van algoritmes. Het gevolg hiervan is dat specifieke groepen burgers herhaaldelijk slachtoffer zijn van discriminatie door de overheid. In deze cases zijn de discriminerende effecten van gedigitaliseerde fraudeaanpakken achteraf gesignaleerd door de media, de Autoriteit Persoonsgegevens, de Nationale Ombudsman of de rechter. Maar het achteraf constateren en herstellen van algoritmische discriminatie is ingewikkeld, kostbaar en tijdrovend. Burgers zouden niet afhankelijk moeten zijn van dergelijke ex-post mechanismen om hun grondrechten incidenteel te waarborgen. De overheid moet dit waarborgen door discriminatie te voorkomen”.

Tot slot schrijft Haitsma dat instanties duidelijke strategieën moeten opstellen om schendingen van het recht van non-discriminatie te voorkomen: “In mijn promotieonderzoek kijk ik naar het ontstaan van algoritmische discriminatie, hoe dit voorkomen wordt en kan worden, en welke rol de wetgeving hierbij speelt. Ik hoop kennis op te doen die bijdraagt aan het voorkomen van algoritmische discriminatie binnen handhavingsinstanties”.

Lees de hele blog Algoritmes en discriminatie, door Mr. Lucas Haitsma, Rijksuniversiteit Groningen, 3 augustus 2023: ww.rug.nl/rechten/recht-en-samenleving/blog/algoritmes-en-discriminatie-bij-duo

Toeslagenschandaal in Australië

Op dezelfde site van de RUG schreef Maarten Bouwmeester een blog over Robodebt: het Australische toeslagenschandaal?

“Op vrijdag 7 juli 2023 werd het onderzoeksrapport van de Royal Commission naar het Australische Robodebt-schandaal gepubliceerd. Tussen 2015 en 2019 werden bijna 500.000 uitkeringsontvangers door een geautomatiseerd besluitvormingssysteem geconfronteerd met onrechtmatige schuldinvorderingen, in veel gevallen met desastreuze gevolgen. Het falen van Robodebt doet op veel manieren denken aan het Nederlandse toeslagenschandaal”.

De twee schandalen zijn niet alleen voorbeelden van beleidsfalen, maar ook van collectief falen op het niveau van de rechtsstaat. Zoals het toeslagenschandaal ‘systeemfalen’ in de Nederlandse rechtsstaat heeft blootgelegd, staat Robodebt symbool voor cruciale tekortkomingen in het Australische systeem van rechtsstatelijke waarborgen en controlemechanismen.

Bouwmeester aan het slot van zijn artikel:
“De belangrijkste les is volgens mij dat deze incidenten niet losstaand zijn. ‘Ons’ toeslagenschandaal en Robodebt moeten niet worden gezien als unieke incidenten, maar als deel van een bredere categorie van ‘handhavingsfiasco’s’ in de sociale zekerheid. Behalve met Robodebt is het Nederlandse toeslagenschandaal inmiddels vergeleken met gebeurtenissen in onder meer Noorwegen, Arkansas en Michigan (VS). Het is van groot belang dat we leren van deze gebeurtenissen. Het is daarom goed dat er toenemende aandacht is voor de risico’s van de digitale verzorgingsstaat. Zulk onderzoek is nodig om de rechtsstaat te versterken en daarmee nieuwe handhavingsfiasco’s in de kiem te smoren – of op zijn minst tijdig een halt toe te roepen.

Lees de hele blog Robodebt: het Australische toeslagenschandaal? door Mr. Maarten Bouwmeester, Rijksuniversiteit Groningen, 13 juli 2023: www.rug.nl/rechten/recht-en-samenleving/blog/robodebt-het-australische-toeslagenschandaal

Studenten met migratieachtergrond opvallend vaak beschuldigd van fraude, minister wil systeem grondig nagaan, door Sumeyye Ersoy en Salwa van der Gaag, NOS op 3, 21 juni 2023: https://nos.nl
Op deze site staat een video waarin getoond wordt hoe DUO fraude opspoort

Minister gaat fraudecontroles bij DUO onderzoeken, ‘studenten met migratieachtergrond vaker beschuldigd’, Algemeen Dagblad, 21 juni 2023: www.ad.nl

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) voor studenten en scholieren, Rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl/contact/contactgids/dienst-uitvoering-onderwijs-duo-studenten-en-scholieren

De voordelen en risico’s van data en algoritmen, Digitale overheid: www.digitaleoverheid.nl/nieuws/de-voordelen-en-risicos-van-data-en-algoritmen/

 

Afbeelding bovenaan is van Rollstein

Onderzoek naar cancelcultuur en zelfcensuur in de academische wereld

Wereldwijd maakt men zich zorgen om de academische vrijheid die bijvoorbeeld wordt bedreigd door toenemende eisen betreffende intellectuele conformiteit, of door pogingen tot censuur van intolerante fanatiekelingen die zich bezighouden met ‘woke wars’ en een ‘cancelcultuur’ waarin sociaal-liberaal progressief links het opneemt tegen sociaal-conservatief rechts.

De Amerikaanse Pippa Norris van de Kennedy School of Government*) – een faculteit voor overheidsbeleid en bestuurskunde binnen Harvard University – deed onderzoek naar de cancelcultuur en de zelfcensuur en publiceerde daarover het werkdocument Cancel culture: Heterodox self-censorship or the curious case of the dog-which-didn’t-bark.
Met het onderzoek probeert Norris inzicht te krijgen in de aard en reikwijdte van de wereldwijde bedreiging van academische vrijheid van meningsuiting, en dan met name in de rol die zelfcensuur daarbij speelt.

In deel I wordt het begrip ‘cancelcultuur’ in de academische wereld verklaard en waar het wordt opgevat als een kil klimaat waarin het uiten van opvattingen en meningen die worden beschouwd als denigrerend en vijandig, feitelijk onjuist of moreel aanstootgevend het zwijgen wordt opgelegd. Het onderzoek verkent processen van zelfcensuur waarbij wetenschappers niet bereid zijn hun authentieke opvattingen in het openbaar te uiten.

Tweeduizend politicologen geënquêteerd

Mechanismen die mogelijk aan de basis liggen van deze processen zijn onder andere:
– de heterodoxe status: culturele minderheden die uit de pas lopen met de meerderheidsstandpunten of iemand die zich ongemakkelijk voelt omdat hij zich in een situatie bevindt die niet vertrouwd is;
– de instituties: grondwettelijke principes, wettelijke kaders en administratieve regels die door onderwijsautoriteiten gebruikt worden om academische opvattingen te reguleren;
– de cultuur: mentaliteit en houding, waarden en sociale normen ten opzichte van vrije meningsuiting;
– de academische status: ongelijkheid in academische macht, veiligheid, geslacht en leeftijd.

Om empirisch bewijs te leveren wordt in deel II de opzet van het onderzoek uiteengezet. Die is gebaseerd op nieuwe onderzoeksgegevens uit de tweede enquête: ECPR-IPSA World of Political Science survey (WPS-2023)**) waarin de achtergrond en mentaliteit van bijna tweeduizend politicologen, wonend en werkend in ongeveer honderd landen wereldwijd, in kaart zijn gebracht.

Deel III analyseert de belangrijkste resultaten die de terughoudendheid van heterodoxe wetenschappers bevestigen om meerderheidsstandpunten in controversiële debatten uit te dagen. De conclusie in deel IV vat de bevindingen samen, beschouwt de bredere implicaties ervan en bespreekt de volgende te nemen stappen in de onderzoeksagenda.

Lang waargenomen ideologische scheefgroei

Het in dit onderzoek gepresenteerde bewijs bevat vier hoofdpunten. Ten eerste bevestigen de gegevens in het onderzoek de al lang waargenomen ideologische scheefgroei in de academische wereld, zoals eerdere onderzoeken hebben gerapporteerd, met een overwicht van wetenschappers die liberaal-sociale waarden aanhangen, vooral in westerse samenlevingen. Er was ook een minder uitgesproken voorkeur voor linkse standpunten over economische kwesties.

Ten tweede is het in liberale, westerse samenlevingen waarschijnlijker dat heterodoxe wetenschappers vaker dan orthodoxen aan zelfcensuur doen en aarzelen om controversiële standpunten te uiten. Heterodoxe wetenschappers zijn wetenschappers die zichzelf beschouwen als sociaal-conservatief en wetenschappers die zichzelf beschouwen als afwijkend van het heersende opinieklimaat binnen hun vakgroep. Dit patroon werd waargenomen in het onderwijs en in research, maar ook breder in sociale media en op andere openbare terreinen.
In niet-westerse ontwikkelingslanden daarentegen, die worden gekenmerkt door meer traditionele morele waarden, waren zelfbenoemde sociaal-conservatieven en een zichtbare heterodoxe status niet significant geassocieerd met zelfcensuur

Andere factoren die zelfcensuur voorspellen zijn een mentaliteit die robuuste vrijheid van meningsuiting en negatieve opvattingen over de cancelcultuur ondersteunen.  Zowel leeftijd als geslacht bleken significant, waarbij wetenschappers aan het begin van hun carrière en niet-cis-mannen veel vaker geneigd waren tot zelfcensuur.
Academische status en aanstelling bleken geen significante voorspellers te zijn in westerse landen, in tegenstelling tot wat wordt beweerd over ongelijkheid in academische macht en status, maar ze waren wel van belang in niet-westerse samenlevingen. De reglementaire omgeving die de academische vrijheid van meningsuiting bepaalt, was ook van belang. Het zal niet verbazen dat wetenschappers die werkten in Amerikaanse staten die de academische vrijheid sterk beperken, waar openlijke critici van het regiem het risico liepen zwaar gestraft te worden, zoals in Rusland en Turkije, meer aarzelden om controversiële standpunten te verkondigen.

Psychologische mechanismen

Veel vragen over het proces van zelfcensuur verdienen het om in toekomstig onderzoek onderzocht te worden, en wel om meerdere, complexe redenen. Studies zouden meer inzicht moeten verschaffen in de psychologische mechanismen die bij dit proces betrokken zijn en in hoeverre heterodoxe wetenschappers (terecht of onterecht) anticiperen op mogelijke sociale of carrièrekosten bij het onthullen van informatie die opweegt tegen de potentiële voordelen van het uiten van hun mening.
Angst voor juridische sancties kan in Amerika het best worden bestudeerd aan de hand van vergelijkingen op staatsniveau. Van een kil klimaat bijvoorbeeld veroorzaakt door straffen in Florida voor het onderwijzen van de Critical Race Theory of het bespreken van kwesties rond slavernij, burgerrechten en raciale vooroordelen. Of lesgeven in genderidentiteiten en seksuele oriëntaties in Idaho, Iowa, Oklahoma en Tennessee.
Individuele persoonlijkheidskenmerken verdienen ook nader onderzoek, waaronder enkele van de ‘Big Five’ psychologische karaktertrekken voor risico of veiligheid, extraversie of introversie, ruimdenkendheid of geslotenheid, meegaandheid of antagonisme, evenals angst voor buitengesloten worden, een zelfbewuste houding en morele overtuiging.

Kortom, hoewel het onderzoek nader bewijs levert dat heterodoxen inderdaad eerder geneigd zijn om hun mond te houden over controversiële zaken, is meer onderzoek nodig naar de onderliggende redenen voor deze neiging. En vooral de voorwaarden en het beleid die deze neiging kunnen verminderen, verdienen meer aandacht.

Downloaden en meer info: Cancel culture: Heterodox self-censorship or the curious case of the dog-which-didn’t-bark, door Pippa Norris, Social Science Research Network – SSRN, 23 juli 2023: https://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=4516336

Noten
*) De Kennedy School of Government is een school voor overheidsbeleid en bestuurskunde binnen Harvard University in de VS. Sinds de oprichting in 1936 is de Harvard Kennedy School uitgegroeid tot een internationaal instituut, met honderden opmerkelijke alumni, van premiers en presidenten tot Nobelprijswinnaars.
Harvard Kennedy School publiceert onderzoeksresultaten in zg. working papers, versies van voorpublicaties van academische tijdschriftartikelen, die al zijn ingediend of worden ingediend voor publicatie. Working papers die geacht worden bij te dragen aan het stimuleren van openbare kennis en beleidsinnovatie zijn online beschikbaar, vaak als onderdeel van een serie. Zie Faculty Working Papers: www.hks.harvard.edu/centers/cid/publications/faculty-working-papers

**) Tweede ECPR-IPSA World of Political Science survey (WPS-2023). De eerste ECPR-IPSA enquête World of Political Science (WPS-2019) werd gelanceerd in het voorjaar van 2019. Daarna volgde de tweede (WPS-2022) die van 1 december 2022 tot 1 februari 2023 door politicologen is ingevuld.
De onderzoeken zijn uitgevoerd door Pippa Norris in samenwerking met de European Consortium of Political Research (ECPR) en de International Political Science Association (IPSA). Doel is een representatief profiel schetsen van het beroep van politicoloog wereldwijd. Zie World of Political Science: www.pippanorris.com/wps

 

Afbeelding bovenaan is van Viarami

Over lerende en innovatieve organisaties: Versterk variatie, uitdaging en autonomie in het werk

Voor zowel organisaties als medewerkers is het essentieel om te blijven leren en ontwikkelen. Door technologische ontwikkelingen, zoals digitalisering, artificiële intelligentie (AI) en andere innovaties veranderen, verdwijnen en komen er nieuwe taken voor mensen bij. Mensen hebben dus ook kennis en vaardigheden nodig om hun werk te kunnen blijven doen. En voor organisaties is het dus nodig om leren, omscholen, of een andere inrichting van de werkzaamheden mogelijk te maken.

Fasen van ontwikkeling

In het rapport Van weten en willen, naar dóen: interventies voor een lerende en innovatieve organisatie van de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek TNO  wordt onder andere beschreven in welke fasen medewerkers kunnen zitten in hun ontwikkeling. Er worden vier fasen onderscheiden:

– onbewuste fase – iemand is zich nog onbewust van het belang van leren en innoveren;
– selectiefase – medewerker is zich bewust van het belang om te blijven leren en innoveren;
– actiefase – medewerker gaat aan de slag met leren en innoveren;
– continu lerende fase – iemand neemt continu eigen regie op leren en innoveren

Om als organisatie structureel en blijvend vorm te geven aan leren en innoveren, is het belangrijk om bij het inzetten van interventies rekening te houden met de fase waarin medewerkers zich bevinden.

Versterk variatie, uitdaging en autonomie in het werk

In het rapport staan voorbeelden uit de praktijk ter vergroting van de variatie, de uitdaging en de autonomie in het werk:

  • ‘Intrapreneurship’: stimuleer de inbreng van innovatieve ideeën van medewerkers en laat hen hier uitvoering aan geven. Wanneer organisaties beter gebruik maken van deze ondernemende werknemers kan het de organisatie versterken.
  • Job crafting: medewerkers krijgen de vrijheid om in hun eigen baan zoveel mogelijk zelf vorm te geven aan de taken die aansluiten bij de eigen sterktes, voorkeuren, drijfveren en passies. Het gaat dan vooral om het sleutelen op basis van taken, talenten, interesses en ontwikkelbehoeften. Een nadeel van job crafting is dat er vooral op individueel niveau knelpunten worden aangepakt en niet op organisatieniveau.
  • Balans vinden in werkdruk. Om leren en innoveren te bevorderen is een balans in de mate van werkdruk wenselijk. Medewerkers hebben ruimte en tijd nodig om te leren en innoveren. Als de werkdruk te laag is heeft men minder behoefte om zich te ontwikkelen.

Als we kijken naar leren en ontwikkelen via collega’s en leidinggevenden is het vooral belangrijk dat collega’s en leidinggevenden elkaar feedback kunnen geven en mee mogen denken over het werk.

Downloaden TNO rapport: Van weten en willen, naar dóen: Interventies voor een lerende en innovatieve organisatie, door Linda Koopmans, Daniëlle Bruel, Roos van den Bergh, Wouter van der Torre, TNO, 30 juni 2023: https://beroepseer.nl

TNO schenkt aandacht aan Leven Lang Ontwikkelen, SER, 28 juli 2023: www.ser.nl/nl/actueel/Nieuws/tno-rapport-llo

Afbeelding bovenaan is ontleend aan het TNO rapport: Figuur 1 op pagina 3

Verkiezingspamflet 2023 met tien speerpunten voor toegankelijke gehandicaptenzorg

Een aantal organisaties heeft vanwege de vervroegde Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 een verkiezingspamflet opgesteld: Beroepsvereniging van professionals in sociaal werk (BPSW), Nederlandse Vereniging Artsen Verstandelijk Gehandicapten (NVAVG), Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen (NVO) en de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN).

Ruim 1,5 miljoen mensen met een beperking in Nederland kunnen nog niet of onvoldoende meedoen in de samenleving. Want deze wordt steeds complexer, sneller en veeleisender. Daarnaast hebben steeds meer mensen een intensievere zorgvraag. Het is steeds moeilijker om voldoende personeel te vinden. De financiële positie van zorgorganisaties is verslechterd en het zorgstelsel kent nog teveel schotten. Met het verkiezingspamflet vragen de betrokkenen aandacht bij de politiek nu zij hun verkiezingsprogramma’s aan het maken zijn.

Tien aanbevelingen

In het pamflet staan tien aanbevelingen voor het gewoon kunnen meedoen van mensen met een beperking, het leiden van een betekenisvol leven en voor het kunnen blijven werken aan goede, toegankelijke en betaalbare zorg en ondersteuning.

Zesde aanbeveling: Investeren in professionals

Zorg voor voldoende opleidingscapaciteit voor de arts voor verstandelijke gehandicapten (VG) en de orthopedagoog-generalist, een bijbehorende adequate bekostiging en bevorder dat deze capaciteit ook daadwerkelijk wordt benut.
Zorg dat professionals voldoende ruimte (tijd en geld) hebben voor reflectie en ontwikkeling. Zorg ervoor dat zij plezier houden in hun werk, ook als werkwijze, gedrag en houding om verandering vraagt. Maak het werken in loondienst
aantrekkelijk, zorg dat de sector concurrerend kan zijn ten opzichte van de markt (zie het SER-rapport) en steun daarmee het terugdringen van het aantal ZZP’ers in de zorg

Negende aanbeveling: Minder administratieve lasten, minder regels, meer ruimte

Werk op basis van vertrouwen in professionals en zorgorganisaties. De administratieve lasten als gevolg van regelgeving en controle moeten omlaag. Vereenvoudig het stelsel. Dat geeft meer werkplezier voor professionals, vermindert de werkdruk en levert capaciteit op die ten goede komt aan mensen met een beperking.

Voor een echt inclusieve samenleving is iedereen nodig, juist ook de partijen buiten de zorgsector: het bedrijfsleven en de politiek, het onderwijs, het openbaar vervoer en de recreatie-sector.

Downloaden Verkiezingspamflet 2023 gehandicaptenzorg: https://beroepseer.nl

Ga voor meer info naar Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN): Verkiezingspamflet gehandicaptenzorg: betekenisvol leven, gewoon meedoen en passende zorg, 28 juli 2023: www.vgn.nl/nieuws/verkiezingspamflet-gehandicaptenzorg-betekenisvol-leven-gewoon-meedoen-en-passende-zorg

De beste lasser van de wereld wordt in de toekomst misschien wel een vrouw. En: óp naar de EuroSkills Gdańsk in september 2023

De zestienjarige Esther Bosgoed zegt dat ze de beste lasser van de wereld wil worden. Dat dit geen loze woorden zijn, blijkt uit haar prestaties in het praktijkonderwijs waar ze het lasdiploma MAG 1 en 2*) behaalde. “Dat komt bijna nooit voor” vertelt Wim van de Merwe – van oorsprong docent metaaltechniek. Hij organiseert namens WorldSkills Netherlands de jaarlijkse NK-laskampioenschappen en verzorgt de begeleiding van de lassers bij de EuroSkills en WorldSkills
Van de Merwe werd op een avond gebeld, vertelt hij aan Jerom Rozendaal in een interview voor vakblad Lastechniek “door een meisje dat beweerde dat ze de beste lasser van Nederland wil worden. Haar verhaal is uniek. Dit heb ik nog nooit eerder gehoord”.

Volgens van de Merwe kan de uiterst getalenteerde 16-jarige uit Empe, een dorp bij Apeldoorn, als voorbeeld dienen voor de sector en het onderwijs. Daarbij wijst hij naar de recente resultaten van lasser Bart Willems, die twee keer Nederlands kampioen werd en ook deelnam aan de WorldSkills in Amerika in 2022 en in september 2023  deelneemt aan de EuroSkills in Polen.

Een stuk hoger

Het blijkt dat het aantal aanmeldingen voor het Nederlands kampioenschap lassen dit jaar een stuk hoger is dan in voorgaande jaren. Dit was voor de organisatie aanleiding om ook het aantal kandidaten in de finale op te krikken van acht naar zestien.
Esther Bosgoed is bij de eerstvolgende NK Lassen waarschijnlijk ook van de partij. Ze moet zich eerst nog bewijzen tijdens de kwalificatieronden in januari 2023.
Van de Merwe: “Het komt eigenlijk niet voor dat scholieren op het praktijkonderwijs al een lasdiploma MAG 2 behalen. Maar Esther heeft op eigen kracht het lasdiploma MAG 1 en 2 gehaald. Ook het theoretische gedeelte heeft zij zelf opgepakt. Dit is uniek”.

Voorbeeld

Esther Bosgoed: ”Ik wist vier jaar geleden dat ik lasser wilde worden en las nu sinds een jaar. Ik vind het leuk om iets moois te creëren en mensen zo blij te maken”. In eerste instantie is het haar ambitie om de beste vrouwelijke lasser van Nederland te worden. De beste van de wereld worden is  dan voor later”.
Het zal niemand verwonderen, maar “in de laswereld leven veel vooroordelen. Vrouwen zouden niet kunnen lassen. Het tegendeel is waar en ik wil dat bewijzen en zo ook een voorbeeld zijn voor andere meisjes”.

Noot
*) MAG = Metal Active Gas, gasmengsel van argon, kooldioxide en soms een beetje zuurstof. Een opleiding tot MAG-lasser volgen kan op vier niveaus.

Lees het hele artikel van Jerom Rozendaal: Esther Bosgoed: ‘Ik wil de beste lasser van de wereld worden’, door Jerom Rozendaal, Lastechniek, juli/augustus 2023. Te lezen op Vraag & Aanbod, Nieuwsbrief met actualiteiten uit de maakindustrie, 27 juli 2023: www.vraagenaanbod.nl/esther-bosgoed-ik-wil-de-beste-lasser-van-de-wereld-worden/

Al eerder

Er was overigens al eerder een meisje dat kon lassen als de beste: 16-jarige Gitte Vruggink: eerste meisje ooit in de landelijke finale lassen van de Vakkanjerwedstrijden, Blogs Beroepseer, 26 februari 2016. https://beroepseer.nl/blogs/16jarige-gitte-vruggink-eerste-meisje-ooit-in-de-landelijke-lasfinale-van-vakkanjerwedstrijden/

WorldSkills Netherlands bestaat twintig jaar. ‘Vakwedstrijden hebben me gemaakt tot wat ik nu ben’, Blogs Beroepseer, 10 oktober 2022: https://beroepseer.nl/blogs/worldskills-netherlands-bestaat-twintig-jaar-vakwedstrijden-hebben-me-gemaakt-tot-wat-ik-nu-ben/

EuroSkills 2023

Polen is gastheer van de achtste EuroSkills competitie 2023, die van 5 – 9 september wordt gehouden in Gdańsk. Polen verwacht 600 jonge professionals uit 31 landen om deel te nemen aan de wedstrijden en zogenoemde demonstratiewedstrijden in ongeveer 50 verschillende beroepen. De verwachting is dat er rond de honderdduizend bezoekers uit Polen en het buitenland komen.

Een van de deelnemers aan EuroSkills is lasser Bart Willems. Hij behaalde de elfde plaats tijdens de WorldSkills in oktober 2022 in de VS en ontving een Medal for Excellence die wordt uitgereikt aan deelnemers die boven een bepaald aantal punten scoren en daarmee excellent vakmanschap hebben laten zien:
Op 15 mei 2023 won Willems de Best of Excellence Award die jaarlijks door WorldSkills Netherlands wordt uitgereikt aan de MBO-student die in de finale van Skills Heroes, de vakwedstrijden voor het MBO, de hoogste score heeft behaald.

Van de Merwe drie weken geleden:

“Ja het is over twee maanden weer zover, de Euroskills in Gdańsk in Polen. Vanaf de eerste keer dat ik er live bij was, 20 jaar geleden in Zwitserland, ben ik met het Skills-virus besmet. Ben al in heel wat landen geweest. Japan, Brazilië, Zweden, Finland Abu Dhabi, Rusland, Amerika.
Wat mogen wij toch trots zijn dat er weer een team Nederland is. Jongelui die er energie in steken om het beste uit zichzelf te halen in hun vakgebied. Het staat ook fantastisch op hun cv. Alleen, wij moeten in Nederland dit meer gaan waarderen

Ik ben nu al gevraagd om een rondleiding op de wedstrijdvloer te verzorgen voor mensen uit het onderwijs om te laten zien wat er van de deelnemers verwacht wordt. Ik ben er klaar voor. Nu de media nog. Laat eens zien in Nederland dat we trots mogen zijn op onze MBO’ers. Ik ben het zeker”.

Ontmoet Team Netherlands van EuroSkills 2023 Gdańsk: https://worldskillsnetherlands.nl/teamnl/editie/euroskills-2023-gdansk/

Wim van de Merwe is voortrekker van Stichting Beroepseer

 

Foto bovenaan is van Marek Kvarda

Leergang Luisterkunst in Zorg & Welzijn

Het eerste woord van de Regel van Benedictus is Luister, het laatste woord is perviens ‘komen waar je wilt zijn, resultaat’. Benedictijns leven is aandachtig luisteren om tot resultaat te komen. Benedictus van Nursia, Umbrië (480-547) schreef zijn Regel als praktische leidraad voor het kloosterleven in een abdij. De regel had niet alleen grote invloed op het religieuze leven van de Latijnse Kerk, maar ook op de Europese cultuur. Het luisteren was voor Benedictus het begin van het leerproces van het leven.

Aandachtig luisteren gaat niet vanzelf. Het kan worden geleerd. De UvH Academie begint in september 2023 de Leergang Luisterkunst in Zorg & Welzijn.
De UvH-Academie is een onderdeel van de Universiteit voor Humanistiek en verzorgt opleidingen voor iedereen die beroepshalve bezig is op een werkterrein van de universiteit: geestelijk verzorgers, professionals in het onderwijs, de zorg en bij de overheid, en ook vrijwilligers zoals mantelzorgers.

Luisteren en menselijk contact

Luisteren is de basis van menselijk contact. Het is dagelijks aan de orde, ongeacht waar en met wie het plaatsvindt. Toch gebeurt luisteren vaak op de automatische piloot. De grondslag van deze leergang is dat luisteren beter kan en dat dat veel oplevert voor alle betrokkenen. Het doel voor deelnemers is om te groeien in luisterkwaliteit.
In de leergang werken de deelnemers aan verbetering van luisteren via bewustwording, attitude, kennis en vaardigheden. Er wordt gewerkt via drie leerlijnen: theorie & modellen, belichaamd oefenen en zelfreflectie via schrijfopdrachten.
De lijnen werken op elkaar in en monden uit in een visie op luisteren die iets oplevert voor de eigen (werk)omgeving, plus praktische mogelijkheden daartoe.

Luisterkunst in Zorg & Welzijn is bedoeld voor mensen uit alle sectoren in zorg en welzijn: waar mensen iets voor elkaar willen betekenen, professioneel of vrijwillig. Dit telt daar waar met (kwetsbare) mensen gewerkt wordt, waar mensen op elkaar willen afstemmen en elkaar willen verstaan, begrijpen, recht doen en respecteren. Het ultieme doel is dat ieder zich gehoord en gezien voelt.

Docenten

– Anne Goossensen, hoogleraar aan de Universiteit voor Humanistiek. Zij bestudeert (met haar promovendi) zorgrelaties in diverse sectoren.
– Ben de la Mar. Hij was als trainer betrokken bij het werk van de Telefonische Hulpdiensten in binnen- en buitenland en is tegenwoordig werkzaam voor Stichting Luistergoud.

Programma

Er zijn 12 bijeenkomsten op een maandag van 15 – 18 uur in september, oktober, november en december 2023 in de Pieterskerk in Utrecht. Een groep omvat 14 – 16 deelnemers, zodat persoonlijke aandacht gewaarborgd is.

Meer inlichtingen bij UvH Academie: www.uvh.nl

 

Afbeelding bovenaan is van Gerd Altmann

Wetsvoorstel ‘bevorderen zorgcontractering’ is weer nieuwe poging vrije zorgverlenerskeuze af te schaffen

Hoe kijken jullie aan tegen het nieuwe Wetsvoorstel bevorderen zorgcontractering? Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) wil het graag weten en nodigt betrokkenen uit te reageren via een digitale consultatie op de website.
Het wetsvoorstel vloeit voort uit het Integraal Zorgakkoord, hoofdstuk J, Contractering, en beoogt zorgcontractering te bevorderen. Verzekerden hebben recht op vergoeding van zorg van niet-gecontracteerde zorgaanbieders. Daarbij moeten zorgverzekeraars het hinderpaalcriterium*) in acht nemen. Dit criterium wordt wettelijk verankerd en verduidelijkt. Verder kan een zorgsector worden aangewezen waarvoor de hoogte van de vergoeding door de overheid kan worden vastgesteld.

Kortom, de consultatie gaat over de vrije artsenkeuze en de vergoedingen voor niet-gecontracteerde zorg. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er heel wat reacties komen op het wetsvoorstel dat grote impact heeft, niet alleen op zzp’ers en  kleinschalige zorgorganisaties, maar ook op zorgvragers.

Opheffen vrije artsenkeuze

Carina van Aartsen schrijft op het communicatieplatform voor beslissers in de zorg Skipr dat het wetsvoorstel leidt tot opheffen van de vrije artsenkeuze en tot verdere tweedeling in de maatschappij. “De wet geeft zorgverzekeraars dictatoriale marktmacht”. Ze citeert hiermee wat de Stichting Handhaving Vrije Artsenkeuze schrijft in reactie op het wetsvoorstel dat per januari 2025 moet ingaan.
Het wetsvoorstel zal ertoe leiden dat veel zorgaanbieders stoppen en het zal nieuwe zorgaanbieders afschrikken om te starten. De Stichting is van mening dat zorgverzekeraars op dit moment falen in hun zorgplicht en dit wetsvoorstel zou hun falen legitimeren: “Juist nu, met de recente arresten van de Hoge Raad**), het moment daar is dat zorgverzekeraars in beweging moeten komen en serieus invulling moeten gaan geven aan het hinderpaalcriterium, komt er een wetsvoorstel dat zorgverzekeraars juist weer meer ruimte gaat geven. De lobby van zorgverzekeraars is niet vaak zó zichtbaar geweest.”

Gevolgen voor zzp’ers en zorgorganisaties

Solo Partners, de brancheorganisatie voor zzp’ers in de zorg, vindt dat het wetsvoorstel overduidelijk (negatieve) gevolgen heeft voor zzp’ers en kleinschalige zorgaanbieders. Voor zorgaanbieders kan dit leiden tot een lager uurtarief. Zolang dat lagere tarief voldoende is, is dat niet zo’n probleem. Als je verliesgevend moet gaan werken, wordt het dat wel. Maar in hoeverre de minister daar straks rekening mee houdt is nog maar de vraag.

Maar volgens Solo Partners heeft het wetsvoorstel ook – misschien nog wel ingrijpender   – consequenties voor de  burger, de zorgvrager of cliënt. Het gaat er namelijk van uit dat de cliënt, anders dan nu vaak het geval is, altijd een deel van de niet-gecontracteerde zorg zelf betaalt. De hoogte van de vergoeding wordt bepaald door de zorgverzekeraar; met de minister op de achterhand die eigenhandig anders kan beslissen. Dit kan ertoe leiden dat cliënten, bij een hoge eigen bijdrage, niets anders kunnen dan de niet-gecontracteerde zorg vermijden. De financiële drempel kan de burger dus belemmeren in zijn keuze. Maar of dit een gewenste ontwikkeling is? Hoe zit het dan met de vrije artsenkeuze?

Reageren

Reageren op het wetsvoorstel kan tot en met donderdag 27 juli 2023 via de internetconsultatie. Het is de uiterste termijn om je visie op het voorstel te geven, opmerkingen te plaatsen of commentaar te leveren. Op de site zijn de reacties te lezen. Ga naar: Wetsvoorstel bevorderen zorgcontractering, Internetconsultatie: https://www.internetconsultatie.nl/zorgcontractering/b1 en

Noten
*) Hinderpaalcriterium = Het hinderpaalcriterium is een artikel binnen de Zorgverzekeringswet (Zvw). Hierin staat dat de vergoeding van een zorgverzekeraar niet dusdanig laag mag zijn dat daardoor een feitelijke hinderpaal voor verzekerden ontstaat om zich tot een zorgaanbieder te wenden die niet door de zorgverzekeraar gecontracteerd is.
Het hinderpaalcriterium is ingevoerd om zorgverzekerden te beschermen. Er geldt in Nederland namelijk vrije artsenkeuze voor iedere consument. Een te lage vergoeding van de ziektekostenverzekeraar mag de keuze van een verzekerde voor een ziekenhuis of zorgverlener niet belemmeren. www.zorgwijzer.nl/faq/hinderpaalcriterium
**) Arresten Hoge Raad, Nummer 21/00057, 9 december 2022: https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:HR:2022:1789

Referenties

‘Nieuw wetsvoorstel maakt eind aan vrije artsenkeuze’, door Carina van Aartsen, Skipr, 24 juli 2023: www.skipr.nl/nieuws/nieuw-wetsvoorstel-maakt-eind-aan-vrije-artsenkeuze/

Een zorg… die niet-gecontracteerde zorg, Solo Partners, 11 juli 2023: www.solopartners.nl/nieuws/wetsvoorstel-niet-gecontracteerde-zorg/

Aanbevolen: Reactie op nieuwe pogingen vrije zorgverlenerskeuze af te schaffen. Bepaalt voortaan alleen zorgverzekeraar met wie contract wordt afgesloten? door Thijs Jansen, Blogs Beroepseer, 11 november 2021: https://beroepseer.nl

U P D A T E

Wetsvoorstel vrije artsenkeuze heeft nog een lange weg te gaan, door Maarten van Poll, Het Financieele Dagblad, 30 juli 2023: https://fd.nl

Er is een gezamenlijke reactie gekomen op het conceptvoorstel bevorderen zorgcontractering van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP), de Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie (NVP), Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVP) en P3NL.
De partijen zien een groot risico en vrezen dat de wetsaanpassing ten koste gaat van het recht en de mogelijkheden van de cliënt om een passende behandelaar en behandeling te vinden.
Downloaden gezamenlijke reactie, 27 juli 2023: https://psynip.nl/wp-content/uploads/pdfs/Reactie-consultatie-wetsvoorstel-bevorderen-contractering-NIP-NVvP-NVP-P3NL.pdf

NIP kritisch op aanpassing vrije artsenkeuze en Hinderpaalcriterium, NIP, 27 juli 2023: https://psynip.nl

 


Foto bovenaan is van herbinisaac

Matthew Desmond geïnterviewd voor VN over zijn nieuwe boek over armoede: ‘Wij moeten poverty abolitionists worden’

“Als het probleem zit bij de uitvoering, moet je dus de uitvoering belonen, en niet gehoorzaamheid. Ik weet niet of het waar is, maar er is dat stereotype dat Nederlanders nogal van regels houden. Als er een bureaucratische cultuur is waarbij mensen vooral bezig zijn zichzelf in te dekken en te voldoen aan de regels, en afwijken van de regels wordt bestraft, dan heb je geen reden om doelen te behalen. En dus moet je als overheid nadenken over het belonen van het halen van het doel: geef die ambtenaren een bonus. Promoveer ze. Niet omdat ze de regels volgen, maar omdat het ze lukt mensen uit armoede te halen”.

Negen jaar na zijn bestseller Evicted schreef de Amerikaanse hoogleraar Matthew Desmond een nieuwe: Proverty, by America (maart 2023) dat gaat over armoede, maar niet noodzakelijk over de armen. “Armoede bestaat, omdat de niet-armen er baat bij hebben”.
Desmond is geïnterviewd over zijn boek voor Vrij Nederland door Maaike Schoon: We moeten stoppen met investeren in de rijken. De foto’s zijn van Jochem van Grunsven.

Matthew Desmond is hoogleraar sociologie aan de Amerikaase Princeton University. Zijn in 2017 gepubliceerde Evicted: Poverty and Profit in the American City bereikte wereldwijd miljoenen lezers en won talrijke prijzen, waaronder de prestigieuze Pulitzer Prize.
Desmond is hoofdonderzoeker van The Eviction Lab, waar zijn onderzoek zich richt op armoede, het leven in de stad, huisvestingsonzekerheid, openbaar beleid en raciale ongelijkheid. De Amerikaanse journalistieke onderneming Politico noemde Desmond één van de “vijftig mensen in de VS die het nationale politieke debat het meest beïnvloeden”.

Het citaat bovenaan over regels en de Nederlanders was Desmonds antwoord op Maaike Schoons vraag: Politici zeggen hier regelmatig dat armoede onacceptabel is, en dat ze het willen oplossen. En toch lukt het niet. Hoe kan dat dan?

Desmond zegt dat armoede pijn is en niet alleen gebrek aan geld. Het is onzekerheid over je huis, over je baan en dus over je leven. Het is geweld: huiselijk geweld, geweld op straat, seksueel misbruik. Armoede is trauma.

Maaike Schoon: Om trauma te helen, moeten er twee dingen gebeuren: het moet erkend worden en het moet stoppen. Maar geen van beiden gebeurt. Wat heeft dat voor effect?
Desmond: “Het betekent dat heel veel van mijn landgenoten heel beperkte, gevaarlijke levens leiden. Levens die in de knop worden gebroken. Het berooft mensen van hun talent en ambities. Er is een neiging om over arme mensen te praten als waren zij mensen uit de middenklasse, maar dan zonder geld. Maar dat is zó fout. Armoede is uitputten. Je wordt blootgesteld aan geweld en aan hevig trauma vanaf een heel jonge leeftijd. Armoede kidnapt je brein, het vernedert je tot op het bot”.

Op de vraag hoe we er dan voor zorgen dat degenen die de beslissingen nemen en geen armoe hebben gekend,  de juiste beslissingen nemen? Desmonds antwoord is: “Dat is aan jou en mij, aan ons. The big us. Zij die veilig zijn, de hoogopgeleiden, degenen met een huis, je weet wel: de mazzelaars. Daarom zeg ik: wij moeten poverty abolitionists worden. En dat betekent tegen je eigen belang ingaan, juist ook op individueel niveau. Spreek je uit tegen subsidies voor de rijken en de hogere middenklasse. Zorg dat je je bemoeit met politiek. Zorg ervoor dat je elkaar tegenkomt, op welke manier dan ook. In publieke parken, op publieke scholen. Ik weet dat we in het goddelijke Europa zijn, maar zelfs religie kan hier een rol in vervullen”.

‘We moeten stoppen met investeren in de rijken’, interview met Matthew Desmond door Maaike Schoon, Vrij Nederland no 6,  2023. www.vn.nl/product/vrij-nederland-nr-6-2023/ (Loss nummer te koop in kiosk en winkel)
Op de website van VN is het interview getiteld De armen blijven arm omdat de rest er baat bij heeft, zegt schrijver Matthew Desmond, 28 juni 2023: www.vn.nl/armen-blijven-arm-matthew-desmond/
In hetzelfde nummer 6 staat ook een boeiend interview met Trèske Heere van De Dreamfabryk die mensen met weinig geld ondersteunt in praktische autonomie. ‘Met regeltjes maak je mensen weerloos, klein, afhankelijk’.

Matthew Desmond was op 9 juni 2023 te gast in Rotterdam ter gelegenheid van zijn nieuwe boek Poverty, by America.
Enkele uren voordat hij zijn lezing gaf in debatcentrum Arminius had Vers Beton – tijdschrift voor de harddenkende Rotterdammer een interview met hem: Wie van de welvaart blijft profiteren, zal armoede niet (echt) bestrijden. 15 juni 2023. Te lezen – achter betaalmuur – op www.versbeton.nl

Hoogleraar Paul ‘t Hart over het belang van positieve bestuurskunde

Hoogleraar Bestuurskunde Paul ’t Hart geeft veel les aan ambtenaren. Het valt hem op hoe goed ze zijn in zelfkastijding. Altijd spreken ze in termen van eigen tekorten en onvermogen. Er ligt zoveel focus op het negatieve, dat men moet oppassen dat het geen selffulfilling prophecy wordt.
Op Overheid van nu laat ’t Hart een tegengeluid horen in een interview. Jarenlang had hij kritiek op het functioneren van overheden, maar recent veranderde hij van richting. Hij legt zich nu toe op ‘positieve bestuurskunde’.

Interview

Wat houdt ‘positieve bestuurskunde’ in? En waarin is dit juist nu een welkome aanvulling op het wetenschappelijke en maatschappelijke debat rondom het functioneren van overheden?

Paul ’t Hart : “Ik leg het uit als het toepassen van vormen van waarderend onderzoek op bestuurlijke processen. Dat kan beleid zijn, een project of een programma. In de Engelstalige wetenschappelijke literatuur wordt het wel Appreciative Inquiry genoemd.
Je zegt daarmee: ga op zoek naar waar dingen goed zijn gegaan, waar de trots zit. En onderzoek wat die trots heeft mogelijk gemaakt. Wat zijn de enablers van de dingen waar men in een organisatie trots op is? En hoe kan dit op andere plekken, in andere organisaties, leerzaam zijn en inspireren? Dus de centrale vraag is eigenlijk: hoe kunnen de trots van de een en de oorzaak van die trots, de ander inspireren of richting bieden?”

Sinds wanneer zijn jullie hiermee bezig? En hoeveel wetenschappers hebben zich bij dit idee aangesloten?

“Positieve bestuurskunde is een discipline die nog in wat je noemt de embryonale fase verkeert. We publiceerden ons – in 2017 al geconcipieerde – manifest uiteindelijk in 2021, na drie keer te zijn afgewezen bij verschillende journals. Maar als groep van vijftien internationaal gerenommeerde bestuurskundigen (van vier continenten, red.) vonden we op sociale media veel weerklank.
Ik heb zelf nu vier caseboeken geschreven over beleidssuccessen, en een boek over organisatiesuccessen. Het ‘Positive Public Administration’-boek waar we nu aan werken, brengt het gedachtegoed van 35 onderzoekers van vijf continenten samen”.

Hoe belangrijk is positieve bestuurskunde?

“Volgens mij is het bittere noodzaak. De overmatig kritische houding onder collega-bestuurskundigen en ambtenaren zelf, leidt tot tanend zelfvertrouwen binnen het openbaar bestuur. De groeiende negatieve teneur in de samenleving wat betreft het functioneren van het openbaar bestuur, is een belangrijke versterkende factor. Ik vind het echt zorgelijk”.

Volgens ’t Hart interesseren we ons te weinig voor de zaken die, ‘gewoon goed geregeld’ zijn door onze overheid. In plaats daarvan hebben we – politici, media en burger – de gewoonte ontwikkeld om op de zaken te duiken die van de rails lopen, de beleidsfiasco’s. “Ik wil de strijd aangaan met die achteloosheid”.

Gaat u daar eens dieper op in.

“Ik ben tot de conclusie gekomen dat die kritische blik zeer dominant aanwezig is. In zo’n mate dat het heeft geleid tot een reactieve, defensieve en soms ook ronduit angstige houding bij mensen die in het openbaar bestuur werken. Daarmee is de trots, de beroepseer, zo diep weggestopt geraakt dat de overheid zichzelf de kans ontneemt om te leren van, en zich te laten inspireren door, de dingen die slagen: de beleidssuccessen. Terwijl deze beleidssuccessen ons even belangrijke kennis opleveren. We willen toch ook weten wat werkt in welke situatie en waarom?”

Waar komt die toenemend negatieve perceptie van het handelen van ons openbaar bestuur vandaan? En in welke maatschappelijke tendensen kunnen we positieve bestuurskunde inbedden?

“Ik zie drie oorzaken van die negatieve perceptie. Voor de eerste refereer ik aan Aaron Wildavsky, een Amerikaans politicoloog uit de tweede helft van de 20e eeuw. Wildavsky wees in de jaren zeventig al op de paradox van ‘doing better and feeling worse’. Met andere woorden: juist als dingen heel goed gaan, groeit het aspiratieniveau, het verwachtingsniveau van mensen, minimaal mee. Dus, als je er als overheid in de 20e eeuw in slaagt een aantal heel elementaire problemen op te lossen – iedereen te eten, redelijk onderwijs, basale sociale zekerheid – dan wordt dat na verloop van tijd onderdeel van het verwachtingspatroon.

In mijn eigen werk spreek ik van een ‘performance-perception gap’. Daarmee doel ik op de bijna afwezigheid van een relatie tussen de prestaties van de overheid en dat verwachtingspatroon. Aan die prestaties schenken we – niet moedwillig overigens – geen aandacht. Ze wegen niet mee in onze perceptie. Vervolgens maken we ons druk over niet-basale dingen, maar dat zijn nu juist ook de dingen die vaak veel moeilijker op te lossen zijn. Dan kom je voor dilemma-achtige keuzes te staan als milieu versus economie, in plaats van milieu en economie.
We zijn in een bepaald opzicht verwend geraakt. Het is een beetje zoals een Ajax-fan die gewoon verwacht dat het team kampioen wordt. En als dit niet het geval is, breekt de hel los, ook al betekent dat een tweede plek, wat toch ook een prestatie is”.

Lees het hele interview op Overheid van nu: Paul ’t Hart: ‘Waar is de trotse ambtenaar die wil leren van wat wél goed gaat?’ 19 juni 2023: www.overheidvannu.nl/actueel/artikelen/2023/06/19/paul-t-hart-waar-is-de-trotse-ambtenaar-die-wil-leren-van-wat-wel-goed-gaat

Paul ’t Hart (1963) studeerde politicologie in Leiden. Sinds 2002 is hij hoogleraar Bestuurskunde aan de Universiteit Utrecht. Hij doet onderzoek op thema’s als openbare orde en veiligheid, crises en crisismanagement, publiek leiderschap, politieke psychologie, politiek-ambtelijke verhoudingen, en succes van publieke beleidsvorming, organisaties en samenwerkingsverbanden. Sinds 1 januari 2023 is ’t Hart ook lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WWR).