Skip to main content

Redactie Beroepseer

Barend Rombout van Bureau Frontlijn over 10 jaar stichting Beroepseer, en over de toekomst

logo tien jaar beroepseerIn 2016 is het tien jaar geleden dat stichting Beroepseer is opgericht. In die tien jaar heeft de stichting zich met hart en ziel ingezet om professionals in de (semi-)publieke sector te ondersteunen en te bemoedigen om naar eer en geweten hun werk te kunnen doen.
Door middel van publicaties, blogs, video’s, Goed Werk Hub-bijeenkomsten, Beroepseer-ateliers en Goed Werk-trajecten heeft de stichting duizenden professionals bereikt en geïnspireerd.
Dit jubileum is een mooie gelegenheid om terug te kijken wat tien jaar Beroepseer heeft opgeleverd en de balans op te maken. Daarnaast willen we vooruitkijken: waar staan we? Welke ontwikkelingen zien we om ons heen? Waar willen we vanuit stichting Beroepseer aan bijdragen en hoe?

Ter gelegenheid van het jubileum van Beroepseer vinden verschillende activiteiten en bijeenkomsten plaats. Een van deze activiteiten is een reeks interviews met voortrekkers van stichting Beroepseer waarin ze terugblikken op de afgelopen 10 jaar, maar ook hun licht laten schijnen over de uitdagingen voor de toekomst. Het tweede interview in de reeks is met Barend Rombout, directeur van Bureau Frontlijn in Rotterdam dat oplossingen zoekt voor problemen in achterstandswijken rond gezondheidszorg, welzijn, onderwijs, jeugd, ouderen, armoede en werkloosheid.

barend rombout 10 jaar stichting beroepseer

Klik hier voor interview met Barend Rombout

 

 

Het eerste interview in de reeks was met politiechef Jaco van Hoorn. Klik hier.

Vier psychiaters willen dat bureaucratisme wordt aangepakt en het directe patiëntencontact weer centraal gesteld

omslag tijdschrift voor psychiatrie juli2016Een veelgehoorde klacht van patiënten en hulpverleners is dat de psychiatrie in Nederland is verworden tot een bureaucratische jungle. In het Tijdschrift voor Psychiatrie heeft een viertal psychiaters een essay gepubliceerd waarin een analyse is gemaakt van deze bureaucratische jungle. De methode die zij daarvoor hebben gebruikt is een verkennende literatuurstudie in de databank PubMed, Google en Nederlandstalige medische vakbladen.

Ze schrijven: “Wachtlijsten, intakeprocedures, verplichte dsm- en agb-codes, productiequota, registratiedruk, audits, visitaties, stafvergaderingen, rom-metingen en vele, vele andere aspecten van ons dagelijks werk maken dat de patiënt niet langer centraal staat en dat een aanzienlijk deel van onze tijd opgaat aan overhead en andere secundaire processen. De hedendaagse psychiatrie bezit dan ook alle kenmerken van een bureaucratisch systeem: het vak kent gestandaardiseerde methoden, een veelal onpersoonlijke benadering, gebruik van diagnostische classificaties en behandelalgoritmen, een geprotocolleerde wijze van verslagleggen, strikte juridische en financiële kaders, een hiërarchische organisatiestructuur, afgebakende bevoegdheden en verantwoordingsplicht aan zorgverzekeraars en andere ‘derden’.

Nu is het zo dat iedere hedendaagse medische discipline bestaat bij de gratie van deze bureaucratische organisatiestructuur en dat het afschaffen van elk van de genoemde kenmerken – zo dit al mogelijk zou zijn – verstrekkende gevolgen zal hebben voor het systeem als geheel. De tijd dat wij ons net als Hippocrates (ca. 460 – 370 v.C.) konden beperken tot de arts-patiëntrelatie en het leveren van θεραπευω en φροντίζω (cure and care) ligt ver achter ons. Maar de vraag of het niet wat minder kan met al die procedures lijkt prangender dan ooit, getuige de Kamerbrief van minister Schippers van 2 juli 2015 over regeldruk in de zorg. Bureaucratie mag de sine qua non zijn van het hedendaagse zorgstelsel, het kan niet zo zijn dat hierdoor naar schatting jaarlijks miljarden weglekken in de zorgbureaucratie, patiënten en familieleden in het gedrang komen en behandelaren gedemotiveerd raken – zozeer zelfs, dat sommigen het vak besluiten te verlaten.

Hulpverleners kunnen zelf een sleutelrol vervullen

Omdat betrouwbare getallen ontbreken en het buitengewoon moeilijk blijkt om de kosten en reikwijdte van bureaucratische processen te becijferen bieden wij in dit artikel een analyse van verschillende vormen van bureaucratie in de psychiatrie die als uitgangspunt kan dienen voor kwantitatief onderzoek. Daarnaast identificeren wij vormen van bureaucratie waarop hulpverleners en zorginstellingen in de praktijk zelf invloed kunnen uitoefenen”.

Aan het slot van hun essay concluderen de auteurs dat, om het directe patiëntencontact weer centraal te stellen in de psychiatrie, bureaucratisme voortvarend dient te worden aangepakt: “Daarbij kan de overheid faciliterend optreden, maar kunnen hulpverleners zelf een sleutelrol vervullen en daarmee tevens bijdragen aan een substantiële kostenreductie in de zorg”.

Lees hier het hele essay van J.D. Blom, F.R.E. Smink, E.V. Kwidama, V.M.Vladar Rivero: De paarse krokodil in de psychiatrie: over bureaucratie, bureaucratisme en onze heimelijke liefde voor procedures, Tijdschrift voor Psychiatrie, juli 2016: www.tijdschriftvoorpsychiatrie.nl

Zie voor meer info over Tijdschrift voor Psychiatrie: www.tijdschriftvoorpsychiatrie.nl

Wie wordt beste ambtenaar van het jaar 2016?

publiek denken top100 2016Publiek Denken (PD), het platform voor de publieke professional, organiseert de zesde editie van de PD Top 100 Beste Ambtenaar (voorheen de PM Top 100). Met deze verkiezing wordt de aandacht gevestigd op een beroepsgroep die vooral achter de schermen opereert.
De schijnwerper wordt gericht op ambtenaren die een excellente prestatie hebben geleverd. Wie zijn de succesvolle sleutelfiguren bij de overheid? En wat maakt hen tot een voorbeeld voor anderen?

Gezocht onorthodox rolmodel en inspirator m/v
Wie volgt Richard Baas op en mag zichzelf straks Beste Ambtenaar 2016 noemen? Nomineer een collega waarvan jij vindt dat zijn/haar prestaties best in de spotlights gezet mogen worden. Hij/zij inspireert, motiveert en enthousiasmeert anderen met zijn/haar inzet, gedrevenheid en maatschappelijke betrokkenheid.

Nomineer je collega
Tot 14 oktober 2016 kun je een collega nomineren voor de PD Top 100. Er wordt een jury- en publieksprijs uitgereikt. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen rijksoverheid en decentrale overheden (gemeenten, provincies en waterschappen) en tussen management, beleid en uitvoerend/ondersteunend.

Op woensdag 14 december 2016 worden de prijs voor de Beste ambtenaar en de Publieksprijs van de PD Top 100 uitgereikt. Op dinsdag 20 december 2016 wordt de PD Top 100 in het magazine, op de website en in de nieuwsbrief gepubliceerd.

Ga naar Publiek Denken voor nomineren collega en meer info: http://publiekdenken.nl

Lees hier over de Ambtenaar van het jaar 2015: Richard Baas verkozen tot Ambtenaar van het Jaar 2015 om heel bijzondere combinatie van werk, Blogs Beroepseer, 14 december 2015: https://beroepseer.nl

De morele dimensie van ambtelijk vakmanschap

Dave van Ooijen*), raadslid/fractievoorzitter voor de PvdA in de gemeente Castricum, schreef een uitgebreid commentaar op het essay Ambtelijk vakmanschap en moreel gezag van Gabriël van den Brink en Thijs Jansen:

Ambtenaren en ambtelijke diensten worden, zeker door de politiek, vooral gezien als uitvoerders van door de politiek vastgesteld beleid. Burgers zien ambtenaren en ambtelijke diensten soms als een niet te doorgronden kleilaag die zich verstopt achter procedures en het strikt uitvoeren van wetten, regels en protocollen. In zekere zin is dit ook zo. Ambtenaren en ambtelijke diensten zorgen ook voor rechtmatigheid, onpartijdigheid, continuïteit en neutraliteit. Ook als politici er een rommeltje van maken.
Mooier gezegd: de belangrijkste functie van ambtenaren en ambtelijke diensten is het creëren, ontwikkelen en in stand houden van het gezag van overheden. Het gezag van overheden staat de laatste decennia evenwel meer en meer onder druk. Aan de ene kant komt dat doordat bestuurders van ambtenaren voorstellen verwachten waarbij, zoals Willem Witteveen het in zijn magnum opus De wet als kunstwerk zegt, soms niet aan de minimumeisen voor wetgeving wordt voldaan. Aan de andere kant komt het door de toenemende druk waarbij landelijke of lokale bestuurders ambtenaren en ambtelijke diensten degraderen tot pure uitvoerders van een College of de zittende regering. Tegenspraak wordt daarbij niet geduld of gewaardeerd.

Vakmanschap

Door beide ontwikkelingen wordt vaak vergeten dat ambtenaren en ambtelijke diensten ook een eigen verantwoordelijkheid hebben. Een verantwoordelijkheid die te maken heeft met de professionaliteit en vakdeskundigheid van de bij ambtelijke diensten werkende ambtenaren. Het huidig tijdsgewricht zorgt ervoor dat ambtenaren soms met lastige dilemma’s te maken hebben, zoals de afweging tussen loyaliteit en objectiviteit of die tussen snelheid en procedurele zorgvuldigheid. Niet alleen op landelijk niveau, ook op lokaal niveau lopen ambtenaren tegen tal van dilemma’s op. Meer dan in het verleden. Zo zorgen de door het Rijk gekozen decentralisaties op het sociaal domein op lokaal niveau voor een groter accent op ‘implementatie’, ‘uitvoering’ en ‘doen’. Daarmee wordt het gesprek over de doelen die dienen te worden bereikt, het na te streven eindresultaat, vaak naar de achtergrond gedrukt. In essentie komt dat doordat zowel de lokale politiek als het lokale ambtelijk apparaat vergeet dat het in de politiek niet primair gaat om macht en dienstverlening (de burger als klant, de overheid als bedrijf), maar om het sturen op waarden. Politiek is, zoals de Canadese politicoloog David Easton het zegt, eigenlijk in essentie het gezaghebbend toedelen van waarden.

Essay

Die waardentoedeling kan echter alleen gezaghebbend plaatsvinden als de gezagsdragers zelf (bestuurders en ambtenaren) waardengebaseerd handelen. Wanneer zij waarden uitdrukkelijk een rol laten spelen in keuzen die dienen te worden gemaakt. In het onlangs in het Haagse Dudok gepresenteerde essay Ambtelijk vakmanschap en moreel gezag, wordt door de auteurs Gabriël van den Brink en Thijs Jansen uitdrukkelijk een lans gebroken voor deze waardengedreven benadering. In het essay pleiten beide auteurs voor invoering van een rijk en breed ambtelijk statuut dat het waardengebaseerde handelen van ambtenaren en ambtelijke diensten institutioneel kan borgen. Volgens beiden dient in een dergelijk statuut een aantal belangrijke kernwaarden te worden opgenomen die ambtenaren moet helpen bij het maken van keuzen rond lastige dilemma’s. Het essay komt op een mooi moment. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken is net bezig met het opstellen van zo’n statuut. De eerste gedachten over het statuut zijn vooralsnog niet hoopgevend. Volgens een concept-notitie van BZK van maart van dit jaar zou minister Platsterk vooral aan de volgende kernwaarden denken: integriteit, loyaliteit, soberheid en doelmatigheid. Het zijn kernwaarden die een nogal sterk etatistisch karakter vertonen.

Behoorlijkheidswijzer

Van den Brink en Jansen laten op basis van voorbeelden uit binnen- en buitenland evenwel zien dat andere waarden wel eens belangrijker zouden kunnen zijn om het moreel gezag van de overheid van een beter fundament te voorzien. En die ambtenaren een moreel kompas biedt. Een van de eerste voorbeelden die Van den Brink en Jansen noemen is de Behoorlijkheidswijzer. De Behoorlijkheidswijzer is een publicatie van de Nationaal Ombudsman voor ambtenaren van overheden die sterk is gestoeld op inzichten uit onderzoek naar procedurele rechtvaardigheid. Volgens de Behoorlijkheidswijzer kan de essentie van behoorlijk overheidsoptreden worden samengevat in de kernwaarden open en duidelijk, respectvol, betrokken en oplossingsgericht, alsmede eerlijk en betrouwbaar. De vier kernwaarden worden in de wijzer vervolgens uitgewerkt in 22 normen. De vier kernwaarden verschillen nogal van de kernwaarden die in de notitie van BZK staan.

Buitenlands onderzoek

Maar welke waarden kunnen nu richtinggevend zijn voor de publieke dienstverlening en het ambtelijk werk? Op basis van waarden die gezaghebbende vakbladen in de VS, Groot-Brittannië en de Scandinavische landen verbinden aan de publieke taak, komen de Deense onderzoekers Jörgensen en Bozeman van de Universiteit van Kopenhagen tot 72 waarden. Onder de 72 waarden vallen ook waarden die in de notitie van BZK worden genoemd of onderdeel zijn van de Behoorlijkheidswijzer. Interessant is de clustering van de 72 waarden die zij maken. Zo is sprake van waarden die je onder ‘het leveren van een publieke bijdrage aan de samenleving’ zou kunnen scharen, zoals algemeen belang, altruïsme en duurzaamheid. Ten tweede hebben zij het over ‘de transformatie van belangen tot publieke beslissingen’. Waarden die daaronder vallen zijn onder meer meerderheidsregel, betrokkenheid burger en de rechten van individuen en minderheden. De derde groep heeft ‘een relatie met politici’. Daaronder vallen onder meer loyaliteit en responsiviteit. De vierde groep van waarden heeft betrekking op ‘de relatie van de ambtelijke organisatie met de omgeving’. Het gaat daarbij onder meer om de afweging tussen openheid en vertrouwelijkheid en het hechten van waarde aan de publieke opinie. Een zesde groep van waarden heeft betrekking op ‘de relatie tussen organisaties’. Daarbij valt te denken aan stabiliteit, betrouwbaarheid en effectiviteit. Tenslotte heeft de zevende groep van waarden betrekking op ‘het gedrag van ambtenaren’. Waarden die in dit kader van belang zijn, zijn waarden als professionaliteit, eerlijkheid en integriteit.

Hoofdcategorieën

Terwijl Jörgensen en Bozeman oproepen tot verder onderzoek om tot een kleiner set van ambtelijke kernwaarden te komen, zijn er ook andere indelingen mogelijk. Zo noemen Van den Brink en Jansen uitdrukkelijk de hoofdcategorieën waartoe de Canadese hoogleraar Kenneth Kernaghan komt. Kernaghan komt tot een relatief eenvoudig maar helder overzicht van de verschillende publieke waarden. In plaats van tot zeven komt Kernaghan tot vier hoofdcategorieën. En in plaats van de 72 waarden van Jörgensen en Bozeman, komt Kernaghan tot 22 waarden. De indeling van waarden van Kernaghan is nadien veel gebruikt. Ten eerste komt hij tot twaalf ‘ethische waarden’. Daaronder vallen onder meer aanspreekbaarheid, betrouwbaarheid, discretie, eerlijkheid, onafhankelijkheid, oprechtheid en rechtvaardigheid. Ten tweede onderscheidt hij elf waarden die hij onder de categorie ‘democratische waarden’ schaart. Daaronder vallen onder meer aanspreekbaarheid, loyaliteit, openheid, responsiviteit en verantwoordingsbereidheid. Zijn derde categorie zijn tien ‘professionele waarden’, zoals collegialiteit, creativiteit, deskundigheid, reflexiviteit en toewijding. Zijn vierde en laatste categorie zijn negen ‘mensgerichte waarden’. Daaronder vallen onder meer empathie, fatsoen, menselijkheid, moed en welwillendheid.

Wat vinden ambtenaren

Zoals de lezer al zal hebben geconstateerd wijken de normatieve waarden van Jörgensen en Bozeman en die van Kernaghan nogal af van de publieke kernwaarden die in de concept-notitie van BZK staan en van de Behoorlijkheidswijzer van de Nationaal Ombudsman. Zijn de niet-etatistische en meer mensgerichte waarden van de Nationaal Ombudsman ook te vinden in de overzichten die Jörgensen en Bozeman resp. Kernaghan op basis van hun onderzoek hebben vastgesteld, interessant zijn ook de waarden die ambtenaren belangrijk vinden. Zo komt de bestuurswetenschapper Zeger van der Wal op basis van een empirisch onderzoek naar waarden die ambtenaren zelf belangrijk vinden tot het volgende rijtje. Ten eerste vinden ambtenaren deskundigheid en eerlijkheid het belangrijkste, gevolgd door doelmatigheid, rechtmatigheid en dienstbaarheid, toewijding, openheid, collegialiteit en onafhankelijkheid. Van den Brink en Jansen komen op basis van onderzoek onder beleids- en uitvoerende ambtenaren tot een vergelijkbare score van waarden. Daarbij scoorden vooral onpartijdigheid (ten opzichte van de politiek), deskundigheid, eerlijkheid, transparantie en verantwoordingsbereidheid hoog. Verwante uitkomsten vonden Van den Brink en Jansen in een enquête die BZK in het najaar van 2014 uitvoerde onder een groot aantal ambtenaren.

Publieke missie

Volgens Van den Brink en Jansen is het voor het ambtelijk statuut van belang om allereerst die waarden te kiezen die het meest richtinggevend zijn voor het vervullen van de publieke taak. Op basis van een vergelijkende internationale studie naar ambtelijke beroepscodes valt volgens Kenneth Kernaghan in eerste instantie op dat de Canadese, Australische en Nieuw-Zeelandse codes sterk op de publieke dienstverlening zijn gericht. Aan de andere kant is de Britse code weer scherper met betrekking tot het democratisch functioneren en de politiek-constitutionele functie van de ambtelijke dienst. Daarom krijgt in die code de waarde objectiviteit aandacht, naast onafhankelijkheid en onpartijdigheid. Voor zowel ambtenaren als politieke leiders zijn in het bijzonder een aantal waarden uit de eerste twee hoofdcategorieën van Kernaghan van belang, zoals rechtvaardigheid, rechtstatelijkheid en rechtmatigheid. Volgens Van den Brink en Jansen zijn het juist deze waarden die de grondslag vormen voor het behoorlijk en rechtstatelijk optreden van de overheid. Ook in ons bestel komt de publieke missie van de overheid in het bijzonder via deze waarden tot uitdrukking, aldus Van den Brink en Jansen.

De morele dimensie

Zoals ik al eerder in andere publicaties heb betoogd (zie o.m. De lokale overheid als keuzearchitect, in Handboek voor Jeugdprofessionals, Kluwer, 2016) worden niet alleen op landelijk niveau, maar ook op lokaal niveau overwegingen van morele en politieke aard steeds belangrijker. Politieke bestuurders en beleids- en uitvoerende ambtenaren komen er niet onderuit om morele dilemma’s bespreekbaar te maken en ter discussie te stellen. Om de simpele reden zoals ook Van den Brink en Jansen aangeven, omdat burgers in deze tijden grote behoefte hebben aan moreel politiek-bestuurlijk en ambtelijk-uitvoerend gezag. Die behoefte komt niet alleen voort uit een toenemend moreel bewustzijn bij burgers (als antwoord op de vermeende morele leegte van de politiek), maar is ook van belang om keuzen die in het sociaal domein dienen te worden gemaakt te kunnen onderbouwen.

Gezag en moraliteit

Zowel beleids- en uitvoerende ambtenaren, politieke bestuurders als professionals dienen zich dus weer expliciet met morele keuzen te verhouden. Naast een ambtelijk statuut, waarin de belangrijkste ambtelijke kernwaarden zijn opgenomen, en dat op zichzelf weinig meer is dan een symbolisch en hooguit inspirerend document, dienen ambtenaren, politieke bestuurders en professionals met name ‘het gesprek’ met elkaar en met bewoners in hun gemeente aan te gaan over wat moreel en ethisch belangrijk wordt gevonden en hoe de beperkt beschikbare middelen in het sociaal domein dienen te worden besteed. Zowel landelijk als lokaal is het openbare gezag, zowel ambtelijk als politiek-bestuurlijk, alleen maar terug te winnen als bestuurders en ambtenaren het gesprek met burgers aangaan en door de Raad en College te maken keuzen weten te verbinden met morele opvattingen.

Publieke waarden

Aan het begin concludeerde ik dat de vier kernwaarden waaraan het ministerie van BZK vooral denkt een sterk etatistisch karakter vertonen. Op het eerste gezicht lijken het neutrale waarden. Bij nader inzien zijn het waarden die naast een sterk etatistisch karakter goed bij een politiek-liberaal gedachtegoed passen. Een liberaal gedachtegoed waarbij de staat, en dus ook de daar werkzame ambtenaren, neutraal en objectief is. Voor de meeste politieke partijen, zeker partijen die tot het midden behoren, zullen deze waarden niet veel stof doen opwaaien. Je zou met andere woorden ook kunnen zeggen dat de kernwaarden zo gekozen zijn dat de meeste politieke partijen zich erin kunnen vinden. Maar zijn de vier kernwaarden voldoende om als moreel kompas voor ambtenaren te dienen? Niet alleen voor ambtenaren bij de departementen, maar bijvoorbeeld ook voor ambtenaren bij gemeenten? De door Van den Brink en Jansen genoemde voorbeelden uit binnen- en buitenland laten mijns inziens zien dat een ander set aan publieke waarden wel eens tot een beter moreel kompas zou kunnen leiden.


*)
dave van ooijenDave van Ooijen studeerde tussen 1979 en 1985 sociologie en politicologie aan de Universiteit van Amsterdam.
Hij studeerde twee keer ‘cum laude’ af; bij de vakgroep Toegepaste Sociologie en de vakgroep Internationale Betrekkingen.
Van 1979 tot 2014 was hij werkzaam bij Vereniging Milieudefensie, de gemeente Amsterdam, Nicis Institute en Platform31.
Sinds eind 2014 is Van Ooijen raadslid/fractievoorzitter voor de PvdA in de gemeente Castricum.
Zijn blogs en artikelen verschijnen onder meer op zijn website: www.davevanooijen.nl

omslag ambtelijk vakmanschap en moreel gezag kl

 

Ambtelijk vakmanschap en moreel gezag,
Gabriël van den Brink en Thijs Jansen,
uitgave van stichting Beroepseer,
2016, 95 pagina’s, € 19,99
www.beroepseer.vrijeboeken.com

Vierde ronde Leraren Ontwikkel Fonds gaat van start op 1 augustus 2016

Per 1 augustus 2016 gaat de vierde ronde van het Leraren Ontwikkeld Fonds (LOF) van start.
Het Leraren Ontwikkel Fonds, gestart in oktober 2015, wordt na een succesvol eerste jaar, voortgezet. De eerstvolgende, vierde aanvraagronde start op 1 augustus 2016, met als deadline 10 oktober 2016. Voor leraren die werkzaam zijn in het mbo geldt een andere regeling.

De subsidieregeling van het LOF stelt leraren in het primair-,  speciaal- en voortgezet onderwijs in staat een eigen creatief en ambitieus initiatief voor beter onderwijs te ontwikkelen en te delen met een netwerk van gelijkgestemde collega’s.

Wat is het LOF?
De leraar is de centrale spil en de creatieve architect van het onderwijsproces, in de klas en op de school. Het LOF wil de positie van leraren hierin versterken en stimuleert het denken onder leraren over hun eigen professionalisering en de ontwikkeling van het onderwijs. Leraren worden in staat gesteld op eigen initiatief en naar eigen inzicht vorm te geven aan de versterking van hun professioneel handelen, het verbeteren van het onderwijs en het versterken van de beroepsgroep.
Het LOF ondersteunt leraren met het uitwerken van hun initiatief voor beter onderwijs. Als vertegenwoordiger van de beroepsgroep ligt de organisatie en ontwikkeling van het LOF in handen van de Onderwijscoöperatie.

Hoe werkt het LOF?
Leraren met een goed initiatief kunnen, vanaf 1 augustus 2016, hun aanvraag indienen. Voor eventuele ondersteuning bij het formuleren van de aanvraag kan de leraar een beroep doen op een LOF-coach. Nadat de aanvraag door een jury is beoordeeld en goedgekeurd, krijgt de deelnemer een jaar lang ondersteuning in de vorm van:

– Een financiële bijdrage van minimaal € 4.000,- tot een maximum van € 75.000,- (bijvoorbeeld om uren vrij te kopen waarin je werkt aan de ontwikkeling van jouw initiatief).
– Drie verplichte Lerarenlabs: leerbijeenkomsten waarop alle deelnemers aan het LOF samenkomen om van en met elkaar te leren. De labs vormen een springplank die ervoor zorgt dat je initiatief en eigen ontwikkeling in een versnelling komen.
– Facultatieve regionale Open labs, waarin je collega-deelnemers en coaches ontmoet die jouw initiatief verder kunnen helpen.
– Coaching in kleine groepjes door een ervaren coachteam bestaande uit leraren.
– Een podium om jouw initiatief met een groter publiek te delen, bijvoorbeeld tijdens het jaarlijkse Lerarencongres.
– Een netwerk van gelijkgestemde collega’s die elkaar helpen om alle initiatieven te realiseren.

Na afloop blijft de deelnemer betrokken bij het netwerk van het LOF. We leggen ook de verbinding met bestaande netwerken van andere programma’s zoals Onderwijs Pioniers en Innovatie Impuls Onderwijs. Het samen ontwikkelen en het delen van kennis en ervaring zijn belangrijke ingrediënten van het LOF.

Data schooljaar 2016-2017

In schooljaar 2016-2017 zijn er drie selectiemomenten, waarna de jury de inzendingen beoordeelt en deelname aan het LOF toewijst:
Start op 1 augustus en sluit op 10 oktober 2016
Start op 11 oktober 2016 en sluit op 17 januari 2017
Start op 18 januari 2017 en sluit op 18 april 2017

Zie voor meer info het Leraren Ontwikkel Fonds: www.lerarenontwikkelfonds.nl/

Vijf tips om constructief om te gaan met kritiek

Hoe ga je om met kritiek? Peter Olsthoorn geeft in zijn artikel in het weekblad  Intermediair vijf tips hoe we dat kunnen doen:

– Sta er open voor, ook zonder het te organiseren
– Reageer niet emotioneel, neem het niet persoonlijk
– Onderdruk de negatieve eerste reactie ‘nietes’
– Vraag de criticaster om uitleg en duiding
– Verplaats je in de criticaster

‘Tegenspraak organiseren’ heette vroeger gewoon ‘om kritiek vragen’. Het vergt lef en zelfinzicht, maar is cruciaal voor het succes van een organisatie. Bovendien draagt tegenspraak sterk bij aan betrokkenheid.
De zogenaamde ‘advocaat van de duivel’ is een advocaat die echt heeft bestaan in het Vaticaan. Paus Sixtus V benoemde hem in 1587 om voorstellen voor heilig te verklaren personen onder vuur te nemen. In 1982 ontsloeg paus Johannes Paulus II de advocaat van de duivel. De paus ging voortaan zelf heiligverklaren.
Peter van Lonkhuyzen voert dit feit op in zijn boek Tegenspraak – Hoe je beter wordt van dwarsliggers (2015). Waar gaat het over? Over de gevolgen van diepgewortelde menselijke eigenschappen zoals ijdelheid, of een mooier woord nog: hoogmoed. Plus hebzucht, afgunst, argwaan; al die onhebbelijkheden die ons aanzetten tot verkeerd gedrag.

We kennen ze uit het nieuws, types als Eric Staal van Vestia, bokser Mike Tyson, Cees van der Hoeven van Ahold, Fred Goodwin die ABN AMRO kocht met de Royal Bank of Scotland en politici als Erdogan en Thatcher. Macht corrumpeert, tenzij je openstaat voor kritiek. Dat gaat echter niet zo makkelijk. Zo heb je mensen die wel weten dat ze tegenspraak nodig hebben, maar die kritiek met smoesjes uit de weg gaan. Erger nog zijn de totaalweigeraars, die met de neus in de lucht zeker zijn van de vruchten van hun eigen talent. Tegenspraak is voor hen ‘geitenwollensokkenpraat’.

Nee, dan de tegenspraakzoekers. “Degenen die een weerwoord zoeken en er ook nog goed mee om weten te gaan. Die mensen bestaan in het wild en ik heb ze zelfs gesproken”, schrijft Van Lonkhuyzen. Maar vergeet hij niet een groeiende categorie? Degenen die, min of meer gedwongen door maatschappij, directies en toezichthouders wel tegenspraak dulden, maar die informatie vervolgens wegkieperen? Volgens Van Lonkhuyzen behoren zij ook tot de excuustruzen: “Ze staan wel open voor kritiek, maar als puntje bij paaltje komt, willen of kunnen ze hun gedrag niet aanpassen”.

Tegenspraak draagt bij aan betrokkenheid

Een mooi voorbeeld van zulke types vinden we in de leerzame evaluatie door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC), onderdeel van het Ministerie van Justitie, van de Schiedammer Parkmoord en de Puttense Moordzaak, twee van Nederlands grootste justitiële missers. Voor politie en het Openbaar Ministerie zijn na die missers twee programma’s opgezet met als doel tunnelvisie voorkomen door het organiseren van tegenspraak. Opsporingsteams moeten hun beslissingen vastleggen in een ‘afsprakenjournaal’ en moeten leren werken met hypothesen en scenario’s, en tegenargumenten bedenken. In dit geval vooral ontlastend bewijs zwaar laten wegen.
De speurders moeten ook mensen van buiten de zaak laten komen die kritische vragen stellen. Dit heeft zeker resultaat. De WODC-onderzoekers noteren echter ook: “Toch worden door sommigen ook twijfels geuit of de cultuur op de werkvloer inmiddels zodanig is dat reflectie binnen het team altijd geborgd is en er voldoende voorwaarden aanwezig zijn om tunnelvisie te voorkomen”.
Bij twee van de drie onderzochte politie-eenheden werd louter in ‘uitzonderlijke gevallen’ tegenspraak georganiseerd. En steeds vrijblijvender. Agenten klaagden dat er te veel nadruk op tegenspraak lag, dat dit vertraging veroorzaakte, stroperige besluitvorming en risicomijding.

Het blijkt niet makkelijk adequaat tegenspraak te organiseren. Net zoals lef tonen niet altijd tot een goed resultaat leidt en verkeerd kan uitpakken zoals in het geval van de zaak Tuitjenhorn. Door tegenspraak werd een arts ten onrechte gekapitteld voor de dood van een terminale patiënt, waarna hij zelfmoord pleegde.

Toch is het zo, besluit Olsthoorn, dat openheid en debat uiteindelijk tot betere besluiten leiden met meer draagvlak en een prettigere cultuur. Tegenspraak draagt bij aan meer betrokkenheid.

omslag intermediair 7juli 2016

De noodzaak van tegenspraak, door Peter Olsthoorn,
Intermediair, 7 juli 2016: www.intermediair.nl/persoonlijke-groei/competenties/de-noodzaak-van-tegenspraak

Zie ook de video Tegenspraak geven en incasseren,
met Aart G. Broek: https://beroepseer.nl

Het gaat op het werk niet zozeer om het ‘hoe’ en het ‘wat’ maar om het ‘waarom’

In september 2009 hield Simon Sinek een toespraak op een lokale TEDx-conferentie in de buurt van de Noord- Amerikaanse stad Seattle. Hij sprak 18 minuten lang over hoe grote leiders tot handelen inspireren. Zijn presentatie was bewust Lo-Fi: jeans, een hemd met open hals, opgerolde hemdsmouwen, en alleen een flip-over en een viltstift. Als iemand aan het publiek zou hebben verteld zou niemand het hebben geloofd maar de aanwezigen waren die avond getuige van een toespraak die op twee na de best bekeken video’s ooit zou worden. Meer dan 27 miljoen mensen hebben de video inmiddels bekeken en de teller tikt nog door.
De in Engeland geboren Sinek, van oorsprong cultureel antropoloog, is staflid van de Amerikaanse denktank Rand Corporation waar hij advies geeft over militaire innovatie en planning. Daarnaast is hij docent strategische communicatie aan de Columbia-universiteit. Hij woont in New York.

In een artikel op Business Life schrijft Tim Hulse dat Sinek een eenvoudige boodschap heeft die hij sinds de TED-talk in 2009 met evangelisch vuur uitdraagt. Op de manier zoals een prediker het woord Gods verkondigt, verkondigde Sinek dat hij een ontdekking had gedaan die zijn kijk op de manier waarop de wereld werkt grondig had veranderd. Alle grote leiders en organisaties, van de gebroeders Wright tot Martin Luther King tot Apple denken, handelen en communiceren op een en dezelfde manier. Die manier is de complete tegenpool van de manier waarop iedereen gewoonlijk denkt, handelt en communiceert.
why how what simon sinekSinek illustreert zijn openbaring met een beeld van drie concentrische cirkels dat hij de gouden cirkel noemt. In de binnenste cirkel schreef hij het woord waarom, in de buitenste het woord wat en in de middelste het woord hoe.
Minder succesvolle organisaties weten wat zij doen en hoe ze het doen, maar weten niet altijd waarom ze het doen: “Waarom bestaat hun organisatie? Waarom staan ze ’s morgens op? Waarom maakt het iemand wat uit?”

Het belangrijkst is het waarom

Voor Sinek is het waarom belangrijker dan het wat en het hoe: “Mensen kopen niets voor wat je doet maar wel voor waarom je het doet”. Deze mantram bleef hij herhalen in zijn toespraak. Alles wat Apple doet vloeit voort uit het geloof in anders denken. Mensen kopen vanwege dat geloof. Dus het doel is zaken doen met mensen die geloven wat jij gelooft. Hetzelfde geldt voor leiders. We volgen degenen die ons een motief geven, een doel of een geloof. Volgens Sinek zijn er leiders en zijn er mensen die leiden. De eerste soort bezit autoriteit, de tweede soort inspireert: “Ik denk dat het in wezen een heel menselijke boodschap is”, aldus Sinek in een gesprek op een reis naar Londen tegen Hulse die Sinek had opgezocht omdat hij wilde weten waarom de TED-toespraak zo massaal bekeken wordt.
Sinek: “Mijn werk is nooit wetenschappelijk of commercieel geweest. Mijn werk is ontstaan uit mijn persoonlijke strijd. Ik had mijn passie verloren voor wat ik deed. Het zat in een duistere periode. Ik leefde een oppervlakkig leven, ik had een eigen zaak, verdiende goed, had geweldige klanten en deed fantastisch werk. Maar ’s morgens had ik geen zin om op te staan. Al mijn energie ging naar doen alsof ik gelukkig was, geslaagd was en de dingen onder controle had. Pas na het bezoek van een vriend die zich zorgen om me maakte, had ik de moed de dingen onder ogen de te zien”.

De confrontatie bracht Sinek op zijn theorie over de gouden cirkel en het belang van het waarom: “Ik besefte wat ik deed en hoe ik het deed, maar ik besefte niet waarom. Ik werd geobsedeerd door het waarom, ik wilde begrijpen. Ik heb mijn leven grondig veranderd en kreeg mijn passie weer terug op een niveau dat ik nooit eerder had ervaren. Ik heb dat gevoel gedeeld met mijn vrienden die ook hun leven gingen veranderen. Ze hebben me uitgenodigd bij hun thuis waar ik hun vrienden kon ontmoeten”.
Sineks theorie viel in goede aarde omdat “die voortgekomen was uit mijn eigen persoonlijke behoefte. Die is wezenlijk en echt”.

De Waarom-ontdekkingscursus

omslag begin met het waarom simon sinekIn het jaar van zijn TED-toespraak, publiceerde Sinek een boek met zijn theorieën, getiteld Start with why. In het Nederlands vertaald onder de titel Begin met het waarom. (2013). Vijf jaar later verscheen er een vervolg, Leaders eat last. Why some teams pull together and others don’t. Het tweede boek, in het Nederlands: Een voor allen, allen voor een, gaat over betrokken leiders die vertrouwen inboezemen en een langetermijn visie hebben die samenwerking en creativiteit stimuleren. Sinek is nu bezig met ‘knutselen’ aan een derde boek waarin onderzocht wordt hoe het “waarom-gedreven team dat elkaar graag mag en elkaar vertrouwt” in staat is te functioneren in een door egoïstische motieven voortgedreven wereld”.

En er is meer. Op de website Startwithwhy.com*) biedt Sinek de Why Discovery-cursus aan die deelnemers belooft “hun waarom onder woorden te brengen” binnen zeven à tien uur voor de prijs van $129. Er zijn ook kaarten met inspirerende citaten, draagtassen en notitieboekjes te koop, maar ook een paar handboeien, de ene met de inscriptie ter, de andere met inspiratie. Sommigen zullen dit beschouwen als alles uit een idee knijpen zoals je een citroen uitknijpt, maar Sineks motief schijnt oprecht te zijn.
“De dingen die we verkopen of weggeven, of dat nu toespraken of handboeien zijn, het doet er niet toe in welke vorm, verspreiden een boodschap. Op onze kaarten staat: ‘inspireer tot handelen’, op onze pennen ‘inspireer iemand’. Ze herinneren ons eraan dat we elk dag weer de verantwoordelijkheid hebben iets aardigs te doen voor iemand anders. Wat mij betreft doet het er niet toe of iemand met dergelijke boodschappen omringd wil worden. Wij hebben er plezier in de boodschap uit te dragen op een creatieve manier”.

Sinek is bezig mee te helpen een reuzenlegpuzzel van een betere wereld in elkaar te zetten. Als de puzzel klaar is, hoe ziet deze er dan uit, is de vraag?
“Ik stel me een wereld voor waarin de overgrote meerderheid elke morgen opstaat en zich geïnspireerd voelt om aan het werk te gaan, zich veilig voelt op het werk en aan het eind van de dag voldaan thuiskomt. Ik geloof dat houden van onze baan een recht is, niet een voorrecht. We gaan vaak wat drinken met vrienden en iemand zegt: ik houd van mijn baan, en iedereen reageert met: o wat bof jij! Ik wil dat dat de norm wordt en ik vind dat wij als bevolking goed leiderschap moeten eisen. We willen in een goede, gezonde omgeving werken waar vertrouwen heerst en waar we niet bang hoeven zijn een fout te maken met als gevolg ontslag”.

Het gaat altijd om mensen

Soms klinkt Sineks geloof in weldadige leiders alsof hij een wereld vol goedaardige dictators voorstaat. Maar daar is hij het niet mee eens: “Goed leiderschap delegeert de verantwoordelijkheid. Het gaat niet om de baas zijn. Het gaat om je bekommeren om degenen over wie jij de leiding hebt. Net zoals ouders doen. Draait het allemaal om de ouders en of de ouders ja of nee zeggen? Nee, daar gaat het helemaal niet om. Ouders zijn er om te zorgen voor hun kinderen en hen groot te brengen. Ook helpen ze met vertrouwen kweken,  leren ze vaardigheden en brengen ze hen discipline bij als dat nodig is. Dat gebeurt allemaal opdat ze kunnen opgroeien en verder kunnen komen dan hun ouders. Leiderschap is precies hetzelfde. Een leider is degene die in staat is een visie op de toekomst te formuleren, een die nog niet bestaat en die de rest van ons inspireert tot meehelpen bouwen omdat we daar willen leven. Het gaat dus helemaal niet om de leider, het gaat om mensen en de leider neemt de verantwoordelijkheid voor de mensen en ziet erop toe dat zij de ruimte hebben om een bijdrage te leveren en manieren uit te vinden om de visie te verwezenlijken. Het gaat altijd om mensen”.

We hebben iemand nodig die ergens voor staat

Aan het slot vraagt Hulse wat Sinek vindt van politiek leiderschap in een tijd waarin Amerika zich voorbereidt op de verkiezing van de machtigste man op aarde in november 2016. Sinek: “Ik heb een paar heel ongemakkelijke gesprekken gevoerd met afgevaardigden van het Amerikaanse Congres. Ik heb tegen hen gezegd dat ik mensen kende bij defensie die hun leven zouden geven aan iets waarin ze geloven, maar u zou niet eens uw baan willen opgeven. Het gaat om hun eigen carrière en niet om de mensen. Dat is eerlijk gezegd ook de reden waarom ze zo laag staan in de peilingen. Als menselijke wezens voelen we als iemand door egoïsme wordt gedreven. De politiek is transactioneel geworden: ik geef je alleen mijn stem als jij iets voor mij doet. Het zou moeten gaan om echt leiderschap, zo van: ‘ik vertrouw jou en ik ga op jou stemmen en hoewel ik het niet met alles eens ben met wat je doet, geloof ik dat je nog steeds mijn belangen behartigt en daarom geef ik jou mijn stem’.
Amerika, en ik denk de hele wereld, heeft behoefte aan geïnspireerd leiderschap. We hebben iemand nodig die ergens voor staat en een groter verhaal uitdraagt. Als je naar de grote leiders uit de geschiedenis kijkt, hebben ze op de een of andere manier allemaal iets vanzelf opgeofferd, soms helaas hun eigen leven; ze stonden voor iets waarin ze geloofden of offerden hun politieke carrière op. Maar het allerbelangrijkste is dat we vertrouwen in hen hadden. We vertrouwen onze leiders niet meer, en dat is heel erg triest”.

Noot
*) TEDx: Sinds 2009 worden er op lokaal niveau lezingenconferenties georganiseerd volgens de huisstijl van de TED-conferenties (Technology, Entertainment, Design). TED is een beweging die wereldwijd een podium biedt aan mensen met originele ideeën die de wereld willen veranderen. In juni 2012 vonden wereldwijd iedere dag gemiddeld 5 TEDx-lezingenconferenties plaats, in 133 landen. Tijdens TED2016 in februari 2016 vertelde oprichter Chris Anderson dat er tot dan toe 15.000 TEDx-lezingenconferenties zijn geweest in 170 landen, en dat er 18.000 TEDx-talks online gepubliceerd zijn.

The why of the world, door Tim Hulse, Business Life, 6 juni 2016: http://businesslife.ba.com (website is niet meer actief).
Business Life is een interactieve website voor zakenmensen die in beweging zijn en hun commerciële vaardigheden willen verbeteren door adviezen van experts.

Start with why: https://simonsinek.com/?s=start+with+why

Refocus, simple ideas to help you thrive: https://sinekpartners.typepad.com/files/time_left.pdf

Video How great leaders inspire action. TED-talk met Simon Sinek:  https://www.youtube.com/watch?v=qp0HIF3SfI4

Op 18 maart 2016 was Simon Sinek bij Management Plezier in Zwolle voor het seminar Simon Sinek Live. Zie voor een impressie: www.managementplezier.nl (website niet meer actief).

The Golden Circle van Simon Sinek: www.onderwijscommunicatiecoach.nl/sinek/ (website is opgeheven).

Noot:
*) Website is opgeheven. Zie voortaan: https://simonsinek.com/