Skip to main content

Redactie Beroepseer

Oproep voor inzendingen Prijs voor publieke sociologie

De Nederlandse Sociologische Vereniging en het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken reiken in 2019 voor de tweede keer een prijs uit: de prijs voor publieke sociologie. Deze prijs is voor Nederlandse sociologen die zich op interessante en vernieuwende manieren engageren met een publiek. Dat publiek kan specifiek zijn, bijvoorbeeld omdat het een gezamenlijke zorg heeft, maar ook breed.

De prijs kan naar een socioloog gaan die in een aansprekend essay een nieuw perspectief op een maatschappelijk probleem geeft. Maar het kan ook gaan om een dialoog met een protestbeweging, om een samenwerking met kunstenaars waarin gezocht wordt naar nieuwe verbeeldingen van sociologische inzichten, of om een bijdrage aan een lesmethode voor professionals.

Prijsuitreiking op Dag van de Sociologie

Nederland kent een rijke traditie van publiek geëngageerde sociologie. Om die traditie te eren en nieuwe vormen van publieke sociologie te stimuleren stellen de Nederlandse Sociologische Vereniging en Sociale Vraagstukken deze nieuwe prijs in.

De prijs bestaat uit 1000 euro. Ook publiceert het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken graag een interview met de winnaar. De uitreiking van de prijs vindt plaats op de Dag van de Sociologie op 27 juni 2019 op de Universiteit van Amsterdam.

De prijs is voor ‘early career’ sociologen: sociologen die minder dan tien jaar geleden afgestudeerd of gepromoveerd zijn. Dit is om erkenning en stimulans te geven aan juist jonge generaties, waarvoor de druk zich te concentreren op puur academisch werk het grootst is. De prijs staat open voor alle sociologen: zij hoeven niet te werken op een universiteit. Wel gaat het om sociologen die zich vanuit hun rol als socioloog engageren.

Het is mogelijk iemand voor te dragen of jezelf te kandideren.

Inzendingen insturen voor 15 april 2019 bij Sociale Vraagstukken. Voor meer info en wijze van inzenden zie: www.socialevraagstukken.nl

Repressie belemmert effectieve behandeling van jongeren in residentiële jeugdzorg

Repressie in de residentiële jeugdzorg staat een effectieve behandeling van jongeren in de residentiële jeugdzorg in de weg. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van Sophie de Valk over repressie in de jeugdzorg. Kleinschalige en gezinsgerichte behandelingen kunnen helpen om repressie tegen te gaan. De Valk promoveerde op 6 februari 2019 aan de Universiteit van Amsterdam.

In haar promotieonderzoek komt Sophie de Valk tot een definitie en oorzaken van repressie in de residentiële jeugdzorg. Deze inzichten helpen om repressie in de praktijk te herkennen en zo nodig te verminderen.
Jongeren die wegens ernstige gedrags- of psychiatrische problemen in residentiële instellingen verblijven, kunnen met repressie te maken krijgen. Repressie is het doelbewust handelen van medewerkers waarbij jongeren schade oplopen. Het kent ook een subtielere vorm wanneer de vrijheid of autonomie van jongeren onwettig of willekeurig wordt ingeperkt. Repressie veroorzaakt stress bij zowel jongeren als medewerkers, leidt vaak tot meer probleemgedrag en belemmert de effectiviteit van de behandeling.

Transformatie in de jeugdzorg

Het blijkt dat de veranderingen en onzekerheden die de transformatie in de jeugdzorg met zich mee hebben gebracht de kans op repressie onbedoeld vergroten. Zo kampen veel instellingen momenteel met personeelstekorten, waardoor de behandelrelatie tussen jongeren en medewerkers onder druk komt te staan. Tegelijkertijd biedt de transformatie ook kansen om nieuwe vormen van jeugdzorg te stimuleren die repressie kunnen uitbannen.
De Valk: “Gezinsgerichte zorg en kleinschalige voorzieningen verkleinen de kans op repressie, doordat medewerkers individueler kunnen werken en minder snel grijpen naar een ‘one-size-fits-all’ beleid. Daarnaast is het belangrijk om in de bestaande residentiële voorzieningen het pedagogisch klimaat te blijven monitoren om jongeren de ruimte te geven zich goed te kunnen ontwikkelen”.

De Valk deed haar onderzoek bij verschillende residentiële jeugdzorginstellingen, waaronder Horizon Jeugdzorg en Onderwijs. De inzichten uit het onderzoek worden al in de praktijk gebruikt. Zo werkt Horizon al geruime tijd samen met JSO en Hogeschool Leiden om beheersmatig werken verder terug te dringen en de autonomie van de jongeren en het gezin te vergroten.
Titel van proefschrift: Under Pressure – Repression in Residential Youth Care.

Het onderzoek is mogelijk gemaakt door het Gereformeerd Burgerweeshuis Rotterdam, Hogeschool Leiden en JSO, expertisecentrum voor jeugd, samenleving en ontwikkeling.
Sophie de Valk is als onderzoeker verbonden aan het lectoraat Residentiële Jeugdzorg, Hogeschool Leiden.

De minister wil dat kinderen in de gesloten jeugdzorg vanaf 2021 niet meer afgezonderd worden in isoleercellen. Maar volledig daarmee stoppen gaat niet lukken, waarschuwen zorginstellingen: https://spark.adobe.com/page/U537nj0MrZwnY/

Repressie belemmert effectieve behandeling jeugdzorg, JSO, 30 januari 2019: www.jso.nl/nieuws/repressie-belemmert-jeugdzorg/ (Niet meer beschikbaar)

Downloaden proefschrift Under Pressure – Repression in Residential Youth Care: https://www.researchgate.net/publication/336771196_Under_Pressure_-_Repression_in_Residential_Youth_Care

Opsluiten en zwaar straffen in gesloten jeugdzorg werkt niet, door Jenda Terpstra: https://spark.adobe.com/page/HExpOSzZ3n1UP/

Interview met Hester IJsseling, lector professionaliseren met hart & ziel aan Pabo

Nico Dullemans interviewde Hester IJsseling over haar werk voor de vereniging Verus voor katholiek en christelijk onderwijs waarbij ruim vierduizend scholen zijn aangesloten. Verus is een onderwijsdiscussie gestart in verband met het breed gevoelde onbehagen op scholen. Toch zijn er mensen bezig die iets aan de negatieve stemming willen doen. Een van hen is Hester IJsseling, lector Professionaliseren met hart & ziel aan de Thomas More Hogeschool in Rotterdam.
Het lectoraat gaat over de zachte kanten van het leraarberoep. Om verschillende redenen dreigt het beroep nogal instrumenteel te worden. Onderwijs loopt het gevaar te worden benaderd als een mechanisch interventieproces: plan, do, check and act.
Met het lectoraat – dat met steun van Verus tot stand kwam – wordt nu juist de aandacht gevestigd op de onzekerheid en de onverwachte gebeurtenissen op school. Hoe gaan leraren daarmee om? Welke betekenis hechten zij aan het onvoorspelbare?

Doenerig onderwijs

Hester IJsseling, sinds mei 2017 lector ‘Professionaliseren met hart & ziel’,  is gepromoveerd filosoof. Ontgoocheld door de verwording van de academische cultuur verruilde zij in 2003 haar academische werk voor het primair onderwijs waar zij veertien jaar lesgaf en intern begeleider was. Ze vertelt: “Ik verwachtte daar meer in de wereld te staan. En dat bleek wel, maar ik heb mij er ook op verkeken. Ik dacht dat het een beroep was waarnaast ik, als filosoof, ook zou kunnen blijven schrijven. Maar het werk bleek uitputtend”.

Ze merkte ook dat de manier waarop er over het werk gesproken werd zo instrumenteel was: “Zo overmatig doenerig en zo weinig nadenkend. Ik schrok ervan dat mijn collega’s genoegen leken te nemen met een rol als uitvoerder van beleid”.
Volgens IJsseling gaat het (primair) onderwijs gebukt onder een overdaad aan beleidsmakers en extern adviseurs en een tekort aan wakkere, zelfbewuste leerkrachten.

Deze ervaring bracht IJsseling ertoe op zoek te gaan naar de kern van het leraarschap. De eerste bij wie ze vond wat ze zocht, was Theo Thijssen (1879-1943), iemand die heel fijnzinnig over onderwijs heeft geschreven, zoals in De gelukkige klas. Behalve auteur was Thijssen onderwijzer en politicus. IJsseling: ’Ik las beleidsstukken, vakliteratuur, uitgaven van de Onderwijsraad, maar daarin vond ik niet belicht waar Thijssen over schreef: de relatie, de kleine, tactvolle interacties, de aandacht en liefde van een leraar voor de kinderen in zijn klas, maar ook de ironie ten aanzien van de regeldrift van buiten. Juist dit is de ziel van het onderwijs, maar het wordt in de officiële stukken niet benoemd.
Thijssen heeft het precies door: wat je doet als leraar, dat moet echt van jóu zijn! Als intern begeleider sprak ik met leraren de handelingssuggesties van de orthopedagoog door, hoe om te gaan met een ‘moeilijk’ kind. Regelmatig kreeg ik naderhand te horen dat er geen verandering bij de leerling was opgetreden. Dat dankje de koekoek. Met die tools alleen ben je er niet, je moet iemand zijn! Je moet niet denken: wat een hopeloos geval, geef me gereedschap – je moet proberen een relatie met een kind op te bouwen. De vraag is: heb je vertrouwen in de mogelijkheden van dat kind”.

IJsseling vond uiteindelijk onderdak bij onderwijspedagoog Gert Biesta, die in zijn denken over onderwijs grote waarde toekent aan het vraagstuk hoe je als leraar bij een leerling het verlangen kunt prikkelen om volwassenen te willen worden. Biesta noemt dit ‘subjectivering’ of ook: de pedagogische dimensie.

IJsseling spreekt hier intensief over met leraren en lerarenopleiders, en zoekt samen met hen naar nieuwe onderwijspraktijken.

Lees het hele interview met Hester IJsseling: Lectoraat Thomas More pabo: over de marinade van lesgeven, door Nico Dullemans, Verus, 24 januari 2019: https://www.verus.nl/actueel/nieuws/lectoraat-thomas-more-pabo-over-de-marinade-van-lesgeven (Niet meer beschikbaar)

Lectoraat Professionaliseren met hart & ziel:  www.thomasmorehs.nl/onderzoek/professionaliseren-met-hart-en-ziel/

Blog van Nico Dullemans: https://www.verus.nl/blog/375 (Niet meer beschikbaar)
Blog van Hester IJsseling: http://hesterij.blogspot.com/

Hester IJsseling is voortrekker van Stichting Beroepseer.

Omslag scriptie karlijn kremer verzorgenden ouderen

Belangwekkende uitkomst onderzoek naar veranderingen in beroep van verzorgenden in ouderenzorg

Karlijn Kremer volgde de master Zorgethiek en Beleid aan de Universiteit voor Humanistiek (UvH). De eenjarige masteropleiding is de enige in haar soort wereldwijd, en biedt een belangrijke bedding voor het ontwikkelen van zorgethiek als jong interdisciplinair veld van onderzoek.

Nog weinig aandacht voor vraag hoe verzorgenden veranderingen in hun beroep ervaren

Kremer schreef een scriptie over de veranderingen in het beroep van verzorgenden in de ouderenzorg. De afgelopen tien tot vijftien jaar is er veel veranderd in de (ouderen)zorg en deze veranderingen zijn ook van invloed op het verzorgend beroep. Hoewel er in de literatuur aandacht is voor de vraag of verzorgenden zich capabel voelen voor de nieuwe taken die ze krijgen toebedeeld, is er tot nu toe weinig aandacht voor de vraag hoe verzorgenden deze veranderingen ervaren en wat dit betekent voor goede zorg.
De scriptie is geschreven in opdracht van de Commissie Ethiek van Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN).

Op de site Zorgethiek van de Universteit voor Humanistiek legt Kremer uit hoe zij te werk is gegaan en wat haar conclusies zijn: “Zorgethiek is een stroming in de ethiek waarbij de zoektocht naar ‘wat is goede zorg?’ altijd start in de praktijk en waarbij de normativiteit wordt uitgesteld. Ook in dit onderzoek ben ik gestart in de praktijk en heb ik zo open mogelijk gekeken hoe verzorgenden zelf hun werk ervaren en hoe ze kijken naar de ontwikkelingen in hun beroepsgroep.

Ik heb geprobeerd recht te doen aan de verschillende verhalen van de respondenten door ze in narratieven op te schrijven. Daarbij heb ik ook gewerkt met een theoretisch kader waarin het zorgethische critical insight relationaliteit centraal staat. Ik bepleit dat relationaliteit en afstemming gezien kunnen worden als de kern van verzorgen (en dat juist deze kern maakt dat verzorgen vaak laag gewaardeerd wordt).
Na een literatuurstudie en bestudering van verschillende beleidsteksten ben ik met vijf verzorgenden een dagdeel mee gaan lopen. Ik heb meegekeken met hoe ze werken en heb ook een kort interview afgenomen. Met behulp van een narratieve analyse heb ik hier vijf narratieven (verhalen) van opgesteld.

Ook heb ik aan de hand van mijn bevindingen een focusgroep georganiseerd met acht verzorgenden, waarin we hebben gesproken over de ervaren ontwikkelingen in hun beroep en de betekenis hiervan voor de dagelijkse praktijk. De bevindingen uit de praktijk heb ik tot slot in dialoog gebracht met, onder meer, de theorie over Menslievende Zorg van Annelies van Heijst”.

Uit de conclusies: Steeds minder ruimte en tijd voor omgaan met ongewis aspect van zorg

De conclusies van Kremer zijn dat veranderingen per individu verschillend worden ervaren. Door iedereen wordt een sterke toename in werkdruk en administratielast ervaren. Deze toegenomen werkdruk gaat gepaard met strakke tijdsschema’s indicatiestellingen. Er is steeds minder ruimte en tijd om om te gaan met het ongewisse aspect van zorg. Verzorgenden lijken vooral voor dit aspect van verzorgen ruimte te creëren door (nog) harder te werken en soms dingen in hun eigen tijd te doen. Hierdoor vormen zij een onzichtbare buffer tussen de institutionele/politieke context en de zorgontvanger. Dit is zorgethisch problematisch omdat hierdoor de negatieve uitwerking van veranderingen in de inrichting van het zorgproces in de praktijk verhuld blijft en omdat het geen duurzame manier is voor verzorgenden om hun werk te doen terwijl zorgverleners zelf ook waardevolle en kwetsbare mensen zijn.

Verzorgenden blijken ook een veel bredere verantwoordelijkheid te hebben gekregen. Dit duidt erop dat de zorg (op een aantal vlakken) holistischer is geworden. De vraag die in dit onderzoek wordt opgeworpen is echter of verzorgenden ook voldoende in staat gesteld worden om de voordelen hiervan te cultiveren. Daarnaast blijkt ook dat verzorgenden door de veranderingen soms juist een spagaat ervaren tussen hun eigen (holistische) zorgbeeld en de gefragmenteerde indicatiestelling.

Tot slot kwam in dit onderzoek naar voren dat een deel van de verzorgenden een (groot) verschil ervaart tussen de jonge en de oudere generatie verzorgenden. Dit verschil, dat meerdere oorzaken zou kunnen hebben, wijst erop dat de beroepsgroep van verzorgenden niet als een homogene groep gezien kan worden. Het zou goed zijn als hier meer inzicht in verkregen wordt, om zo beter recht te doen aan de beroepsgroep.

Klik hier voor downloaden van de thesis: Veranderingen in het verzorgend beroep, door Karlijn Kremer, Masterthesis Zorgethiek & Beleid Universiteit voor Humanistiek, september 2018: www.zorgethiek.nu

Thesis Karlijn Kremer: Veranderingen in het verzorgend beroep, interview op site Zorgethiek, 4 februari 2019: www.zorgethiek.nu

Omslag boek Help, de psycholoog verzuipt

Uitnodiging boekpresentatie ‘Help, de psycholoog verzuipt!’

“Een scherp boek over de voortdurende strijd van vrijgevestigde psychologen tegen almaar uitdijende GGZ-instellingen, langere wachtlijsten, medicalisering en hogere kosten. Bosch legt uit hoe het zo is gekomen en dat het ook anders kan”, aldus journalist en auteur Malou van Hintum.

Vrijdag 22 februari 2019 wordt het boek Help, de psycholoog verzuipt! van Frits Bosch gepresenteerd. Het boek is naast een persoonlijk verslag van een psycholoog die vecht voor zijn beroep ook een inkijk in de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ). Het boek illustreert welk verwoestend spoor de ‘marktwerking’ door de GGZ heeft getrokken. Ondanks waardering van cliënten en huisartsen kregen Bosch en collega’s veel tegenwerking van machtige partijen rond de GGZ die voorstander zijn van grootschalige, gestandaardiseerde hulp. Bosch bleef echter vasthouden aan zijn werkwijze waarbij het persoonlijk contact met de cliënt de basis is van zijn hulp.

Datum en tijd

De presentatie van het boek start om 15.00 uur op vrijdag 22 februari 2019 bij Sociëteit Vereeniging Haarlem, Zijlweg 1, Haarlem.

• 14:30 -15:00 uur Inloop
• 15:00 -17:00 uur Programma boekpresentatie
• 17:00 -17:30 uur Borrel

Wie de presentatie wil bijwonen, kan zich aanmelden met een e-mail naar Gerard van Nunen: g.vannunen@beroepseer.nl met vermelding van naam, functie en organisatie.
Meer info volgt na aanmelding.

Synopsis Help, de psycholoog verzuipt!

Help, de psycholoog verzuipt! is een persoonlijk verslag van een psycholoog die vecht voor zijn beroep. Staatssecretaris Blokhuis van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) pleit voor een Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) waar ‘de mens centraal’ staat en die ‘dicht bij de patiënt’ staat. Dat klinkt logisch, maar is helaas geen vanzelfsprekendheid. Help, de psycholoog verzuipt! biedt de lezer een kijkje in de praktijk van psycholoog Frits Bosch, een pionier in zijn vak. Sinds 1980 heeft hij gewerkt in een vrijgevestigde groepspraktijk als ‘eerstelijnspsycholoog’.
De lezer maakt kennis met markante mensen met psychische problemen die bij velen vertrouwd zullen overkomen. Bijna de helft van de Nederlandse bevolking (om precies te zijn 42,7% volgens een studie van Nemesis) krijgt ooit in zijn leven te maken met een psychische aandoening. Een bont gezelschap komt voorbij, mensen met een depressie, burn-out of eenzaamheid, verslavingen en angsten, relatieproblemen en schulden en ouders die een kind kwijtraken. De lezer krijgt een indruk hoe Bosch deze mensen helpt. Hij zoekt bij iedere cliënt naar passende hulp en vermijdt zo veel mogelijk het plakken van etiketten. Vaak maakt hij gebruik van minimale interventies die dikwijls verrassend eenvoudig en origineel zijn. Ook gebruikt hij regelmatig eigen ervaringen om mensen in beweging te zetten.

De tijdgeest – o.a. emancipatie, automatisering – had invloed op de aangemelde problematiek van cliënten maar ook op de ruimte die de psycholoog kreeg van zorgverzekeraars om hen te kunnen behandelen. In dit boek wordt ook duidelijk hoeveel tegenwerking psychologen als Bosch ondervinden. De toenmalige RIAGG’s zetten destijds hun hakken in het zand. Zij wilden niet dat hulp van vrijgevestigde psychologen in het basispakket kwam. Toen dit in 2008 toch gebeurde kondigde oud-minister Schippers drie jaar later forse bezuinigingen aan. Zorgverzekeraars en grote GGZ-instellingen maakten Bosch soms het leven zuur. Bosch heeft vanaf 1980 meegelopen in de opbouwfase van de vrijgevestigde eerstelijns-GGZ en vanaf 2012 bij de protesten tegen de bezuinigingen in die sector. Daar maakte hij niet altijd vrienden mee. Zo sommeerde een advocaat van een GGZ-instelling hem bijvoorbeeld om een twitterbericht te verwijderen. En wat maar weinig mensen weten: mede dankzij Bosch moest de echtgenoot van oud-minister Schippers zijn lucratieve baan (ggz-instellingen leren slim te declareren) uiteindelijk opgeven.

Biografie Frits Bosch

GZ-psycholoog Frits Bosch is actief als beleidsadviseur, supervisor en schrijver. Tot 2017 had hij een eerstelijnspraktijk. Hij heeft ervaring als praktijkopleider en werkbegeleider. Daarnaast heeft hij zitting gehad in besturen, commissies en werkgroepen van landelijke en regionale verenigingen van psychologen. Hij heeft vanaf 1980 actief de ontwikkelingen binnen de eerste lijn en generalistische Basis-GGZ gevolgd en is door veel kranten en vakbladen geïnterviewd. Ook heeft hij veel artikelen en blogs geschreven waarin hij zich opwierp als een kritisch volger van industriële ontwikkelingen in de GGZ.

In 1990 ontving Bosch de NIP-onderscheiding voor bijzondere verdiensten aan de beroepsuitoefening van de psychologie; in 2006 was hij redactielid van het Handboek Psychologie in de eerste lijn. In 2011 heeft hij meegewerkt aan een protestclip tegen de bezuinigingen van Minister Schippers in de eerstelijns-GGZ.

Help, de psycholoog verzuipt! is een uitgave van Stichting Beroepseer.

Bestellen

Help, de psycholoog verzuipt! verschijnt op 22 februari 2019, maar is nu al voor € 20,- te bestellen via deze link.

De vier winnaars van verkiezing Leraar van het Jaar 2019

Op de Nationale Onderwijs Tentoonstelling (NOT) in Utrecht die duurde van 22 – 26 januari 2019 is op de laatste dag 26 januari uit twaalf genomineerden vier maal de Leraar van het jaar 2019 gekozen, voor elke sector een. De nieuwe ambassadeurs voor het onderwijs ontvingen hun titel uit handen van minister Arie Slob van Onderwijs en  Andrew Niemeyer, voorzitter van de organisaties die de verkiezing organiseren, Leraren van het Jaar en Leraar van het Jaar VO 2009.

De redactie van de Nationale Onderwijsgids heeft verslag gedaan van de verkiezing en meldt:

Primair Onderwijs

Voor het Primair Onderwijs is Anouk Huijs gekozen, van Basisschool Natuurlijk uit Venlo . De vakjury heeft haar unaniem uitgeroepen tot Leraar van het jaar 2019 vanwege haar sterke visie op wat onderwijs moet zijn, namelijk leren voor de toekomst. Huijs wordt gezien als een kartrekker die zich niet alleen inzet voor haar eigen groep en school, maar zich ook opstelt als ambassadeur voor goed onderwijs.

Speciaal Onderwijs

Leraar van het jaar voor het Speciaal Onderwijs is Chantal Goedertier van het Altra met de Bascule uit Amsterdam. Ze wordt geprezen om haar kracht om leerlingen te laten landen en zich veilig te laten voelen. “Ze laat leerlingen kennismaken met een wereld die ze daarvoor niet kenden en ze zoekt naar samenwerking tussen jeugdhulp en het reguliere onderwijs”, aldus de jury.

Voortgezet Onderwijs

Voor het Voortgezet Onderwijs is Lucelle Deneer van het Christelijk College Groevenbeek te Ermelo als winnaar uit de bus gekomen. De reden: “Opgeven is geen optie en plezier in het leren staat voorop”, aldus de jury. “Lucelle is een schoolvoorbeeld van een zich een leven lang ontwikkelende leraar en vindt diversiteit een belangrijk thema in het onderwijs. Ze inspireert, enthousiasmeert en gaat dat talent ongetwijfeld volgend jaar inzetten als ambassadeur.”

MBO

De titel voor het Middelbaar Beroepsonderwijs gaat naar Dirk Megens van ROC Nijmegen. De jury prijst zijn enthousiasme en de manier waarop hij verbinding zoekt met studenten. Tegelijkertijd is hij in staat om boven de studenten te staan. “Megens steekt veel energie in het zogenaamde ‘hybride leren’, waarin onderwijs zeer betekenisvol wordt. Hij is bovendien een docent die de moderne kanalen gebruikt, ervaring heeft met verschillende media en de beroepsgroep sterk vertegenwoordigt”, aldus de jury..

Leraren van het Jaar 2019 bekendl Nationale Onderwijsgids, 28 januari 2019: www.nationaleonderwijsgids.nl

Docente Groevenbeek college Ermelo is ‘Leraar van het jaar 2018-2019′, Veluwe FM, 28 januari 2019: http://veluwefm.nl

Reuverse verkozen tot Leraar van het jaar 2019, De Limburger, 26 januari 2019: www.limburger.nl

Belgische verkozen tot leerkracht van het jaar in Nederland, De Morgen, 27 januari 2019: www.demorgen.be

Top 3 kandidaten voor verkiezing Leraar van het Jaar 2019 bekend, Blogs Beroepseer, 24 december 2018: https://beroepseer.nl

Winnaars verkiezing van het jaar 2019 - 2

Op foto v.l.n.r. Lucelle Deneer, Dirk Megens, Minister Arie Slob, Chantal Goedertier en Anouk Huijs (foto’s Leraren van het Jaar)

 

Naar een verruimd moreel mandaat in de dramademocratie. Essay over integriteit en overheid

De integriteit van bestuurders en ambtenaren staat in de belangstelling. Alleen al in december 2017 haalden meerdere incidenten de landelijke pers. Een kleine selectie daaruit laat meteen de enorme variëteit zien rondom dit thema: het Scheveningse appartement dat Alexander Pechtold kreeg van een bevriende relatie wat niet gemeld was, de benoeming van wethouder Palmen in Brunssum die met de eigen gemeente een conflict uitvecht over een stuk grond, de mogelijke beïnvloeding door ambtenaren van onafhankelijk onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum en een mogelijke schending van de regels door een VVD-kamerlid bij hetverhuren van panden in Amsterdam. Ook was er aandacht voor het vonnis tegen politicus Jos van Rey wegens omkoping, stembusfraude en witwassen, de misstanden op de Oranjekazerne in Schaarsbergen en de mogelijke
fraude rond de aanschaf van dienstauto’s voor het ministerie van Defensie.
En als uitsmijter mag wel het strafontslag van de oud-voorzitter van de Ondernemingsraad van de politie vanwege ‘zeer ernstig plichtsverzuim’ worden genoemd.

Prominent op de bestuurlijke agenda

Dit lijkt het topje van de ijsberg. Alhoewel lang niet alle misstanden aan het licht komen en nepnieuws de publieke opinie in toenemende mate beïnvloedt, is het niet verwonderlijk dat het thema integriteit prominent op de bestuurlijke agenda staat. De grote decentralisaties, de groeiende rol voor maatschappelijk initiatief en de flexibiliteit die dat vergt van het lokaal bestuur, maar ook de toenemende verwevenheid tussen onder- en bovenwereld, het zijn allemaal ontwikkelingen die nieuwe situaties creëren waarbij een beroep wordt gedaan op het morele beoordelingsvermogen van de betrokken politicus, bestuurder of ambtenaar ten aanzien van publieke waarden. Dit betekent niet dat er een tekort is aan moreleel beoordelingsvermogen, maar wel dat er – dankzij tal van nieuwe ontwikkelingen – meer en nieuwe integriteitsrisico’s op de loer liggen. De kans op uitglijders neemt toe.

Inquisitiedemocratie

Zeker ook in de context van lokale overheden is het niet verrassend dat integriteit als thema speelt. Immers daar worden aan de lopende band beslissingen genomen die mensen heel direct raken. Daar zijn de relaties tussen bestuurders en ondernemers, tussen ambtenaren en burgers heel direct en dus de risico’s op onoorbare handelingen navenant groot. Tegelijk zijn er andere ontwikkelingen die bijdragen aan de belangstelling voor integriteit. De media zijn wel genoemd de decorbouwers van de publieke zaak (Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, 2003). Oude en nieuwe media lijken steeds kritischer verslag te doen van het functioneren van bestuurders en ambtenaren in de inquisitiedemocratie.

Over al deze ontwikkelingen schreef Arwin van Buuren, hoogleraar Bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, het essay De schijnwerper op schemergebied. Naar een verruimd moreel mandaat in de dramademocratie in opdracht van de Gemeente Rotterdam.

Van Buuren laat in het essay zien dat er sprake is van een ingewikkeld dilemma: de samenleving vraagt van overheden om ondernemend te zijn, maatwerk te leveren, flexibel samen te werken en responsief te handelen. Tegelijkertijd worden kleine misstappen vaak sterk uitvergroot, gevolgd door een nieuwe serie regels om dit in de toekomst te voorkomen. Dit werkt verkramping in de hand.

Behoefte aan eenvoudige vuistregels

Integer handelen, kan alleen gedijen als publieke organisaties ‘lekker in hun vel zitten’. Maar ook als publieke professionals hun werk kunnen doen binnen een verruimd moreel mandaat, waar zij met elkaar over in gesprek zijn en ook transparant over zijn en op aangesproken kunnen worden. Dat ruimer moreel mandaat betekent ook dat er, in het oerwoud van regels waar ambtenaren hun werk in moeten doen, behoefte is aan eenvoudige vuistregels, bijvoorbeeld dat in geval van twijfel het belang van de burger of de samenleving prevaleert boven dat van de overheid.

Downloaden in PDF De schijnwerper op schemergebied – Naar een verruimd moreel mandaat in de dramademocratie, door Arwin van Buuren, Daphne van Helden, Erasmus Universiteit Rotterdam: www.eur.nl/sites/corporate/files/2019-01/30654_essay_publieke_integriteit_ONLINE.pdf

Integriteit van overheden | essay, Erasmus School of Social and Behavioural Sciences, 17 januari 2019: https://www.eur.nl/essb/nieuws/integriteit-van-overheden-essay

28 januari 2019: Europese Dag van de Privacy

Vandaag, 28 januari is het de Dag van de Privacy (Dataprotectiedag / Data Protection Day) De dag is in 2007 in het leven geroepen door de Raad van Europa met steun van de Europese Commissie. Gekozen is voor 28 januari, de dag waarop in 1981 het Dataprotectieverdrag werd ondertekend.

Doel van deze dag is om Europese burgers beter te informeren over hun rechten betreffende het gebruik van hun persoonsgegevens door overheden, bedrijven en andere organisaties. Ook worden bedrijven en organisaties op deze dag aangespoord de bescherming van persoonsgegevens te verbeteren.
Sinds 2009 wordt deze dag ook in de Verenigde Staten gehouden en is bekend onder de naam Data Privacy Day.

94% maakt zich zorgen

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) berichtte vandaag dat bescherming van de privacy een breed gedeelde zorg is. Maar liefst 94% maakt zich zorgen over de bescherming van zijn persoonsgegevens. Een op drie mensen maakt zich zelfs veel of zeer veel zorgen. Dat blijkt uit onderzoek dat AP liet doen in het kader van de Dag van de Privacy. Mensen maken zich vooral zorgen over misbruik van (een kopie van) hun identiteitsbewijs, organisaties die hun online zoekgedrag volgen en hen volgen via het wifi-signaal van hun mobiele telefoon. Voorzitter Aleid Wolfsen van de AP: “Terecht dat mensen zich bewust worden van het belang van de bescherming van hun privacy. In onze digitale samenleving delen we steeds meer en makkelijker onze persoonsgegevens. Gegevens die vaak zeer gevoelige informatie prijsgeven; bijvoorbeeld over je gezondheid, je financiën, je geloof of je koopgedrag. Je privacyrechten helpen je om zeggenschap te houden over je persoonsgegevens. Gebruik ze!”

Op de site van AP staan tips om controle te houden over de eigen persoonsgegevens.

We zijn graag bereid onze privacy op te geven

De zakelijke IT-nieuwssite Webwereld heeft een artikel gewijd aan de Privacydag. Webwereld vindt het een mooi moment om  stil te staan bij dat kleine beetje privacy dat we nog hebben en technologieën die onze privacy nog meer aan gort helpt.

De redactie schrijft dat de gemiddelde gebruiker nog steeds veel te weinig doet om de privacy daadwerkelijk te beschermen. Wachtwoorden worden nog steeds te vaak gerecycled, apps met verregaande machtigingsverzoeken worden zonder blikken of blozen geïnstalleerd en er wordt nog te veel onveilige hardware gekocht of goed geconfigureerd (als het standaardwachtwoord te vinden is in de handleiding van je hardware en je wijzigt deze niet, moet je jezelf toch echt goed achter de oren krabben).

Het helpt ook niet dat overheden, bedrijven en hardwareproducenten ook steeds verder gaan met het verzamelen van data. Het verzamelen is nog tot daaraan toe, het beveiligen (en/of) verkopen van de verzamelde informatie is een groot punt van zorg.
Technologie is van zichzelf niet slecht, maar hoe het gebruikt wordt soms wel. Onze privacy is daarbij vaak het slachtoffer van nieuwe mogelijkheden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat we ook graag bereid zijn onze privacy op te geven, als we het gevoel hebben daarvoor iets terug te krijgen.

Big Brother zijn we zelf

Infrastructuurbeveiligingsspecialist Steve Hunt zegt dat we privacy nog steeds niet hoog in het vaandel hebben staan. “Privacy heeft voor ons geen waarde als we zelf degenen zijn die de informatie delen. We zetten vol trots het hele hebben en houden van onze kinderen op Facebook, maar zijn boos als mensen informatie hebben die we niet bewust hebben gedeeld”.
Hunt denkt niet dat Big Brother de overheid is: “Big Brother zijn we zelf. Wij installeren zelf de camera’s en scantechnologieën om ons huis, de buurt en de school te beveiligen. We geven zelf toegang tot ons privéleven waarbij alles wordt opgeslagen”.

Het is dus tijd om kritisch te kijken naar wat we doen.

Lees het hele artikel op Webwereld waarin ook de technologieën worden genoemd die onze privacy de komende jaren nog verder aantasten, zoals mobiele naaktscanners en afluisterende straatlantaarns: 13 doodenge privacyvermorzelende technologieën, Webwereld, 28 januari 2019: https://webwereld.nl/security/81035-13-doodenge-privacyvermorzelende-technologieen (Website is opgeheven, met ingang van maart 2020).

Europese Dag van de Privacy, website Beleven: https://www.beleven.org/feest/dag_van_de_privacy

Nederland maakt zich zorgen over privacy, Autoriteit Persoonsgegevens, 28 januari 2019: www.autoriteitpersoonsgegevens.nl

Internationale privacywetgeving, Autoriteit Persoonsgegevens: www.autoriteitpersoonsgegevens.nl

Tournee De verleiders- #Niks te verbergen

Theatergezelschap De verleiders begint vanaf eind januari 2019 met een landelijke theatertournee die duurt tot en met 23 juni. De Verleiders richten hun pijlen op de handelaren in big data. De Facebooks, Apples, Googles en Übers van deze wereld. Want privacy bestaat niet meer. Zonder dat we er erg in hebben. Vooral ook zonder dat we het erg vinden. Want we hebben #niksteverbergen toch?

Producent: Bos Theaterproducties
Regie: Aat Ceelen
Met: Pierre Bokma, Victor Löw, George van Houts, Tom de Ket en Leopold Witt afwisselend met Peter Drost
Tekst: Tom de Ket, George van Houts

Zie voor trailer, meer info en speellijst: www.de-verleiders.nl

Affiche De verleiders Niks te verbergen

Debat Tweede Kamer Arbeidsmarktbeleid in de zorg

Vandaag debat in Tweede Kamer over Arbeidsmarktbeleid in de zorg

Op maandag 28 januari 2019 is er in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek/hoorzitting over het Arbeidsmarktbeleid in de Zorg, van 10.00 – 15.00 uur. Het debat is live te volgen op video.
Naar aanleiding van het debat merkte Lex Tabak op dat we zuinig moeten zijn op de professionals die werken in de zorg. Ook als ze kiezen voor zzp’erschap. Tabak is specialist ondernemerschap in de zorg en werkt met SoloPartners aan een goede positie voor de zzp’er in de zorg. SoloPartners is met ruim 8500 leden de brancheorganisatie voor zzp’ers in de zorg.
SoloPartners meldt op de site dat in 2018 13.000 zorgverleners hun dienstverband verwisselden voor ondernemerschap.

Records

SoloPartners schreef in oktober 2018 al dat de groei van het aantal zzp-ers in de zorg weer records zou gaan breken en dat is ook gebeurd.
De Arbeidsmarktagenda’s Regionale Aanpak Arbeidsmarkt Tekorten (RAAT), Stagefonds Zorg, Zorgpact en actieprogramma Werken in de Zorg missen iedere aansluiting met de zzp-er in de zorg.
SoloPartners: “Natuurlijk melden wij ons op het ministerie en zijn we in gesprek. Natuurlijk leggen we uit dat de onvrede van huidige zorgprofessionals serieus genomen zou moeten worden en dat de enorme uitstroom, de goed bedoelde pogingen tot instroom en zijstroom vermorzelt. De beweging van dienstverband naar zelfstandig ondernemerschap zou uitermate serieus genomen moeten worden en als onderwerp van gesprek worden geagendeerd. Maar de pogingen om aansluiting te vinden op het arbeidsmarktbeleid lopen op niets uit. Want uiteindelijk wordt er ook bij een rondetafelgesprek met iedereen die er iets van zou moeten weten, vooral geredeneerd vanuit bestaande (loondienst)structuren, belangen en organisaties. Daar doe je de duizenden zorgprofessionals die ook in 2018 weer het dienstverband verlieten mee tekort”.

In 2017 gingen 1000 zelfstandige professionals per maand van start. In 2018 was er een gemiddelde instroom van 1100 per maand. Ruim 13.000 nieuwe zzp-ers in de zorg zijn gestart in 2018. Het totaal aantal zzp-ers in de zorg dat onder de wet Wkkgz – Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg – valt, schommelt rond de 130.000 in totaal.

In augustus 2018 publiceerde SoloPartners een artikel met de redenen waarom zzp’er zijn in de zorg zo populair is geworden. De belangrijkste twee redenen zijn dat voor veel professionals de omstandigheden gunstig zijn om de stap naar zzp-er zijn te zetten en de omstandigheden in dienstverband die als beknellend worden ervaren.

Beleving staat centraal

Volgens SoloPartners zijn er zeer waardevolle lessen te leren uit de drijfveren en de ervaringen van zorgprofessionals die de stap naar ondernemerschap gemaakt hebben. Dat betreft vooral de beleving bij de werkgever.
Werkgevers, beleidsmakers en Kamerleden schijnen dat niet te beseffen, merkt SoloPartners op. Maar het is een feit dat zorgprofessionals niet meer willen werken onder de huidige voorwaarden. De uitstroom uit dienstverband zal alleen maar toenemen is de verwachting,
SoloPartners: “Eenmaal aangekomen bij zzp-erschap treft de zelfstandige professional vooral veel fiscale onzekerheid, mag hij geen contracten afsluiten met zorgverzekeraars en wordt hij verguisd als dure flexkracht die ziekenhuizen om laat vallen. Maar de zzp-er in de zorg houdt vol. Hoe lang nog? Als we deze tienduizenden professionals willen behouden voor de zorg, dan zal er iets moeten veranderen. Een win-win voor alle partijen ligt in het verschiet. Misschien iets voor het volgende rondetafelgesprek”.

Rondetafelgesprek/hoorzitting in Tweede Kamer

Het debat Arbeidsmarktbeleid in de Zorg vindt plaats op maandag 28 januari 2019, van 10.00 – 15.00 uur.
Het debat is live te volgen op video: https://www.tweedekamer.nl/debat_en_vergadering/commissievergaderingen/details?id=2018A04425

Klik hier voor het programma en de namenlijst.

13.000 zorgverleners verwisselden in 2018 dienstverband voor ondernemerschap, SoloPartners, 27 januari 2019: www.solopartners.nl/

De redenen waarom zzp’er zijn in de zorg zo populair is geworden, SoloPartners, 28 augustus 2018: www.solopartners.nl