Interview met een GGZ medewerkster:
Waar erger je je aan?
Ze hebben het over ketenzorg. Dan denk ik, jeetje, je hebt maanden wachtlijsten, wat wil je nou met ketenzorg? Je kan het helemaal niet waar maken.
Het AMK laat dingen liggen, want ze hebben geen tijd. Ze proberen het allemaal snel op te pakken, want er zit een hoog risicogehalte aan de gevallen waar ze mee te maken hebben. Ze hebben altijd te maken met crisissituaties.
Wat kun je dan?
Je laat een kind thuis zitten en je schakelt hulp in, wat vaak door wachtlijsten niet te realiseren is. Of je haalt een kind uit huis, meer is er niet. Er is verder niets extra’s, wat mij betreft. Als het moet kan ik zelf ook nog wel een kind uit huis plaatsen. Maar als de ouders niet mee willen werken, dan heb je een ander probleem. En er is heel vaak geen plek. Ik zeg heel vaak tegen cliënten dat ze niet in crisis moeten raken, want dan kunnen we niets voor ze doen.
Binnen de jeugdhulpverlening zijn er enorme wachtlijsten. Je hebt bijvoorbeeld het project “Families First”, dat je kan inschakelen als er een dreigende uithuisplaatsing is. Daar is weken geen plek.
Ik denk, als je een meldcode wilt hebben, wil je dingen doen, dan moet je de rest eerst op orde hebben. Dan moet je zorgen dat er geen wachtlijsten zijn. Dan moet je binnen een week intensievere vormen van hulp kunnen inschakelen.
Dat kan gewoon niet.
Je moet eerst 23 indicaties invullen. Je hebt hulp die thuis komt, pedagogische gezinsbegeleiding. Die schakelen we hier heel veel in. Die komen twee keer per week thuis. Ze zijn heel gestructureerd, heel praktisch, ze doen goed werk om thuis opvoedkundige problemen op te lossen. Dat is voor mensen vaak heel prettig. Hier praat je erover, daar zit iemand die zit erbij en die kijkt ernaar. Maar vaak duurt het een half jaar voordat dat soort hulp daadwerkelijk geboden wordt. Zo gaat het met heel veel zaken. Voor opnames is een half jaar niets.
Gezinsopname duurt een jaar. Ook binnen de psychiatrie. Dus als je goed je werk wil doen, dan moet je in ieder geval zorgen dat er geen wachtlijsten zijn. Dan moet je niet met een meldcode komen aanzeilen. Er is gebrek aan samenwerking tussen verschillende instituten.
Hebben jullie intensief contact met andere hulpverleners?
Als het nodig is hebben wij intensief contact. Het vervelende is alleen dat het niet betaald wordt. Overlegsituaties met andere instellingen waar geen cliënten bij zijn worden niet betaald. Daar krijg je geen tarief voor. Dus hoe meer overleg je hebt, hoe duurder het wordt. Je kan je dan ook niet met je ‘gewone’ cliënten bezighouden.
Tegenwoordig heet dat dat je je ‘productie’ moet maken. Dus je ziet geen cliënten, maar je bent wel druk bezig. Je moet eindeloos bellen met alles en iedereen en je productie blijft achter. Dat is echt de consequentie van samenwerken. Ze willen dat, maar het wordt niet gehonoreerd in financiële toekenningen. Wij schakelen veel ambulante hulp thuis in. Er wordt van mij verwacht dat ik bij een beginbespreking ben, bij een tussenevaluatie, en bij allerlei ander overleg. Ik ga vaak niet omdat het veel te veel tijd kost.
Ik vraag me dan af wat het oplevert, want het kost me productie. Maar voor de goede samenwerking zou je daar wel naar toe moeten gaan.
Of dat je bij een intake zit, dat krijg je wel vergoed, want daar zit de cliënt dan weer bij. Maar als je ergens heen moet, duurt dat anderhalf uur reistijd, dus vaak doe je dat niet. In die anderhalf uur reistijd kan je twee andere cliënten zien.
Dus die productie, de hele financiering helpt niet mee om je samenwerking op peil te houden. Hier in de grote stad, met al die grote Marokkaanse gezinnen, waar 3 hulpverleners in zitten, of een keurig middenklasse gezinnetje ergens in een rustig gebied, dat maakt heel veel verschil. De problematiek waar wij hier op deze jeugdafdeling mee te maken hebben, vind ik fors. Het is allemaal trauma, veel migratietrauma, veel transculturele problematiek. Wil je dan goed je werk doen, dan red je het echt niet om voldoende gesprekken per dag te voeren.
Niemand redt dat hier. We hebben een taakverdeling op de afdeling. Sommigen doen echt de behandelingen met de kinderen. Ik doe meer de contacten met de ouders of de gezinnen. Ik regel vaak dingen. Het is eigenlijk gewoon shitwerk. Je moet indicaties aandragen, het heeft erg te maken met die hele beheersing van de kosten. Ik kan niks aanvragen zonder dat ik 10 formulieren moet invullen.
Hoe ging dat vroeger dan?
Dan belde ik op. Ik zit al lang in het vak. Dan had je overleg, je stelde je verantwoordelijk voor als het echt niet zou gaan en dan kon je snel dingen regelen.
Dus dat was een informeler circuit, waarin de lijnen zeer kort waren en je was geen tijd kwijt met bureaucratische rompslomp?
Veel minder. Er was een soort achteraf verantwoording. Dan zeiden ze OK, stuur de rapportage maar op.
Ze deden wel een intakegesprek. Dan namen ze de definitieve beslissing. Maar je wist dat als ze eenmaal een intake deden, de kans groot was dat ze zo’n kind uit huis zouden plaatsen bijvoorbeeld. De mensen kenden je en ze wisten wat ze aan mij hadden. We hadden een samenwerkingsrelatie opgebouwd, ook met andere instellingen. Dat is niet meer. Dat is merkwaardig. Het is paradoxaal dat naarmate de overheid hamert op meer samenwerking, er door de bureaucratie minder samenwerking tot stand komt. Het is echt verschrikkelijk. Ik snap het niet eens.
Ik weet niet eens meer wat ik moet invullen. We hebben niet alleen met Bureau Jeugdzorg te maken. Als het AWBZ is hebben we te maken met de CIZ, dat is weer een ander indicatie-orgaan. Ik heb daar heel weinig mee van doen. Dan krijg ik een mailtje dat we nu te maken hebben met een indicatie met een 5 erin, en dat is heel gunstig. Ik weet daar allemaal niks van, dus daar moet ik me dan weer helemaal in verdiepen. En dan moet ik ook nog elke keer weer een herindicatie doen. Dan moet je alles weer een keer overnieuw doen.
Waarvoor is dat?
Zo’n indicatie heeft een geldigheidsduur van 9 maanden, of 11 maanden. Dan moet alles weer opnieuw, moet ik weer zo’n formulier invullen…
Ik doe het ook heel vaak niet.
Waar dient dan dan voor?
Dat iemand zijn handtekening eronder zet. Als ze geen herindicatie krijgen, krijgen ze niet betaald. Het heeft allemaal te maken met de beheersing van de kosten.
Het is echt bureaucratie. Het is echt heel erg. Wij schelden er echt over. Het Bureau Jeugdzorg heeft er ook last van. Er zitten mensen alleen maar indicaties te doen. Ik schrijf hem hier, ik doe het zo kort mogelijk, dat hebben we ook afgesproken. We hoeven maar 3 kopjes in te vullen van de 20 of zo. We doen de rapportage er bij. Dan moeten we doelen formuleren, smartdoelen, oh, je wordt er zo naar van. Smart betekent: specifiek, meetbaar, nou ja dan moet je zeggen, tussen nu en het einde van de behandeling moet Jantje luisteren naar moeder als hij een opdracht krijgt van haar. Een keer per dag. Dus ik vul dat in, maar dan gaan ze me mailen, want dan is het weer niet goed, dan moet het aangevuld worden, ein-de-loos! Niemand wil dat hier. Het is heel vervelend.
(Uit een interview met een GGZ medewerkster)
Namen zijn bij de organisatie van congres Beleidsgetraumatiseerden bekend. De site beleidsgetraumatiseerden.nl is inmiddels opgeheven.