Skip to main content

Redactie Beroepseer

Van alle beroepen lijden verhoudingsgewijs docenten het meeste onder de hoge werkdruk

Bijna 520 duizend werknemers (6,7 procent) van 15 tot 75 jaar noemden in 2021 werkdruk als belangrijkste reden voor hun laatste verzuim op het werk. Deze werknemers waren twee keer zo lang afwezig van het werk vergeleken met alle werknemers die hadden verzuimd. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van cijfers uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van het CBS en TNO.

Werknemers die aangaven dat de reden voor hun meest recente verzuim werkgerelateerd was, met werkdruk als belangrijkste reden, waren gemiddeld 38 werkdagen niet inzetbaar. De gemiddelde afwezigheid van een werknemer bij verzuim is 17 werkdagen. Van alle werknemers die verzuimden vanwege werkdruk, was 33 procent langdurig (20 werkdagen of meer) afwezig. Dat is ruim twee keer zo hoog als gemiddeld bij werknemers die verzuimden.

Verzuim door werkdruk hoogst bij docenten

10,9 procent van de werknemers met een pedagogisch beroep noemde in 2021 werkdruk als belangrijkste reden voor het laatste verzuim. Docenten in het wetenschappelijk onderwijs, het hoger onderwijs en op middelbare scholen gaven dit het vaakst aan. Verzuim door werkdruk werd ook relatief vaak genoemd door werknemers met een ICT-beroep, een creatief- en taalkundig beroep, of een zorg- en welzijnsberoep. Bij werknemers in agrarische beroepen, in beroepen in transport en logistiek, en in dienstverlenende beroepen, kwam verzuim door werkdruk veel minder vaak voor.

Voorbeeld

Het artikel Stress op de werkvloer leidt vooral tot mentale problemen in Het Financieele Dagblad door Elfanie toe Laer begint met een voorbeeld van werkstress in het onderwijs:

Ze durft niet met haar echte naam in de krant. Merel (45) werkt al ruim twintig jaar in het speciaal onderwijs. Ze geeft les aan basisschoolkinderen met gedragsproblemen en de omstandigheden waaronder zij dat doet verslechteren. Ze mag van haar werkgever niet in het openbaar klagen over de werkdruk. Dan maar anoniem, als Merel.

Er wordt veel met onbevoegden gewerkt, er zijn minder klassenassistenten en als iemand ziek is, wordt de assistent die er nog wel is voor de klas gezet. Ook de indeling van de werkdag noemt Merel ‘steeds pittiger’: ‘Je werkt van acht tot vijf. Je eet tussendoor met de kinderen, tijd om even op adem te komen is er niet. Dat was voorheen anders.’

De gevolgen van de oplopende werkdruk zijn niet te missen. Het verzuim is hoog en ondanks hun enthousiasme voor het vak, zijn al veel collega’s van Merel vertrokken.

Week van de werkstress 2022

De Week van de werkstress wordt gehouden van 14 tot en met 18 november 2022. De Week is voor de negende keer georganiseerd door OVAL, de brancheorganisatie voor duurzame inzetbaarheid. De leden van OVAL zijn grote en kleine bedrijven, breed georiënteerd of specialistisch en gericht op mens en organisatie. Ze werken voor werkgevers, verzekeraars, werknemers, UWV, gemeenten en individuele werkzoekenden.

De Week van de werkstress vormt de aftrap van een platform voor co-creatie en participatie op het gebied van werkstress en mentale kracht. De focus ligt dit jaar op werkstress bij werkende jongeren, werkplezier en een juiste werk-privébalans. Honderden bedrijven doen mee, inspireren elkaar en organiseren een breed scala aan activiteiten, zoals gratis online trainingen, webinars en de live training ‘Leidinggeven aan een hybride team’.
De officiële opening van de week werd verricht door Hanneke van den Bout, directeur Gezond en Veilig werken bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) op de Avans Hogeschool te Breda op maandagochtend 14 november 2022.

Op dinsdag 15 november is er een Gratis webinar Young Professionals en werkstress, van 10.00 – 19.45 u. Voor wie wil kennismaken met vaardigheden die van belang zijn om werkstress te voorkomen. Zie: https://www.wvdws.nl/events/gratis-webinar-young-professionals-en-werkstress

Week van de werkstress: https://www.wvdws.nl/

OVAL: https://www.oval.nl/

Werknemers relatief lang afwezig bij verzuim door werkdruk, CBS, 14 november 2022: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/46/werknemers-relatief-lang-afwezig-bij-verzuim-door-werkdruk

Stress op de werkvloer leidt vooral tot mentale problemen, door Elfanie toe Laer, Het Financieele Dagblad, 14 november 2022: https://fd.nl/economie/1457228/stress-op-de-werkvloer-leidt-vooral-tot-mentale-problemen-tnk2caSsNrcf

Onderwijs kampioen werkdruk, door Joëlle Poortvliet, AOb, 14 november 2022: www.aob.nl/nieuws/onderwijs-kampioen-werkdruk/

 

Afbeelding bovenaan: Tabel uit Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van CBS en TNO: Werkdruk als belangrijkste reden voor verzuim, beroepsklasse, 2021

Nivel Jaarverslag 2021 in beeld: Missiegedreven onderzoek brede gezondheidszorg

Het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (Nivel) heeft ook in 2021 onderzoek gedaan naar de vragen die spelen in de volle omvang van de gezondheidszorg. Daarmee geeft Nivel uitvoering aan zijn missie: het bieden van ‘kennis voor betere zorg’. Daarnaast is in 2021 de nieuwe Nivel Onderzoeksagenda 2022-2024 opgesteld. Deze agenda is in dialoog met het veld tot stand gekomen en focust op vier grote, maatschappelijke uitdagingen in de samenleving:

  • Gezond zijn en gezond blijven
  • Naar een inclusieve samenleving
  • De zorgprofessional van de toekomst
  • Duurzame gezondheidszorg

Bij elke uitdaging geeft Nivel aan wat voor bijdrage het onderzoek levert en wat voor oplossingen er worden gevonden

Missiegedreven onderzoek

Ook de komende jaren doet Nivel onderzoek naar de vragen die spelen in de gezondheidszorg. In essentie draait al het onderzoek om de vraag hoe de zorg voor de patiënt verbeterd kan worden, of het nu gaat om zorg bij de huisarts, zorg rond het levenseinde, zorgaanbod in de krimpgebieden of patiëntveiligheid in de ziekenhuizen. Met het onderzoek voert Nivel zijn missie uit: ‘Kennis voor betere zorg’ en de vier bijbehorende kernwaarden:

  • Maatschappelijk relevant
  • Wetenschappelijk betrouwbaar
  • Verbindend
  • Onafhankelijk maar betrokken

Nivel is gericht op brede verspreiding van de onderzoeksresultaten. Deze zijn openbaar toegankelijk.

Nivel Jaarverslag 2021 in beeld, 2022: www.nivel.nl

Nivel Jaarverslag 2021 – missiegedreven onderzoek brede gezondheidszorg, Nivel, 7 november 2022: www.nivel.nl

Nivel Onderzoeksagenda 2022 – 2024, Blogs Beroepseer, 3 februari 2022: https://beroepseer.nl/blogs/nivel-onderzoeksagenda-2022-2024/

Over Nivel: kennis bieden voor betere zorg: www.nivel.nl/nl/over-het-nivel/over-ons-instituut

Verschenen: Jaarrapport 2022 Landelijke Jeugdmonitor. Hoe gaat het met de jeugd in Nederland?

Het Jaarrapport 2022 van de Landelijke Jeugdmonitor beschrijft aan de hand van thema’s als jeugdzorg, opgroeien in ongelijke omstandigheden, onderwijs, werk, middelengebruik, criminaliteit en welzijn hoe het in 2021 ging met de jeugd in Nederland. Uit de vorige editie van het Jaarrapport bleek dat er in het eerste coronajaar 2020 veranderingen waren in de leefsituatie van jongeren. De vraag die in deze editie centraal staat is in hoeverre deze ontwikkelingen in 2021 hebben doorgezet.

Het Jaarrapport is samengesteld door het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) in samenwerking met het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Uit de Inleiding door Ruud van Herk van VWS:

“In het Jaarrapport Jeugdmonitor 2022 wordt allereerst gekeken naar de demografische ontwikkeling bij jeugdigen, daarna komen ontwikkelingen in het jeugdzorggebruik aan bod. Het beeld van het jeugdzorggebruik wordt vervolgens verrijkt met informatie over de leefsituatie van de jeugd aan de hand van een aantal maatschappelijke indicatoren. Deze maatschappelijke indicatoren komen aan bod in de hoofdstukken over het opgroeien in ongelijke omstandigheden, school, werk, criminaliteit en middelengebruik. De stand van zaken op deze onderwerpen heeft mogelijk impact op het welzijn van jongeren, en daarin worden lezers meegenomen in hoofdstuk 10. Doordat cijfers over het jeugdzorggebruik en de maatschappelijke indicatoren ook op gemeenteniveau beschikbaar zijn, is het mogelijk om de leefsituatie van de jeugd per gemeente af te zetten tegen het jeugdzorggebruik in de gemeente. De leefsituatie van jongeren op de BES-eilanden wordt afzonderlijk beschreven in hoofdstuk 9.

Het themaonderzoek gaat dit jaar over de arbeidsmarkt van de jeugdzorg (hoofdstuk 11). Schaarste aan personeel is immers, net als in andere sectoren, de dagelijkse realiteit. Het vraagstuk is niet eenvoudig omdat verschillende factoren doorwerken op elkaar en uiteindelijk effect hebben op thema’s als o.a. werkdruk, tevredenheid en in- en uitstroom van personeel. De uitdaging voor alle partijen die hier een rol in hebben is om hier met nog meer creativiteit naar te kijken”.

Jongvolwassenen voor het eerst lager persoonlijk welzijn dan 25-plussers

In 2021 daalde bij jongvolwassenen het aandeel met een hoog persoonlijk welzijn. Hierdoor hadden zij voor het eerst sinds de start van de meting minder vaak een hoog welzijn dan 25-plussers. Het persoonlijk welzijn van jongeren nam het meest af op het gebied van vertrouwen in instituties, het sociale leven en gezondheid.

Het percentage jongeren van 18 tot 25 jaar met een 7 of hoger voor persoonlijk welzijn is afgenomen van 70 in 2020 naar 63 in 2021. Hiermee hadden jongeren voor het eerst sinds het begin van de meting in 2013 minder vaak een hoog welzijn dan 25-plussers (67 procent). Deze afname is vooral te zien bij jonge vrouwen. Bij hen daalde het percentage met een hoog persoonlijk welzijn van 66 naar 53. Onder jongvolwassen mannen bleef het percentage met een hoog persoonlijk welzijn met 73 vrijwel gelijk. Niet alleen het persoonlijk welzijn nam in 2021 af, maar ook het percentage jongvolwassenen dat aangaf zich gelukkig te voelen en tevreden is met het leven.

Grootste afname hoog persoonlijk welzijn lag op gebied van vertrouwen

De grootste afname van het aandeel jongvolwassenen met een hoog persoonlijk welzijn had te maken met vertrouwen in instituties zoals de Tweede Kamer, rechters en de politie. Terwijl dit tussen 2019 en 2020 nog toenam van 53 naar 64 procent, was dit in 2021 met 52 procent weer op het niveau van 2019. Ook hadden jongvolwassenen minder vaak een hoog persoonlijk welzijn op het gebied van sociaal leven en gezondheid. Binnen de dimensie gezondheid daalde het percentage tevredenen met de psychische gezondheid, van 74 naar 68. Ook op het gebied van opleiding en arbeid en de financiële toekomst was er een daling in het aandeel met een hoog persoonlijk welzijn tussen 2021 en 2020.

Jaarrapport 2022 Landelijke Jeugdmonitor, CBS, 9 november 2022: www.cbs.nl/nl-nl/publicatie/2022/45/jaarrapport-2022-landelijke-jeugdmonitor

Inleiding tot Jaarrapport 2022 Landelijke Jeugdmonitor, Ruud van Herk, CBS, 9 november 2022: https://longreads.cbs.nl/jeugdmonitor-2022/

Downloaden PDF Jaarrapport 2022 Landelijke Jeugdmonitor, CBS, 9 november 2022: https://beroepseer.nl

Jongvolwassenen voor het eerst lager persoonlijk welzijn dan 25-plussers, CBS, 9 november 2022: www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/45/jongvolwassenen-voor-het-eerst-lager-persoonlijk-welzijn-dan-25-plussers

Expo ‘Lastpakken voor de klas’ wordt heropend door Paula van Manen in Theo Thijssen Museum

De tentoonstelling Lastpakken voor de klas wordt vrijdag 11 november 2022 opnieuw geopend in het Theo Thijssen Museum in Amsterdam. Deze gaat over kritische leerkrachten die in aanvaring kwamen met hun ‘bovengestelden’. Aanleiding tot de heropening is Paula van Manen. Zij krijgt een ereplaatsje in de expositie.

MBO-docent Paula van Manen schreef een boek over de praktijk op haar Nijmeegse werkplek waar overhaast ‘gepersonaliseerd onderwijs’ werd ingevoerd. Titel: Wanneer krijgen we weer les?  Na publicatie in 2019 werd zij prompt ontslagen. Alle druk trotserend, bestreed zij haar ontslag tot aan de Hoge Raad. Met succes, zo bleek op 7 oktober 2022.
“Paula van Manen is een dappere krijger”, schreef columnist Aleid Truijens in de Volkskrant.
Het aan haar gewijde nieuwe expositie-onderdeel wordt door Paula van Manen zelf onthuld. Daaraan voorafgaand laten leraar en publicist Ton van Haperen en advocaat Wouter Pors kort hun licht op de zaak schijnen.

Professionele autonomie

Een goede leerkracht slikt niet alles voor zoete koek. Theo Thijssen (1879 – 1943), schrijver, onderwijzer en politicus, ontmaskerde graag ‘pedagogische kwakzalverij’ en vocht voor zijn professionele autonomie. Maar hij kwam ermee weg: ontslagen of veroordeeld werd hij nooit.
Andere onderwijzers hadden pech: zij kwamen hard in botsing met Het Gezag. Omdat ze wilden meebeslissen. Omdat ze het schoolhoofd niet eerbiedig genoeg groetten. Omdat ze als getrouwde vrouw tóch wilden blijven lesgeven. Omdat ze ongehuwd samenwoonden. Omdat ze ‘staatsgevaarlijk’ werden geacht. Omdat ze zich iets te duidelijk uitspraken voor ontwapening. Of omdat hun onderwijsideeën wat ál te buitenissig gevonden werden.

De tentoonstelling – te zien vanaf medio mei 2022 – presenteert een aantal dwarsliggende onderwijzers uit de eerste helft van de 20ste eeuw, die opkwamen voor het onderwijs, hun positie, hun rechten, sociale gelijkheid en nog een groot aantal andere eerbare maatschappelijke thema’s.
Jelmer Evers opende de tentoonstelling met een boeiende speech. Hij is ex-leraar geschiedenis en sinds maart 2019 lid van het Dagelijks Bestuur van de Algemene Onderwijsbond (AOb), de voortzetting van de Bond van Nederlandsche Onderwijzers, waarvan Theo Thijssen bestuurder was.

Het Theo Thijssen Museum wordt beheerd door de Stichting Theo Thijssen en is gevestigd op de begane grond van Thijssens geboortehuis aan de Eerste Leliedwarsstraat 16 in Amsterdam.

De tentoonstelling word heropend op vrijdag 11 november 2022, om 16.00 uur.

Theo Thijssen Museum, Eerste Leliedwarsstraat 16, Amsterdam
www.theothijssenmuseum.nl

Klik hier voor downloaden van de nieuwsbrief De digitale bode (juni 2022) van het Theo Thijssen Museum met info over de tentoonstelling Lastpakken voor de klas en speech van Jelmer Evers: https://beroepseer.nl

Webinar over arrest Hoge Raad inzake Paula van Manen en de vrijheid van meningsuiting van docenten, Beroepseer, 17 oktober 2022: https://beroepseer.nl

 

De tekening bovenaan van de voorgevel van het Theo Thijssen Museum is gemaakt door Maria Wiersma

Het gaat niet goed met de medezeggenschap in het hoger onderwijs

De medezeggenschap in het hoger onderwijs zit in een spiraal naar beneden, zegt Rien Wijnhoven, voorzitter van de Tilburgse universiteitsraad én van LOVUM, de vereniging van universiteitsraden. De politiek laat de medezeggenschap aan haar lot over.
Woensdag 9 november 2022 opent hij een congres in Utrecht over de toekomst van de medezeggenschap in het hoger onderwijs.
In samenwerking met Werner Essen schreef hij het artikel Het gaat helemaal niet goed met de medezeggenschap in het hoger onderwijs. Essen is voorzitter van de Vereniging van Medezeggenschapsraden van Hogescholen – VMH:

Slechts 5,4% bedroeg de opkomst bij de laatste verkiezingen voor studentleden van de medezeggenschap aan de Erasmus Universiteit. Bij hogeschool Fontys stemde bij de laatste verkiezingen maar een kwart van de medewerkers en van de studenten slechts 2%. Eerder dit jaar lieten twee studentenpartijen aan de Universiteit Utrecht weten niet aan de verkiezingen deel te zullen nemen wegens onvoldoende kandidaten. En ASAP – al meer dan 10 jaar een stabiele en aanwezig factor in de studentenraad van de Radboud Universiteit – maakte twee weken geleden bekend zichzelf op te heffen, omdat het niet meer lukt genoeg studenten te vinden die actief willen worden.

De opkomst van studenten in het WO en het HBO is op steeds meer plekken dramatisch laag en gemiddeld weet minder dan een op de drie personeelsleden het (digitale) stemloket nog te vinden. Dit in het geval er überhaupt verkiezingen zijn, wat lang niet meer altijd en overal zo is. Soms is het aantal kandidaten net of niet genoeg is om het aantal beschikbare zetels te vullen.

Informatie en invloed

Ondertussen blijft onze minister van onderwijs en wetenschappen hardnekkig volhouden dat het goed gaat met de medezeggenschap in het hoger onderwijs. Dit mede op basis van een rapport ‘Goed bestuur en medezeggenschap’ van onderzoeksbureau Berenschot en van de medezeggenschapsmonitor 2022. Wij als medezeggenschap zijn hierover verbaasd. Het gaat dus helemaal niet zo goed. Behalve dat beide rapporten die conclusie niet rechtvaardigen, horen en zien wij dagelijks signalen van het tegenovergestelde. Opkomstcijfers bij medezeggenschapsverkiezingen voor studenten lopen al jaren terug en, enkele uitzonderingen daargelaten, ook de opkomstcijfers en kandidaatstellingen bij het personeel geven weinig reden tot optimisme.

Uit het Berenschot rapport blijkt bovendien dat slechts 58% van het personeel en 65% van de studenten enigszins tevreden is over de informatievoorziening aan de medezeggenschap. Aangezien juiste en tijdige informatie als zuurstof is voor een gezond democratisch debat, zou dit in de buurt van de 100% moeten liggen. En volgens de medezeggenschapsmonitor 2022 denkt maar een derde van de geënquêteerden als actief medezeggenschapper enige invloed te hebben. Waarom je al die inspanning getroosten als het zo weinig oplevert?

Lees het hele artikel Het gaat helemaal niet goed met de medezeggenschap in het hoger onderwijs, door Rien Wijnhoven en Werner Eussen, Lovum, 4 november 2022: www.lovum.net/nieuws/het-gaat-helemaal-niet-goed-met-de-medezeggenschap-in-het-hoger-onderwijs/

Congres ‘De toekomst van de medezeggenschap’: www.lovum.net/nieuws/nieuwsbrief-1-congres-de-toekomst-van-de-medezeggenschap/

VMH – Vereniging van Medezeggenschapsraden van Hogescholen: https://vmh-hbo.nl/

Rien Wijnhoven over medezeggenschap: ‘We zitten in een spiraal naar beneden’, Hoger Onderwijs Persbureau, Univers, 4 november 2022: https://universonline.nl

Bart de Coo legt uit hoe het niét moet in het onderwijs, maar ook hoe het wél moet in ‘Gepersonaliseerd onderuit’

Een ervaring van Bart de Coo tijdens het bijwonen van een studiemiddag zette hem aan tot het schrijven van zijn blog: Gepersonaliseerd onderuit. De Coo is imker, bijenteeltleraar en neerlandicus. Hij schrijft:

“Onlangs ben ik voor het eerst van mijn leven weggelopen bij een studiemiddag. Voor de zoveelste keer in mijn onderwijsloopbaan werd ik door een of andere onderwijsadviseur met zulke alle levenslust opzuigende onzin geconfronteerd, dat ik bij de eerste koffiepauze ertussenuit kneep. De groeten, ik kan mijn tijd beter besteden. Ik had dat eigenlijk al vele, vele studiemiddagen geleden voor het eerst moeten doen; het had zelfs al lang een gewoonte moeten zijn. Maar ja, volgzaamheid, groepsdruk, geen herrie willen maken, collegialiteit, geen reputatie alsjeblieft, de lieve vrede bewaren, enfin, u kent de mechanismen. De adviesbureaus en de ingehuurde sprekers profiteren er dankbaar van.

De vraag die tijdens de middag centraal stond was de vraag hoe we de onderwijsresultaten omhoog krijgen. De middag werd druk bezocht door vertegenwoordigers van een keur aan scholen uit de omgeving – nauwelijks leraren, vooral middenmanagement -, dus dat u niet denkt dat alleen mijn school met die uitdaging kampt. Het antwoord van de cursusleidster, een voormalige gymdocente van wie de academische achtergrond me even ontging, kwam neer op de overbekende progressieve onderwijsideologie, die overduidelijk niet de oplossing is voor de ellende, maar de oorzaak.

Over deze ideologie, die het onderwijs in de meeste westerse landen stevig in zijn greep heeft en in die landen onherroepelijk leidt tot omlaag gierende scores, verscheen recentelijk, in de aanloop naar de kabinetsformatie, het ‘zwartboek’ Progressief achteruit, Zwartboek over de last van slechte ideeën voor het funderende onderwijs van de hand van de hoogleraren Paul Kirschner en Jaap Scheerens. De beide hoogleraren leunen met hun zwartboek zwaar op het even briljante als vernietigende boek Progressively worse, The burden of bad ideas in British schools (2014) van Robert Peal.

Peal identificeert vier ‘pijlers’ waarop de progressieve onderwijsideologie rust. Ze worden vanzelf overgenomen door Kirschner en Scheerens. Ik zal ze alle vier noemen en kort toelichten. Daarna zal ik laten zien in welke richting ons onderwijs zich zal moeten bewegen, willen wij de resultaten in opwaartse richting krijgen. Na een hele hoop gesomber, zal ik optimistisch eindigen, met een blijmoedige glimlach op het gelaat, waarmee ik de toekomst vol verwachting tegemoet treed”.

De Coo over de derde pijler, Discipline en morele opvoeding zijn onderdrukkend:

“Is het disciplineren van kinderen onethisch? Lerarenopleidingen besteden nauwelijks of geen aandacht aan orde houden. Ze leren je hoogstens dat je les niet ‘uitdagend’ genoeg was als leerlingen de boel op stelten zetten. Zou het? Of beginnen mensen eigenlijk altíjd een beetje te muiten, als je ze geen leiding geeft, als ze niet snappen wat de procedures zijn? Of nog erger, als ze jong zijn en graag willen weten wat wel en niet geoorloofd is, zelfs als ze daarvan al de nodige vermoedens hebben?
Hét voorlopige standaardwerk over orde houden werd onlangs gepubliceerd door Tom Bennett, die er uit handen van de Britse kroonprins een hoge onderscheiding voor ontving: Running the room, The teacher’s guide to behaviour (2021). Dit jaar nog (2022) verscheen de Nederlandse vertaling van de hand van Gert Verbrugghen: Regie in de klas. Ik neem de aanprijzing door de uitgever van de Nederlandse editie letterlijk over:

In dit boek leer je hoe je een klas met overwicht en respect kunt managen. Goed gedrag is het begin van goed leren. Alle leerlingen verdienen klaslokalen waar het rustig en veilig is, en iedereen waardig met elkaar omgaat. Het is een van de belangrijkste taken van de leraar om zo’n ruimte te creëren. Maar dit gaat niet vanzelf. Het is niet voldoende om te zeggen dat leerlingen zich moeten gedragen; goed gedrag zal weloverwogen en met veel inspanning moeten worden aangeleerd.”

Lees verder op de site van Bart de Coo over hoe goed onderwijs eruit ziet: Gepersonaliseerd onderuit, 7 november 2022: https://bartdecoo.nl/gepersonaliseerd-onderuit/

‘Progressief achteruit’. Zwartboek over de last van slechte ideeën voor het funderende onderwijs, Blogs Beroepseer, 21 september 2021: https://beroepseer.nl

Progressively Worse – The burden of bad ideas in British schools, Robert Peal, CIVITAS – Institute for the study of Civil society, London, 2014: www.civitas.org.uk/pdf/ProgressivelyWorsePeal.pdf

Why Minimal Guidance During Instruction Does Not Work: An Analysis of the Failure of Constructivist, Discovery, Problem-Based, Experiential, and Inquiry-Based Teaching, Paul Kirschner, John Sweller en Richard Edward Clark, Educational Psychologist, June 2006: www.researchgate.net

Regie in de klas, door Tom Bennett, uitgeverij Phronese, 2022: https://www.uitgeverijphronese.nl/?p=1069

Hervormingsplannen Landelijke Eenheid politie vallen niet in goede aarde bij politiemedewerkers

Er zijn plannen de Landelijke Eenheid van de politie om te vormen tot twee eenheden. Eén gericht op landelijke operaties en expertise en één op landelijke opsporing. Daarnaast worden er maatregelen genomen om werkcultuur en leiderschap binnen de organisatie structureel te veranderen.
De plannen zijn een antwoord van minister Minister Yesilgöz op het eindadvies van de Adviescommissie voor de Landelijke Eenheid (LE) onder leiding van Bernt Schneiders. Volgens de commissie heeft een groot deel van de problemen bij de politie te maken met de organisatiestructuur. Er zou sprake zijn van een onveilige werkcultuur. Drie werknemers die bij een speciale undercoverafdeling betrokken waren zijn uit het leven gestapt na conflicten op de werkvloer. Bij een aantal afdelingen zou er een pestcultuur en een verziekte sfeer heersen. Vaak werd gewezen naar leidinggevenden.
Minister Yesilgöz heeft na de publicatie van het rapport van de commissie de korpsleiding opdracht gegeven een renovatieplan voor de LE te schrijven waarin de aanbevelingen van de commissie zouden worden opgevolgd.

Forse kritiek

De hervormingsplannen blijken op forse kritiek te stuiten van politiemedewerkers. Een rapport van korpschef Henk van Essen, in oktober 2022 gestuurd naar minister Yesilgöz, voldoet volgens hen niet aan de adviezen van de commissie-Schneiders.
Het radioprograma Argos besteedde een hele uitzending aan de onrust bij de politie op zaterdag 5 november 2022 waarin onder meer werd verteld dat politiebonden bijvoorbeeld niet zijn geconsulteerd over de laatste versie van het transitierapport. Ze voelen zich, kortom, onvoldoende betrokken bij de hervormingsplannen.

Een van hen noemt de transitie een puinhoop: “De korpsleiding is vooral bezig om vriendjes op de juiste posities neer te zetten. Over cultuurverandering heeft niemand het. Het old boys network zorgt nog steeds goed voor zichzelf”.
“Het nieuwste plan van de korpsleiding ziet er beter uit dan de eerste versie. Maar het grote punt blijft dat de lui die er een puinhoop van hebben gemaakt, nu opnieuw op hun posities blijven”.

Nog een politiebron: “In het nieuwe stuk staan nog steeds allerlei punten waar niets van klopt. En waarvan politiemensen zullen zeggen: daar moeten de bonden en de minister niet mee akkoord gaan”.

Meer bezwaren

“Er wordt wel gesproken over nieuwe leiderschapsprofielen, maar hoe die tot stand komen en wie daarop gaat selecteren, dat is nog maar de vraag. En je ziet in de praktijk dat die nieuwe leidinggevenden al gewoon worden aangewezen”.

Als voorbeeld wijzen de politiemedewerkers naar de plaatsvervangend chef van de Landelijke Eenheid, Rob van Bree, die straks waarschijnlijk wordt benoemd tot hoofd van één van de twee diensten waarin de LE wordt opgesplitst. “Hij is eigenlijk gewoon een beschermeling van plaatsvervangend korpschef, Liesbeth Huyzer”, zegt een van de medewerkers.“Daarmee wil ik niet zeggen dat hij ongeschikt is voor die functie. Misschien is hij wel de meest geschikte persoon. Maar als je het vertrouwen wilt terugwinnen van je medewerkers, dan moet je die benoeming wel doen op de manier zoals de commissie-Schneiders het heeft aangegeven. Je moet gewoon netjes het proces volgen. Dat gebeurt nu nog steeds niet”.

De kritiek brengt de korpsleiding in een lastig parket. De politietop ligt al enige tijd onder het vergrootglas van minister en Tweede Kamer, vanwege aanhoudende berichten over ernstige misstanden bij de LE.

Hoe nu verder?

Volgens Argos willen de korpsleiding en het ministerie van Justitie niet inhoudelijk reageren op de kritiek. “Het transitieplan voor de Landelijke Eenheid is af en ligt nu voor advies bij de commissie-Schneiders”, schrijven zij in een gezamenlijke verklaring. “Vervolgens zal het transitieplan zo spoedig mogelijk naar de Tweede Kamer worden gestuurd en kunnen we er ook inhoudelijk op ingaan”.

Luister naar de hele uitzending van Argos: Donkere wolken boven korpsleiding politie, VPRO, 5 november 2022: www.vpro.nl

Rapport Ruimte voor slagvaardig politiewerk, Rijksoverheid, 30 juni 2022: www.rijksoverheid.nl

Landelijke Eenheid van de politie wordt hervormd, Rijksoverheid, 30 juni 2022: www.rijksoverheid.nl

Deel politietop moet weg. Landelijke Eenheid wordt opgesplitst, Algemeen Dagblad 30 uni 2022: www.ad.nl

U P D A T E

Bonden kritisch over transitieplan Landelijke Eenheid
De politiebonden hebben grote moeite met het transitieplan van de korpsleiding van de Nationale Politie voor het opsplitsen van de Landelijke Eenheid. Op maandag 7 2022 november hebben ze minister Yesilgöz van J&V schriftelijk opgeroepen dit plan niet te accepteren. Het is onzorgvuldig tot stand gekomen en doet onvoldoende recht aan de aanbevelingen van de commissie-Schneiders voor deze zeer noodzakelijke reorganisatie.

Lees hier de gezamenlijke brief van de politiebonden: https://politiebond.nl/actueel/nieuws-and-blog/bonden-kritisch-over-transitieplan-landelijke-eenheid/

Bonden kritisch over transitieplan Landelijke Eenheid, Nederlandse Politiebond, 8 november 2022: https://politiebond.nl/actueel/nieuws-and-blog/bonden-kritisch-over-transitieplan-landelijke-eenheid/

Hoe de filosofie van het geven beroepszeer kan verminderen

In de tweede aflevering van De Tussenruimte-serie Mens-zijn in een ontzielde systeemwereld vertelde Thijs Jansen aan Bas Mesters hoe een filosofie van het geven organisaties nieuw leven zou kunnen inblazen. Thijs Jansen is directeur en mede-oprichter van Stichting Beroepseer. Bas Mesters is journalist en programmamaker van De Tussenruimte, sociaal lab en podium voor onafhankelijk debat en dialoog in Den Haag.
Stichting Beroepseer komt op voor het belang van professionaliteit en publiceert regelmatig essays en bundels voor sectoren als onderwijs, gezondheidszorg, jeugdzorg, accountants, politie, wethouders, gemeentesecretarissen en ambtenaren. In oktober 2022 verscheen Het recht op ambtelijk vakmanschap. De Stichting is opgericht in 2006 naar aanleiding van de conferentie Van Beroepszeer naar Beroepseer. Hoe staan we er anno 2022 voor?

Jansen onderzoekt al jaren waarom er zoveel beroepszeer op de werkvloer is. En waarom professionals bijdragen aan beleid dat ze als individuele burger zouden afkeuren.
Mensen willen het goede, maar ze zien steeds minder hoe dat nog te bereiken. Hoe doe je het goede als je werkt voor een instantie die op tal van complexe dossiers vastloopt? Hoe kun je waarheid spreken in een organisatie die onder vuur ligt? Hoe voorkom je beroepszeer en bouw je aan beroepseer?

Je kunt ook je stem verheffen

Jansen: “Het beroepszeer is groter dan ooit. De ontzieling, het verlies aan passie, aan veiligheid voor en vertrouwen in professionals is erger dan ik het ooit zag in vijftien jaar. Dat heeft te maken met de samenleving die in toenemende mate bang is voor de toekomst en op zoek naar controle. Ook in de politiek speelt dit. De verdeeldheid en angst groeien. Het onderling vertrouwen neemt af. Terwijl er juist een enorme behoefte is aan vertrouwen weten we niet meer hoe het te geven”,

Mesters: Deze serie heet Mens-zijn in een ontzielde systeemwereld. Is de systeemwereld ontzield?

Jansen: “Bezieling heeft voor mij heel veel te maken met passie en zingeving. Dat vraagt om bijna instinctieve gerichtheid op iets moois. Iets moois maken en dat zien als een uitdaging en een bijdrage. Dat bezield bijdragen wordt steeds moeilijker nu heel veel bezielde professionals terecht zijn gekomen in een systeemwereld waar KPI’s*), prestatie, en targets de boventoon voeren”.

Zie je al verzet tegen deze ontzieling?

“Ik denk dat de beroepseerbeweging op stoom is gekomen. Je kunt dit illustreren met de exit, voice en loyalty-theorie van Albert O. Hirschman. Er zijn drie manieren van acteren in een organisatie. Je kunt loyaal zijn en doen wat de baas wil. Dat is lang gebeurd. Maar als je je niet veilig voelt of je werk niet goed kunt doen, kun je ook je stem verheffen. Mensen die zich daarbij niet gehoord voelen, verlaten de organisatie en kiezen voor de exit. In 1996 was 3,7 procent van de werkenden ZZP’er, nu 16,6 procent. Dat was het gevolg van flexibiliseringsbeleid, maar het gaat ook steeds vaker om mensen die menen dat zij in die zelfstandige positie betere voorwaarden kunnen creëren voor het werk dat zij willen doen.
Daarnaast zie je ziekteverzuim stijgen, een hele verdrietige exit-optie. In de zorg is het verzuim het eerste kwartaal van dit jaar tot boven de 10 procent gestegen, hoger dan ooit. En in alle sectoren zien we een tekort aan personeel. Werkgevers vragen: Waar zijn al die mensen gebleven? Waar zijn ze naar toe? Maar de organisaties hebben de afgelopen tien, vijftien, twintig jaar echt niet goed gezorgd voor hun personeel. Logisch dus dat ze weg zijn en niet willen terug komen. Ze zijn op zoek naar plekken waar ze beter kunnen werken. Leidinggevende stellen vaak totaal irreële eisen aan de vakman. Dat verziekt de processen, dat leidt tot beroepszeer. Mensen worden vaak niet gesteund”.

De relatie-scheppende kracht van geven en wederkerigheid

Op zoek naar tegengif tegen beroepszeer en verwaarloosde, ontzielde organisaties deed Jansen inspiratie op bij de Franse antropoloog Marcel Mauss. Die schreef honderd jaar geleden een essay met als titel Essai sur le don, dat in het Engels is vertaald The gift. In deze antropologische studie van primitieve beschavingen en hoe zij tot vreedzame samenwerking kwamen, speelde de gift een grote rol bij het scheppen van duurzame relaties. In onze tijd van winstmaximalisatie, kostenbeperking, individualisme hebben we volgens Jansen de relatie-scheppende kracht van geven en wederkerigheid uit het oog verloren.

Waarom is deze filosofie van de gift belangrijk om naar een oplossing te komen?

“Geven vind ik een belangrijk en onderschat thema. Professionals geven nog heel veel in verwaarloosde organisaties, maar dat gebeurt op een eenzijdige wijze en heeft averechtse effecten. Je blijft maar geven aan de patiënten, je blijft maar geven aan de leerlingen, zonder jezelf te beschermen. Dat is een professioneel altruïsme waar heel veel mensen aan stuk gaan.

Interessant aan het essay van Mauss is dat hij geven niet positioneert als een altruïstisch geven, maar als een manier om een relatie op te bouwen, als iets wederkerigs. Als in een primitieve cultuur de ene groep met de andere groep in contact kwam, hing er een enorme spanning in de lucht. De vraag was: wordt dit vechten of een duurzame relatie? Wat je dan zag is dat de relatie werd geschapen doordat degene die op bezoek kwam enorm veel giften meenam en zo probeerde tot een relatie te komen”.

Vakmanschap centraal stellen

Jansens advies om het beroepszeer in publieke organisaties te bestrijden: “Leidinggevenden moeten meer dienend zijn en het vakmanschap van hun mensen centraal stellen. Uitvoerders moeten niet ondergeschikt maar gelijkgesteld worden met beleidsmakers. En individuele werknemers moeten zich organiseren: “Laat van je horen, kom in actie, neem niets voor zoete koek aan. Kies als het moet voor professionele obstructie”.

Hieronder video met het hele gesprek: De Tussenruimte: Thijs Jansen – Van beroepszeer naar beroepseer

Hoe de filosofie van het geven beroepszeer kan verminderen, door Bas Mesters, EMMA, 4 november 2022: https://www.emma.nl/artikelen/hoe-de-filosofie-van-het-geven-beroepszeer-kan-verminderen

De Tussenruimte is een initiatief van EMMA,  onderzoeks-, advies- en participatiebureau waar men zoekt naar oplossingen voor de maatschappelijke vraagstukken van vandaag en morgen.

Remko van der Drift, directeur van Instituut voor Faalkunde: “Als je je op je gemak voelt met falen, verandert je angst in moed”

Stel: je bent ‘Minister van Faalkunde’ en je mag drie dingen op beleidsvlak veranderen wat perfectiestress en faalangst betreft. Welke drie dingen zouden dat dan zijn? En waarom?
De vraag wordt gesteld aan Remko van der Drift, faalkundige en directeur van het Instituut voor Faalkunde. Hij droomt van een maatschappij waarin we vriendelijk, open en begripvol omgaan met de imperfecties van onszelf en elkaar. Waarin we fouten en falen benutten voor een mooiere wereld. Waar voldoende ruimte is voor leren genieten, vernieuwing en compassie.
Van der Drift schreef drie boeken met veelzeggende titels: Fouten maken moet (2013), Fouten maken moed (2016) en Proberen lukt altijd (2020). Het derde boek gaat over perfectiestress, een term die hij heeft bedacht voor de donkere kant van perfectionisme.
Een seizoen lang presenteerde Van der Drift het Faaljournaal op Radio 2 bij Ruud de Wild, waarin hij fouten uit het nieuws besprak. In een interview in het Vlaamse Boeken Magazine naar aanleiding van de publicatie van Proberen lukt altijd zegt hij: “Proberen is een kostbaar goed. Het staat haaks op de verslavende prestatiecultuur waar we in leven”.

Minister van Faalkunde

Maar, wat zou hij doen als hij ‘Minister van Faalkunde’ was?
Van der Drift:

  1. Fouten maken wordt niet meer bestraft. Omdat mensen onder dreiging van een straf ertoe neigen hun fouten toe te dekken.
  2. Scholen gaan hun leerlingen meer vrijheid geven om te spelen en experimenteren.
    In plaats van vakken en cijfers, wat perfectiestress stimuleert, staat de ontwikkeling van het karakter en persoonlijkheid van kinderen voorop. Zodat er een generatie kan opgroeien met minder druk op de prestatieketel.
  3. Media en reclame gaan imperfectie meer ruimte geven.
    Media en reclame schreeuwen het idee van het perfecte leven naar ons toe. Ze doen ons ook geloven dat succes maakbaar is. Ik liep over Utrecht Centraal en het viel me op dat in de helft van de advertenties het woord ‘succes’ of ‘perfect’ stond. Perfecte dag, perfect uitje, succesvolle outfit. Allemaal ‘noodzakelijke elementen’ voor een geslaagd leven. Want geslaagd staat gelijk aan een gelukkig leven. Maar niemand voldoet hier 100 procent aan. Toch is dit het beeld wat we voorgeschoteld krijgen. Je kunt helemaal geslaagd en helemaal gelukkig zijn, als je maar wilt. De boodschap is vaak dan ook: wees succesvol! Media en reclame spreken ons ook continu aan op zelfverbetering. Dat is het verdienmodel van de consumptiemaatschappij: ons doen geloven dat het nog niet goed genoeg is, dat er altijd nog iets is wat we moeten doen of kopen. Door imperfectie meer te tonen kunnen mensen ontkrampen van de succesmaatschappij,

Proberen is belangrijk tegengif voor perfectiestress

Van der Drift heeft ondervonden dat… “proberen wijsheid is. Wij mensen zien proberen vaak als simpelheid, als er niet helemaal voor willen gaan. ‘Ooh, je bent het maar aan het proberen…’ Of heeft het een connotatie van ‘spek en bonen’, dat je het proberen gebruikt om jezelf in te dekken: ‘Ik ben maar aan het proberen hoor jongens, reken me er niet op af’. Je kent vast Star Wars wel. Die sciencefictionfilms die zich afspelen in de ruimte. Fans en kijkers worden door een van de hoofdrolspelers, Yoda, afgeraden om te proberen. Yoda zegt in een scène tegen Luke Skywalker: ‘Probeer niet. Doe het of doe het niet, er is geen proberen’.
Maar niets is minder waar. Proberen is een kostbaar goed. Het gaat over geloof in het proces in plaats van het resultaat. Over tijd nemen om aan te klooien en nieuwe dingen te ontdekken. Dit geloof staat haaks op de verslavende prestatiecultuur waar we in leven. Waarin we denken iets te moeten kunnen voordat we het mogen proberen. Proberen is belangrijk tegengif voor perfectiestress: ontspannen mogen proberen in plaats van gestrest foutloos moeten presteren”,

Lees het hele interview: Remko van der Drift leert ons omgaan met perfectiestress in Boeken Magazine, Instituut voor Faalkunde, 2020: www.instituutvoorfaalkunde.nl/user-files/uploads/2020/10/Persoonlijke-groei.pdf

Instituut voor Faalkunde: www.instituutvoorfaalkunde.nl/