Skip to main content

Redactie Beroepseer

Verschillen vakbondsleden qua sociaal-demografische kenmerken en opvattingen van werkenden die geen vakbondslid zijn?

In Hoe representatief zijn vakbonden? wordt onderzocht in welke mate vakbondsleden qua sociaal-demografische kenmerken en opvattingen verschillen van werkenden die geen vakbondslid zijn. Anders gezegd: hoe representatief zijn de vakbondsleden voor de werkende bevolking in Nederland? Onderzocht is ook welke factoren kunnen ‘voorspellen’ of een werkende al dan niet lid is van een vakbond.

Hoe representatief zijn vakbonden? is de zeventiende publicatie in de reeks ‘Kort & Bondig’ die onderzoeksinstituut AIAS-HSI van de Universiteit van Amsterdam uitbrengt om in kort bestek en op toegankelijke wijze uitkomsten te presenteren van recent verricht onderzoek. Dit zeventiende deel presenteert uitkomsten van de Waarde van Werk Monitor 2023 (WWM’23), het tweejaarlijkse onderzoek naar opvattingen onder de Nederlandse bevolking over werk, dat in mei 2023 is uitgevoerd.
Eind 2024 verschijnt er een overkoepelende studie met een integrale rapportage en analyse van de uitkomsten van de Waarde van Werk Monitor 2023.

Uit de Inleiding:

«Met enige regelmaat worden in discussies over het ‘poldermodel’ vragen opgeworpen over de representativiteit van de vakbonden. Daarbij wordt veelal verwezen naar het teruglopende ledental en de oververtegenwoordiging van bepaalde groepen. Dat nog maar een op de zes werknemers vakbondslid is en dat die leden bovendien relatief oud zijn en vaak een vaste baan hebben, roept de vraag op of de vakbeweging nog wel de belangen van alle werknemers – laat staan die van alle werkenden – vertegenwoordigt. Komen de belangen van de vijf op iedere zes werknemers die geen lid zijn, wel overeen met die van de vakbondsleden?

Vanwege verschillen in leeftijd, sekse, dienstverband en bedrijfstak tussen leden en niet-leden worden vaak verondersteld dat zij ook verschillen in hun voorkeuren en belangen. Maar is dit ook zo? Hebben jongeren en flexwerkers, die maar zelden vakbondslid zijn, andere preferenties ten aanzien van hun werk dan ouderen met een vast contract, die oververtegenwoordigd zijn onder de vakbondsleden? Om vast te stellen of de vakbeweging representatief is voor de werkende bevolking, zou het niet primair moeten gaan om de samenstelling van het ledenbestand, maar om de (overeenkomst in) opvattingen van vakbondsleden en van niet-leden.

Aanzienlijke verschillen

We vergelijken allereerst de sociaal-demografische kenmerken van vakbondsleden met die van niet-leden. We vinden inderdaad aanzienlijke verschillen, vooral naar leeftijd en arbeidsrelatie. Vervolgens gaan we na welke aspecten van het werk vakbondsleden en niet-leden het belangrijkst vinden. In het algemeen hechten vakbondsleden meer belang aan de arbeidsvoorwaarden en niet-leden aan de zogenaamde intrinsieke aspecten van het werk. We onderzoeken of deze verschillen samenhangen met de kenmerken van leden en niet-leden, maar dit blijkt maar in beperkte mate het geval te zijn. Dat vakbondsleden andere werkaspecten het belangrijkst vinden heeft dus te maken met het feit dat zij vakbondslid zijn.
We gaan ook na of vakbondsleden andere opvattingen hebben over een aantal beleidswijzigingen, waaronder de invoering van een basisinkomen, verhoging van het minimumloon en invoering van een maximuminkomen. Alleen ten aanzien van de laatste verandering verschillen leden en niet-leden substantieel van mening.

De grootste verschillen in opvattingen tussen vakbondsleden en niet-leden vinden we – niet geheel verrassend – bij hun opvattingen over de vakbonden zelf. Tenminste vier op de vijf leden zijn positief over de rol van vakbonden, van de niet-leden zijn dit er ongeveer drie op de vijf.

Positieve opvatting

Tot slot analyseren we welke kenmerken van werkenden en hun werk en welke opvattingen van invloed zijn op de kans dat zij lid zijn van een vakbond. Een hogere leeftijd, een vast dienstverband, een baan in de niet-commerciële dienstensector, fysiek zwaar werk en veel belang hechten aan arbeidsvoorwaarden vergroten de kans dat iemand vakbondslid is aanzienlijk. Het sterkste effect heeft echter een positieve opvatting over de rol van vakbonden.

Het is belangrijk op te merken dat we in deze Kort & Bondig geen aandacht besteden aan de feitelijke opstelling van vakbonden. Ook als hun leden niet representatief zijn voor de werkende bevolking, is het goed mogelijk dat vakbonden in cao-onderhandelingen met werkgevers en in landelijk overleg met de regering ook de belangen en opvattingen van de niet-leden laten meewegen. Dit hebben wij niet onderzocht. Het gaat in dit onderzoek louter om de kenmerken en opvattingen van de leden van vakbonden.»

Downloaden Hoe representatief zijn vakbonden? door Paul de Beer, AIAS-HSI Kort & Bondig 17. Amsterdam. Universiteit van Amsterdam, juni 2024: https://beroepseer.nl

AIAS-HSI is een instituut voor multidisciplinair onderzoek en onderwijs op het terrein van (de regulering van) arbeid. Het onderzoek richt zich vooral op de veranderingen die zich voordoen op het terrein van arbeid, zowel in Nederland als internationaal.
AIAS-HSI is ontstaan uit een fusie van twee onderzoeksinstituten: het Amsterdams Instituut voor ArbeidsStudies (AIAS) en het Hugo Sinzheimer Instituut (HSI). AIAS-HSI is het enige interdisciplinaire instituut in Nederland op het terrein van arbeid. Zie website: https://aias-hsi.uva.nl/

Boeken door generatieve AI geschreven zijn leeg van betekenis, middelmatig en herhalend

Met een beetje aandacht is een niet door een mens maar door kunstmatige intelligentie (AI) geschreven boek te herkennen. AI-boeken worden verkocht via online boekhandels zoals Amazon en Bol.com. Weekblad De Groene Amsterdammer ontdekte dat ruim 1 op de 25 boeken die op Bol.com worden aangeboden door AI – Artificial Intelligence – gegenereerd is*):
«Met behulp van zelfontwikkelde software analyseerden we nieuwe boektitels in ruim tachtig genres die worden verkocht op de populairste online boekhandel van Nederland. In totaal ontdekten we meer dan 6500 aangeboden titels die grotendeels of volledig door kunstmatige intelligentie zijn geschreven. Ze zijn stukken goedkoper, richten zich op specifieke niches en staan geregeld bovenaan in de zoekresultaten. Het gros is Engelstalig, maar ook in het Nederlands vonden we honderden AI-titels. In sommige categorieën, zoals Engelstalige zelfhulpboeken, is inmiddels ruim een op de zeven recent aangeboden titels neergepend door een chatbot. De oordelen zijn vernietigend: ‘NIET KOPEN, is een kat in de zak!’
( … )
Wie bekend is met de schrijfstijl, herkent het meteen: dit boek is niet door een mens, maar door kunstmatige intelligentie geschreven. Een openingszin met ‘Welcome to’, het herhaaldelijk gebruik van het Engelse ‘delve’, de overvloed aan uitbundige bijvoeglijke naamwoorden – ‘unimaginable’, ‘profound’, ‘pivotal’, ‘extraordinary’, ‘captivating’ – aan al deze kenmerken wordt alleen al op de eerste pagina voldaan.
( … )
Veel tekst blijkt leeg van betekenis, slecht geschreven en herhalend. Of met zo’n sterke voorkeur voor gemeenplaatsen dat het ongemakkelijk botst met het onderwerp».

AI-Media Journaal

Nele Goutier schrijft in AI-Media Journaal – de nieuwsbrief over AI van het tijdschrift voor journalistiek Villamedia – hoe door AI-geschreven middelmatigheid de boekenmarkt betreedt en waarom klokkenluiders nodig zijn:
«Dat soort boeken staat vaak vol vreemde uitspraken. Een boek over Anne Frank eindigt met: ‘Nu komen we aan het eind van onze reis door Anne Franks opmerkelijke leven’. En een boek over misbruik in de katholieke Kerk besluit: ‘Een van de belangrijkste lessen [..] van de misbruikcrisis is het cruciale belang van transparantie en verantwoordelijkheid’. Op zijn zachtst gezegd opmerkelijk. Toch staan AI-geschreven boeken opvallend vaak bovenaan in het zoekaanbod, want generatieve AI houdt desgevraagd natuurlijk rekening met SEO».

2023 is het jaar van de doorbraak van ‘generatieve’ AI genoemd, Kunstmatige intelligentie ontworpen om nieuwe inhoud te genereren in de vorm van geschreven tekst, audio, afbeeldingen of video’s. Nieuwe AI-programma’s als ChatGPT, DALL-E en MidJourney deden hun intrede. In een oogwenk kunnen ze afbeeldingen en teksten genereren.
Uit de analyse van De Groene Amsterdammer blijkt dat eind 2022, kort na de introductie van ChatGPT, minder dan één procent van de boeken automatisch gegenereerd was. Inmiddels is dat percentage gestegen tot 4,2, ruim één op de 25 boeken. Zeker sinds de introductie van GPT-4 begin 2023 is de stroom aan AI-boeken nauwelijks meer te stoppen, met elke maand honderden nieuwe titels.

Klokkenluiders

AI-Media Journaal meldt dat verschillende (voormalig) werknemers van de Amerikaanse onderneming OpenAI aan de bel trokken sinds het bedrijf het volledige team voor verantwoorde AI eind mei 2024 opdoekte. Twee opgestapte boardmembers van OpenAI waarschuwen dat we niet kunnen vertrouwen op zelfregulatie van het bedrijf. Zij vinden wetgeving hard nodig. Een groep van negen (ex-)medewerkers van OpenAI noemt het bedrijf in dagblad The New York Times bovendien ‘roekeloos’. Op  Busines Insider beschrijven ze een cultuur van valse beloften rondom veiligheid, waarin de race om marktdominantie allesoverheersend is.
Een iets grotere groep, met ook (ex-)werknemers van Google DeepMind en Anthropic, roepen in een Open brief op tot ‘a right to warn’. (Ex-)werknemers van AI-bedrijven die zich kritisch uitlaten over AI verdienen volgens de briefschrijvers bescherming. Want alleen zij hebben zicht op de technische werking van modellen en de effectiviteit van veiligheidsmaatregelen. Dat soort informatie is essentieel en bijzonder schaars. De ondertekenaars van de Open brief  doen een oproep aan AI-bedrijven zich te houden aan vier principes. Lees de hele brief op Right to warn: https://righttowarn.ai/

De actiegroep Non Of Your Business (NOYB) diende tot nu toe elf bezwaren in bij privacywaakhonden van de Europese Unie. https://noyb.eu/nl?lang=de&page=4

Wijziging gebruiksvoorwaarden

In 2023 begon The New York Times een rechtszaak tegen OpenAI en Microsoft vanwege het ongevraagd gebruik van miljoenen artikelen in AI-trainingssets. De strijd speelt ook op individueel niveau: Facebook en Instagram hebben al aangekondigd gegevens van particulieren te gaan gebruiken om hun AI-modellen te trainen. Wie dat niet wil, kan hiertegen bezwaar aantekenen. Of dat werkt? Adobe is eveneens bezig toegang te krijgen tot particuliere bestanden. Een wijziging in de gebruiksvoorwaarden zorgt voor ophef op sociale media. Wie de nieuwe voorwaarden accepteert, stemt ermee in dat bestanden op Adobe-servers potentieel worden gebruikt voor machine-learning en AI. Het lijkt vooralsnog te gaan om Amerikaanse voorwaarden. Een kunstenaar twitterde wanhopig na een mislukte poging tot communicatie met Adobe: “I can’t use Photoshop unless I’m okay with you having full access to anything I create with it, INCLUDING NDA work?
( … ) Also, hilarious that I can’t even get ahold of your support chat to question this unless I agree to these terms beforehand. I can’t even uninstall Photoshop unless I agree to these terms?? Are you fucking kidding me??” Het commentaar daarop van een andere twitteraar luidt: “Wait until you learn that it also covers them saving a copy of all PhotoShop and Audition projects, as well as all PDFs viewed in Acrobat”.

Tips

AI-MediaJournaal biedt tot slot slimme kijkjes in de blackbox van AI. Een lijst van programma’s en tools die je bijvoorbeeld laten zien hoe generatieve AI-modellen werken, dat je hoogdravende koppen als AI now beates humans on basic tasks, met een korrel zout moet nemen en dat we tools niet klakkeloos moeten inzetten op de werkvloer.
En wie belangstlling heeft voor de basis van datajournalistiek is er de gratis online cursus van Media Numeric Academy (Stichting Beeld & Geluid en InHolland). In acht modules leer je data verzamelen, analyseren en in pakkende verhalen gieten. Speciaal gericht op mensen in creatieve beroepen.

De nieuwsbrief besluit met Tooltips, waaronder de Rolli Information Tracer (International Center For Journalists) waarmee je (des)informatiestromen op sociale media kan volgen. En voor wie behoefte heeft aan een chatbot, maar bezorgd is wat er met de eigen inputdata gebeurt, is er Llama File, een eigen, lokale versie van een Large Language Model (LLM). Een ideale oplossing voor particulieren en bedrijven die hun spreadsheetprocessen willen stroomlijnen is GPT Excel.

Uitkijken naar de mens

Begin april 2024 is prof. dr. Esther Keymolen benoemd tot hoogleraar Regulering digitale technologie aan de Universiteit va Tilburg. Keymolen hield op 19 april 2024 haar oratie, getiteld Technological times: Looking out for the human, gericht op ethische en filosofische vragen over technologie-regulering.
Pim van der Beek van Computable schreef in zijn artikel AI vraagt om een ander mensbeeld en een exit-strategie over de benoeming en oratie van Esther Keymolen aan het slot:
«Positief mensbeeld – De oplossing is volgens Keymolen om, in navolging van de filosoof Helmuth Plessner, de mens niet te zien als iemand die tekortschiet als het gaat om digitale technologie, maar als een creatief, dynamisch persoon die in verbinding staat met de omgeving. Volgens dit positieve mensbeeld is de mens voortdurend bezig het leven vorm te geven, vaak met technologie, en is daar nooit klaar mee. ‘Het is deze veranderlijkheid die de mens kenmerkt en die regulering dient te beschermen’, stelt ze. ‘Daarom moeten we niet alleen investeren in het afstemmen van de technologie op de mens, wat nog steeds essentieel is maar nooit perfect. Ook moeten we oplossingen bedenken voor wanneer het mis gaat, alternatieven regelen, voorzien in checks and balances, en exit strategieën bedenken.’ Volgens haar is een pluralistische aanpak nodig. ‘Pas als we de onvoorspelbaarheid van de mens koesteren, zal de technologie ons dienen’».

Noot
*) Onderzoeksverantwoording van De Groene Amsterdammer staat op de website: www.groene.nl/artikel/verantwoording-bij-het-onderzoek-naar-ai-boeken-op-bol

Referenties

Slecht geschreven! Niet kopen! door Eva Hofman en Joris Veerbeek, De Groene Amsterdammer, 5 juni 2024: www.groene.nl/artikel/slecht-geschreven-niet-kopen

1 op de 25 boeken op Bol.com is geschreven door AI en dat zorgt voor gekkigheid. AI-Media Journaal, nieuwsbrief over AI van Villamedia, 8 juni 2024: https://villamedia.substack.com/p/1-op-de-25-boeken-op-bolcom-is-geschreven

It’s all unraveling at OpenAI (again), door Madeline Berg, Business Insider, 4 juni 2024: www.businessinsider.nl

OpenAI employees are demanding change. Here are the 4 things they want, door Jordan Hart, Business Insider, 4 juni 2024: www.businessinsider.com

Moederbedrijf van Facebook wil jouw persoonlijke berichten en privéafbeeldingen gebruiken om AI te trainen, Villamedia, 6 juni 2024: www.villamedia.nl/artikel/moederbedrijf-van-facebook-wil-jouw-persoonlijke-berichten-en-priveafbeeldingen-gebruiken-om-ai-te-trainen

AI Media journaal: https://villamedia.substack.com/

Esther Keymolen benoemd tot hoogleraar Regulering digitale technologie, Tilburg University, 1 april 2024: www.tilburguniversity.edu

‘Ai vraagt om ander mensbeeld en exit-strategie‘, door Pim van der Beek, Computable, 18 april 2-24: www.computable.nl/2024/04/18/ai-vraagt-om-ander-mensbeeld-en-exit-strategie/

Kunnen mensheid en AI succesrijk naast elkaar bestaan? Wordt AI onbeheersbaar slim? Blogs Beroepseer, 8 april 2024:  https://beroepseer.nl

Actiegroep Non of your busines: https://noyb.eu/

Open brief ‘A right to warn’: https://righttowarn.ai/

Wake-up call voor jonge zorgprofessionals: Kom op voor je vak en pak terug wat vorige generaties zich lieten afpakken

“Ik merk nu in gesprekken met de jongere collega’s dat men denkt dat veel zaken die belemmerend werken op je functioneren, ‘normaal’ zijn“, schrijft Armand Girbes in zijn artikel op Arts en Auto over hoe artsen zich voortdurend beetje bij beetje laten koeioneren:

“In de afgelopen dertig jaar is het voor artsen en medisch specialisten steeds lastiger geworden om hun vak uit te oefenen. De route om medisch specialist te worden is lang en intensief: na een VWO-diploma volgen 6-7 jaar universitaire studie, inclusief 2 jaar vrijwel gratis werken in een ziekenhuis als coassistent. Daarna volgt een 5-6 jaar durende specialisatie met lange werktijden die in je vrije tijd verdergaan. Vaak is deze periode verlengd met bijna 4 jaar als ANIOS en een promotietraject van 3-4 jaar vóór de specialisatie, en 1-3 jaar als fellow en/of chef de clinique ná de opleiding. Chef de clinique klinkt mooi in het Frans, maar hier betekent het een medisch specialist die voor minder salaris méér diensten draait in de hoop later toegelaten te worden tot ‘de maatschap’. Cheffen heet het in vakjargon.

En na al die jaren van opleiding en opoffering, word je gecontroleerd en gecorrigeerd door mensen met veel minder medische kennis en ervaring, werkend vanaf een bureau met computerscherm in een mooi gebouw van de zorgverzekeraar. Als je nu van een andere planeet met intelligente levensvormen zou komen en dit zou zien, zou je denken: hoe is dit mogelijk?”

Opkomen voor je vak

Het is inderdaad niet normaal. Girbes vindt dat jonge zorgprofessionals wat meer zouden mogen opkomen voor hun vak en terugpakken wat vorige generaties zich hebben laten afpakken.

Het is en blijft niet normaal dat “allerlei artsenverklaringen worden ingevuld, dat je eerst toestemming vraagt aan de zorgverzekeraar of een behandeling mag, dat zorgverzekeraars bepalen welke medicijnen patiënten krijgen, dat zorgverzekeraars bepalen dat je patiënten die goed zijn ingesteld omgezet moeten worden naar andere medicatie door een nieuw louter financieel gedreven inkoopbeleid van de zorgverzekeraars, dat er een tekort is aan beschikbaarheid van medicijnen, mede een gevolg van het inkoopbeleid van zorgverzekeraars, dat jouw ziekenhuis dure consultants inhuurt om ‘een diploma’ van een Amerikaans instituut te krijgen en jij daarvoor door allerlei hoepels moet springen”.

Girbes besluit zijn artikel met een wake-up call: ”Het is tijd voor verzet tegen datgene wat helemaal niet in het belang is van onze raison d’être: de patiënt. Artsenorganisaties moeten dit zich aantrekken. Het gaat immers ook om werkplezier, risico op burn-out en de aantrekkelijkheid van het vak”.

Lees het hele artikel van Armand Girbes Hoe artsen zich voortdurend beetje bij beetje laten koeioneren, Arts en Auto, 6 juni 2024: www.artsenauto.nl/hoe-artsen-zich-voortdurend-beetje-bij-beetje-laten-koeioneren/

Armand Girbes is hoogleraar intensieve geneeskunde en klinisch farmacoloog

Arts en Auto is het tijdschrift en het verenigingsplatform van de beroepsvereniging voor zorgprofessionals VvAA.

100 jaar VvAA – ‘Leve de zorgprofessional’

Vereniging VvAA bestaat in juni 2024 honderd jaar. Een jaar waarin de vereniging de schijnwerpers richt op de leden; op al die zorgprofessionals die dag in dag uit werken aan het verlenen van goede gezondheidszorg
Op vrijdag 21 juni 2024 wordt het honderdjarig bestaan in Utrecht gevierd met het jubileumcongres Leve de zorgprofessional. Aanvang 10.00 uur in de Werkspoorkathedaal.
Programma, aanmelden en meer info op VvAA: www.vvaa.nl/over-vvaa/100-jaar-vvaa/jubileumcongres

Terugblik 100 jaar VvAA: oprichting en verder zonder dokterskoets, VvAA, 4 oktober 2024: www.vvaa.nl/nieuws-en-kennis/nieuws-en-artikelen/eerste-terugblik-100-jaar-vvaa

 

Wat voor politie willen wij? Proefschrift over de kern van een visie op de functie van de politie: maatschappelijke integratie

Ivo van Duijneveldt is bezorgd over de ontwikkeling die de politie doormaakt. Hij vertelt in een interview met Hans Bekkers voor Binnenlands Bestuur dat er meer afstand en minder ruimte is voor de ontmoeting met burgers: “De beweging is naar een justitiële politie, naar meer repressief optreden, naar meer controle. In de toekomst is het niet ondenkbaar dat deze ontwikkeling door de technologische mogelijkheden van big data en kunstmatige intelligentie verder doorzet. Het is makkelijker iedereen continu te controleren. Maar is dat wat we van de politie willen en verwachten? Ik vind dat we heel bewust moeten nadenken over van wat voor soort politie wij willen”.

Op 4 juni 2024 verdedigde Ivo van Duijneveldt zijn proefschrift De maatschappelijke integratie van de politie aan de Radboud Universiteit.
Sinds de gezagscrisis van de jaren zestig streeft de politie in Nederland naar integratie in de maatschappij. Hierbij gaat het om een politie die goed weet wat er in de wijken speelt en die streeft naar een wederkerige relatie met de bevolking. Alhoewel dit uitgangspunt breed wordt gesteund, staat de lokale inbedding van de politie al jaren onder druk.
De politie komt steeds verder af te staan van de mensen. Het is daarom noodzakelijk dat de politie werkt aan opbouw en behoud van legitimiteit.
Van Duijneveldt belicht de betekenis en relevantie van het streven naar maatschappelijke integratie van de politie vanuit verschillende perspectieven. Van politiewerk in een superdiverse wijk tot de verantwoording van wijkagenten over hun werk en van de opvattingen van politieleiders over rechtsstatelijke waarden tot normoverschrijdend gedrag bij een basisteam.

Wake up call

Een oud-hoofdcommissaris van politie in een reactie op de promotie en het proefschrift op Linkedin:

“Het beschrijft dat maatschappelijke integratie de kern is van een visie op de functie van de politie in onze democratische rechtsstaat waarin verder o.a. centraal staan legitimiteit en discretionaire ruimte om rechtvaardig maatwerk te kunnen bieden en aan te sluiten op de behoeften van de gemeenschap.
Hij constateert dat deze visie ook anno 2024 nog van belang is en in essentie nog steeds gedragen wordt als onderdeel van de identiteit van de Nederlandse politie, maar dat ondanks dat draagvlak voor maatschappelijke integratie de ontwikkeling in tegenovergestelde richting gaat. Politieleiders hebben zorgen over de toegenomen landelijke politieke sturing en inperking van de professionele autonomie van de politie. Zij zien terecht risico’s voor de maatschappelijke integratie van de politie, voor het behoud van rechtsstatelijke waarden als moreel kompas bij de keuzen in het politiewerk op ieder niveau en voor de feitelijke ruimte voor regionale en lokale invloed op functioneren van de politie in de gemeenschap. Kortom voor behoud van een politie van en voor de samenleving.
Dank Ivo voor deze wake up call”.

De verbinding met de bevolking staat onder druk door schaalvergroting, sluiting van bureaus, permanente druk op de wijkzorg en de keuze voor een afstandelijk dienstverleningsconcept. De politie maakt onderdeel uit van het fundament van de democratische rechtsorde. Dat is een waarde op zich, die niet alleen door financieel-economische bril bekeken moet worden.

De politie is veel meer dan een instrument in handen van de overheid. De politie heeft een eigenstandige rol en verantwoordelijkheid, uiteraard binnen de kaders van de wet.

Klik hier voor De maatschappelijke integratie van de politie. Samenvatting, uitgesproken bij de verdediging van het gelijknamige proefschrift op dinsdag 4 juni 2024 aan de Radboud Universiteit te Nijmegen: https://beroepseer.nl

Bij uitgeverij Boom verscheen de handelseditie De maatschappelijke integratie van de politie. 286 p., juni 2024.
www.boom.nl

‘Politie staat steeds verder van de mensen af’, door Hans Bekkers, Binnenlands Bestuur, tijdschrift en journalistieke nieuwssite voor ambtenaren en bestuurders, 4 juni 2024: www.binnenlandsbestuur.nl

Vijf redenen waarom het beter is ChatGPT niet om juridisch advies te vragen

Op een bepaald moment in je leven kun je wel eens juridisch advies nodig hebben. Uit een onderzoek, in 2023 uitgevoerd door de Britse instanties The Law Society, The Legal Services Board en YouGov, bleek dat tweederde van de respondenten in de afgelopen vier jaar te maken heeft gehad met een juridisch probleem. De meest voorkomende problemen waren werkgelegenheid, financiën, welzijn, uitkeringen en consumentenkwesties.

Maar niet iedereen kan zich juridisch advies veroorloven. Van de respondenten met juridische problemen kreeg slechts 52% professionele hulp, 11% kreeg hulp van familie en vrienden en de overigen kregen helemaal geen hulp.
Veel mensen wenden zich tot het internet voor juridische hulp. En nu er toegang is tot kunstmatige intelligentie (AI) chatbots zoals ChatGPT, Google Bard, Microsoft Co-Pilot en Claude, denken we er misschien over om hen een juridische vraag te stellen.

Zijn ze ook accuraat?

De tools worden aangedreven door generatieve AI, die inhoud produceert als er een vraag wordt gesteld of als er om een instructie wordt gevraagd. Ze kunnen snel ingewikkelde juridische informatie geven in eenvoudige stijl, maar de vraag is: zijn ze ook accuraat?
In een recent onderzoek, gepubliceerd in het International Journal of Clinical Legal Education, hebben twee onderzoekers de chatbots op de proef gesteld: Francine Ryan, universitair docent Rechten en directeur van het Open Justice Centre van The Open University en Elizabeth Hardie, universitair docent van The Open University Law School. Ze schrijven dat ze zes dezelfde juridische vragen over familierecht, arbeidsrecht, consumentenrecht en huisvestingsrecht hebben ingevoerd in ChatGPT 3.5 (gratis versie), ChatGPT 4 (betaalde versie), Microsoft Bing en Google Bard. Het betreft vragen die gewoonlijk worden gesteld in de gratis online rechtswinkel The Open Justice Law Clinic van THE Open University Law School. Ze ontdekten dat deze tools inderdaad in staat zijn tot juridisch advies geven, maar dat de antwoorden niet altijd betrouwbaar of nauwkeurig zijn. Hier volgen vijf veelgemaakte fouten waarmee de beide onderzoekers te maken kregen:

1. Waar komt de wet vandaan?
De eerste antwoorden die de chatbots gaven waren vaak gebaseerd op de Amerikaanse wet. Indien nodig, werd een extra vraag gesteld: “Is er een Engelse wet die dit probleem dekt?” Voor de meeste vragen was deze instructie nodig, waarna de chatbot een antwoord produceerde op basis van de Engelse wet.

2. Verouderde wet
Het antwoord op de vraag verwees soms naar verouderde wetgeving, die reeds was vervangen door nieuwe wettelijke regels. De echtscheidingswetgeving bijvoorbeeld is in april 2022 gewijzigd. Echtscheiding op basis van schuld is in Engeland en Wales afgeschaft.

3. Slecht advies
De meeste chatbots gaven onjuist of misleidend advies bij vragen over familie en werk. De onderzoekers ontdekten ook dat de antwoorden van de AI-chatbots goed geschreven waren, waardoor ze nogal overtuigend overkwamen. Zonder juridische kennis is het heel moeilijk voor iemand om te bepalen of een gegeven antwoord correct is en van toepassing op individuele omstandigheden.

4. Te algemeen
De antwoorden waren niet gedetailleerd genoeg om iemand in staat te stellen zijn juridische probleem te begrijpen en te weten hoe het op te lossen. De antwoorden gaven eerder informatie over een onderwerp dan dat ze specifiek ingingen op de juridische vraag.

5. Betalen om te spelen
ChatGPT4 (de betaalde versie) was over het algemeen beter dan de gratis versies. Dit dreigt de digitale en juridische ongelijkheid verder te versterken.

Alle chatbots gaven antwoord op de door de onderzoekers gestelde vragen, maar gaven in hun antwoord aan dat het niet hun taak is juridisch advies te geven. Ze gaven de raad professionele hulp in te schakelen. De onderzoekers raden hetzelfde aan.

We asked ChatGPT for legal advice – here are five reasons why you shouldn’t, door Francine Ryan en Elizabeth Hardie, The Conversation, 31 mei 2024: https://theconversation.com

Generative AI is changing the legal profession – future lawyers need to know how to use it, door Craig Smith, Lecturer in Law, University of Salford, The Conversation, 28 maart 2024: https://theconversation.com

The Conversation is een samenwerkingsverband van redacteuren, journalisten en academici met als doel het vrij publiceren van nieuws, commentaar, meningen en visies voor een breed publiek. Zie meer hierover op de site van The Conversation: https://theconversation.com

De grote zorgtest

Wie op de hoogte wil blijven van de verschillende richtlijnen voor de zorg in de wijkverpleging, is deelnemen aan De Grote Zorgtest van de Vereniging Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland – V&VN – het meest geschikt.
Na een succesvolle proef is De Grote Zorgtest voor verpleegkundigen, verzorgenden en verpleegkundig specialisten in alle zorgsectoren van start gegaan op 27 mei 2024

Drie keerper week een vraag

Wie zich aanmeldt ontvangt drie keer per week een vraag via de mail die snel kan worden beantwoord. Het is een aangename manier de eigen kennis te toetsen en meer te weten te komen over recente richtlijnen en aanbevelingen die helpen bij het verlenen van passende en goede zorg. Vragen gaan over onderwerpen uit de V&VN-richtlijnen of richtlijnen waar V&VN aan heeft meegewerkt.

De vragen volgen telkens op een praktijkvoorbeeld. Daarna kan worden gekozen uit een aantal antwoorden. De vraag wordt door de deelnemer in de mail zelf beantwoord en daarna automatisch doorgestuurd naar de website van Redgrasp, een bedrijf dat van zorgprotocollen en -richtlijnen een kennisspel maakt.
 Direct is te zien of een antwoord goed is. Wie meer informatie wenst, of zich verder wenst te verdiepen in de aanbevelingen uit de desbetreffende richtlijn, klikt op de bijbehorende link naar de richtlijn zelf.

Voor het beantwoorden van de vragen ontvangen de deelnemers punten. Hoe meer vragen worden beantwoord, hoe meer punten er worden verzameld.  Via een persoonlijke account kunnen de deelnemers de voortgang bijhouden en de puntenscore bekijken,  alsmede  de score in verhouding tot andere deelnemers. Dit is allemaal anoniem, deelnemers kunnen elkaars score niet

Voor wie?

Verpleegkundigen, verzorgenden en verpleegkundig specialisten kunnen kosteloos meedoen. Lid zijn van V&VN is geen voorwaarde voor deelname aan De Grote Zorgtest.

Men kan zich op elk moment aanmelden. Daarna ontvangt de deelnemer via de mail drie keer per week vragen, tot de afmelding.

Twee keer per jaar wordt gekeken hoeveel vragen er tot dan toe zijn beantwoord en ontvang men de verdiende accreditatiepunten.

Richtlijnen en formulier aanmelden voor De grote zorgtest: www.venvn.nl/richtlijnen/meer-informatie-over-richtlijnen/de-grote-zorgtest/

De Grote Zorgtest: ‘Ik wilde zo veel mogelijk punten halen!’, V en VN, 23 mei 2024: www.venvn.nl/nieuws/ik-wilde-zo-veel-mogelijk-punten-halen/

‘Ik ben een mens, geen menselijke hulpbron’. Een revolutie in HRM?

Antoinette Weibel en Otti Vogt, oprichters van de Global Society for Good Leadership hebben half mei 2024 op het in de Portugese stad Porto gehouden HR World Congress een manifest gepresenteerd voor een ander soort HRM.
HRM staat voor Human Resource Management. De letterlijke vertaling luidt “beheer van menselijke hulpmiddelen”. Veel grote bedrijven beschikken over een HRM-afdeling die zich bezighoudt met personeelszaken.

Op het congres is de Freedom to flourish campagne gelanceerd, ’s werelds eerste gezamenlijke campagne om prestatiemanagement te transformeren. Het is een streven van HR voor HR – van praktijkmensen, academici en consultants – om een einde te maken aan methoden die instrumenten van mensen maken. In plaats daarvan wordt met elkaar gezocht naar en geëxperimenteerd met nieuwe manieren van werken die bedrijven tot bloei brengen.

Onderdeel van de campagne was de presentatie van het Manifesto for flourishing at work, dat verder gaat dan advies en suggesties over methoden en vormt de hoeksteen van een holistische, zakelijke reis van verandering en een paradigmaverschuiving in de benadering van werk.

Manifesto for flourishing at work

De samenstellers van het manifest: We nemen stelling tegen de groeiende trend om mensen te reduceren tot louter hulpmiddelen op de werkplek. In plaats daarvan streven we naar:
♦  Vrijheid en bloei – en niet naar controle en compliance
♦  Doel en sociale waarde – en niet naar kwartaalbegroting
♦  Systeemverandering- en niet naar individuele beoordelingen
♦  Samen groeien – en niet naar bonussen en gedwongen ranglijsten

De samenstellers erkennen dat ze sommige items waarnaar ze zeggen niet te streven, best waardevol vinden. Maar in principe hechten ze meer aan de kernwaarden van hun manifest.

Downloaden A Manifesto for flourishing at work: https://beroepseer.nl

Good Leadership Society

Oprichters van de Global Society for good leadership zijn “een rebelse professor & een zakelijke opstandeling”: Antoinette Weibel en Otti Vogt: “We hebben allebei een passie voor het ontwikkelen van organisaties die goed zijn voor de mensen die er werken, maar ook goed voor het bredere ecosysteem. In ons professionele leven proberen we al tientallen jaren een positief verschil te maken, en we vinden dat het tijd is om de geleerde lessen te verzamelen – van de academische wereld en het bedrijfsleven, en vanb  disciplines als filosofie, psychologie, managementwetenschap, sociologie, antropologie en neurowetenschappen. Ons doel is het mogelijk maken van een wereldwijde dialoog over het creëren van werkwijzen voor goede organisaties en het stimuleren van een beweging voor positieve verandering teneinde ‘to build back better’.

Global Society for good leadership: https://leadershipsociety.world/

Freedom to flourish: https://leadershipsociety.world/academy/FreedomtoFlourish/

The HR Congres World Summit 2024: https://worldsummit.hr-congress.com

Antoinette Wiebel: https://worldsummit.hr-congress.com/speaker/antoinette-weibel/

Otti Vogt: https://worldsummit.hr-congress.com/speaker/otti-vogt/

Zie ook: De schaduwkant van HRM, Blogs Beroepseer, 18 april 2024: https://beroepseer.nl/

 

Driekwart Nederlandse bevolking is binnen het zorgstelsel solidair met medemens

Uit nieuwe cijfers van de Solidariteitsbarometer van Nivel, Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg,  blijkt dat de meeste mensen in Nederland (75%) bereid te zijn te betalen voor zorgbehandelingen waar zij zelf (nog) geen gebruik van maken,  maar worden uitgevoerd bij (onbekende) derden.

Het Nederlandse zorgstelsel is gebaseerd op solidariteit. Mensen betalen mee aan de zorgkosten van henzelf en anderen, onder andere via de premie voor de zorgverzekering. Aan de hand van de Barometer Solidariteit binnen het Nederlandse Zorgstelsel meet het Nivel sinds 2013 om het jaar de solidariteit onder de leden van het Consumentenpanel Gezondheidszorg. Aan de leden wordt gevraagd naar hun bereidheid om te betalen voor de zorgbehandelingen van anderen (eigen solidariteit) en onderzocht wordt hoe mensen de betalingsbereidheid van anderen inschatten (verwachte solidariteit).

Niet veranderd

De bereidheid van mensen om te betalen voor de zorgbehandelingen van anderen is door de jaren heen niet veranderd. In 2023 was 75% van de Nederlanders hiertoe bereid. Dit is vergelijkbaar met eerdere jaren, toen dit percentage tussen de 63% en 78% lag.

‘Verwachte solidariteit’

In 2023 verwachtte 56% van de Nederlandse bevolking dat andere mensen bereid zijn om te betalen voor de zorgbehandelingen van anderen. Dit percentage schommelt licht tussen 2013 en 2023.

Tweejaarlijkse metingen

Aan de hand van de Barometer Solidariteit binnen het Nederlandse Zorgstelsel meet het Nivel sinds 2013 om het jaar de solidariteit onder de bevolking in Nederland.
Op de webpagina Barometer Solidariteit in het Nederlandse zorgstelsel vindt u verschillende grafieken over gemeten solidariteit door de jaren heen. U kunt hierbij zelf groepen (zoals leeftijd en inkomen) selecteren waarover u de resultaten van de Barometer Solidariteit wilt zien. Ook kunt u hier de solidariteit met specifieke groepen (bijvoorbeeld jongeren en ouderen) bekijken: www.nivel.nl/nl/zorg-en-ziekte-in-cijfers/cijfers-burgers-over-gezondheidszorg/barometer-solidariteit

Solidariteit binnen het zorgstelsel: driekwart Nederlandse bevolking is bereid om mee te betalen aan de zorgbehandelingen van anderen, Nivel, 27 mei 2024: www.nivel.nl/nl/nieuws/solidariteit-binnen-het-zorgstelsel-driekwart-nederlandse-bevolking-bereid-om-mee-te-betalen

Kansrijke beroepen van 2024

De in 1960 opgerichte uitzendonderneming Randstad stelt elk jaar een lijst samen met de 45 meest kansrijke beroepen. De lijst komt tot stand door het analyseren en combineren van eigen en publieke arbeidsmarktdata. Voor 2024 wordt niet alleen naar de huidige vraag en aanbod (krapte) gekeken maar ook naar onderliggende ontwikkelingen. De meest kansrijke beroepen hebben gemeen dat ze alle een relatief krappe arbeidsmarkt kennen (überhaupt veel vraag ten opzichte van aanbod), maar in de meeste gevallen ook een toenemende krapte laten zien.

Voor 2024 zijn er 28 nieuwkomers (aangegeven met een N). In totaal staan er vijftien vakgebieden in het overzicht met elk hun eigen top drie meest kansrijke beroepen. Voor 2024 geldt: ‘Duurzame keuze voor vakgebied belangrijker dan opleidingsniveau’.

administratief, secretarieel en HR
– secretaris (N)
– management assistent (N)
– HR-adviseur

agrarisch & groen
teeltmedewerker (N)
– hovenier
– terreinmedewerker

analyse, onderzoek & ontwikkeling
adviseur duurzaamheid
– adviseur bodem (N)
– projectleider milieu (N)

bouw
koelmonteur (N)
– schilder
– loodgieter

financieel
belastingadviseur (N)
– financial controller
– schadebehandelaar (N)

horeca & recreatie
catering medewerker (N)
– zelfstandig werkend kok
– kok

ICT
– systeembeheerder (N)
– projectleider ICT (N)
– data engineer

klantadvies
centralist (N)
– baliemedewerker (N)
– accountmanager binnendienst

onderwijs
groepsleerkracht
– assistent professor (N)
– docent lichamelijke opvoeding (N)\

openbaar bestuur, rechtspraak & veiligheid
BOA (N)
– surveillant (N)
– jurist

techniek
automonteur (N)
– elektromonteur (N)
– medewerker technische dienst (N)

transport & logistiek
krantenbezorger (N)
– vrachtwagenchauffeur
– magazijnbeheerder (N)

verkoop, marketing & communicatie
accountmanager (N)
– filiaalmanager (N)
– verkoopmedewerker tankstation (N)

welzijn
pedagogisch medewerker kinderopvang
– zorgassistent
– kraamverzorgende

zorg
verzorgende ig (N)
– helpende plus (N)
– anios (N)

Randstad meldt dat de relatieve toename van kansen voor mbo-ers opvalt. Krappe beroepen op mbo-niveau zijn veelal terug te zien in de lijst van de meest kansrijke beroepen, bijvoorbeeld: de automonteur, verzorgende IG, kok en hovenier. Ook het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) verwacht in haar prognose dat de kansen voor mbo-ers over het algemeen goed overeind blijven of zelfs verbeteren, terwijl die voor m.n. bachelor beroepen (gemiddeld) wat afnemen.

Bart van Krimpen, arbeidsmarktanalist van Randstad Nederland:

«Een reden hiervoor is een grote instroom op de arbeidsmarkt de komende jaren van jongeren met een bachelor diploma, terwijl de instroom vanuit mbo opleidingen -relatief- beperkter is. Dat verbetert de kansen voor mbo-ers, omdat er verhoudingsgewijs minder concurrentie is. Daarbij versterkt een trend als de energietransitie de roep om mbo-ers, bijvoorbeeld in de techniek. Tegelijkertijd is op alle niveaus de keuze voor het specifieke vakgebied van belang: er zijn onderling grote verschillen in kansrijkheid, zowel op mbo- hbo- als wo- niveau. De keuze voor een beroep in de zorg of elektrotechniek waar een mbo-diploma voor vereist is kan een duurzamere keuze zijn dan een baan op hbo-niveau in de administratie waar mogelijk AI het werk op korte termijn kan overnemen. De huidige maatschappelijke trends kunnen als indicator dienen voor beroepen met perspectief».

Lees het hele artikel: De 45 meest kansrijke beroepen in 2024, Randstad, 11 januari 2024: www.randstad.nl/over-randstad/pers/persberichten/2024/01/45-kansrijke-beroepen-2024

De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2028, Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) , Maastricht University, december 2023: https://cris.maastrichtuniversity.nl

Lees ook: Sticker moet imago mbo opkrikken: ‘Zonder vakmensen zijn we nergens’, door Anniek Enthoven, Omroep West, 23 mei 2024: www.omroepwest.nl