Skip to main content

Redactie Beroepseer

Nuttige terugblik op Toeslagenaffaire. Bulgarenfraude was niet aanleiding tot hardvochtige aanpak van overheid

Het is een mythe dat de ‘Bulgarenfraude’ de aanleiding was tot de toeslagenaffaire. Siebe Sietsma legt op verzoek van de redactie van Villamedia uit hoe die mythe is ontstaan. Villamedia is het vaktijdschrift voor journalistiek. Sietsma is journalist bij Nieuwsuur sinds 2017; daarvoor werkte hij als verslaggever voor o.m. RTL Nieuws.
Her verhaal gaat dat het zeer strenge anti-fraudebeleid de Belastingdienst werd ingegeven door een televisiereportage in 2013 over een Bulgaars dorp, waar de inwoners konden leven van zorgtoeslagen die zij, op basis van valse huur- en arbeidscontracten, inden in Nederland. De reportage leidde tot maatschappelijke en politieke verontwaardiging. Deze ‘Bulgarenfraude’ zou later, zo wordt beweerd, uitgroeien tot de Toeslagenaffaire. Onterecht betaalde toeslagen konden worden teruggevorderd door de Belastingdienst, ook al waren betrokken burgers te goeder trouw. Mensen die een foutje maakten, werden behandeld als ‘fraudeur’.

Op 17 december 2020 verscheen het rapport Ongekend onrecht van de parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag dat duidelijk maakte wat er gebeurde bij het toeslagenaffaire. Maar de vraag waarom dit heeft kunnen gebeuren, was nog niet beantwoord. De Tweede Kamer heeft daarom de parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening opdracht gegeven te onderzoeken hoe de overheid fraude bestrijdt en welke gevolgen dat heeft voor burgers. Op 26 februari 2024 verscheen de conclusie van deze commissie in het rapport Blind voor mens en recht. Het rapport, dat verklaringen bood voor wat er is gebeurd, werd ‘snoeihard’ genoemd. Bij het rapport hoort een bijlage, getiteld Tussen ambitie en uitvoering. Een contextanalyse van de dynamiek tussen media, politiek en beleid bij de totstandkoming en uitvoering van dertig jaar sociale zekerheid, door prof. dr. Wouter van Atteveldt e.a. van de Vrije Universiteit.

Opnieuw relevant

Wat voor zin heeft het, vraagt Sietsma zich af nog een keer terug te blikken op zijn “onthulling rond de ‘Bulgarenfraude’ op 21 april 2013 voor RTL Nieuws? Toch is het onderwerp opnieuw relevant. Dat komt met name door het recente rapport Blind voor mens en recht (…) Daarin haalt de commissie uit naar de media en de dynamiek die ontstond na uitkomen van de Bulgarenfraude. Die uithaal verdient een reactie”.

Sietsma schrijft nu dat er iets te “makkelijk een verband is gelegd tussen de publicaties over de Bulgarenfraude en door de overheid gedupeerde slachtoffers van de toeslagenaffaire. De hink-stap-sprong in dat inmiddels gangbare narratief gaat als volgt: sensatiebeluste journalisten blazen fraude op tot enorme proporties, Kamerleden reageren met een populistische roep om harde aanpak van fraudeurs en uiteindelijk krijgen onschuldige burgers exorbitante sancties opgelegd.

Dat narratief is in feite een klassieke shoot the messenger en komt niet overeen met de volgorde van de gebeurtenissen. Want ‘Den Haag’ pakte fraudeurs al strenger aan voordat de Bulgarenfraude naar buiten kwam. Daartoe werd per 1 januari 2013 een nieuwe Fraudewet van kracht. Om ‘de groeiende groep van hardnekkige fraudeurs af te schrikken’ wordt elke administratieve fout aangemerkt als fraude. En de boetes gaan flink omhoog.

Onlangs publiceerde het CBS ook veelzeggende cijfers. Al vanaf 2004 zijn huishoudens gedupeerd geraakt in de toeslagenaffaire. En van de in totaal 25 duizend getroffen huishoudens kregen maar liefst 15 duizend huishoudens hun eerste invordering vóór 2013, dus voordat de Bulgarenfraude aan het licht kwam. Dat de berichtgeving over de Bulgarenfraude aan de wieg stond van de onbarmhartige aanpak van onschuldige burgers is dus niet waar.

Hink-stap-sprong narratief

Helaas spijkert de parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening deze misvatting nog wat steviger vast. De commissie gaf wetenschappers van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) opdracht om onderzoek te doen naar (onder meer) de media-aandacht voor fraude met sociale voorzieningen en de invloed daarvan op de politiek.

In deze ‘contextanalyse’, bijlage bij het eindrapport ‘Blind voor mens en recht’ van de commissie, worden ruim honderdduizend berichten over fraude geturfd. Dat levert best interessante inzichten op. Maar tot een helder antwoord op de vraag of nieuwsmedia via de Tweede Kamer inderdaad invloed hebben gehad op anti-fraudewetgeving komt het niet. Dat erkennen de onderzoekers zelf ook. ‘Het is – zeker op basis van openbare bronnen – wetenschappelijk niet vast te stellen dat een bepaald discours direct tot bepaald beleid heeft geleid.’
(…)
Je verwacht dus dat de Kamercommissie voorzichtig is met conclusies over de rol van de pers. Dat is niet zo. In het eindrapport staat: ‘Er is onevenredig vaak geschreven over fraude binnen de sociale zekerheid. Bij fraude ging het bovendien met name over fraude door mensen met een migratieachtergrond. (…) De commissie concludeert dat Kamerleden en journalisten hiermee een aanjagende rol hebben gehad’.”

Volgens Sietsma is de conclusie niet gebaseerd op wetenschappelijk vastgestelde feiten uit het onderzoek. In zijn artikel gaat hij voorts gedetailleerd in op de rol van pers en politiek. Bijvoorbeeld dat RTL-verslaggever Roel Schreinemachers in januari 2014 berichtte over huishoudens die worden gedupeerd door het onterecht stopzetten van toeslagen (naast de Fraudewet). Waarom claimen de onderzoekers dat journalisten geen oog hadden voor de slachtoffers van het hardvochtige beleid?

Over de rol van de Tweede Kamer is Sietsma niet erg te spreken.
Op 1 maart 2014 – lang voor het uitbreken van de toeslagenaffaire – schreef hij met een collega op de website van RTL Nieuws het artikel Nieuwe aanpak uitkeringsfraude dupeert onschuldige gezinnen, dat nog steeds op de site van RTL staat en gaat over de uitwassen van de Fraudewet van 2013.

Wat Sietsma betreft, hij heeft afstand gehouden van de politiek, en zich niet schuldig gemaakt aan een te intieme relatie met de politiek, of het samen met Kamerleden aanjagen van een hard fraudebeleid.

Lees het hele artikel Tweede Kamer maakt pers medeplichtig aan falende politiek, door Siebe Sietsma, Villamedia magazine, april 2024, jaargang 16, no2.

‘De Bulgarenfraude stond niet aan de wieg van de onbarmhartige aanpak van onschuldige burgers’ door Siebe Sietsma, Villamedia, 17 april 2024: www.villamedia.nl

Nieuwe aanpak uitkeringsfraude dupeert onschuldige gezinnen, RTL Nieuws: www.rtl.nl

Oproep aan zorgprofessionals op 2 mei het werk te onderbreken

NU’91 roept iedereen in de zorg op het werk op donderdag 2 mei 2024 om 14.00 uur twee minuten te onderbreken en daarbij stilte in acht te nemen. Aanleiding hiervoor is het recente steekincident in een ggz-instelling in Heerlen waarbij op 23 april een verpleegkundig specialist overleed. NU’91 houdt deze actie uit respect voor het slachtoffer en vraagt hiermee aandacht voor de toenemende agressie richting zorgverleners.

Veilig werken

Volgens NU’91 is geweld richting zorgprofessionals al jaren een groot probleem. Uit diverse eigen peilingen lijkt het zelfs toe te nemen. Femke Merel van Kooten, voorzitter van NU’91: “Iedere zorgprofessional moet zijn of haar werk veilig kunnen doen. We roepen al zo lang dat veiligheid de allereerste prioriteit is, maar toch blijkt dit in de praktijk vaak niet zo te zijn. We horen dat de juiste middelen, zoals bijvoorbeeld een werkende alarmknop, ontbreken. Of dat er niet geluisterd wordt naar zorgprofessionals als zij aangeven dat een situatie onveilig is. Dat moet nu echt veranderen. Hoeveel slachtoffers moeten er nog vallen?”

NU’91 roept zorgprofessionals op om 2 mei het werk te onderbreken na dodelijk geweldsincident, NU’91, 29 april 2024: www.nu91.nl/nieuws/nu91-roept-zorgprofessionals-op-om-2-mei-het-werk-te-onderbreken-na-dodelijk-geweldsincident/

NU’91 is een onafhankelijke beroepsorganisatie voor zorgprofessionals. www.nu91.nl/over-ons/

Twee minuten stilte voor Melanie op 2 mei, Mondriaan, 30 april 2024: www.mondriaan.eu/nieuws/twee-minuten-stilte-voor-melanie-op-2-mei

Een boer, een dokter en een leraar vertellen hoe de niet te stuiten bureaucratie hun werk verlamt

Boeren protesteren, artsen waarschuwen voor knelpunten bij de behandeling, veel leraren lopen weg. Er heerst woede onder belangrijke dienstverleners, met één gemene deler: teveel bureaucratie. Ze willen akkers bewerken, patiënten behandelen en kinderen onderwijzen, maar in plaats daarvan brengen deze professionals elke week uren, zelfs dagen, door in een kantoor en achter een computer.
Daniel Friedli van het Zwitserse dagblad Neue Zürcher Zeitung interviewde een boer, een arts en een lerares over de manier waarop de bureaucratie hun werk verlamt.

Niemand wil het

Hij schrijft dat bureaucratie eigenlijk een politieke paradox is. Niemand wil het en toch tiert het welig. Niemand komt ervan af, ook al klaagt iedereen erover. De term is bedacht door de fysiocraten*), die de door de staat gereguleerde graanhandel in het mercantilistische Frankrijk ironisch genoeg hekelden als bureaucratie, oftewel ‘kantoorheerschappij’. Daarmee was de toon gezet, tot de huidige dag. De spot drijven met en venijn uitstrooien over ambtenaren en hun regels behoren tot de sociale canon, van Charles Dickens’ boek Little Dorrit tot de Ballade vo däm, wo vom Amt isch ufbotte gsi van de Zwitserse singer-songwriter Mani Matter.

Maar bureaucratie heeft ook een goede kant: het scheidt ambt en functie van de persoon en garandeert met stoïcijnse gelijkmoedigheid dat alle mensen gelijk worden behandeld. Omgekeerd is het juist de gelijkstelling die bureaucratie de natuurlijke vijand van mensen maakt. Bureaucratie erkent het individu niet, enkel de norm. Dat leidt uiteindelijk tot de vraag: Hoeveel vertrouwen is juist en hoeveel controle is nodig?

Hydra

Een blik op het dagelijks leven achter het politieke debat laat zien hoezeer de balans verschuift voor de eerder genoemde professionals en hoe de klachten vergelijkbaar zijn: te veel administratie die teveel tijd en geld opslokt en die te weinig toegevoegde waarde biedt, waardoor de motivatie verlamd raakt. Wat socioloog Cyril Northcote Parkinson formuleerde als de ‘Wet van Parkinson’, lijkt te worden bevestigd. Administraties blazen zich van nature op en produceren zodoende voortdurend nieuwe regels. Zelfs de vooruitgang in de vorm van digitalisering dreigt te mislukken – of liever, produceert nog meer bureaucratie.

Toch lijkt het moeilijk een hoofdschuldige aan te wijzen. Bureaucratie is vaak de som van wensen en eisen van belangengroeperingen, van de staat en de economie, tot ouders, klanten en patiënten, en uiteindelijk de samenleving als geheel. Bureaucratie lijkt daarom op een hydra, het veelkoppige monster dat bijna net zoveel koppen heeft als er mensen zijn die klagen.

De geïnterviewden zijn:

♦ Samuel Guggisberg, boer uit Zimmerwald. Hij besteedt een dag per week aan het doorploegen van handleidingen, dossiers en formulieren. “Het zou beter zijn de CS**) te controleren”.

♦ Monika Hurni is lerares van een vijfde klas lagere school in het midden van Zwitserland. Ze vertelt haar verhaal onder pseudoniem. Er gaat geen ochtend voorbij zonder dat een ouder een vraag stelt over huiswerk of een ander probleem aankaart. “We hebben veel op ons bord dat geen onderwijs is, maar ook niet per se overheidsbureaucratie”. Ze krijgt 1 uur per week voor administratieve taken maar in de praktijk is daar een veelvoud van nodig.

♦ Stefan Roth is kinderarts en behandelt kinderen en jongeren in een medische praktijk in Köniz, waar hij acht consulten met patiënten per dag heeft en nog eens drie uur op kantoor doorbrengt. Hij schrijft “rapporten van vijf pagina’s over een verkoudheid”.

Lees het hele artikel: Vertrauen ist gut, Kontrollen besser: Ein Bauer, ein Arzt und eine Lehrerin erzählen, wie die Bürokratie ihre Arbeit lähmt, door Daniel Friedli, Neue Zürcher Zeitung, 27 april 2024: www.nzz.ch/report-und-debatte/wie-die-buerokratie-aerzte-lehrer-und-bauern-laehmt-ld.1827571

NZZ beveelt een ander artikel aan, waarvan de kop luidt: “Duitsland komt 50.000 artsen tekort – minister van Volksgezondheid Lauterbach wil bureaucratie verminderen en de dokterspraktijken tegemoet komen” … www.nzz.ch

Noten
*) De Franse hofarts François Quesnay (1694-1774) verzamelde op latere leeftijd een groep volgelingen om zich heen. Deze groep wordt gewoonlijk aangeduid als de fysiocraten. De term fysiocratie schijnt voor het eerst gebruikt te zijn in 1757. De letterlijke betekenis is ‘de natuur heerst’ en heeft veel te maken met de natuurlijke ordening die achttiende-eeuwse denkers achter de zichtbare werkelijkheid vermoedden. Overigens noemden de discipelen van Quesnay zichzelf liever les économistes.
**) CS = Credit Suisse, Zwitserse financiële dienstverlener, in maart 2023 overgenomen door UBS AG.

Gedreven vakman Wim van de Merwe ontvangt Koninklijke onderscheiding: Ridder in de Orde van Oranje Nassau

Wim van de Merwe ontving uit handen van burgemeester Jorrit Eijbersen van de gemeente Hellendoorn de Koninklijke onderscheiding van Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Hij was een van de vijftien inwoners van Hellendoorn die op de dag voor Koningsdag, vrijdag 26 april 2024, werd gedecoreerd.

Bij het opspelden van het lintje sprak de burgemeester de volgende woorden:

«De heer Van de Merwe uit Hellendoorn heeft een indrukwekkende staat van dienst.
Gedurende 34 jaar, van 1982 tot 2016, heeft hij met toewijding en passie als docent gewerkt aan de Christelijke Scholen Gemeenschap Reggesteyn en in totaal zelfs 39 jaar in het onderwijs. Zijn inzet strekt zich uit over meer dan 46 jaar, waarin hij een onschatbare bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling van jongeren en de bevordering van technische vaardigheden. Zijn expertise is vaak erkend en belicht door journalisten, zoals te zien is in bijgevoegde documenten.

Sinds 1996 bekleedt hij de rol van coördinator bij de Nationale Wedstrijden Lassen van World Skills Netherlands Junior Vakkanjers. Hierbij begeleidt hij deelnemers zowel nationaal als internationaal en vervult hij een cruciale rol in de organisatie van de Nationale Skills-wedstrijden Lassen.

Naast zijn inspanningen voor de Skills-wedstrijden, is de heer Van de Merwe een fervent voorstander van praktijkgericht techniekonderwijs voor vmbo’ers. Hij staat bekend om zijn pleidooi voor vakinhoudelijke opleidingen met een sterke nadruk op praktische vaardigheden, zoals lassen. Zijn inzet heeft geleid tot de oprichting van de Junior Vakkanjers-laswedstrijden voor vmbo’ers, die sinds 2003 landelijk worden gehouden. Onder zijn leiding hebben zijn leerlingen regelmatig de finale bereikt en verschillende keren de eerste plaats behaald. Met zijn pensionering eindigt een tijdperk van successen, aangezien niemand zijn onbezoldigde trainingsuren kan evenaren. Desalniettemin blijven de teamwedstrijden voortbestaan als een erfenis van zijn toewijding.

Sinds 2019 is hij lasinstructeur bij Brink Staalbouw in Nijverdal, waar hij jongeren coacht in het vakgebied lassen. Zelfs na zijn pensioen blijft hij met dezelfde passie en liefde voor het vak zich inzetten om jongeren te inspireren voor een carrière in de metaaltechniek.

De heer Van de Merwe wordt geprezen als een gedreven vakman, wiens toewijding en enthousiasme zelfs na zijn pensionering onverminderd voortduren, met als voornaamste doel jongeren te motiveren voor een toekomst in de techniek.»

Lintjesregen in Hellendoorn, Hart van Nijverdal 26 april 2024: www.hartvannijverdal.com/nieuws/nieuws/115609/lintjesregen-gemeente-hellendoorn-2024

 

Wim van de Merwe is Voortrekker van Beroepseer

Jos van der Lans neemt afscheid en blikt terug op veertig jaar doorgronden van en schrijven over de sociale sector

Jos van der Lans typeert zich op X – Twitter – als ”cultuurpsycholoog en journalist/publicist, ex-senator, boekenlezer | burgerkracht | eropaf! | Canon Sociaal Werk | Buurtcoöperatie OHG/de Eester”. Begin april is hij zeventig jaar geworden en heeft hij aangekondigd met zijn werk te stoppen: “Veertig jaar lang schreef hij over de publieke sector, omdat hij zag hoe de burger aan het kortste eind trok ten overstaan van grootschalige instituties. Dat moest anders”. Het bericht in de Nieuwsbrief van Eropaf! gaat verder: “Hij was onder andere eindredacteur bij Tijdschrift voor de Sociale Sector, de voorloper van Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, waarvoor hij columns schreef. Hij stond aan de vooravond van Eropaf!, waar hij enkele jaren in het bestuur heeft gezeten. Van der Lans was een inspiratie voor veel mensen; hij hield goed bezochte lezingen in het hele land”.
Stichting Eropaf! opgericht door Marc Räkers en anderen, bepleit evenals Van der Lans “vernieuwing in het sociaal domein en geeft richting aan de ontwikkeling van Welzijn Nieuwe Stijl”.

Het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken heeft Jos van der Lans gevraagd als gasthoofdredacteur een speciale editie samen te stellen ter ere van zijn afscheid. “De marktwerking en het bedrijfsmatig aansturen hebben het sociaal werk in de verdrukking gebracht. Deze constatering bracht publicist Jos van der Lans tot het samenstellen van het dossier ‘Hoogste tijd voor retro-innovatie’ in de voorjaarseditie van Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken”.

Op de site van Sociale Vraagstukken blikt Van der Lans terug op zijn loopbaan in de sociale sector. Waren het vooral losse gedachten of zat er samenhang in zijn verhalen? Hij realiseert zich dat er wel degelijk een lijn was: hij zocht naar grondstoffen voor een nieuw type civil society.

Enkele passages uit ‘Jos van der Lans: 40 jaar over sociale sector’

«Hebben al die duizenden megabytes die ik de afgelopen veertig jaar wereldkundig heb gemaakt nu ook echt geholpen? Gelet op de verwarring, verdeeldheid en verontwaardiging die ons via de media dagelijks bereiken, lijkt hier enige mistroostigheid op zijn plaats.

Maar kijk ik om me heen in mijn eigen omgeving, in buurten en wijken, in de steden, ga ik op bezoek bij gemeenten of instellingen, dan zie ik iets anders. Dan zie ik een groeiende behoefte om samen te werken, om los te komen van bureaucratische systemen, om nieuwe overzichtelijkheid en eenvoud te realiseren. Ik zie ook een elke dag rijker wordende beweging van mensen om zich te organiseren, om verantwoordelijkheid te nemen voor zorgzame buurten, voor duurzame en lokale energieopwekking, voor recycling en vergroening.

In dorpen en steden zie ik de kiemen van een nieuw type civil society ontstaan in de lege ruimte tussen de grote instituties en de overheden. Ik zie pogingen om dienstverlening te herbronnen – het heet dan ‘menselijke maat’ of ‘terug naar het ambacht’ dan wel ‘kleinschaligheid’ of ‘zelforganiserende teams’. De roep om generalisten (in plaats van specialisten) weer in buurten en wijken in wijkteams te laten opereren, past daar ook naadloos in. In de pogingen om te ontsnappen aan grote systemen en bureaucratische ordeningen is retro-innovatie eigenlijk aan de orde van de dag.

Waar het echter aan schort, is dat het in de marge blijft, door regels en financieringsstromen buiten de deuren van de gevestigde instituties wordt gehouden en nog maar mondjesmaat is doorgebroken tot het niveau van de politiek. Wat ontbreekt, is een inspirerende dialoog die de materiële machtscentra van de publieke sector in beweging brengt en die op meerdere niveaus van de samenleving tot eenstemmigheid in plaats van verdeeldheid leidt.

Zeker, ik heb daar de nodige woorden voor geleverd; dat was absoluut geen verspilde moeite. Maar er is voor mij en de vele geestverwanten die ik de afgelopen veertig jaar getroffen heb, nog volop denk- en doewerk aan de winkel. Want zonder duwen en trekken, zonder mobiliseren en fantaseren, zonder overtuigen en laten zien, zonder trial and error zal de oude werkelijkheid zich nooit gewonnen geven».

Lees de hele terugblik Jos van der Lans: 40 jaar over sociale sector, Sociale Vraagstukken, 25 april 2024: www.socialevraagstukken.nl/jos-van-der-lans-40-jaar-over-sociale-sector/

Hoogste tijd voor retro-innovatie, Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, 2 april 2024: www.socialevraagstukken.nl/rubrieken/tijdschrift-voor-sociale-vraagstukken/hoogste-tijd-voor-retro-innovatie/

Bij uitgeverij Van Gennip verscheen Van onderop – over burgers, professionals, ambtenaren & bestuurders met vijftig columns van Jos van der Lans: https://vangennep-boeken.nl

Website Jos van der Lans: https://www.josvdlans.nl

 

Rapport De Staat van het Onderwijs 2024

Jaarlijks brengt de Inspectie van het Onderwijs de Staat van het Onderwijs uit. Met feiten en cijfers toont de Inspectie de ontwikkelingen en resultaten aan en worden de verbanden en oorzaken gesignaleerd

Scholen en opleidingen die de onderwijskwaliteit en basisvaardigheden niet op orde hebben zouden meer voorbeeld moeten nemen aan scholen waar het wel goed gaat. De onderlinge verschillen tussen scholen en instellingen zijn nu te groot. Dat blijkt onder andere uit de mate waarin leerlingen op vergelijkbare scholen de taal- en rekenvaardigheden beheersen en uit de kwaliteitsoordelen van de inspectie over scholen en instellingen.
Uit een steekproef van 225 scholen blijkt dat ruim 20% van de scholen in funderend onderwijs vorig jaar het inspectieoordeel Onvoldoende kreeg. Tegelijkertijd zijn er ook veel scholen waar het wél lukt, waar de meeste leerlingen de basisvaardigheden beheersen en waar de lerarentekorten klein zijn.
De scholen die onvoldoende zijn, dienen ambitieuzer te zijn en leren van de andere scholen.

Uit het Voorwoord van Ria Westendorp,
waarnemend inspecteur-generaal van het Onderwijs

« We staan in Nederland voor grote opgaven. Veel mensen hebben zorgen over hun bestaanszekerheid, over kinderarmoede, sociale ongelijkheid en de polarisatie in de samenleving. Deze problemen hebben invloed op het onderwijs, maar andersom kan het onderwijs hier ook een belangrijke positieve impact op hebben. Goed onderwijs maakt immers het verschil in de klas of collegezaal, in je latere leven en in de maatschappij. Het bepaalt in welke mate onze kinderen straks kunnen meedraaien en bijdragen aan een land dat klaar is voor de toekomst.

Onderwijs in zwaar weer

Het onderwijs verkeert echter in zwaar weer, zo constateren wij als Inspectie van het Onderwijs – en velen met ons – al jaren. Steeds meer leerlingen en studenten beheersen de basisvaardigheden taal, rekenen en burgerschap niet goed. En een schrijnend tekort aan leraren en schoolleiders maakt dat lessen uitvallen, vooral voor de kwetsbare groepen leerlingen, en dat de onderwijskwaliteit en passend onderwijs verder onder druk staat.
Al jaren klinkt zodoende de ene oproep na de andere om samen de schouders eronder zetten en het tij te keren. Hoewel die boodschap nog steeds geldt, is de tijd van vrijblijvendheid ruimschoots verstreken. Verbeteringen in het onderwijs zouden hoog op de agenda moeten staan in het parlement en in de maatschappij. Omdat we ieder kind, iedere leerling en iedere student goed onderwijs gunnen, ongeacht waar je wieg of school staat.
. . .
Het positieve verschil

Gemiddeldes doen geen recht aan de verschillen in het onderwijs. Daarom gaan we in deze Staat juist ook in op die verschillen. Het verhaal van de staat van het onderwijs is een medaille met twee kanten.
Er zijn nog steeds veel scholen en opleidingen waar het op eigen kracht lukt. Die het onderwijs van de basisvaardigheden op orde hebben en waarbij de lerarentekorten klein zijn, die zorgdragen voor kansengelijkheid, kwetsbare leerlingen extra ondersteuning bieden, aandacht hebben voor het welbevinden van leerlingen en studenten en kansen bieden op goede doorstroom van hbo naar wo. Scholen en opleidingen die er toe doen voor leerlingen en studenten en het positieve verschil maken in hun levens, ook in wijken waar dit niet vanzelfsprekend is. De verhalen en ervaringen liggen voor het oprapen.

En ook op het punt van professionaliseren zien we dat het kan. Er zijn scholen en opleidingen met een effectieve aanpak van professionalisering, waardoor elke docent goed toegerust voor de klas staat. En er zijn besturen die de kwaliteitszorg op orde hebben. Die zorgen voor een duidelijke visie op basisvaardigheden en ervoor kiezen die in alle vakken te integreren.

Vrijheden worden vrijblijvendheden

In alle gevallen zien we té weinig dat deze positieve praktijken op grote landelijke schaal worden overgenomen. Waarom blijkt dit zo moeilijk? We zien besturen waarbij er 2 goed functionerende scholen zijn, maar die dit niet weten over te brengen op een derde. Hoe zorgen we dat dit wel gebeurt?

Ons onderwijs is verregaand gedecentraliseerd en gaat uit van autonomie van professionals en besturen. Hierin schuilt wel een risico: goed onderwijs wordt de verantwoordelijkheid van iedereen, maar in de praktijk te vaak van niemand. Vrijheden worden vrijblijvendheden. Vrijblijvendheden die kunnen leiden tot een ongelijke verdeling van problemen en personeelstekorten.

Het werpt de vraag op of er niet meer regie moet komen. We dienen met elkaar te bepalen hoe goed onderwijs eruit moet zien. Wat is vakmanschap en hoe vullen we dat in? Is het zicht op de leerlingen en studenten voldoende en past het aanbod bij wat ze nodig hebben? Dat moeten politiek, besturen, schoolleiding en docenten bepalen. Zo lang dat niet gebeurt vullen externe partijen zoals adviesbureaus, educatieve uitgeverijen en huiswerkinstituten de gaten.
. . .
Het tij keren

De Griekse filosoof Euclides schreef ooit: “De meeste ideeën over onderwijs zijn niet nieuw, maar niet iedereen kent de oude ideeën.” Wat in de Griekse oudheid gold, geldt vandaag misschien nog wel sterker. De ideeën zijn er, we kennen en gebruiken ze ook, maar nog lang niet voldoende. Nu moeten we ze overal ten uitvoering brengen.
En zo hopen we na een somber beeld toch te concluderen met een hoopvolle gedachte voor de toekomst: we kunnen het tij keren. Dat zien we immers in de verschillen die er zijn. Alle ruim 4 miljoen leerlingen en studenten hebben het recht om zich in een prettige en stimulerende omgeving voor te bereiden op een leven in de maatschappij. Als werknemer, als burger en als mens. Daarvan profiteren zij niet alleen, maar wij allemaal. »

Downloaden Rapport De staat van het onderwijs 2024, Inspectie van het Onderwijs, april 2024: https://beroepseer.nl

 Rapport De Staat van het Onderwijs 2024, Onderwijsinspectie, 17 april 2024: www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/2024/04/17/rapport-de-staat-van-het-onderwijs-2024

VMBO bestaat 25 jaar!

Het VMBO bestaat 25 jaar in 2024. Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs is in 1999 ingevoerd als vervanger van het voorbereidend beroepsonderwijs (VBO) en het middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (MAVO). De bedoeling was verbetering van de aansluiting op het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) en het hoger algemeen voortgezet onderwijs (HAVO).
Al sinds het ontstaan wordt er geklaagd over het slechte imago van het VMBO. Een documentaire ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum wijst daar ook op:  “Maar het jubileum is niet per se reden tot grote vreugde; het schooltype kampt met een imagoprobleem. De opleiding geldt voor veel mensen als ‘minderwaardig’, ouders en kinderen mikken liever op ander zogenaamd ‘hoger’ onderwijs”. Het televisieprogramma Andere tijden zendt de documentaire met historisch archiefmateriaal over de veranderingen in het beroepsonderwijs en de mogelijkheden voor de toekomst uit op vrijdag 26 april 2024.

Blaffen tegen de verkeerde boom

Sinds de aanvang is de ene poging na de andere gedaan om het VMBO te verbeteren, aan te passen of het imago op te krikken.  Maar hoe doe je dat?
Arjan Elbers ergert zich in een artikel op Flexnieuws aan recente oproepen over herwaardering en imagoverbetering van het (V)MBO. Hij schrijft: “Reclamespotjes van de overheid gaan niet helpen bij de herwaardering van het (v)mbo). Laat zelf zien hoe gaaf het (v)mbo is. Stap uit de slachtofferrol en ben trots op het (v)mbo en de helden van onze toekomst!”
Op 21 maart 2024 bracht de NOS het bericht over de oproep van het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS) en Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOBmbo) aan de overheid om meer haast te maken met de herwaardering van het (V)MBO.
Elbers: “De oproep van het Laks en JOBmbo is fantastisch! Alleen, de geadresseerde is in mijn ogen helemaal verkeerd. De overheid gaat ons (v)mbo onderwijs helemaal niet helpen aan een beter imago. Het is dezelfde overheid die vijftien jaar lang geroepen heeft dat we een kenniseconomie moeten zijn. Ouders van Nederland: leidt je kind vooral zo hoog mogelijk op. En die overheid gaat je nu helpen? Not. Laks en JOBmbo blaffen tegen de verkeerde boom”.

Elbers suggereert: “Laat zien waar we trots op zijn! Bijvoorbeeld Skills The Finals, dat is waanzinnig. Wat die jongens en meiden daar doen en laten zien is abnormaal gaaf. Het Crafted Festival, waar jaarlijks creativiteit wordt getoond en gevierd door mbo’s. Mega indrukwekkend. Of NXtv.nl en de briljante online gastcolleges van Stichting Guruz. Ze brengen vakmanschap geweldig in beeld”. Elbers verwijst naar het verhaal van Lotje op video die haar studieadvies kreeg waarna de reactie van haar ouders. Die waren het niet eens met het advies. Zie: www.youtube.com/watch?v=nWWfOe9boHc

Voortreffelijk Mega Belangrijk Onderwijs

Een recent overheidsplan ter stimulering van het VMBO is de ‘nieuwe leerweg’ die per 1 augustus 2024 van start zou gaan. Deze is evenwel uitgesteld, maar scholen die dit willen, mogen vanaf het schooljaar 2024-2025 praktijkgerichte programma’s aanbieden als erkend examenvak. De nieuwe leerweg biedt elke school een of meerdere praktijkgerichte programma’s. De gemengde en de theoretische leerweg mogen dan niet meer worden aangeboden. Leerlingen kunnen alleen een diploma nieuwe leerweg halen als ze, naast de andere vakken, ook het praktijkgerichte programma afgesloten hebben.

Naar aanleiding van de lancering van de ‘nieuwe leerweg’, met als kern de verplichting van het praktijkvak, schreef journaliste Aleid Truijens in de Volkskrant in 2020: “Ik ben bang dat de nieuwe vmbo-leerweg de zoveelste goede bedoeling is die verkeerd uitpakt”. Intussen zijn we vier jaar verder. Arjen Daelmans schrijft in Trouw in maart 2024 het artikel Trots op het vmbo: Voortreffelijk Mega Belangrijk Onderwijs! “De komende weken ontvangen zo’n 180.000 leerlingen uit groep acht het definitieve advies voor de middelbare school. Ongeveer de helft krijgt een vmbo-advies. Voor sommige ouders en leerlingen voelt dat niet feestelijk. Immers, je móet naar het vmbo, je mág naar het havo of vwo. Hardnekkige beelden en onbekendheid met het vmbo maken dat jongeren (en ouders) niet trots kunnen zijn op hun school en opleiding, want ze doen ‘maar’ vmbo.
Dat is zonde en onnodig. Alleen al omdat er wat de leerprestaties betreft een duidelijke overlap tussen de niveaus bestaat: goed presterende vmbo’ers scoren even goed als havisten en vwo’ers op bijvoorbeeld taal en rekenen. Van alle leerlingen in de derde klas zitten vmbo-leerlingen het vaakst op een hoger niveau, vergeleken met hun schooladvies”.
Daelmans eindigt met “felicitaties voor alle leerlingen van groep acht met een vmbo-advies! Je gaat mooi onderwijs volgen waarmee je goed voorbereid wordt op een vervolgopleiding en mooie baankansen tegemoet gaat. Welkom op het vmbo: Voortreffelijk Mega Belangrijk Onderwijs”.

Sterk Techniekonderwijs

Sinds 2018 maakt het kabinet jaarlijks 100 miljoen euro vrij die via een subsidieregeling door scholen kan worden ingezet om een impuls te geven aan het techniekonderwijs in het beroepsgerichte VMBO. Omdat er in de gehele technieksector behoefte is aan goed geschoold personeel, wordt deze subsidieregeling vanaf 2025 verbreed van enkel de harde techniek naar alle techniekopleidingen binnen het VMBO: de subsidieregeling Sterk Techniekonderwijs (STO) 2025-2029.

Uitzending Andere tijden op 26 april 2024: ‘Miljonairs van de toekomst’

De documentaire van Andere tijden wordt uitgezonden op vrijdag 26 april 2024 op NPO 2, om 23.10 uur. De titel luidt Miljonairs van de toekomst? Dat is andere taal. Een ontwikkeling van underdog naar miljonair. Oorzaak is dat de  arbeidsmarkt staat te springen om vaklui. In de film komt aan het woord Tineke Netelenbos die eind jaren zestig zelf werkzaam was als lerares in het beroepsonderwijs en later als staatssecretaris verantwoordelijk was voor de invoering van het VMBO. Daarnaast vertellen oud-docent Albert Evenhuis, docent Hendrik Atze van Doezum en oud-VMBO-leerling Pascal Koning hun verhaal.

We zien ook een jonge aannemer, voorbeeld van de geslaagde vakman van de toekomst. Hij heeft een goed inkomen. Oud-directeur Wim Metsemakers van een ROC merkt tenslotte op: “Dit gaan we dus krijgen: de strijd om de vakman. Je kunt wel de mooiste dingen tekenen, maar als het niet te maken is, hou maar op. Vaklieden worden de miljonairs van de toekomst”.

Miljonairs van de toekomst. Duur 46 min. https://anderetijden.nl/programma/1/Andere-Tijden/aflevering/977/Miljonairs-van-de-toekomst

Feestkrant en Managementdag SPV – het VMBO in beweging

Na de zomer komt het Platform VMBO Dienstverlening en Producten met de Feestkrant vmbo 25 jaar: https://platformdenp.nl/

Stichting Platforms VMBO bestaat 20 jaar en viert dat met de SPV Managementdag – Het vmbo in beweging in Amersfoort op 3 juni 2024. www.platformsvmbo.nl/actueel/uitnodiging-spv-managementdag-3-juni-2024 (Niet meer beschikbaar. Zie UPDATE onderaan pagina)

Referenties

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden – Besluit van 19 mei 1999 over invoering van leerwegen in het middelbaar algemeen voortgezet onderwijs en het voorbereidend beroepsonderwijs: https://beroepseer.nl

Ik ben bang dat de nieuwe vmbo-leerweg de zoveelste goede bedoeling is die verkeerd uitpakt, door Aleid Truijens, de Volkskrant, 30 november 2020: www.volkskrant.nl/

Trots op het vmbo: Voortreffelijk Mega Belangrijk Onderwijs!, door Arjen Daelmans, Trouw, 17 maart 2024: www.trouw.nl

Herwaardering van het (v)mbo? Goed verhaal, maar er wordt geblaft naar de verkeerde boom, door Arjan Elbers, Flexnieuws, 27 maart 2024: www.flexnieuws.nl

Sterk Techniekonderwijs: www.sterktechniekonderwijs.nl/

Tips & tools voor de planvorming 2025-2029: www.sterktechniekonderwijs.nl

VMBO, VO Raad: www.vo-raad.nl/onderwerpen/vmbo/praktijk-ondersteuning

25 jaar praktijkonderwijs: het ontstaan van het Praktijkonderwijs, Boom Beroepsonderwijs: https://boomberoepsonderwijs.nl

Video Arjan van der Meij: Maken moet weer terug in het onderwijs, 14 april 2014: https://beroepseer.nl

Te doen met en rondom het VMBO

Beroepenfeest VMBO On Stage: www.onderwijsonstage.nl

WorldSkills: https://worldskillsnetherlands.nl
Skills The Finals: https://worldskillsnetherlands.nl/stf/
WorldSkills Netherlands bestaat twintig jaar. ‘Vakwedstrijden hebben me gemaakt tot wat ik nu ben’, Blogs Beroepseer, 10 oktober 2022: https://beroepseer.nl

Vakkanjers: https://vakkanjers.nl

Crafted Festival: https://crafted.nu

NX TV: https://www.nxtv.nl

Stichting Guruz: https://www.guruz.nl

T I P
Type het woord
beroepsonderwijs in het zoekveld op de homepage van deze Beroepseer-site voor alle blogs/video’s vanaf 2006 over het onderwerp

U P D A T E

SPV Managementdag op 4 juni 2024 – VMBO in beweging, tekst: Anne Wesseling; fotografie Ashwien Jurawan, Stichting Platforms VBO, 10 juni 2024: www.platformsvmbo.nl/actueel/vmbo-in-beweging

 

 

Afbeelding bovenaan: VMBO-bank achterkant (Verhalenbanken, Veendam www.rtvnoord.nl/nieuws/199707/mozaiekbank-vertelt-verhaal-van-school-die-gaat-verdwijnen)

Interview met initiatiefnemer brief namens 200 advocaten aan NOvA over de internationale rechtsorde in Gaza

Tijdschrift en platform voor juristen Mr. kiest elke week een ‘Meester van de Week’ uit die om een bepaalde reden in het nieuws staat, een opvallende overstap heeft maakt of gaat maken, of betrokken is bij een spraakmakende transactie. De tweede week van april 2024 viel de keuze op militair advocaat Reinout Sterk. Hij nam het initiatief tot het versturen – op 4 april 2024 – van een brief aan de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) met daarin een verzoek namens 200 advocaten om de “schending van de internationale rechtsorde door Israël” te veroordelen.

De eerste vraag die de redactie van Mr. stelt is: Wat was de motivatie voor het opstellen en versturen van de brief aan de Nederlandse Orde van Advocaten?
Sterk: “De vraag is andersom. Hoe kan het dat wat alle schijn heeft van genocide gaande is, en wij ons genoodzaakt voelen dat te adresseren? We zien een land op georganiseerde schaal de ergste misdaad plegen die er is, en we zien onze regering dat land de hand boven het hoofd houden. Moeten wij dan niets doen?”

Tweede vraag: Heeft Hamas de internationale rechtsorde niet juist geschonden, waarna Israël zich aan het verdedigen is door aan te vallen in Gaza, en geen andere keuze heeft dan oorlog voeren?
Sterk: “Je kunt dit niet los zien van alle pogroms, en de holocaust, die joden in Europa zijn aangedaan. Vanuit die achtergrond begrijp ik de diepgevoelde wens tot een eigen staat. Maar daar hebben de Palestijnen niks mee te maken. Omwille van het stichten van de staat Israël is de inheemse bevolking in 1948 met geweld en terreur verdreven. En de Palestijnen die er zijn blijven wonen, zijn tot tweederangsburgers gemaakt. Bovendien wordt van hen, nog steeds, onder dreiging van geweld land onteigend. Hamas heeft de internationale rechtsorde inderdaad geschonden. Dat was een verschrikkelijke terreuraanslag. Maar geeft dat Israël carte blanche? Is dat een argument om het oorlogsrecht terzijde te schuiven?”

Is het wel de rol van advocaten om zo’n brief te sturen?
“Advocaten zijn de hoeders van de rechtsstaat. Artikel 90 van de grondwet geeft de Nederlandse regering de opdracht de internationale rechtsorde te bevorderen. Door Israël niet keihard aan te pakken, doet de regering het tegenovergestelde. Daarmee schendt ze de Grondwet, en dus de rechtsstaat. Bovendien heeft de NOvA deze deur zelf opengezet, door in 2022 een scherpe veroordeling uit te spreken van het schenden van de Rule of law door Rusland”.

U bent zelfstandig militair advocaat. Heeft uw achtergrond verband met de actie? Bent u activistisch?
“Mijn achtergrond heeft alleen verband met deze actie, in die zin dat ik gespecialiseerd ben in het oorlogsrecht. Mijn religie of afkomst heeft er niets mee te maken. Dat zou ook niets uit moeten maken”.

Lees het hele interview: Reinout Sterk over de internationale rechtsorde in Gaza en ascetisch leven, redactie Mr., 8 april 2024: www.mr-online.nl/reinout-sterk-over-de-internationale-rechtsorde-in-gaza-en-ascetisch-leven/

Groep advocaten: ‘Orde, veroordeel schending rechtsorde door Israël’, redactie Mr., 4 april 2024: www.mr-online.nl/groep-advocaten-orde-veroordeel-schending-rechtsorde-door-israel/

 

Afbeelding bovenaan is van Jessica45

De schaduwkant van HRM

Eva Knies kreeg in 2022 bericht dat haar project People management: te veel van het goede? een Vidi-financiering*) krijgt van ongeveer 800.000 euro voor het opzetten van een onderzoeksgroep en de ontwikkeling van een eigen onderzoekslijn. Eva Knies is hoogleraar Strategisch Human Resource Management aan de Universiteit Utrecht.
In het Tijdschrift voor HRM schreef zij met Sandra de Kruijf en Jasmijn van Harten het artikel De schaduwkant van HRM.
Human Resource Management (HRM) houdt zich bezig met de personeelszaken van een bedrijf. Daarbij gaat het niet zozeer om de persoon als werknemer op zich. De nadruk ligt meer op vaardigheden, kennis en motivatie van de werknemer.
Jasmijn van Harten is als universitair hoofddocent verbonden aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) aan de Universiteit Utrecht. Sandra de Kruijf is promovenda aan het USBO.

Het blijkt dat HRM een schaduwkant heeft: valkuilen, hindernissen en risico’s van bestaande of nieuwe (beleids)praktijken met betrekking tot personeel. Zij schrijven:
”Er is door velen – getuige onder meer vele publicaties over dit onderwerp in het Tijdschrift voor HRM – onderzoek gedaan naar de vraag of HRM meerwaarde oplevert voor verschillende belanghebbenden. De mogelijkheid dat HRM tegelijkertijd ook een schaduwkant kan hebben, is echter in veel mindere mate onderwerp van discussie. Wij denken dat HRM-ondersteuning – hoe goed bedoeld ook – ‘te veel van het goede’ kan zijn. Dit levert juist risico’s op voor de prestaties en het welzijn van medewerkers. Deze schaduwzijde is nog onderbelicht. Meer inzicht is nodig in de risico’s hiervan en hoe er optimale ondersteuning aan medewerkers kan worden geboden”.

Hoewel de schaduwkant van HRM niet systematisch in kaart is gebracht, zijn er wel enkele studies die negatieve effecten van HRM op prestaties of welzijn van medewerkers laten zien. Dit zijn lang niet altijd onderzoeken die zijn gedaan om de schaduwkant van HRM te bestuderen. Regelmatig zijn negatieve HRM-effecten een nevenbevinding. Eén van deze studies is het promotieonderzoek van Jasmijn van Harten. Zij zag dat medewerkers die veel ondersteuning krijgen van hun leidinggevende bij hun functioneren in het dagelijkse werk minder open staan voor verandering. Jasmijn noemt dat het verwende werknemereffect. Deze bevinding geeft te denken: is meer ondersteuning vanuit de organisatie en de leidinggevende altijd beter? Ons voorlopige antwoord is: ‘nee, niet altijd’.

Social exchange

Voor onze argumentatie gaan we terug naar een klassieke theorie uit de jaren ’60: de Social Exchange Theorie van socioloog Peter Blau en het principe van wederkerigheid van Alvin Gouldner; het kernidee dat wanneer mensen positieve acties van anderen ervaren, ze het gevoel hebben dat ze bij de ander in het krijt staan en hun ‘schuld’ terug moeten betalen. De Social Exchange Theorie wordt veelvuldig gebruikt om positieve bijdragen van HRM, op bijvoorbeeld prestatie, te verklaren. Wij betogen dat dit een eenzijdige toepassing is en dat hetzelfde mechanisme ook tot minder positieve resultaten kan leiden. Als medewerkers veel ondersteuning krijgen kunnen zij het gevoel hebben dat zij zich bovenmatig moeten inzetten om dit terug te betalen in de vorm van bijvoorbeeld langer doorwerken om het werk af te krijgen, collega’s helpen of extra taken oppakken. Dit creëert een potentieel risico voor het welzijn van medewerkers. Zij kunnen over hun eigen grenzen gaan in hun pogingen de wederkerigheidsbalans te herstellen, met een grotere kans op bijvoorbeeld stress en burn-out. Het omgekeerde is ook denkbaar en sluit aan bij de verwende werknemers van Jasmijn. In dat geval profiteren medewerkers wel van de ondersteuning die ze krijgen, maar zal die niet tot optimale prestaties leiden. In dit geval krijgt de organisatie onvoldoende return-on-investment”.

Alertheid geboden

De auteurs eindigen hun verhaal met uitleg over het project De donkere kant van people management: “De komende jaren zullen wij met een team – bestaande uit experts op het gebied van HRM, arbeids- en organisatiepsychologie en bestuurskunde – onderzoek doen naar de schaduwkant van HRM, in het bijzonder in de onderwijs- en zorgsector. Dit onderzoek zal inzicht geven in het vóórkomen van negatieve effecten van goedbedoelde ondersteuning en de omstandigheden waaronder de risico’s daarop het grootst zijn. Denk bijvoorbeeld aan een situatie waarin een re-integrerende medewerker de mogelijkheid wordt geboden om een opleiding te volgen. Deze medewerker zal zich waarschijnlijk gezien en gewaardeerd voelen door het aanbod. Tegelijkertijd bestaat er ook een risico dat deze medewerker door het volgen van de opleiding in de gegeven situatie te veel hooi op de vork neemt tijdens het re-integratieproces. In nauwe samenwerking met de praktijk zullen we tevens komen tot handvatten voor leidinggevenden en medewerkers om te voorkómen dat de negatieve effecten van HRM optreden. Het wederzijds afstemmen van onuitgesproken verwachtingen speelt daarbij een belangrijke rol. In de tussentijd is alertheid geboden: meer ondersteuning kan ook te veel van het goede worden. Sterker nog: het kan datgene wat het probeert op te lossen juist verergeren. Het is van belang de juiste HRM-dosering te vinden (niet te veel, niet te weinig) om zo optimale resultaten te boeken”.

Lees het hele artikel De schaduwkant van HRM, door Eva Knies, Sandra de Kruijf & Jasmijn van Harten, Tijdschrift voor HRM, 15 april 2024: https://tijdschriftvoorhrm.nl/de-schaduwkant-van-hrm/

Onderzoeksproject naar de schaduwkant van people management, Universiteit Utrecht: www.uu.nl/nieuws/vidi-beurs-eva-knies-voor-onderzoek-naar-schaduwkant-people-management

In najaar 2023 verscheen het boek The dark side – waarover er gezwegen wordt op de werkvloer,  door Peggy De Prins bij de Vlaamse uitgever Pelckmans. Brenda Vermeeren schreef voor het Tijdschrift voor HRM een recensie van het boek (23 januari 2024): https://tijdschriftvoorhrm.nl/the-dark-side-waarover-er-gezwegen-wordt-op-de-werkvloer/

Noot
*) Een Vidi-financiering of beurs maakt samen met de Veni- en Vici-beurzen deel uit van het Talentprogramma van NWO – Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek. Vidi is gericht op ervaren onderzoekers die na hun promotie al een aantal jaren succesvol onderzoek hebben verricht. www.nwo.nl/calls/nwo-talentprogramma