“Ze weten niet hoe het is om onderaan te staan”. Analyse van wantrouwen lageropgeleiden t.o.v. politici
’Ze weten niet hoe het is om onderaan te staan” is de titel van een onderzoek naar de rol van gevoelens van afstand tot politici in de belevingswereld van lageropgeleide burgers. Die afstand blijkt een belangrijke reden voor politiek wantrouwen.
Het onderzoek is verricht door Kjell Noordzij, Willem de Koster en Jeroen van der Waal, allen verbonden aan de Master Politics & Society van de afdeling Bestuurskunde en Sociologie van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Ze hebben hun bevindingen gepubliceerd in British Journal of Sociology dat in december 2020 een speciaal nummer heeft gewijd aan het onder de loep nemen van de ‘radicaal onverwachte’ gebeurtenissen tijdens het Brexit-referendum en de verkiezingsoverwinning van Donald Trump in 2016. Beide gebeurtenissen legden diepgewortelde onvrede over de politiek onder grote delen van de bevolking bloot. Ze benadrukken de urgentie van een sociologisch begrip van de politieke onvrede onder “groepen die zich gemarginaliseerd, ondermijnd en niet vertegenwoordigd voelen door formele politieke krachten”.
Om erachter te komen wat deze afstand voor betrokkenen betekent en hoe deze een rol speelt in hun politiek wantrouwen voerden de onderzoekers (groeps)gesprekken met zesentwintig politiek wantrouwende, lageropgeleide burgers in diverse provincies. Niet alleen is onderzocht of de ervaren afstand van belang is voor hun denkbeelden over de politiek, maar vooral wat deze afstand betekent voor de lageropgeleiden zelf en hoe het een rol speelt in hun wantrouwen in de politiek.
Gevoelens van culturele afstand
In hun artikel in het online Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken schrijven de auteurs:
“Alhoewel zij allemaal een zeker wantrouwen in de politiek deelden, waren de groepen gemêleerd: sommigen maakten onderdeel uit van Gele Hesjes Nederland, waren politiek actief voor de PVV, of spraken hun waardering uit voor Lilian Marijnissen, terwijl anderen niets van de politiek wilden hebben.
Geïnspireerd door sociologen als Arlie Hochschild, waren wij ons bewust van cultuurverschillen tussen interviewers en geïnterviewden die wederzijds begrip in de weg kunnen zitten. Wij hebben geprobeerd om deze zogeheten ‘empathy wall’ af te breken. Bij de werving benadrukten wij daarom onze oprechte interesse in wat mensen zelf van de politiek vinden. Daarnaast spraken wij mensen op locaties die zij zelf voorstelden en werden deelnemers aan de groepsgesprekken door mensen zelf uitgezocht. We gebruikten open vragen om de discussie op gang te brengen, zoals ‘welke politici vind je goed, en welke slecht?’. Veel deelnemers gaven achteraf aan het gevoel te hebben dat zij ‘de kans [kregen] om alles te zeggen’.
Tijdens onze gesprekken voerden gevoelens van culturele afstand tot politici de boventoon. In algemene termen spraken aanwezigen over politici als mensen die in ‘hun skybox’ zitten, ‘mijlenver’ verwijderd van ‘het volk’. Er werd vaak niet precies duidelijk gemaakt wie er onderdeel is van ‘het volk’, maar duidelijk was wel dat menig politicus hiervan uitgesloten is. Het onderscheid tussen politici (‘zij’) en ‘het volk’ (‘wij’) doet sterk denken aan klassieke literatuur over populisme van Margaret Canovan of Cas Mudde, en dankzij onze diepgaande gesprekken zijn we in staat om aan te wijzen wat deze afstand betekent voor de geïnterviewden”.
Neerkijken op politieke voorkeuren
Door verder te gaan dan de vaak genoemde ongespecificeerde kloof tussen het ‘volk’ en de ‘elite’, onthult “They don’t know what it’s like to be at the bottom” het volgende aan de hand van de uitspraken van geïnterviewden:
1. Menig politicus zou niet gevoelig zijn voor de manier waarop ‘het volk’ leeft. Politici ‘kijken naar hun eigen wereldje en daar gaat alles goed en hebben geen weet van [hoe het is om] aan die onderkant te zitten.
2. De manier waarop politici praten. Dit in tegenstelling tot de directe manier van spreken die ‘het volk’ zou kenmerken
Dit zou je vooral zien aan politici die ergens ‘omheen gaan draaien, of niet direct zijn’.
3. Het gevoel dat menig politicus neerkijkt op de politieke voorkeuren, problemen, levensstijlen en manier van spreken van ‘het volk’. Dit gevoel ging vooral gepaard met frustratie, daar waar men zich miskend voelt in het politieke domein: ‘het klootjesvolk’ en de ‘simpele zielen’ hoeven geen vragen te stellen, ‘want jullie weten toch niks’. ‘je wordt weggezet als een tokkie [omdat] je geen scholing heb gevolgd’.
Downloaden onderzoeksrapport “They don’t know what it’s like to be at the bottom”: Exploring the role of perceived cultural distance in less-educated citizens’ discontent with politicians, door Kjell Noordzij, Willem de Koster, Jeroen van der Waal, British Journal of Sociology, december 2020. https://doi.org/10.1111/1468-4446.12800
Lageropgeleiden wantrouwen politici die ver afstaan van hun leefwereld, door Kjell Noordzij, Willem de Koster, Jeroen van der Waal. Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, 7 januari 2021: https://www.socialevraagstukken.nl/lageropgeleiden-wantrouwen-politici-die-ver-afstaan-van-hun-leefwereld/
Foto bovenaan is van Roel Wijnants: Binnenhof, Den Haag, juni 2010. https://www.flickr.com/photos/roel1943/
Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.
Geef een reactie