Vernieuwd sociaal contract tussen burger en staat met stevig burgerperspectief is noodzakelijk volgens Kim Putters van SCP
Kim Putters heeft zijn in oktober 2019 geleverde bijdrage over het sociale contract tussen burger en overheid aan de Tinbergenconferentie van de Sociaal Economische Raad (SER) bewerkt tot een artikel voor het vakblad voor economen ESB. Putters is directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Steeds toonden resultaten van enquêtes de afgelopen jaren aan dat de Nederlander over het algemeen tevreden is met zijn leven. Blijft dat zo? Volgens het SCP is er bij bepaalde groepen ook veel ongenoegen.
Uit de studies van het SCP blijkt dat het tot aan de coronacrisis goed ging met de kwaliteit van leven in Nederland, met onze verwachtingen over de eigen financiële situatie en het vertrouwen in de economie. Daarbij blijft de tevredenheid met de landelijke en Europese politiek wat achter, maar neemt sinds 2016 weer toe – al is het uiteraard onduidelijk wat de huidige crisis voor de langere termijn betekent. Nederlanders zijn, met een 7,8 als gemiddeld rapportcijfer, behoorlijk tevreden met het eigen leven.
Geen mens is gemiddeld
Toch gaat er, aldus Putters, achter die gemiddelden veel schuil. Geen mens is namelijk gemiddeld. Er bestaan hardnekkige verschillen, en er is een afnemende levenstevredenheid in sommige groepen – met name onder mindergeschoolden, ouderen en de middengroepen. Zij ervaren meer onzekerheid rond hun gezondheid, hebben minder kans op werk, of hebben een tijdelijk contract en maken zich zorgen over wat er nog op hen af zal komen, bijvoorbeeld aan ‘door Den Haag opgelegd klimaatbeleid’.
Bij sommigen neemt de ontevredenheid toe, terwijl anderen steeds optimistischer worden. Dat jaagt polarisatie aan en leidt tot maatschappelijk ongenoegen. Dit ongenoegen meet het SCP aan de hand van vijf dimensies: (1) waar schiet de overheid tekort in sociale bescherming?; (2) in hoeverre hebben mensen een verweesd gevoel bij de politiek?; (3) ervaren mensen een elite die hun belangen niet meeweegt?; (4) ervaren ze weerstand tegen en angst voor groeiende verschillen in leefwerelden en culturele achtergronden?; (5) in welke mate is er onzekerheid over wat open grenzen en Europese samenwerking de mensen zal brengen?
Ongenoegen van acht maatschappelijke groepen
Putters artikel bevat een grafiek waarin het ongenoegen van acht maatschappelijke groepen in de samenleving wordt aangegeven. Jonge kansrijken hebben veel perspectief, maar zijn onzeker over de toekomst waarover nu tijdens de coronacrisis ook meer discussie is. De middengroepen houden veel ballen in de lucht, want zij moeten veelal tegelijkertijd werken, leren en zorgen voor kinderen en hulpbehoevende ouders. De groep gepensioneerden is met name onzeker over pensioen en zorg, maar ook over de vraag of er kinderen in de buurt zijn om ondersteuning te bieden in het geval er geen professionele zorg voorhanden is. Nog steeds is er ook bij hen veel tevredenheid met het leven, maar dus tevens een toenemende onzekerheid.
De overige groepen kennen meer onbehagen, vooral het autochtone deel. Deze groep heeft veel gevoelens van verlies en vertrouwt de instituties minder. Ontevreden zijn vooral de onzekere werkenden die tijdelijk werk hebben, een beperkt aantal uren werken, minder inkomen hebben, en die zich soms door overheid en bedrijven in de steek gelaten voelen. Dat zijn bijvoorbeeld mensen die in de crisis van 2008 werkeloos raakten en zzp’er werden, moeilijk rond konden komen, en nu tijdens de coronacrisis opnieuw aan de kant lijken te staan.
Eerstegeneratie-arbeidsmigranten uit Turkije en Marokko maken in principe ook deel uit van deze groep, maar zij kijken doorgaans positiever naar Nederland vanwege de kansen die hun kinderen er hebben om een beter leven op te bouwen.
Vier ordenende systemen van onze samenleving
In zijn artikel verwijst Putters naar Aaron Wildavsky (1979) die in zijn boek Speaking truth to power schreef dat bij het nadenken over effectief beleid het vaak gaat om doing better, feeling worse. In het verleden behaalde resultaten leiden volgens hem namelijk onvermijdelijk tot toekomstig falen, aangezien de steeds welvarender samenleving ook meer divers wordt en voor nieuwe, grote uitdagingen staat.
Volgens Wildavsky zullen eerdere successen van onze economische, maatschappelijke en politieke systemen in de toekomst waarschijnlijk leiden tot falen wanneer er onvoldoende rekening wordt gehouden met de ervaringen en onzekerheden van burgers.
Kloppen onze systemen nog wel?
De vraag die Putters stelt is of er er iets aan de hand kan zijn in de samenleving dat niet oplosbaar is met een beetje schaven aan de koopkrachtplaatjes en zorgtoeslagen? Kloppen onze systemen nog wel? Voelen mensen aan dat onze systemen niet vanzelfsprekend eerdere successen herhalen, bijvoorbeeld vooruitgang, gelijke kansen en werkzekerheid voor velen?
Deze vraag brengt ons bij het sociale contract waarop onze samenleving zich baseert. Vertrouwen mensen er nog wel op dat hun belangen door de politiek, het bedrijfsleven en de maatschappelijke verbanden zullen worden meegewogen?
Putters onderscheidt vier systemen die de verhoudingen in onze huidige samenleving ordenen en die steunen op het vertrouwen van burgers: het economische, het maatschappelijke, het democratische en het ecologische systeem. Bij elk van die systemen schetst Putters een punt van zorg en geeft hij aan waar het mis kan gaan of waar het burgerperspectief te zeer ontbreekt.
Gebleken is dat het sociale contract in onze tijd aan herziening toe is. Onze systemen zijn niet meer up-to-date. De vraag is nu hoe ons sociale contract te vernieuwen? Een van de antwoorden op die vraag is: begrijpen hoe burgers en bedrijven hun situatie ervaren en letten op de uitvoerbaarheid van regeringsbeleid.
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) heeft geschreven in 2017: “Een realistischere benadering van burger en beleid (…) kan bijdragen aan een nieuwe invulling van het sociaal contract tussen overheid en burger. Een overheid die geen rekening houdt met de begrenzingen van het denk- en doenvermogen van burgers wordt uiteindelijk als een onbetrouwbare overheid gezien”.
Het advies is burgers meer vertrouwen geven door hen mee te nemen in de grote uitdagingen van deze tijd.
Lees het hele artikel: Veranderend sociaal contract vergt steviger burgerperspectief in beleid, door Kim Putters, ECB, 18 mei 2020: https://esb.nu/esb/20059616/veranderend-sociaal-contract-vergt-steviger-burgerperspectief-in-beleid
Op dezelfde site van ESB downloaden in PDF: Maatschappelijke onvrede – Veranderend sociaal contract vergt steviger burgerperspectief in beleid, door Kim Putters, 105(4786S), ESB, 11 juni 2020
Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.
Geef een reactie