Snoeiharde commissie: verdienmodel en partnermodel in accountancy dwarsbomen verandering
De Monitoring Commissie Accountancy heeft haar op 31 mei 2018 gepubliceerde tweede rapport de titel Doorpakken! gegeven. Daarmee wil de Commissie haar kernconclusie krachtig benadrukken, namelijk dat de accountancysector meer vaart moet maken met het reeds ingezette proces tot verandering, maar ook dat het proces met meer diepgang dient te worden uitgevoerd.
Sector boekt voortgang, Commissie ziet risico’s en belemmeringen in bereiken einddoel
Sectorbreed zijn sinds het eerste rapport van de Commissie (oktober 2016) flinke vorderingen gemaakt met betrekking tot de opzet en het bestaan van de door de sector zichzelf opgelegde 53 maatregelen. Bewijs voor de werking van het pakket van 53 maatregelen is er niet, althans de effecten zijn nog onvoldoende aantoonbaar.
Het is evident dat binnen de accountancysector inmiddels sprake is van het sturen op cultuur- en gedragsverandering. Kwaliteit staat meer centraal in doen en laten dan in het recente verleden het geval was. Binnen de accountancysector is daarbij sprake van toenemende veranderingsdynamiek.
Het einddoel van het proces is het bereiken van: structurele kwaliteitsverhoging, daadwerkelijke cultuur- en gedragsverandering en toekomstbestendig vertrouwensherstel. Op basis van haar bevindingen ziet de Commissie diverse risico’s en belemmeringen die het bereiken van het einddoel bemoeilijken en vertragen, waardoor onzekerheid bestaat of de door de sector ingeslagen weg de juiste is om dit tijdig genoeg aantoonbaar te realiseren.
Veranderingen gaan te langzaam
De Commissie is van oordeel dat de veranderingen te langzaam gaan. Het is nu 4 jaar na de motie-Nijboer (20 mei 2014) die breed in de Tweede Kamer is gesteund en die de aanzet gaf tot het veranderproces. Een motie waarin de regering werd verzocht om met de accountancysector in gesprek te gaan over onder meer het verbeteren van het verdienmodel en het verhogen van kwaliteit. Het verdienmodel vormt een voorbeeld van een fundamenteel onderwerp dat inmiddels weliswaar binnen een deel van de sector bespreekbaar is geworden, maar dat door de sector (nog) niet met visie en daadkracht wordt aangepakt. Dat kwaliteitsverhoging ten gevolge van de 53 maatregelen en de veranderingsdynamiek al daadwerkelijk is gerealiseerd, kan door de sector niet worden aangetoond.
Zelfbeeld sector te optimistisch
De sector heeft een positief zelfbeeld. De ‘veranderaars’ binnen de sector geloven in dat beeld. De Commissie heeft echter een genuanceerder beeld. Binnen de sector regelmatig gebezigde woorden als ‘kwaliteit’, ‘maatregelen’ en ‘cultuurverandering’ worden inhoudsloze begrippen indien je niet kunt aantonen dat deze woorden in de praktijk daadwerkelijk effect hebben. De begrippen winnen aan inhoud, geloofwaardigheid en kracht indien die effecten wél aantoonbaar zijn en ook door de buitenwereld worden erkend. Zo ver is het echter nog niet.
Veranderproces is niet adequaat ingericht, complexiteit wordt onderschat
Naast een overschatting van het zelfbeeld onder accountants(organisaties) neemt de Commissie een onderschatting van de complexiteit en ingrijpendheid van het veranderproces waar. Majeure veranderprocessen vergen specifieke vaardigheden en deskundigheid om dat proces te kunnen dragen. Belangrijke vaardigheden zijn daarbij bijvoorbeeld ‘afstand nemen’ en ‘buiten bestaande kaders’ kunnen treden. Binnen de sector en accountantsorganisaties is hiervan slechts in beperkte mate sprake. Bovendien ontbreekt bij niet-OOB vergunninghouders1) nagenoeg altijd een duidelijke en gestructureerde veranderaanpak. De meeste OOB-vergunninghouders beschikken wel over een veranderaanpak, echter deze is veelal klassiek en technocratisch van aard. Basisbeginselen uit de veranderkunde worden niet of in onvoldoende mate gevolgd. De zogeheten verandercapaciteit is net als het verandertempo relatief laag.
Wicked problems en bepaalde oorzaken krijgen niet de aandacht die zij verdienen
Duurzame oplossingen vereisen meer leiderschap en de durf om meer zelfkritisch te zijn en om de grote (‘wicked’) problemen echt aan te pakken, ook indien de (organisatorische, financiële en persoonlijke) gevolgen ingrijpend zijn. De sector loopt anders het risico op een verlies van de ‘license to initiate and operate the required changes’.
De benadering van vraagstukken zoals het verdien-, business-, partner- en intern verrekenmodel dient minder defensief te zijn, maar ook voortvarender en met meer diepgang ter hand te worden genomen. De sector, waaronder de Stuurgroep Publiek Belang, toont niet de kwetsbaarheid en introspectie waarmee dergelijke – complexe en ingrijpende – onderwerpen dienen te worden aangepakt. De aanpak is thans niet gericht op het durven beschouwen van dergelijke onderwerpen in de volle omvang, het kijken naar de voor- en nadelen van alle alternatieve modellen en evenmin wordt op zoek gegaan naar het detecteren en mitigeren van schadelijke prikkels.
Ook hier toont de sector zich te optimistisch over bestaande modellen en laat na deze echt ter discussie te stellen. Sterker: de Commissie ziet de aanpak als een voorbeeld van de ‘system fights back’, ter behoud van de status quo.
Daarnaast is het de Commissie gebleken dat fraude in het algemeen geen topprioriteit is. Het betreft een thema waarmee de sector blijft worstelen, waarbij geen duidelijke stap vooruit wordt gezet en effecten niet duidelijk aantoonbaar zijn. De Commissie zoekt de oplossing vooral in een verandering van de attitude en instelling ten aanzien van fraude, in de aantoonbare wil om signalen van fraude tijdens de controle aan te pakken.
Onder leiding van de Big42) is een oorzakenanalyse gemaakt van de drivers van controlekwaliteit. Deze is – zoals in het rapport nader wordt toegelicht – echter niet afdoende. Onder meer omdat belangrijke thema’s (zoals werkdruk, tijdsdruk en budgetdruk) die op de werkvloer spelen en een negatief effect op controlekwaliteit kunnen hebben, in de beleidsdocumenten niet of nauwelijks zijn meegenomen. Ook aspecten zoals angstcultuur, de balans tussen compliance en professional judgement en versterking van de aanspreekcultuur verdienen meer aandacht. Tevens constateert de Commissie dat een logische, onderbouwde en begrijpelijke koppeling van oorzaken, maatregelen en effecten nog steeds ontbreekt; inmiddels is het al ruim 3,5 jaar nadat de 53 maatregelen zijn opgesteld.
Er zijn verschillen tussen vergunninghouders, overal zijn verbeteringen nodig
Binnen en tussen de segmenten zijn verschillen waarneembaar als het gaat om de 53 maatregelen. Het algemene beeld is dat van de OOB-vergunninghouders de Big4 vooroplopen en dat de Next53) volgend zijn. Positieve en negatieve uitzonderingen daargelaten lopen de grote niet-OOB vergunninghouders voor op de middelgrote, die op hun beurt voorlopen op de kleine niet-OOB vergunninghouders. De Big4 zijn leidend als het gaat om deelname aan en het ontwikkelen van initiatieven van de Stuurgroep Publiek Belang van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). Ten aanzien van die initiatieven zijn verbeteringen mogelijk en noodzakelijk. De Commissie merkt op dat het daarbij om onderwerpen gaat (bijvoorbeeld: het verdienmodel, het partnermodel en fraude) die ook van belang zijn voor alle andere vergunninghouders en dat deze dus niet kunnen doorgaan met passief blijven.
Risico’s en belemmeringen tasten het vertrouwen aan, meer ambitie is cruciaal
Het zijn – onder meer – de bovengenoemde observaties en conclusies die de Commissie als een risico en belemmering ziet. Zij tasten het vertrouwen aan dat de beoogde effecten, zoals: kwaliteitsverhoging, cultuur- en gedragsverandering en vertrouwensherstel, op een redelijke termijn kunnen worden aangetoond. Het is aan de sector om die maatregelen te treffen waardoor deze effecten wél kunnen worden gerealiseerd. Daarbij merkt de Commissie op dat het cruciaal is dat de sector meer ambitie toont en veel verder gaat dan het invoeren van het pakket van 53 maatregelen. Kortom: de sector moet Doorpakken!
De Commissie verwacht in de tweede helft van 2019 met een volgend rapport te komen.
Lees het hele rapport Doorpakken, Monitoring Commissie Accountacy, 31 mei 2018: www.monitoringaccountancy.nl
Lees ook het artikel Ongeduldige commissie: verdienmodel en partnermodel dwarsbomen verandering, Accountancy van morgen, 31 mei 2018: www.accountancyvanmorgen.nl
1) OOB = Organisatie van openbaar belang is een onderneming of instelling wier omvang of functie in het maatschappelijk verkeer van zodanige aard is dat een ondeugdelijk uitgevoerde wettelijke controle van de financiële verantwoording een aanmerkelijke invloed kan hebben op het vertrouwen in de publieke functie van de accountantsverklaring (artikel 2 Wta)
2) Big4 = De grootste accountantsorganisaties zijn de ‘Grote Vier’ (big four): Deloitte, PwC, Ernst & Young, en KPMG.
3) Next5 = De vijf accountantskantoren die in grootte na de Big4 komen: BDO, Marzars, Grant, Thornton, Baker Tilly Berk, en Accon AVM