Skip to main content

Tien punten die anno 2017 een ambtenaar tot een goede dienaar van het publieke belang maken

Hans Leeflang roept op lid te worden van de club van stoute ambtenaren. Leeflang is adviseur Ruimtelijke activering bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu en schrijft op de nieuws- en opiniesite Stadszaken dat “de overheid is er om maatschappelijke vraagstukken op te pakken en samen met de betrokkenen doelen te bereiken die met de samenleving afgesproken zijn”. Dit pleidooi voor een nieuwe ambtelijke cultuur is nu, twaalf jaar later, nog steeds van kracht. Gelukkig is er vooruitgang te melden, maar de oude cultuur is hardnekkig.

Uit de verhalen van stad en landmakers blijkt steeds weer, dat in het contact met de bureaucratie veel frustratie wordt opgebouwd. Blijkbaar loont het nog steeds om binnen de overheid het eigen instituut en dossier centraal te stellen. Ambtenaren zullen zelf moeten zorgen voor een andere mores. Hoe belangrijk ook, van de politiek, of de ambtelijke top alleen kan het niet komen.

Weinig echte aandacht van de politiek voor de publieke dienstverlening

Met het programma Andere Overheid1) wilde het kabinet-Balkenende II een flinke impuls geven aan het anders werken van de overheid: “Denken vanuit de klant, voorkomen van bureaucratie, samenwerken tussen overheidslagen door de kokers heen, luisteren naar burgers, lef om zaken anders aan te pakken. En gewoon doen, dat is Andere Overheid”..

Op het moment dat het boekje Ambtenaar op expeditie!2) uitkwam, stapte Thom de Graaf, verantwoordelijk minister voor Bestuurlijke vernieuwing op. In die twee jaar van Thom de Graaf leek het erop dat de politiek echt aandacht had voor de organisatie en werkwijze in het publieke domein. Daarvoor en daarna heb ik weinig gemerkt van echte aandacht vanuit de politiek voor de publieke dienstverlening. De politiek boekt wel makkelijk bezuinigingen op het ambtenarenapparaat in, wisselend onder het mom van deregulering, decentralisatie en “je gaat erover of niet”.

Het effect van deze politieke bemoeienis is dat de gewenste kanteling eerder vertraagd dan versneld is. De werklast is toegenomen. Angst en controle ook. En de naar binnengekeerde, rationele cultuur is nog steeds dominant. Er wordt “afgerekend” en “uitgerold”. Het bewustzijn dat er wordt gewerkt in een nogal eenzijdige cultuur (denk aan opleidingsniveau, inkomen en politieke voorkeuren) is nauwelijks aanwezig. De kans op ‘groepsdenken’ is dus groot.

Het zou de politiek sieren als bestuurders leiderschap zouden tonen in de manier waarop anno 2017 maatschappelijke vraagstukken worden aangepakt. Dus open staan voor beleidsalternatieven, zo nodig samenwerking over sectorgrenzen en overheidsniveaus heen afdwingen. Ambtenaren stimuleren om te innoveren en ze steunen bij vernieuwende manieren van beleidsontwikkeling. En zelf het goede voorbeeld geven door het land in te trekken en belangstelling te tonen voor initiatieven uit de samenleving.

Klik hier voor lezen van het hele artikel van Hans Leeflang: Word lid van de club van stoute ambtenaren! waarin hij tien punten noemt die anno 2017 een ambtenaar tot een goede dienaar van het publieke belang maken, Stadszaken, 26 juni 2017: www.stadszaken.nl

Noot
1) Publicaties in kader programma Andere Overheid: https://kennisopenbaarbestuur.nl
2) Ambtenaar op expeditie!, door Ton van der Wiel, Hans Leeflang, Michiel Groeneveld, Jenneken Berends, Florian Bekkers, maart 2005, Eburon uitgeverij.