Skip to main content

De praktijk

17 november 2011
Werk neemt veel tijd in beslag in ons leven. We besteden op kantoor of thuis dikwijls meer tijd aan het denken over taken en verplichtingen die met…

Goed Werk Gereedschap

17 november 2011
Factcheck: “zorg naar de overheid is valse nostalgie, en populisme”

Factcheck: “zorg naar de overheid is valse nostalgie, en populisme”

Er is een merkwaardige reflex in het debat over de zorg: zodra burgers pleiten voor meer publieke sturing, wordt dat al snel weggezet als “nostalgisch geweeklaag” of “populistisch verlangen naar het ziekenfonds”.

Maar is die framing terecht?

In dit stuk onderzoek ik twee hardnekkige frames:

  1. Dat de wens naar meer overheidsregie teruggrijpt op een geromantiseerd verleden.

  2. Het is een populistische roep die voorbijgaat aan “de complexiteit van dit zorgstelsel” .

De werkelijkheid blijkt namelijk een stuk genuanceerder.

Het ziekenfonds als utopie?

Laten we eerlijk zijn: het ziekenfonds had zijn tekortkomingen.

Lange wachttijden (die anno 2025 mogelijk NOG langer zouden zijn trouwens), beperkte keuzevrijheid en een inkomensgrens waardoor niet iedereen er automatisch onder viel.

Maar dat het geen “walhalla” was, betekent niet dat het verlangen naar meer publieke regie louter op sentiment is gebaseerd.

Uit langdurig onderzoek door onder andere het SCP en Nivel blijkt dat Nederlanders waarde hechten aan:

  • Duidelijke dekking

  • Voorspelbare kosten

  • Solidariteit

Het ziekenfonds — met zijn eenvoud en inkomensafhankelijke bijdrage — belichaamde dat voor veel mensen, ook al had het praktische gebreken.

Opvallend: Sinds de invoering van het huidige stelsel in 2006 is de keuzevrijheid toegenomen, maar ook de keuzestress.

Premies zijn fors gestegen, zorgverzekeraars worden laag gewaardeerd (slechts 28% vertrouwen volgens de Nivel-barometer), en het systeem voelt voor veel burgers ontoegankelijk en bureaucratisch.

De behoefte aan eenvoud en collectiviteit is dus niet “sentimenteel”, maar rationeel gevoed.

Zijn voorstanders populisten?

Nog zo’n kwalificatie: wie pleit voor meer overheid, is blijkbaar al snel een populist.

Maar de cijfers vertellen een ander verhaal:

Uit opiniepeilingen van EenVandaag, I&O Research, Nivel en het Radar-panel blijkt dat de wens voor publieke regie breed leeft onder Nederlanders: van links tot rechts, onder hoog- en laagopgeleiden, jong en oud.

Niet alleen burgers laten dit geluid horen.

Instanties als het Zorginstituut Nederland en de Nederlandse Zorgautoriteit riepen in een gezamenlijke brief (2023) op tot “minder marktprikkels en meer samenwerking”.

De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) stelde in haar rapport van juli 2023 ondubbelzinnig:

Het door sommigen verboden “S-woord” (stelseldiscussie) moet een serieus onderwerp van gesprek worden.

In een Kamerbrief uit maart 2025 geeft minister Agema toe dat “marktwerking zijn grenzen heeft bereikt” en spreekt zij zich uit voor structurele wijzigingen richting centrale sturing.

Populisme impliceert simplificatie, anti-elitisme of emotionele tegenstellingen.

Maar de roep om meer regie wordt vaak onderbouwd met systeemkritiek, realistische observaties en sociaal-economische zorgen.

Het gaat hier niet om zwart-witdenken, maar om het herijken van balans.

Een signaal, geen zwaktebod

Wanneer burgers aangeven dat het huidige zorgstelsel hen niet voldoende beschermt, verdienen zij geen karikatuur maar aandacht.

De wens om opnieuw publieke waarborgen in te bouwen is geen zwaktebod of vlucht naar het verleden.

Het is een krachtige oproep om het fundament van onze zorg — solidariteit en toegankelijkheid — serieus te nemen.

Wie deze oproep wegzet als “valse nostalgie” of “populisme”, mist het grotere plaatje: een samenleving die niet terugverlangt, maar vooruit wil — met meer zekerheid, minder versnippering en een overheid die durft te sturen waar marktwerking tekortschiet.

Wie werkelijk wil begrijpen waarom zoveel burgers verlangen naar meer publieke regie in de zorg, doet er goed aan verder te kijken dan gemakzuchtige etiketten.

En wie wil begrijpen van wie de frames van “valse nostalgie” en “populisme” afkomstig zijn?

Follow the money.

Ter herinnering: Er zijn wereldwijd 195 landen; slechts 3 of 4 daarvan hanteren een marktgereguleerde zorg, waaronder de VS en Nederland.

Zijn wij nou zo slim, of…?

Niet als romantici of populisten, maar als kritische ervaringsdeskundigen laat de meerderheid anno 2025 horen dat toegang tot zorg niet gereduceerd mag worden tot een markt.

Dat is geen stap terug — het is een stap richting herwaardering van wat zorg werkelijk betekent: onderlinge verbondenheid in kwetsbaarheid.

Over de auteur

Edward Kriek, gepensioneerd huisarts, en kritische volger van de zorg.

Read more

Herziene paper over ambtelijk vakmanschap in de democratische rechtsstaat

Herziene paper over ambtelijk vakmanschap in de democratische rechtsstaat

De afgelopen jaren is de noodzaak van goed ambtelijk vakmanschap indringend duidelijk geworden. De Toeslagenaffaire, maatschappelijke crises en ambtelijk activisme vragen om meer dan incidentele programma’s. Ze vragen om structurele, normatieve én juridische borging van vakmanschap. Daarom presenteren wij nu een herziene en uitgebreide versie van het paper Ambtelijk vakmanschap voor de democratische rechtsstaat (2024), in het kader van het project Van woorden naar daden – een initiatief van het A+O fonds Rijk, Stichting Beroepseer en CMHF Overheid.

Wat biedt dit paper?

  • Een vernieuwde definitie van ambtelijk vakmanschap als het vermogen om macht om te zetten in gezag.
  • Het viervoudig recht op vakmanschap: burgers, volksvertegenwoordigers, bestuurders én ambtenaren hebben recht op professioneel ambtelijk handelen.
  • Een herbronning in het denken van Hobbes, Rousseau, Kant en Montesquieu.
  • Sterke nadruk op rechtsstatelijke kaders en behoorlijk bestuur als professioneel kompas.
  • Een constructief-kritische beschouwing van rijksbrede programma’s zoals Grenzeloos Samenwerken, Dialoog en Ethiek en initiatieven als introductie van de nieuwe ambtseed. Deze hebben onmiskenbaar waardevolle bijdragen geleverd aan reflectie en cultuurverandering, maar er is tegelijkertijd te lang onvoldoende voortgang geboekt in de structurele juridische en organisatorische verankering van het recht op ambtelijk vakmanschap. Het is verheugend dat er nu echt werk lijkt te worden gemaakt van de verplichte basisopleiding democratisch en rechtsstatelijk ambtelijk vakmanschap (Motie Oostenbruggen/Palmen van 17 april 2024 en het regeerakkoord van het huidige, demissionaire kabinet).
  • Zes richtinggevende uitgangspunten voor structurele professionalisering van ambtelijk vakmanschap.

Voor wie?

Dit paper is relevant voor beleidsmakers, topambtenaren, opleiders, en iedereen die betrokken is bij de versterking van de democratische rechtsstaat via professioneel ambtelijk handelen. De hoofdstukken kunnen afzonderlijk worden geraadpleegd, maar vormen samen een geïntegreerde visie op het ambtelijk vakmanschap in Nederland.

Project van woorden naar daden

Dit paper is de eerste stap van het project ‘Van woorden naar daden’, een initiatief van het A+O fonds Rijk in samenwerking met Stichting Beroepseer en de Centrale voor Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF). Dit project heeft als doel om de ruimte voor ambtelijke vakmanschap te vergroten en duurzaam te verankeren binnen de Rijksoverheid. Het vakmanschap van ambtenaren is cruciaal om een verantwoordelijke overheid te onderhouden, waarin burgers vertrouwen hebben. Download hier het herziene paper Ambtelijk vakmanschap voor de democratische rechtsstaat.  

Read more

Onderzoek van Stichting Het Vergeten Kind en Stichting Beroepseer: “Meer aandacht, minder regels: nieuwe koers noodzakelijk voor residentiële jeugdzorg.”

Onderzoek van Stichting Het Vergeten Kind en Stichting Beroepseer: “Meer aandacht, minder regels: nieuwe koers noodzakelijk voor residentiële jeugdzorg.”

Kinderen die niet thuis kunnen wonen, krijgen in de residentiële jeugdzorg niet dat wat ze écht nodig hebben: echte aandacht, stabiliteit en professionals die hen zien, horen en waarderen. Dit blijkt uit onderzoek van Stichting Het Vergeten Kind en Stichting Beroepseer. Dit onderzoek brengt in beeld waarom aandachtsvolle residentiële zorg zo moeilijk van de grond komt, terwijl vrijwel iedereen binnen de sector het belang ervan onderschrijft. Het onderzoek wijst op urgente systeem- en werkvloerproblemen én biedt hoopvolle oplossingsrichtingen. Het onderzoek baseert zich op gesprekken met 45 deskundigen: ervaringsdeskundigen, professionals, bestuurders van instellingen, beleidsmakers en wetenschappers. Drie concrete vragen worden beantwoord: Wat is aandachtsvolle residentiële jeugdzorg? Welke blokkades staan aandachtsvolle residentiële jeugdzorg in de weg? Hoe kunnen deze blokkades worden doorbroken? Wat is aandachtsvolle residentiële jeugdzorg? Een belangrijke constatering is dat aandachtsvolle residentiële jeugdzorg over veel meer gaat dan de schaal van de leefgroep of de organisatie. Op basis van de gesprekken met deskundigen stelt het onderzoek de volgende definitie vast: Aandachtsvolle residentiële jeugdzorg houdt in dat een pedagogisch medewerker vanuit professionele nabijheid het kind oprechte positieve aandacht geeft binnen een duurzame vertrouwensrelatie. Het kind voelt zich gezien, gehoord en gewaardeerd. Er zijn 6 onmisbare voorwaarden om tot deze aandachtsvolle residentiële jeugdzorg te komen: 1) een positieve grondhouding: het kind zien als uniek individu met talenten en mogelijkheden, 2) een stabiel team van professionals, 3) een stabiele woonplek waar het kind kan blijven zolang het nodig is, 4) aandacht voor de ondersteuning van de professional, 5) de actieve betrokkenheid van het sociale netwerk, in het bijzonder de ouders, 6) een kleinschalige leefgroep dat voelt als een thuis midden in de wijk, in ‘het normale leven.’ Grote blokkades in systeem en praktijk Het rapport signaleert ernstige systeemblokkades zoals:
  • het veelvuldig doorplaatsen van kinderen, wat duurzame relaties ondermijnt;
  • een financieringssysteem gericht op kostenbeheersing in plaats van kwaliteit;
  • een gebrek aan overkoepelende visie en samenwerking tussen gemeenten en aanbieders;
  • en een overdaad aan administratie die ten koste gaat van tijd en aandacht voor kinderen.
Daarnaast zijn er professionele blokkades die het werk van jeugdzorgprofessionals bemoeilijken:
  • een gebrekkige reflectie- en leerstructuur binnen teams;
  • een hoge werkdruk en personeelsverloop;
  • te weinig zeggenschap voor kinderen en ouders;
  • Professionals die niet durven te handelen terwijl dat wel nodig is.
Tijd voor verandering Over de volle breedte van het veld – van ervaringsdeskundigen tot bestuurders – zijn er betrokken mensen die het eens zijn over de noodzaak van verandering. En er zijn goede voorbeelden van praktijken waarin wél volop ruimte is voor aandacht, nabijheid en samenwerking. De oplossingen zijn voorhanden maar vragen om bestuurlijk lef. Het onderzoeksrapport laat op basis van de groepsgesprekken en interviews met deskundigen zien wat er concreet nodig is om de blokkades te doorbreken. Een aantal van deze verbeterpunten zijn:
  1. Zorg voor langjarige en stabiele financiering (bijvoorbeeld via beschikbaarheidsfinanciering);
  2. Ontwikkel een gedeelde inhoudelijke visie en betere samenwerking tussen gemeenten en aanbieders;
  3. Faciliteer een cultuur van reflectie: intervisie en supervisie;
  4. Herwaardeer het werken in de residentiële jeugdzorg.
Het onderzoek is een uitnodiging aan iedereen die betrokken is bij de residentiële jeugdzorg om samen de randvoorwaarden te creëren waardoor aandachtsvolle zorg vanzelfsprekend wordt. Want kinderen mogen niet de dupe zijn van systeem- en werkvloerproblemen. Als we het voor de relatief kleine groep kinderen die echt niet meer thuis kunnen wonen goed doen, dan hebben ze daar hun hele leven profijt van.”, aldus Margot Ende-van den Broek, directeur Het Vergeten Kind. Heb je vragen of wil je meer informatie over het onderzoek? Stuur een bericht naar Gerard van Nunen (g.vannunen@beroepseer.nl). Download hier het onderzoeksrapport.

Read more

Leergang Modern Gezag voor Statenleden

Leergang Modern Gezag voor Statenleden

Leergang Modern Gezag voor Statenleden

Het openbaar bestuur kampt met diverse crises, complexiteit, uitvoeringsproblemen, afnemend gezag en (politieke) fragmentatie. Dit heeft mede ertoe geleid dat steeds meer burgers geen of weinig vertrouwen hebben in de politiek en de overheid. Daarnaast spelen er specifieke opgaven zoals hoe om te gaan met de schaarse ruimte in steden en landelijk gebied, de energietransitie, landbouw versus natuur, en de omgang met nieuwe technologie zoals AI. Deze en andere ontwikkelingen hebben geleid tot extra druk op de (gezags)positie van Provinciale Staten, in relatie tot de Gedeputeerde Staten en in relatie tot de burger. Tegen deze achtergrond is versterking van het gezag van statenleden en de Provinciale Staten als geheel urgent. Statenlidnu en de statengriffiers herkennen de noodzaak en meerwaarde om Staten te blijven stimuleren en ondersteunen in hun ontwikkeling en te werken aan het vergroten van hun gezag.  Om hieraan bij te dragen heeft Stichting Beroepseer een Leergang Modern Gezag voor Statenleden ontwikkeld die dit najaar van start zal gaan.

Aanleiding

Gemeenteraden staan voor vergelijkbare uitdagingen als Statenleden. Vorig jaar heeft Stichting Beroepseer, in samenwerking met de Vereniging voor Raadsleden en de gemeente Almere en met steun van het ministerie van BZK, een Leergang Modern Gezag voor raadsleden ontwikkeld en 2 pilots uitgevoerd. Deze pilots werden positief beoordeeld door de deelnemers en projectpartners. Door een goede mix tussen theorie en praktijk en vooral de inzet van theateroefeningen hebben de deelnemers veel geleerd over hun eigen gezag en het gezag van de raad waar ze onderdeel van zijn en hebben ze praktische stappen gezet. De Leergang Modern Gezag voor Statenleden is hierop gebaseerd en toegespitst op de specifieke context van de Provinciale Staten.

Doel

De leergang kent de volgende doelen:
  • Deelnemers leren zichzelf te zien als gezagsdrager en hoe ze op eigen wijze gezag kunnen ontwikkelen.
  • Inzicht bieden in de verschillen tussen de verschillende ‘arena’s’ waarin gezag kan worden opgebouwd. Voor gezag binnen de lokale samenleving kunnen bijvoorbeeld andere voorwaarden gelden dan voor de gezagspositie in de Provinciale Staten zelf en richting de Gedeputeerde Staten.
  • Deelnemers leren hoe ze op effectieve wijze gezagsbronnen kunnen inzetten. We onderscheiden daarbij drie typen gezagsbronnen: institutionele, positionele en persoonsgebonden gezagsbronnen
  • Deelnemers prikkelen vaker hardop te twijfelen en onbegane paden te verkennen. Dat betekent het durven loslaten van bestaande routines en afstemmen op wat een gegeven situatie vraagt en die recht te doen. De leergang biedt een prikkelende ruimte waarin deelnemers leren improviseren, experimenteren, oefenen in het aanpassen, verrijken en verbreden van hun rol en handelingsrepertoire

Opzet

De leergang Modern gezag voor Statenleden bestaat uit 3 volledige trainingsdagen en een afsluitende bijeenkomst. Tijdens de afsluitende bijeenkomst houden de deelnemers een eindpresentatie waar zij een aantal zaken laten zien. Ten eerste hoe zij als statenlid hun gezag verder invulling geven met hetgeen is aangereikt tijdens de leergang. Ten tweede, hoe zij de Staten willen verrijken in de positionering als gezagsvol instituut en welke (verander)inzet dat vraagt.
  • Dag 1: Macht en gezag
  • Dag 2: Gezagsbronnen en arena’s van het statenlid
  • Dag 3: Werken aan je eigen gezagsprofiel
  • Afsluitende bijeenkomst: Modern gezag

Voor wie?

  • Statenleden die gemotiveerd zijn om te groeien in hun rol en professionaliteit als statenlid.
  • Statenleden die willen leren zichzelf te zien als gezagsdrager en hoe ze op eigen wijze gezag (verder) kunnen ontwikkelen.
  • Statenleden die bereid zijn om naar zichzelf te kijken en met zichzelf de slag te gaan (persoonlijk leiderschap), inclusief de weerstand die daar dikwijls bij komt kijken.
  • Statenleden die zich als ambassadeur en cultuurdrager willen inzetten om naast hun eigen gezag ook het gezag van hun Staten als geheel een impuls te geven.

Praktisch

  • 12-15 deelnemers
  • Diverse groep met max 3 Statenleden van dezelfde provincie
  • Locatie: nader te bepalen, maar waarschijnlijk het Provinciehuis van Zwolle of Utrecht
  • Trainingsdata
    • 23 oktober – 10.00-16.30 uur
    • 8 november – 10.00-16.30 uur
    • 20 november – 10.00-16.30 uur
    • 4 december – 18.00-21.30 uur

Aanmelden

Om je aan te melden vragen we je een korte video op te nemen (max 2 minuten) waarin je antwoord geeft op deze vragen:
  • Wie ben je?
  • Waarom ben je statenlid geworden?
  • Wat is je motivatie om aan deze leergang mee te doen?
  • Wat hoop je uit de leergang te halen?
Deze video uiterlijk 4 juli 2025 per mail versturen naar Maurits Hoenders (m.hoenders@beroepseer.nl). Selectiecriteria
  • Max 15 plekken
  • De motivatie om aan de slag te gaan met je eigen gezag en dat van de Staten waar je onderdeel van bent
  • Max 3 statenleden per provincie
Kosten Deze leergang wordt grotendeels mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het ministerie van BZK. Voor deelname aan deze Leergang vragen we daarnaast een eigen bijdrage van € 726,- (incl. btw). Hiervoor kan je een beroep doen op het scholingsbudget van jouw provincie. Neem contact op met je griffie(r) over de mogelijkheden bij jouw provincie.

Read more

 

Het Goed werk gereedschap

16 november 2011
Goed werk gereedschap bestaat uit een boek met verhalen, opgaven, discussiethema’s en een reeks waardekaarten. Het gereedschap is bedoeld om gespre…

Publicaties Goed Werk

16 november 2011
Presentatie Opbrengst Routekaart Goed Werk in het Openbaar Bestuur, september 2015 Overzicht Drie jaar Routekaart Goed Werk in het Openbaar bestuur…

GWG in de VS

16 november 2011
Klik hier voor de de website van The Good Work Project. 

GoodWork in the Elementary Classroom

11 november 2011
Posted on October 04, 2011 By Margot Locker “Why is it important to like what you are learning about?” This is one of the first questions Amy Matur…