Wijkgerichte aanpak voor zelfstandig wonende ouderen blijkt nog niet zo eenvoudig
Veel westerse landen staan voor de uitdaging om met beperkte publieke middelen toenemende aantallen zorgafhankelijke ouderen te ondersteunen. De ontwikkeling van een houdbaar zorgstelstel dat tegemoet komt aan de behoeften van deze groeiende groep ouderen trekt een zware wissel op westerse overheden. De inzet van een integrale wijkaanpak (IWA) wordt steeds vaker aangedragen als middel om een ondersteunend klimaat te bieden aan zelfstandig wonende ouderen met een (complexe) hulpvraag.
Binnen een IWA werken verschillende partners uit zorg en welzijn – gemeenten, zorg-en welzijns-organisaties en informele zorg – samen om de beschikbare zorg en ondersteuning in de wijk te coördineren zodat beter kan worden ingespeeld op de specifieke behoeften van ouderen. Hoewel er breed draagvlak is voor de uitgangspunten en doelstellingen van IWA, is er nog weinig inzicht in de (kosten)effectiviteit en onderliggende processen van een dergelijke aanpak.
Een informeel netwerk opzetten
In 2011 werd een integrale wijkaanpak voor zelfstandig wonende ouderen genaamd Even Buurten, geïnitieerd door de gemeente Rotterdam, lokale zorg – en welzijnsorganisaties, Erasmus Universiteit Rotterdam, Hogeschool Rotterdam en Geriatrisch Netwerk Rotterdam. Het hoofddoel was om een ondersteunend klimaat te creëren waarin ouderen zelfstandig kunnen blijven wonen. Het Even Buurtenproject beoogt de formele en informele buurtnetwerken rond de ouderen te verstevigen. Spillen*) van Even Buurten bezoeken de ouderen thuis, brengen hun behoeften en capaciteiten in kaart en bekijken samen met de ouderen welke (ondersteunings)mogelijkheden er zijn. De intentie is om eerst de zelfmanagementvaardigheden van de ouderen te vergroten en een beter informeel netwerk op te zetten voordat professionele hulp wordt ingeroepen.
Even Buurten combineert verschillende componenten die effectief zijn bevonden voor het realiseren van integrale zorg en ondersteuning. Afgezien van integratie van het zorg-en welzijnsaanbod, zijn dit een vraaggestuurde en mensgerichte benadering, de inzet van multidisciplinaire teams en preventieve huisbezoeken. Even Buurten integreert bovendien steeds vaker gepropageerde innovatieve elementen, zoals de inzet van informele zorgverleners en wijkbewoners en de versterking van zelfmanagementvaardigheden. Door een versteviging van de netwerken tussen formele en informele zorgverleners, dragen zij wederzijds verantwoordelijkheid voor het optimaliseren van de zorg en ondersteuning die nodig is om ouderen in staat te stellen zo lang mogelijk zelfstandig te blijven wonen.
De resultaten van onderzoek
In februari 2015 verscheen er een rapport van het onderzoek naar de integrale wijkaanpak van Even Buurten, voorzover bekend een van de eerste studies die een dergelijk project in kaart brengt.
Het blijkt dat het Even Buurtenproject nog niet heeft geresulteerd in een verbetering van de (gezondheidsgerelateerde) kwaliteit van leven en welzijn van ouderen. Dit benadrukt de complexiteit van initiatieven voor integrale zorg en ondersteuning. Ook bij de mantelzorgers was er geen verschil in effectiviteit te zien tussen de interventie -en controlegroep. Kijkend naar de doelmatigheid nam zowel in de interventie – als controlegroep het zorggebruik in de tijd toe. Het verschil in zorggebruik tussen de interventie -en controlegroep bleek niet significant verschillend. De ingezette hulp door de Spillen van Even Buurten bestond voornamelijk uit sociale hulp: meer contact/aanspraak om eenzaamheid te doorbreken/voorkomen; eenmalige instrumentele hulp, zoals hulp bij een aanvraag/voorziening of schilderen van een hekje; meer structurele instrumentele hulp zoals wekelijks/maandelijkse hulp bij boodschappen door buren of bijhouden van de tuin, als ook sociale participatie, bijv. meedoen met een bepaalde buurtactiviteit/schilderclub.
De effectiviteit van de aanpak kwam in het geding door barrières als gevolg van de complexe, uiteenlopende behoeften van kwetsbare ouderen en door barrières als gevolg van het dynamische politieke en sociale klimaat. De bevindingen wijzen erop dat de inzet op microniveau niet voldoende werd geflankeerd vanuit het meso- en macroniveau; in het project werd een te groot beroep gedaan op professionals om integratie tot stand te brengen.
Prikkels van bovenaf zouden beter in lijn moeten worden gebracht met initiatieven van onderop. Dit onderzoek liet ook zien dat de inbreng van wijkbewoners zelf cruciaal is voor gecoördineerde zorg en ondersteuning voor kwetsbare ouderen. De bevindingen zijn vooral belangrijk gegeven de huidige dubbele vergrijzing en de verschuiving van eerstelijns – sociale – zorg van de staat naar de gemeenschap. Een integrale wijkaanpak zoals Even Buurten is afhankelijk van tijd en continuïteit, een brede betrokkenheid op alle niveaus en een doorontwikkeling naar gedeelde normen en werkmethoden. Het wijkniveau en de specifieke (sociale) kenmerken van de lokale gemeenschap zijn van groot belang voor betere, in de gemeenschap verankerde, integrale zorg en ondersteuning.
*) Een Spil is een professional met een zorg- of welzijnsachtergrond die bekend is in de wijk.
Even Buurten: De complexiteit van een wijkgerichte aanpak, door drs. Hanna M. van Dijk, dr. Jane M. Cramm, dr. Freek J.B. Lötters, Ddr. Job van Exel, prof.dr. Anna P. Nieboer, Instituut Beleid & Management Gezondheidszorg, 44.p., februari 2015. www.bmg.eur.nl