Raad voor Volksgezondheid over de illusie van evidence-based practice in de zorg: “Wat we nodig hebben is bewijs in meervoud”
‘Evidence-based’: het is een toverformule die is doorgedrongen tot in de haarvaten van de praktijk, het beleid en de financiering van de zorg. Eerst het bewijs leveren en dan pas toepassen, betalen of inkopen. Richtlijnen, protocollen, toezichtkaders, kwaliteitsindicatoren en zorgcontracten getuigen hiervan. De onderliggende aanname is dat bewezen zorg ook altijd goede zorg is.
In het advies Zonder context geen bewijs – Over de illusie van evidence-based practice in de zorg van de Raad voor Volksgerzondheid en Samenwerking (RVS) schrijft voorzitter Pauline Meurs dat deze aanname aan een kritisch onderzoek wordt onderworpen: wat is dan het bewijs en hoe is het tot stand gekomen en is het bewijs ook houdbaar in verschillende situaties?
Wat we nodig hebben is bewijs in meervoud
De evidence-based benadering is al geruime tijd onderwerp van discussie en er zijn in de loop der jaren ook vele stappen gezet om de methoden van onderzoek te verfijnen en te differentiëren en de bewijsvoering te nuanceren. Met dit advies wil de Raad een stap verder gaan en de misvattingen en tekortkomingen in meer fundamentele zin aan de orde te stellen. Als de dagelijkse realiteit van zorg en welzijn vele gezichten kent, is zoeken naar eenduidig bewijs een illusie en een onterechte simplificatie van wat goede zorg is. Hiermee is niet gezegd dat de queeste naar bewijs achterwege gelaten moet worden, integendeel. Wat we nodig hebben is bewijs in meervoud en dat lukt alleen als wetenschappers en zorgprofessionals de handen ineen slaan. Voor professionals betekent dit het omarmen van de onzekerheid in de bewijsvoering en het centraal stellen van de context van hun patiënten. Voor wetenschappers betekent dit de erkenning dat wetenschappelijk bewijs altijd onaf is en steeds onderwerp moet blijven van nieuwe inzichten en ervaringen. Voor zorgverzekeraars, overheid en toezichthouders betekent dit dat de kaders die zij stellen ruimte bieden aan een experimentele benadering van de zorgpraktijk, en dat zij het vermogen van zorgprofessionals en zorgorganisaties om hiervan te leren en te verbeteren voorop stellen.
Afwijzing van verabsolutering van bewijs
Aan het slot van haar Voorwoord stelt Meurs: Met dit advies wordt een ander perspectief geschetst, een dat de context als vertrekpunt kiest en het verabsoluteren van bewijs afwijst. De Raad hoopt op een vruchtbare discussie over de kracht van verschillende genres van goede zorg en de noodzaak om daar verschillende soorten van kennisbronnen aan te verbinden.
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) is een onafhankelijk strategisch adviesorgaan en heeft tot taak de regering en de Eerste en Tweede Kamer van de Staten-Generaal te adviseren over hoofdlijnen van beide beleidsterreinen.
Inhoud Zonder context geen bewijs
1 De aanleiding
2 Opkomst van EBP
3 Toegevoegde waarde van EBP
4 Kritiek op EBP
4.1 Bewijshiërarchie ter discussie
4.2 Evidence-based practitioners en evidence users
4.3 Systeemfalen in wetenschappelijk onderzoek
4.4 Het keurmerk ‘evidence-based’
5 Antwoorden op de kritiek op EBP
6 Blijvende spanningen in de praktijk
6.1 Fundamentele spanningen bij EBP
6.2 De institutionele omgeving
6.3 EBP in de spreekkamer
7 Oplossingsrichtingen en aanbevelingen
7.1 Van evidence-based naar context-based practice
7.2 De spreekkamer
7.3 Lerende zorgorganisaties
7.4 De institutionele omgeving
8 Aanbevelingen
Literatuur
Adviesvoorbereiding
Geraadpleegde deskundigen
Publicaties
Downloaden Zonder context geen bewijs – Over de illusie van evidence-based practice in de zorg, Raad voor Volksgezondheid en Samenleving, 92 p., geïll., juni 2017: https://beroepseer.nl
of www.raadrvs.nl/uploads/docs/Zonder_context_geen_bewijs.pdf