Skip to main content

Interview met Rob van Pagée over participatie en samenredzaamheid van burgers

rob van pagee en thijs jansenWat bracht Rob van Pagée ertoe te beginnen met de Eigen Kracht-conferentie en de Eigen Kracht Centrale? Thijs Jansen van Stichting Beroepseer vroeg ernaar op de vierde werksessie over participatie en samenredzaamheid van burgers van Vitale Lokale Samenlevingen waar telkens een sociaal voortrekker wordt uitgenodigd die komt vertellen over ondernemerschap en maatschappelijke betrokkenheid.

Van Pagée komt uit een gezin van zes kinderen. Vader was dominee en had graag dat zijn zoon Rob theologie ging studeren: “Hij wilde een predikantengeslacht en zei altijd: theologie studeren, dat betaal ik wel, voor de rest bekijk je het maar. We zijn nooit diepe vrienden geworden, om het zo maar te zeggen”.
Van Pagée bleek moeilijk op school, het wilde niet zo lukken, maar geheel onbewust was dat niet: “Het was een goede manier om niet aan de verwachtingen te voldoen”. Hij ging uiteindelijk naar de ambachtsschool en daarna de militaire dienst in. Vervolgens werd hij verpleegkundige, ging werken bij de Raad voor de Kinderbescherming en bij de afdeling gezinshuizen van het Sociaal-Agogisch Centrum ‘Het Burgerweeshuis’ in Amsterdam waar hij tot taak had geschikte pleegouders te zoeken.

 Een speciale methode van besluitvorming

Op een goede dag liep hij op een conferentie “ergens een workshop in” en ontdekte hij de family group conference, een speciale methode van besluitvorming. De workshop bleek een antwoord op zijn vragen over de jeugdbescherming waarmee hij al vanaf het begin had rondgelopen en waarover hij altijd een ongemakkelijk gevoel had. Er bestond dus wel een andere manier om problemen van gezinnen aan te pakken: “Ik weet nog dat ik toen fluitend naar huis ging en dacht: nou dat kunnen we hier ook doen”.

De family group conference en het herstelgericht werken, een methode die bemiddelt tussen daders en slachtoffers van een misdrijf, vormen de basis van de Eigen Kracht-conferentie waarvan de eerste in Nederland plaatsvond in mei 2001. De Eigen Kracht Centrale werd opgericht in het jaar daarop, in juni 2002. Essentieel uitgangspunt is behoud van zeggenschap en regie van burgers over hun eigen leven. De methode is: maak de kring groter rond de hoofdpersoon, leg het probleem in het midden van die kring en vraag de aanwezigen, de familie, een groep mensen, als eerste om een plan dat draagvlak heeft om daarmee de problemen op te lossen of te verminderen. De deelnemers gebruiken hun eigen kracht om hulp te bieden waar ze dat kunnen en hulp te vragen aan de hulpverlening als dat nodig is.
Sinds 2001 zijn er meer dan 10.000 conferenties georganiseerd, voor kinderen en jongeren, voor ouderen, gezinnen, scholieren, ernstige en chronische zieken, daklozen, schooluitvallers, mensen met psychische problemen, dreigende uithuiszetting, (ex)gedetineerden, buurtkwesties, mensen met een verstandelijke of lichamelijke beperking, en daders en slachtoffers van een misdrijf.

Elke Eigen Kracht-conferentie wordt goed voorbereid door een coördinator. Deze persoon heeft een activerende functie en is vooral gericht op het zo groot mogelijk maken van een (veilige) kring. Hij of zij mag geen belang hebben bij de uitkomst van een plan en mag zich niet bemoeien met de inhoud.

‘t is dus heel erg bezig met zichzelf en minder met waar het om gaat

Eigen kracht is inmiddels ook een door de politiek gebezigde term. Thijs Jansen stelde: “Eigen verantwoordelijkheid, eigen kracht, participatie. In dit krachtenveld dreigt het gedachtegoed van de Eigen Kracht Centrale om allerlei redenen enigszins uit het zicht te raken. In 2014 blijkt ineens dat jullie veel minder inkomsten hebben. Nogal paradoxaal in een tijd waarin je zou zeggen: als er een tijd rijp is voor dit concept, dan is dat nu. Er is toch iets aan de hand”.
Van Pagee: “Dat is een ander probleem. In de decentralisatie is het stelsel ook weer aan het doen wat het het liefste doet, namelijk zichzelf reorganiseren. ‘t Is dus heel erg bezig met zichzelf en minder met waar het om gaat, de families. Je zou kunnen zeggen dat je aan de ene kant de systeemwereld hebt, en aan de andere kant de leefwereld van mensen. De systeemwereld denkt: als wij nou maar heel goed samenwerken, dan wordt het allemaal fantastisch. Maar dat is niet zo. De energie moet zitten in een goede samenwerking met de hoofdpersoon en diens familie en vrienden-netwerk. Daar zit naar mijn idee te weinig energie in, die gaat op aan de nieuwe procedures en wie wat wanneer doet: herorganiseren, fuseren, of de-fuseren”.

Lessen voor hoogopgeleiden

Aan het slot van de sessie hield Gabriël van den Brink, hoogleraar maatschappelijke bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg, een korte beschouwing die hij Lessen voor hoogopgeleiden noemde, in het bijzonder professionals en beleidsmakers. Praktische vragen kunnen volgens hem niet opgelost worden als we niet op een andere manier gaan nadenken over wat zorg is en de rol daarin van de professionals.
De lessen houden in dat ze iets moeten afleren en iets opnieuw leren. Er moet een andere balans komen: “Laten we meer ruimte maken voor die elementen die in het echte leven volop aanwezig zijn en ertoe doen en die niet zomaar in het verstand passen of te rationaliseren zijn. Dat kan door op een andere manier over deze dingen na te denken, over onszelf, over professionals en beleidsmakers”.

Lees het hele interview met Rob van Pagée en de slotbeschouwing van Gabriël van den Brink over Participatie en samenredzaamheid van burgers: https://beroepseer.nl

Op de foto: Thijs Jansen (links) interviewt Rob van Pagée