Anton Maes: ‘Zorgcontractering bij decentralisatie loopt vast in nieuw netwerk van bureaucratie’

Anton Maes schrijft in zijn blog op Huisarts Vandaag dat zorgcontractering bij decentralisatie vastloopt in een nieuw netwerk van bureaucratie. Met ingang van de verandering van drie stelselwetten in de zorg in 2015 is gebleken dat decentralisatie –  het overhevelen van verantwoordelijkheden naar de gemeente – veelal niet tot de gewenste resultaten voert.

Anton Maes:

Steekhoudende argumenten
“De argumenten voor decentralisatie waren: vergroten van integraliteit van het zorgaanbod, in samenhang met sociaal domein, de-medicalisering, cliënt centraal en het ontwikkelen van wijkgerichte zorg. Vanuit zorginhoudelijke samenwerking veelal steekhoudende argumenten. Maar de argumenten waren ook: bezuinigen, het idee dat gemeenten beter dan anderen zorg konden inkopen en meer konden doen met dezelfde middelen met behoud van kwaliteit. Vooralsnog zijn deze laatste aannames met twee jaar ervaring wensdenken gebleken.”

Jeugd-ggz terug in de Zorgverzekeringswet
“Allereerst is de decentralisatie bij Wmo gepaard gegaan met 25-40% budgetkorting (NVB, 2017), een bezuiniging waar vooral de huishoudelijke hulp ernstig onder heeft geleden. Bij de start van de Jeugdwet was er weliswaar een goed mantra: één gezin, één plan en één regisseur. Maar hoe is jeugd-GGZ in te kopen als de huisarts (meestal) de verwijzer is? Waarbij zorg voor jeugdigen met een psychische stoornis valt onder de Jeugdwet (met voor GGZ-aanbieder een vrij tarief), maar de behandeling van jeugdigen met psychische problemen onder de Zvw valt (met voor tarieven de Wmg). Beter is daarom de jeugd-GGZ (diagnostiek en behandeling) weer terug te plaatsen in de Zvw.”

Honderden contractpartijen
“Bestuurders van maatschappelijke instellingen en gemeenten sluiten ontelbare contracten (VU/Zijlstra Center, 2017). De gemeente heeft te maken met honderden aanbieders, een grote aanbieder met honderden gemeenten. Centraal hierbij staat marktwerking met prijsgerichte aanbestedingstrajecten. Contracten met marges van 0,5% zijn geen uitzondering. Er zijn meer dan 144.000 productcodes in gebruik. En alleen al over de inkoop van jeugdzorg zijn 5600 items relevant. Doel contract: zo weinig mogelijk geld uitgeven tegen zo laag mogelijke kosten. Aan beide kanten, bij opdrachtgever en opdrachtnemer, leidt dit tot uitbreidingen van de afdelingen Aanbesteding, Inkoop, Control en Financiën, altijd ten koste van het primaire proces. Kortom, “het meest prangende probleem is de wildgroei van en het vastlopen in de bureaucratie van de contractrelaties”. Dat is onwerkbaar voor alle partijen, zo is de harde conclusie in het rapport van de reflectiekamer voor bestuurders.”

Schuldcultuur
“Naast deze bureaucratie is de ontstane schuldcultuur een tweede groot probleem. Bij een zorgincident wordt publiekelijk de schuldvraag gesteld in plaats van de weg te bewandelen van een veilige incidentmelding.

Het rapport stelt dat nu bestuurders van gemeente en instellingen leiderschap moeten tonen met de maatschappelijke opgave te focussen op zorg voor degenen die dat nodig hebben. Met zorg te leveren in regionale en lokale netwerken.”

Aanspraak versus recht
“Gemeenten doen het in financiële zin wisselend. De meeste van de 388 gemeenten komen voor uitvoering van de drie decentralisaties uit met de bijdrage uit het gemeentefonds, echter sommigen hebben een tekort, oplopend tot 20% (Andersson quickscan, 2017). Een gevaarlijke ontwikkeling als er geen ‘recht’ is op zorg, maar slechts een ‘aanspraak’.”

Magere waardering
“Het vertrouwen van de burger in de decentralisatie van de Wmo, ouderenzorg en jeugdhulp is weliswaar licht toegenomen (I&O research, n=11.000, Binnenlands Bestuur, 2017). Maar het aandeel Nederlanders dat weinig vertrouwen heeft in positieve effecten van de decentralisaties (47%) is nog wel altijd ruim twee keer zo groot als het aantal Nederlanders dat er wel vertrouwen in heeft (20%). Ofwel, vooralsnog een magere waardering voor het decentralisatiebeleid.”

Zorgcontractering loopt bij decentralisatie vast in bureaucratie, Anton Maes, Huisarts Vandaag, 28 april 2017: http://huisartsvandaag.nl

Anton Maes was van 1985 tot juli 2016 werkzaam als huisarts in Dieren. Vijftien jaar lang was hij bestuurlijk actief, landelijk en in de regio, om de randvoorwaarden van goede huisartsenzorg in kaart te brengen. Sinds 2006, met het verschijnen van het nieuwe zorgstelsel, heeft hij zich toegelegd op de vraag hoe het vak huisartsgeneeskunde beter is in te zetten om het zorgstelsel in Nederland efficiënter te laten werken. In 2011 verscheen zijn boek Huisartsgeneeskunde in het nieuwe zorgstelsel.

Nieuwsbrief ontvangen?

Wij houden u graag op de hoogte van actuele ontwikkelingen binnen Stichting Beroepseer.  Wilt u onze nieuwsbrief ontvangen? Dan kunt u zich hieronder aanmelden.

Contact

Adres:
Multatulilaan 12
4103 NM Culemborg

Email:
info@beroepseer.nl

© Stichting beroepseer