Skip to main content

500 artsen die weigeren contract met verzekeraar VGZ te sluiten: ‘Er moet respect komen voor onze beroepseed’

Er moet heel wat gebeuren willen huisartsen de kont tegen de krib gooien. Dat 500 huisartsen in heel Nederland nu geweigerd hebben een contract met zorgverzekeraar VGZ te sluiten, is dan ook een teken aan de wand. Er is echt een grens overschreden, legt Patrick Albert uit op de website van de Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen. Albert is initiatiefnemer van de niet-tekenactie in Noord-Limburg en woordvoerder van het Limburgse artsenverzet: “Het gaat hier om fundamentele principes”.

Het jaar is al bijna een maand op streek, maar nog steeds hebben 500 huisartsen geen contract met zorgverzekeraar VGZ. De huisartsen zijn het niet eens met de vergoedingen die de verzekeraar VGZ hen heeft aangeboden voor bepaalde verrichtingen.

Principieel onjuist

Een geldkwestie? Zeker niet, zegt Patrick Albert. “Het gaat hier niet om meer geld, maar om principes. Het is principieel onjuist dat gelden die bedoeld zijn voor echte zorg, zoals spiraaltjes zetten of kleine chirurgische verrichtingen, gebruikt worden om premies te geven voor goedkoop voorschrijven en goedkoop doorverwijzen. Geld dat gebruikt zou moeten worden voor de zorg, wordt ons nu als bonus voorgehouden.

Dat staat haaks op de artseneed waarin we ons verplichten om mensen een onafhankelijk advies en een kwalitatief goede behandeling te bieden. Dan mag je niet in een positie gebracht worden waarin die onafhankelijkheid onder druk komt te staan. Wij hebben als artsen het primaat als het gaat om vakinhoudelijke keuzes, aangezien wij de deskundigen zijn in de eerstelijnszorg. Dat staat met dit contract allemaal op de tocht.’

Een andere reden voor de weigering is een bepaling in het contract die VGZ het recht geeft om patiëntendossiers in te zien. ‘Dat is onacceptabel’, stelt Albert. ‘Ik laat nooit iemand in een dossier kijken zonder expliciete toestemming van mijn patiënten, en zeker geen verzekeraar! Wij willen echt de garantie dat dat niet zomaar kan gebeuren”.

Context

De actie van de 500 huisartsen komt niet uit de lucht vallen, maar is een soort ‘laatste druppel’ in een jarenlang proces van groeiend onbehagen over het systeem van gereguleerde marktwerking. “Het verbaast mij dat dit plan ooit door de Tweede Kamer heeft kunnen komen, want de uitwerking van de gereguleerde marktwerking is funest voor de huisarts”.

Kern van de onvrede is de enorme machtsongelijkheid die het systeem met zich mee heeft gebracht. Albert: ‘Wij willen overal wel aan meewerken, maar het respect voor onze beroepsgroep is al jaren ver te zoeken, en dat is ons nu echt in het verkeerde keelgat geschoten. De zorgverzekeraars zijn oppermachtig. Dat leidt tot absurde situaties.

“Als je als huisarts met drie collega’s over je contract praat, kun je een boete van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) krijgen wegens kartelvorming, terwijl de verzekeraars uitgegroeid zijn tot vier molochs die openlijk bespreken doe ze de huisartsencontracten gestalte willen geven. Dat vind ik een schizofrene situatie.

We leven in een democratie, en die geldt ook voor ons als huisartsen. We hebben net als andere ondernemers het recht om zelf te onderhandelen, maar de facto wordt er al jaren per decreet geregeerd. Het lijkt de Chinese communistisch partij wel! Dat is onacceptabel. Wie is nou eigenlijk voor ons de hoogste autoriteit? Is dat onze eed of de ACM?”*)

Patstelling

Al met al genoeg reden voor de huisartsen om nu eindelijk een dikke streep in het zand te trekken. Inmiddels is er sprake van een patstelling. De huisartsen eisen herziening van het contract, VGZ weigert te onderhandelen.

De actievoerders zitten in een lastig parket. Er wordt gewoon niet betaald. Albert neemt het woord chantage nog net niet in de mond, maar het heeft er alle schijn van. Lang niet alle artsen kunnen zich het verlies aan inkomen immers permitteren. “We weten niet precies wat de financiële consequenties zijn”, stelt Albert.

Zelf heeft hij een plattelandspraktijk, wat betekent dat hij vrij veel extra verrichtingen doet en dus extra hard getroffen wordt door het gebrek aan vergoeding hiervoor. Ook de consequenties voor de ketenzorg zijn onduidelijk, maar voorlopig gaat hij ervan uit dat die zorg gewoon betaald gaat worden.
[ …]

Om uit de patstelling te komen hebben de huisartsen een zorgmakelaar ingeschakeld. Volkomen rechtsgeldig, verzekert Albert. “In de regels van de NZa wordt de zorgmakelaar genoemd als een mogelijkheid om de onderhandelingen in het zorgproces te vergemakkelijken. Maar VGZ blijft zeggen dat het niet mag en weigert met ons te praten. Daarom hebben we de ACM verzocht om hier een uitspraak over te doen”.

Hoe het af zal lopen is koffiedik kijken, maar één ding weet hij zeker: dit gaat niet vanzelf over. Met deze actie is eindelijk de onvrede onder huisartsen over het huidige zorgstelsel naar buiten gebroken, en de geest is niet zomaar weer terug in de fles. “VGZ denkt dat we uiteindelijk zullen zwichten, maar daar vergissen ze zich echt in. Ik verdom het om nog langer op deze manier benaderd te worden”.

Aan het slot zegt Albert: “‘Er moet respect komen voor onze beroepseed. Daar kun je niet mee schipperen. Wat er nu gebeurt, kan echt niet. We blijven doorgaan tot dit van tafel is”.
Lees het hele interview met Albert op site VP Huisartsen: Club van 500: ‘We gaan door tot dit contract van tafel is’, 24 januari 2015: www.vphuisartsen.nl

Noot*) Autoriteit Consument & Markt (ACM) ziet erop toe dat bedrijven eerlijk concurreren en beschermt consumentenbelangen.

Zie ook: Zorg voor kwaliteit. Zorgverleners in de GGZ in actie voor behoud goede zorg: http://zorgvoorkwaliteit.nu (Deze website is opgeheven).