Ruimte en lef
Ooit gehoord van het LEF Future Centre van Rijkswaterstaat? Nee? Ik ook niet, tot voor kort.
Op 4 maart 2013 vond er in het hypermoderne gebouw van Rijkswaterstaat te Utrecht een bijeenkomst plaats, georganiseerd vanuit een samenwerkingsverband tussen het LEF Future Centre en de Goed Werk Hub, een onderdeel van de Stichting Beroepseer.
De kern van goed werk is: vakmanschap gecombineerd met morele verantwoordelijkheid en persoonlijke betrokkenheid.
Dat er sprake is van betrokkenheid bij het thema bleek uit de onverwachte grote opkomst uit een geweldige mix van de ambtenarij. Diverse ministeries, de Belastingdienst, Rijkswaterstaat en organisaties zoals de Centrale Raad voor Beroep, de RIVM, het KNMI en de Onderwijsinspectie waren vertegenwoordigd. In totaal waren er ruim twintig organisaties vertegenwoordigd.
De bijeenkomst had tot doel om met andere (rijks)ambtenaren in gesprek te gaan over de betekenis van vakmanschap. Het huidige Kabinet stelde in het regeerakkoord dat een sterke economie baat heeft bij een hoge kwaliteit van dienstverlening door de overheid. Mensen moeten trots kunnen zijn op hun werk en zich gesteund weten door hun leidinggevenden en daarvoor is meer ruimte voor vakmanschap nodig. Juist daarin is de werkelijkheid weerbarstig. Dat is ook het geval bij de politie. De van bovenaf opgelegde reorganisatie biedt in de ogen van veel collega’s onvoldoende ruimte voor het vakmanschap. Dat concluderende viel het me op dat er niemand anders uit de politiewereld was vertegenwoordigd. Daar wordt toch het meest geklaagd over de beperkingen in de ruimte voor het vakmanschap? Klaagt de politie zich niet suf over het gebrek aan samenwerking over de grenzen heen om te komen tot aanvaardbaar beleid, beheer, uitvoering en toezicht? Wellicht speelde mee dat de politie niet specifiek was uitgenodigd voor de bijeenkomst.
De sessie had tot doel nieuwe denk- en gedragspatronen te creëren, daar waar het proces stagneert of als er grote veranderingen plaatsvinden. De vorming van de Nationale Politie is een immens en zeer complex project. Om daarover van gedachten te wisselen met ambtenaren uit andere sectoren werkt zeer inspirerend en verruimt je eigen blikveld. Maar ja, als er niemand uit de actuele politiewereld aanwezig is, is er ook weinig van gedachten te wisselen. Dus neem ik het heft in handen en schrijf er iets over.
De werkelijkheid van de politiewereld is héél erg weerbarstig. Ik heb natuurlijk niets meer te verliezen, ik voel me zo vrij als een vogeltje om met die ambtenaren in gesprek te gaan. Heb daar ook uitgesproken dat ik blij was niet meer het juk te voelen van de hiërarchie en de overdaad aan protocollen en afspraken. Als oud-politieman bewoog ik me nu heel anders in de wereld van de ambtenarij. Ik ervoer echter ook dat er wezenlijk niet zo gek veel verschil is. Ambtenaren blijken net als politiemensen evenveel last te hebben van protocollen en afspraken, zijn net zo bang om vrij en frank de ruimte in te nemen die zij zo graag willen innemen. Er bestaan eveneens taboes over kwetsbaarheid en pesterijen en niet iedereen voelt zich gesteund door leidinggevenden.
Ik nam de gelegenheid om te vertellen hoe mijn ontwikkeling gedurende mijn loopbaan was verlopen. In wezen kon ik het in een paar woorden samenvatten. Ik vertelde dat ik na verloop van tijd lef kreeg om het initiatief te nemen, lef dat ik daarvoor om allerlei uiteenlopende redenen ontbeerde. Die ontwikkeling verliep niet zonder slag of stoot , het had mij heel veel tijd en moeite gekost, soms was er strijd of teleurstelling, maar uiteindelijk overwon ik dat allemaal. Zodoende stond ik daar als gepensioneerde diender in het LEF Future Centre vrij en frank te vertellen dat het slechts een kwestie is van het zetten van een klein stapje. Zodra het lef ervoor aanwezig is, natuurlijk. Instemmend werd er geknikt, maar het was te zien dat zoiets niet bij iedereen vanzelfsprekend zou zijn.
Wellicht heeft de Korpsleiding van de Nationale Politie in de toekomst een moedig moment om zo’n sessie over LEF in dat mooie centrum van Rijkswaterstaat te organiseren? Ik beveel het uit de grond van mijn blauwe politiehart aan.
Nauwelijks bekomen van de bijeenkomst lees ik een paar dagen later het commentaar van Han Busker (Nederlandse Politie Bond) op het rapport van de commissie Cohen, dat werd opgesteld naar aanleiding van de gebeurtenissen tijdens het Project X-feest in Haren. De NPB had al lang voordat de commissie haar werk had gedaan geconcludeerd, dat uit de gebeurtenissen door de hele Nederlandse politie veel te leren viel. Minister Opstelten had immers als een van de belangrijkste doelen van de Nationale Politie gesteld dat de professionele ruimte aan de politiemedewerkers teruggegeven diende te worden.
De gang van zaken in Haren heeft pijnlijk duidelijk gemaakt dat zo’n cultuuromslag hard nodig is. Men had volgens Busker deskundige specialisten uit het vakgebied een inschatting moeten laten maken van de te verwachten gang van zaken, risico’s en gevolgen voor openbare orde en veiligheid. De analisten uit de eigen politiewereld kregen echter onvoldoende de kans om hun visie te geven op de zaak. Het bestuur (de burgemeester) had immers al besloten dat een “low profile”-benadering de beste aanpak was. Han Busker zegt dat het hem een lief ding waard zou zijn als er binnen de Nationale Politie meer respect en waardering zou zijn voor de inbreng van vakmensen.
Het wordt echt tijd dat de Nationale Politie ruimte gaat reserveren in het LEF Future Centre.
©Jacques Smeets
www.deblauwediender.nl