Prof. Gert Biesta pleit in oratie voor herstel van vakgebied pedagogiek
Het vakgebied pedagogiek is de afgelopen decennia in de Nederlandse academische context in de marge terecht gekomen. Gert Biesta pleit voor herstel van dit unieke vakgebied in zijn oratie Tijd voor pedagogiek: Over de pedagogische paragraaf in onderwijs, opleiding en vorming.
Gert Biesta hield op 11 april 2018 hield zijn inaugurele rede als bijzonder hoogleraar Pedagogische dimensies van onderwijs, opleiding en vorming met bijzondere aandacht voor processen van humanisering en persoonsvorming aan de Universiteit voor Humanistiek. Deze leerstoel wordt gefinancierd door het Nederlands Instituut voor Onderwijs en Opvoedingszaken (Stichting NIVOZ).
Biesta: “Ik sta hier vandaag met gemengde gevoelens. Dat is niet omdat ik een inaugurele rede uitspreek op een leeftijd waarop menig hoogleraar al aan een afscheidsrede begint te denken, maar omdat datgene waar het in deze rede om gaat – de pedagogiek – in de Nederlandse academische context nogal in de marge is geraakt en omdat mijn eigen biografie daar nauw mee is verbonden. Er lijkt in Nederland in de afgelopen decennia een academische monocultuur tot stand te zijn gekomen die weliswaar veel produceert en hoog scoort, maar waarvan de intellectuele bandbreedte tamelijk smal is. Dat heeft zijn weerslag op definities van wetenschappelijkheid, die zich vooral richten op het gebruik van bepaalde methoden en op publicatie in Engelstalige tijdschriften. Maar het heeft vooral ook invloed op de wetenschappelijke, maatschappelijke en politieke ‘speelruimte’ waarbinnen academici hun werk kunnen doen”.
Vorming tot persoon-willen-zijn
Biesta liet in zijn oratie in drie stappen zien waarin de unieke bijdrage van de pedagogiek is gelegen: “Ik doe dat ten eerste door de pedagogiek te karakteriseren als een betrokken handelingswetenschap en te benadrukken dat datgene waar de pedagogiek op is betrokken het vraagstuk van volwassen-zijn is. Daarmee hoop ik in tweede slag een wijdverbreid misverstand over pedagogiek en persoonsvorming uit de wereld te kunnen helpen door te laten zien dat het bij persoonsvorming niet gaat om de vorming-van-personen naar een bepaald beeld of ideaal, maar om vorming tot persoon-willen-zijn. Ik plaats de pedagogiek daarmee expliciet in de traditie van het personalisme; een traditie die in Nederland bijvoorbeeld is te vinden in het werk van Kohnstamm, Langeveld en Imelman en in Duitsland in veel detail is ontwikkeld door Winfried Böhm. Daarmee komt in beeld dat het in de pedagogiek om existentiële vragen gaat: vragen over hoe we als mensen proberen te leven en samen te leven. In een derde stap laat ik dan zien wat dit betekent voor de pedagogische paragraaf in het onderwijs, waarbij ik een pleidooi hou voor subjectiverend onderwijs en een ‘flipped’ curriculum, en dit pleidooi in verband breng met het vraagstuk van de democratie.
Ik sluit af met twee agenderende opmerkingen: een pleidooi om de sterke aandacht in het onderwijs op de ‘buitenkant’ te pareren met aandacht voor innerlijkheid; en de suggestie om opvoeding en onderwijs niet als toepassingsgebieden voor humanistische waarden of een humanistische levensbeschouwing te zien, maar de vraag te stellen wat het pedagogische zelf eigenlijk zichtbaar maakt over mens-zijn en menselijkheid. Maar ik begin mijn betoog met een anekdote waarin op heel compacte wijze de thema’s die ik in deze rede naar voren wil brengen te vinden zijn”.
Klik hier voor verder lezen van Tijd voor pedagogiek.Over de pedagogische paragraaf in onderwijs, opleiding en vorming, door prof. dr. Gert Biesta, uitgave van Universiteit voor Humanistiek, 2018: www.uvh.nl
Tijd voor pedagogiek: download oratie Gert Biesta, Universiteit voor Humanistiek, 12 april 2018: www.uvh.nl