Niet alle onderwijsjuristen en ouders blij met een anti-pestwet
Staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker wil een anti-pestwet instellen. Volgens Gerard Drosterij is dat een bevret van politiek onvermogen. Daarmee doet hij precies het tegenovergestelde waarvoor hij bedoeld is: maatschappijtje pesten. Drosterij in zijn column Die anti-pestweg past ook in een patroon op de site van BNR: “De overheid verbiedt iets wat iedereen afkeurt en wat velen proberen te stoppen, maar waarvoor geen tijd meer is, omdat er nu aan de overheid bewezen moet worden dat men er mee bezig is.
Zo ging het ook op het kinderdagverblijf van mijn kinderen. Dat was eerst een heerlijke tent. Een mooie mix van jonge en ervaren leidsters, ieder verantwoordelijk voor hun afdeling. Er was een dagschema, maar elke afdeling had genoeg ruimte die zelf in te vullen.
Maar toen klopte de gemeente aan. De hygiëne- en veiligheidsregels moesten worden aangescherpt. Er kwam een protocol met de favoriete stok achter de deur: boetes.
Om zich in te dekken besloot de leiding nieuwe regels in te voeren en die ook strenger te handhaven. Dus een kind met een snottebel werd meteen ziek naar huis gestuurd (zekere voor het onzekere) en ouders die ’s ochtend te laat kwamen mochten pas een half uur na het ochtendritueel naar binnen.
Twee jaar later was er geen ervaren leidster meer over. Ze waren allemaal weggevlucht voor die afschuwelijke controlecultuur. Ze voelden zich in hun professionaliteit aangetast en niet serieus genomen. Gek geworden van de nieuwe strengheid. Er was nauwelijks meer tijd voor waar het werkelijk om ging: op je eigen manier een fijne sfeer opbouwen met de kids.
En nu doet Lodewijk Asscher er nog een schepje bovenop. Er komt een stempel*) voor kinderdagverblijven. Nog meer administratieve ellende dus.
De controlezucht is overal. Nu dus weer staatssecretaris Sander Dekker met zijn anti-pestwet. Waar pesten ooit als een heel vervelend en soms traumatisch probleem werd gezien, is het dit jaar gebombardeerd tot een nationale ramp waar elke politicus zijn morele verontwaardiging op kan botvieren. Met als dieptepunt die anti-pestwet.
Het trieste is dat Dekker niemand helpt. Scholen zijn al lang bezig met het pestprobleem en worden nu geconfronteerd met nieuwe invullijsten. Hun verantwoordelijkheid wordt afgebroken door de eis van verantwoording. Het is tijd voor burgerlijke ongehoorzaamheid”.
Ingreep in professionele autonomie van scholen en leraren
Een paar dagen later, op 2 april 2013, vallen hoogleraar onderwijsrecht Pieter Huisman, advocaat Martijn Nolen en hoogleraar onderwijsrecht Paul Zoontjes Drosterij bij in een artikel in de Volkskrant: Anti-pestwet tast autonomie school aan. Volgens hen hebben scholen al een vergaande inspanningsverplichting om pesten tegen te gaan. Een anti-pestwet kan het onmogelijke verlangen van scholen: “Er moet een wet komen die scholen verplicht tot een structurele aanpak van het pesten. De wet zal bepalen dat iedere basisschool en middelbare school een ‘bewezen effectief’ antipestprogramma gebruikt, de sociale veiligheid op school monitort en een vertrouwenspersoon en pestcoördinator heeft. De Onderwijsinspectie moet op dit alles gaan toezien. Volgens de staatssecretaris gaat de vrijblijvendheid en willekeur er zo af; op elke school moet iets aan het voorkomen en stoppen van pesten worden gedaan.
… De komst van een antipestwet miskent ook dat scholen al een ‘vergaande inspanningsverplichting’ hebben, zoals het in de rechtspraak en door klachteninstanties wordt geformuleerd, om zorg te dragen voor een veilige leeromgeving en een functionerend pestbeleid. Scholen moeten hier al veel aan doen.
…De staatssecretaris, en het parlement, zou daarom eerst gedegen onderzoek moeten doen naar de rol en functie van huidige wetgeving en de toegevoegde waarde van nieuwe wetgeving, voordat scholen met nieuwe wetgeving worden ‘ondersteund’, zoals het plan van aanpak dat eufemistisch stelt.
… Een antipestwet is daarnaast niet alleen een ingreep in de professionele autonomie van scholen en leraren, en hun beoordelingsvermogen, maar doet ook afbreuk aan de waarde van de wet als instrument en waarborg. Als de wetgever om symbolische redenen naar de wet als instrument grijpt, zal hij merken dat zijn gereedschapskist op den duur leeg raakt. Wetgeving moet altijd een sluitstuk en evidence based zijn”.
De drie auteurs wijzen ook nog op een ander belangrijk aspect. Een school kan niet een ‘alziend oog’ ontwikkelen, ook “omdat dan ogenblikkelijk een spanning optreedt met de privacy van leerlingen, de vrijheid van meningsuiting, en niet te vergeten de verantwoordelijkheid van ouders en leerlingen zelf. Strengere sanctionering van pestkoppen (definitieve verwijdering) zal ook onderbouwd moeten worden met bewijsmateriaal, hoor en wederhoor enzovoort. Voor meer juridisering van de relaties tussen ouders, leerlingen en school, zijn de marges smal. Pedagogische relaties zijn te substantieel en complex om deze al te zeer te onderwerpen aan het digitale karakter van het recht met zijn aanspraken en verplichtingen”.
Die anti-pestwet is zelf één grote pesterij, door Gerard Drosterij, 26 maart 2013, website BNR: www.bnr.nl
Anti-pestwet tast autonomie school aan, door Pieter Huisman, Martijn Nolen en Paul Zoontjes, De Volkskrant, 2 april 2013: www.volkskrant.nl
Noot
*) Asscher wil kwaliteit crèche meten, NOS, 14 februari 2013: https://nos.nl