Skip to main content

VN-onderzoek naar veranderende democratische opvattingen onder jongeren

Jongeren zijn bang voor de toekomst, stemmen massaal op de PVV en hebben weinig vertrouwen in de kiezer: in groten getale pleiten ze voor een test vóór je mag stemmen. De boodschap uit dit onderzoek: we moeten als de bliksem op zoek naar nieuwe democratische vormen. Jongeren willen wel in democratie geloven, maar hun twijfel aan het functioneren ervan is substantieel en zorgelijk. Als de democratie zichzelf niet vernieuwt, gaat het straks goed mis.

In opdracht van maandblad Vrij Nederland hebben in de periode 16 – 19 december 2016 Peter Kanne en Laurens Klein Kranenburg van I&O Research onderzoek gedaan onder 2.850 Nederlanders van 18 jaar en ouder, van wie 262 personen van 18 t/m 25 jaar, naar hun opvattingen over democatie.

Vond in 2007 nog 43 procent van de jongeren dat Nederland zich in de verkeerde richting ontwikkelde, nu is dat 57 procent. Eén op de vijf jongeren verwacht dat Nederland tijdens zijn of haar leven in een dictatuur verandert. En bijna de helft – 48 procent – vreest dat er tijdens zijn of haar leven oorlog uitbreekt in Nederland. Onder ouderen zijn die percentages beduidend lager: zo is van de 65-plussers niet meer dan 17 procent bang dat er hier te lande oorlog zal uitbreken. Jongeren die nu opgroeien leven in een angstiger wereld dan tien jaar geleden: sindsdien greep de financiële crisis om zich heen, bracht de vluchtelingenstroom uit het Midden-Oosten grote onzekerheid, schokten terroristische aanslagen in Parijs, Brussel en Berlijn het vertrouwen en kregen overal in Europa populistische partijen de wind in de zeilen.

Enkele uitkomsten:
– weinig vertrouwen in politici: 74%
– weinig vertrouwen in de media: 78%
– bang voor terrorisme 39%. Bij ouderen is dat 18%
– bang voor oorlog: 48%
– bang voor dictatuu: 21%

De opvallendste verschuiving in de politieke voorkeur van jongeren sinds 2007 is de tanende aanhang van de SP (van 26 naar 5%) en de grote steun voor de PVV (van 7 naar 27%). Van de 65-plussers zegt maar 8% op de PVV te zullen stemmen. Jongeren vervullen in electoraal onderzoek een ‘seismografische functie’: zij vertonen vaak radicaler stemgedrag. De traditionele brede volkspartijen PvdA en CDA lijken hun steun onder jongeren bijna helemaal te zijn kwijtgeraakt. Na vier jaar regeren met Rutte is de PvdA gezakt van 14 naar 4%. Het CDA, in 2007 nog de tweede partij onder jongeren, moet het doen met een magere 1%.

Tekortschietend onderwijs in democatie en burgerschap

Een opvallend hoog percentage van de jongeren vindt de politiek te ingewikkeld om te begrijpen ‘regelmatig´zegt 20%, ´vaak´ zegt 11% (in 2007 was dat 2%).
Van de hoger opgeleide jongeren is 99% het ermee eens dat je meningen van anderen behoort te accepteren, een kernwaarde van de democatie. Van de lager opgeleide is dat 87% (11% neutraal, 2% weet het niet).

Wat democatie betreft, onder jongeren is het vertrouwen in de democratie als staatsbestel niet tanende, maar de kloof tussen hoog- en laagopgeleide jongeren groeit.
Uit een ander onderzoek blijkt het probleem te zijn tekortschietend onderwijs. De mogelijkheden die scholen hebben om leerlingen positieve ervaringen met democratie op te laten doen, bijvoorbeeld door ze te laten discussiëren over de samenleving of ze te laten participeren in besluitvorming, worden onvoldoende benut. Vooral op vmbo-scholen wordt er veel te weinig aandacht aan besteed. Hetzelfde geldt eveneens voor burgerschap. Er is een gebrek aan goed onderwijs in burgerschap. Kinderen met een lager opleidingsniveau hebben meer onderwijs over burgerschap en democratie nodig. Zo denkt ook de Inspectie voor het Onderwijs erover. Er zouden concrete leerdoelen ontbreken en het is onduidelijk in hoeverre het onderwijs aansluit bij wat leerlingen nodig hebben.

Lees het hele artikel over de enquête: Vernieuw de democratie. En snel! door Thijs Broer en Sander Pleij, Vrij Nederland, februari 2017: www.vn.nl