Gary Hamel: Nog nooit werkten er in grote organisaties zoveel managers
Nog nooit waren er zoveel managers. Hun aantal blijft maar groeien. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van Gary Hamel en Michele Zanini. In juli 2016 schreven zij erover in het Amerikaanse economische vaktijdschrift Harvard Business Review (HBR).
Hamel is management-expert en sinds 1983 verbonden aan de London Business School. Hij schreef diverse boeken over management die in meer dan 25 talen zijn vertaald; in 2012 verscheen van hem What matters now dat gaat over het opnieuw opbouwen van een organisatie in een wereld van slinkende hoop, radicale veranderingen en verwoestende wedijver.
Michele Zanini is mede-oprichter (met Gary Hamel) en directeur van Management Innovation eXchange (MIX) dat erop is gericht het management opnieuw uit te vinden en geschikt te maken voor de 21ste eeuw.
In 1998 voorspelde Peter Drucker, de in 2005 overleden Amerikaanse expert op het gebied van organisatieleer en management, in hetzelfde Harvard Busness Review, dat binnen twintig jaar de gemiddelde organisatie nog maar werk zou hebben voor de helft van het aantal managers. Maar zo is het niet gegaan. Helaas, schrijven Hamel en Zanini. Ondanks alle alternatieven – de gig- of platformeconomie, de deeleconomie, het nieuwe bestuursmodel holacrazy of lean management – blijft de bureaucratie toenemen in plaats van afnemen. Vandaar Zanini’s tweet in augustus dat we de gig-economie maar moeten vergeten omdat de bureaucratie immers oppermachtig is.
Met 90% gestegen
Tussen 1983 en 2014 is het aantal managers, toezichthouders en stafleden in de Verenigde Staten met 90% gestegen, terwijl de stijging van het aantal banen op andere terreinen minder dan 40% was. Volgens de OESO is in andere ontwikkelde landen een vergelijkbare trend waar te nemen. In Groot-Brittannië en Noord-Ierland is het werkzame deel van de managers en toezichthouders bijvoorbeeld gegroeid van 12.9% in 2001 tot 16% in 2015.
In sectoren als gezondheidszorg en hoger onderwijs heeft de bureaucratische soort zich nog sterker vermenigvuldigd. In het veelomvattende netwerk van de Universiteit van Californië dat bestaat uit tien universiteitscampussen op verschillende locaties, is het aantal managers en administrateurs verdubbeld tussen 2000 en 2015, terwijl het aantal studenten slechts toenam met 38%. Momenteel is er 1.2 administrateur voor elk vastbenoemd faculteitslid of faculteitslid met perspectief op een vaste aanstelling.
Er werken momenteel meer Amerikanen in grote, bureaucratische organisaties dan ooit. In 1993 werkte 47% van de werknemers in de particuliere sector in organisaties met meer dan 500 mensen. Twintig jaar later is dat aantal toegenomen tot 51,6%. Grote organisaties met meer dan 5000 werknemers zagen de grootste toename, van 29,4% tot 33,4%. Bedrijven die op de Fortune 500 lijst staan hebben 27 miljoen werknemers in dienst, tegen 20 miljoen in 1995.
Het is eerder een kanker die de veerkracht van de organisatie weg vreet
Je zou verwachten dat de bureaucratie bij grote ondernemingen afneemt, maar dat is niet het geval. De financiële beloning van directeuren en de overheadkosten zijn niet omlaag gegaan. De managementlaag uitdunnen of het aantal stafmedewerkers verminderen schijnt maar niet te willen lukken.
Het ziet ernaar uit dat in een wereld die gekenmerkt wordt door toenemende complexiteit, de groei van bureaucratie onvermijdelijk is. Wie anders dan een topmanager zal al die zware taken bij de kop vatten? Globalisering bijvoorbeeld. Of digitalisering en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Wie anders is in staat aan al die nieuwe eisen te voldoen rond diversiteit, risicobeperking en duurzaamheid?
De moderne opvattingen hebben een toename veroorzaakt in nieuwe functies op directieniveau, die op z’n Amerikaans titels hebben gekregen als: Chief Analytics Officer, Chief Collaboration Officer, Chief Customer Officer, Chief Digital Officer, Chief Ethics Officer, Chief Learning Officer, Chief Sustainability Officer en zelfs Chief Happiness Officer. Nog prozaïscher gezegd, wie anders dan de manager moet het dagelijkse werk doen: plannen maken, prioriteiten stellen, werknemers aanstellen, beoordelen, coördineren, controleren, inroosteren en belonen?
Toch wijst ons onderzoek uit, aldus Hamel en Zanini, “dat bureaucratie niet onvermijdelijk is; het is niet de noodzakelijke prijs die we moeten betalen voor het zakendoen in een gecompliceerde wereld. Het is eerder een kanker die de economische productiviteit en de veerkracht van de organisatie weg vreet”.
More of us are working in big bureaucratic organizations than ever before, door Gary Hamel en Michele Zanini, Harvard Business Review, 5 juli 2016: https://hbr.org