Skip to main content

Leesbare samenvatting en toelichting Miljoenennota 2018 voor de zorg

Op Prinsjesdag – dit jaar op 19 september 2017 – presenteert de minister van Financiën ieder jaar de Rijksbegroting en de Miljoenennota aan het parlement (Eerste en Tweede Kamer). De Rijksbegroting is het overzicht van de inkomsten en uitgaven voor het komende jaar. De Miljoenennota is de toelichting op de rijksbegroting. Zie: http://www.rijksbegroting.nl/ en https://www.rijksoverheid.nl/documenten/begrotingen/2017/09/19/miljoenennota-2018

Ieder jaar geeft nieuwsbrief Natuurlijk in beweging in de oktoberuitgave een samenvatting van de Miljoenennota voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport met toelichting op de veranderingen, de (mogelijke) consequenties voor de gezondheidszorg en de reacties op de Rijksbegroting van verschillende instanties. Samenvatting en reacties zijn nuttig voor iedereen die werkzaam is in de zorg.

Een aantal veranderingen 

– De zorgpremie stijgt met € 72,- per jaar. Omgerekend betekent dit dat iedereen voor zijn basisverzekering € 6,- per maand meer gaat betalen. Dit is de premie die de overheid heeft berekend en dient als richtlijn voor de zorgverzekeraars, maar die kunnen de hoogte van de premie uiteindelijk zelf bepalen. Verzekeraars hebben eerder dit jaar al laten weten dat zij gedwongen zijn een verhoging van de premies door te voeren. Het eigen risico blijft gelijk aan het voorgaande jaar en bedraagt € 385,-. De zorgtoeslag wordt hoger. De stijgingen van eigen risico en zorgpremie worden voor mensen met een laag inkomen gecompenseerd doordat zij een hogere zorgtoeslag ontvangen. Die toeslag stijgt naar maximaal € 99,- per maand voor een eenpersoonshuishouden en € 186,- voor een meerpersoonshuishouden. Het basispakket wordt uitgebreid met onder andere: bepaalde plastische chirurgische ingrepen, fysiotherapie bij etalagebenen en tandvervanging tot 23 jaar.

– Tijdens de zwangerschap kan met de Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT) onderzocht worden of het ongeboren kind mogelijk downsyndroom, edwardssyndroom of patausyndroom heeft. Sinds 1 april 2017 loopt een implementatieonderzoek naar de NIPT als primaire screening in plaats van de combinatietest (CT). Uiterlijk in het voorjaar van 2019 zal worden beslist over het al dan niet opnemen van de NIPT in het basispakket.

– Vanaf 2018 geldt een duidelijk definitie voor geneesmiddelen die onder het verlaagde btw-tarief van 6% vallen.

– Voor digitale toegang tot eigen medisch dossier wordt 105 miljoen euro uitgetrokken, zodat ziekenhuizen dit voor hun patiënten kunnen bewerkstelligen.

Financieel beeld op hoofdlijnen

Na jaren van overschrijdingen, is de groei van de netto zorgkosten de afgelopen jaren gelijk opgegaan met de economische groei (zie Figuur 1 in de Nieuwsbrief). De trendmatige groei van de zorguitgaven is vanaf 2012 fors omgebogen. De nominale uitgavengroei in de periode 2006 – 2012 bedroeg nog circa 6,3%; tussen 2012 en 2017 is de groei teruggebracht tot circa1,4%. Voor 2018 wordt een groei van de zorguitgaven van circa 5,4% verwacht. Deze versnelling wordt grotendeels veroorzaakt door de gunstige economische ontwikkeling en de intensiveringen in de verpleeghuiszorg.

De BKZ-uitgaven (Budgettair Kader Zorg) bestaan uit de zorguitgaven op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz). Daarnaast wordt een deel van de begrotingsuitgaven ook
toegerekend aan het BKZ. Tot deze categorie hoort onder andere een deel van de uitgaven aan de zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, welzijn en jeugdhulp op Caribisch Nederland en de subsidieregeling abortusklinieken. Deze uitgaven worden op de VWS-begroting verantwoord. Tot slot zijn er BKZ-uitgaven die via andere begrotingshoofdstukken beschikbaar komen. Het gaat hierbij om de middelen die via het gemeentefonds worden
uitgekeerd aan gemeenten voor uitgaven in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015 en de Jeugdwet.

Het bedrag dat de gemiddelde burger bijdraagt aan de zorg stijgt van 2017 op 2018 met 3,7%. Sommige mensen betalen meer en anderen betalen minder. Hoeveel iemand precies betaalt is afhankelijk van zijn
inkomen (en bij recht op zorgtoeslag ook van het inkomen van zijn partner). Huishoudens met een laag inkomen betalen minder dan € 5347,- per persoon aan collectief verzekerde zorg en huishoudens met een hoger inkomen meer, omdat de meeste posten inkomensafhankelijk zijn. Dat is het geval bij de inkomensafhankelijke Wlz-premies, de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw, de inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wlz en de belastingen.
Omdat huishoudens met een laag of middeninkomen een inkomensafhankelijke zorgtoeslag ontvangen ter compensatie van de nominale premie en het eigen risico, geldt ook bij de nominale premies en het eigen risico dat de netto-last hiervan in samenhang met de zorgtoeslag toeneemt met het inkomen.

Andere onderwerpen die aan bod komen in de oktobernieuwsbrief zijn bestuursmodellen van medisch specialisten, een lijst met ontwikkelingen en feiten betreffende algemene ziekenhuizen naar aanleiding van het brancherapport van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen dat jaarlijks wordt gepubliceerd. Er is ook aandacht voor de Commissie Transparantie die in 2016 door het ministerie VWS naar aanleiding van bevindingen van de Rekenkamer en de Tweede Kamer is ingesteld. De commissie heeft het rapport Zorguitgaven sneller en beter in beeld gepubliceerd. De adviezen gaan enerzijds over het anders definiëren van
de zorguitgaven. Anderzijds geeft de commissie adviezen die de informatie over de zorguitgaven versnelt en meer transparant maakt.
Volgens de Commissie ligt de focus in het zorgstelsel vaak op uitgavenbeheersing en rechtmatigheid. Daardoor is er minder aandacht voor kwaliteit, gepast gebruik en doelmatigheid. Partijen zouden meer ruimte
moeten hebben om samen te werken aan deze thema’s.
De commissie adviseert ook in de regelgeving meer ruimte aan zorgverzekeraars en zorgaanbieders te geven om samen oplossingen te implementeren. Nu wordt die ruimte vaak als te beperkt ervaren door de strikte registratie en declaratiebepalingen die op basis van de Wet marktordening gezondheidszorg worden opgelegd. De commissie adviseert om zorgverzekeraars en zorgaanbieders meer ruimte te geven.

Veel ander nieuws is inkorte berichten samengevat. Bijvoorbeeld een over de toegenomen druk op acute zorg neemt toe. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft op verzoek van het ministerie van VWS in september 2017 de Acute zorgmonitor uitgebracht. De acute zorg bestaat uit verschillende schakels, namelijk de huisartsenpost (HAP), de ambulancedienst en de spoedeisende hulp in het ziekenhuis (SEH). NZa concludeert in haar rapport
dat er op dit moment voldoende toegang tot acute zorg is. Wanneer het druk is op de SEH, zijn er voldoende uitwijkmogelijkheden bij andere ziekenhuizen of instellingen in de omgeving. De druk op de acute zorg
neemt volgens NZa overigens wel toe. Er zijn verschillende oorzaken voor de groeiende druk op de acute zorg. Zo bezoeken steeds meer thuiswonende ouderen de SEH en de HAP. Het ambulancevervoer neemt toe. In 2016 voerden ambulances 16,9% meer ritten uit dan in 2013.

Klik hier voor de nieuwsbrief Natuurlijk in beweging, oktober 2016.

omslag natuurlijk in beweging oktober2017