Skip to main content

Rapport over de publieke sector van Wetenschappelijk bureau SP: Geen marktwerking maar democratisering

De publieke sector aan het woord klHet Wetenschappelijk bureau van de SP heeft een rapport uitgebracht over de publieke sector: De publieke sector aan het woord: Wat mis ging en hoe het beter kan.

Tussen 2008 en 2016 sprak de SP met ruim 60.000 werkers in de publieke sector. Huisartsen, medewerkers in de ouderen-, gehandicaptenzorg en GGZ, leerkrachten op basisscholen, middelbare scholen, MBO en speciaal onderwijs, gevangenispersoneel, politieagenten, ambulancemedewerkers, jeugdhulpverleners, wetenschappers, fysiotherapeuten, brandweerlieden, verloskundigen, medewerkers in de kinderopvang en sociale werkplaatsen. Zij gaan voor goed vakmanschap, hebben een grote betrokkenheid en morele verantwoordelijkheid. Maar de politiek van marktwerking en bezuinigingen heeft desastreuze gevolgen voor de publieke sector.

Vanaf de jaren tachtig is er beleid gevoerd van steeds verdere verzelfstandiging, vermarkting, privatisering en bezuinigingen in de publieke sector. In Nederland was er – in tegenstelling tot bijvoorbeeld in Engeland – nauwelijks discussie over het waarom van de privatisering. Het beleid kon op brede steun rekenen. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) duidde het privatiserings­ en verzelfstandigingsbeleid als een stille revolutie, gekenmerkt door een ingrijpende wijziging in de verhouding tussen markt, overheid en samenleving: meer en andere markt, andere overheid en andere samenleving. De SP heeft vele jaren aangedrongen op een brede discussie over de gevolgen van marktwerking in de publieke sector.
Volgens Jan Marijnissen (2000) was de prijs voor het ombouwen van de ‘warme’ verzorgingsstaat naar een ‘kille’ zakelijke waarborgstaat hoog. Die prijs omvat de onvoorwaardelijke en onbetaalbare loyaliteit van de leerkracht aan het onderwijs en de eigen leerlingen; van de verpleegkundige aan de zorg en de eigen patiënten; van de politieagent aan de beveiliging van de openbare ruimte en de wijkbewoners; van de academicus aan de wetenschap en het eigen onderzoek; van de kunstenaar aan de kunsten en het eigen werkstuk; van de conducteur aan het openbaar vervoer en de passagiers.
Marijnissen wees erop dat de infanteristen van de publieke zaak, die in de frontlinie staan van de dagelijkse werkelijkheid, hun vertrouwen in het beleid van de overheid hebben verloren. Zij hebben het gevoel er alleen voor te staan en niet de steun te krijgen die ze terecht verwachten. Hij pleitte voor een wederopbouw van de beschaving. Vanaf 2000 kwam er steeds meer kritiek op het beleid, onder andere van de WRR en de FNV. Het belang van winst maken, concurrentie en de nadruk op efficiëntie gaat ten koste van solidariteit, publiek belang, democratische legitimiteit en het vertrouwen in de professionals.

Geluk in de samenleving wordt voor een groot deel bepaald door erkenning en deelname aan de publieke sector

Er is een diepe kloof ontstaan tussen werkvloer en managers en politiek. Professionals raken vervreemd van hun werk. De risico’s van de marktwerking en bezuinigingen zijn bij de werkvloer komen te liggen en de kwaliteit van publieke diensten is verschraald. Maar de werkers in de publieke zaak hebben ook ideeen over hoe het beter kan.

In het rapport kunnen we lezen hoe we de marktwerking kunnen stoppen, het publieke belang waarborgen, de publieke moraal herstellen en de publieke sector democratiseren.
Het tij moet keren en is in feite al aan het keren. Recente voorbeelden zijn het actiecomité Het roer moet-om dat de politieke leiders uitdaagt de gezondheidszorg niet langer uit te hollen en de Solidariteitsverklaring van de publieke sector, gepresenteerd op de Solidariteits-Top van 9 september 2016 in Amsterdam.

Dorien Pessers, hoogleraar Rechtstheorie aan de Vrije Universiteit Amsterdam en de Universiteit van Amsterdam, houdt zich bezig met de theoretische grondslagen van de publieke en private sfeer. Zij heeft gezegd in een interview:
“In de publieke sector draait het om het verlangen om gewaardeerd te worden. Als dat op grote schaal niet meer gebeurt, gaat een essentiële bron van vreugde en waardigheid verloren. Geluk in de samenleving wordt voor een groot deel bepaald door erkenning en deelname aan de publieke sector. Ruimte om trots te kunnen zijn op je werk, je werk naar eer en geweten kunnen doen, groeien en leren. Beroepseer, geluk en menswaardigheid hangen nauw met elkaar samen. Soliditeit en degelijkheid, daar gaat het om. Daar tijd en ruimte voor hebben, je eigen ervaring ontwikkelen en benutten, erover kunnen nadenken en kunnen bijdragen. Daar worden mensen gelukkig van.
Ook de vreugde van het collegiale verkeer, van het elkaar verder brengen. Het maatschappelijk goed van de kwaliteit van de arbeid kan ik niet genoeg onderstrepen”.

Inhoud De publieke sector aan het woord

Hart voor de publieke zaak 7
Samenvatting 9
1. De publieke zaak onver vuur 17
2. Kloof (Vervreemding) tussen werkvloer en management/politiek 37
3. Vervreemding professional met het eigen werk; Dreigende deprofessionalisering en demoralisering 45
4. Afwenteling risico’s marktwerking en bezuinigingen op de werkvloer 51
5. Verschraling kwaliteit publieke diensten  57
6. Toename bureaucratie en toezicht  65
7. Conclusie: Het roer moet om 73
8. Hoe kunnen we het tijd keren? 81
Onze voorstellen 86
Bijlage 1. Conclusies Rapport Eerste Kamer 89
Bijlage 2. Rapporten aan het woord 91

De publieke sector aan het woord. Geen marktwerking maar democratisering, Ineke Palm, Wetenschappelijk Bureau SP, februari 2017: www.sp.nl