Skip to main content

Jeanet Meijs

Laaggeletterdheid, een van de catastrofale gevolgen van vernieuwend onderwijs

Zestig jaar ben ik actief in het basisonderwijs, en in die tijd heeft zich daar een ongekende ramp voltrokken: Nederland is op weg naar drie miljoen functioneel analfabeten en die hebben geen schijn van kans in de samenleving. Zij worden de nieuwe revolutionairen. Kinderen goed leren lezen moet dus als belangrijkste doel van elke basisschool worden gezien, maar dat is het niet. Op meer dan de helft van de basisscholen zijn de basisvaardigheden niet op orde. Dat is een heel groot, maatschappelijk probleem.

In 1961 studeerde ik af aan de Rijkskweekschool in Groningen, ook wel ‘de universiteit voor de armen’ genoemd met een rugzak vol ideeën, didactische en pedagogische vaardigheden en rechttoe rechtaan kennis van taal, rekenen, schrijven, geschiedenis. Natuurlijk had ik toen niet de wijsheid in pacht, maar wel genoeg bagage en bevlogenheid om in mijn vak te kunnen groeien.

Hoe komt dat?

Zelfontplooiing

Drie grote onderwijsvernieuwingen hebben het basisonderwijs volledig op zijn kop gezet te beginnen met de mammoetwet in1968. In dat jaar werd de kweekschool afgeschaft en de pedagogische academie, de tegenwoordige pabo ingevoerd. De kwekeling werd student. Op de pabo’s verschoof de inhoud van de opleiding van vak-inhoud naar zelfontplooiing. Alles moest vooral leuk zijn en iets oefenen was volstrekt uit den boze. Deze ideologie werd in de jaren zeventig omarmd, maar toen het economische klimaat in de jaren tachtig grimmiger werd hebben we geen terugkeer meer gezien naar de traditionele school  Het idee van de zelfontplooiing werd enthousiast ondersteund door het politieke establishment.

Pedagogische verwaarlozing.

Het nieuwe leren oftewel het kind regisseur van zijn eigen leerproces en de leraar als coach werd rond 2000 op de basisscholen ingevoerd en de politiek bleek de onderwijsideologie uitstekend te kunnen gebruiken voor het vergulden van een meedogenloos bezuinigingsprogramma met een vernislaag vol pedagogisch jargon, waarvan we ook bij de kabinetten Rutte getuige mogen zijn: het primaat van de economie is alle overheersend geworden en de afbraak wordt verpakt door pedagogisch verantwoorde termen.

Didactisch verwaarlozing

Deze situatie zal niet veranderen als wij blijven doorgaan met leerkrachten af te leveren die op de pabo’s meer over zichzelf hebben geleerd dan over taal, rekenen, lezen, aardrijkskunde en geschiedenis en daar niet meer geleerd wordt hoe je een kind iets aanleert. Geen land in Europa kent zulke laagopgeleide leraren als in Nederland en in geen enkel land wordt oogluikend toegestaan dat onbevoegden structureel worden ingezet bij het enorme  lerarentekort.

Passend Onderwijs.

Het passend onderwijs dat in 2014 is ingevoerd heeft geleid tot een totale afbraak van het speciaal onderwijs en werden daarom gedumpt in het gewone onderwijs, met alle gevolgen van dien. Al die vernieuwingen werden de gewone juf en meester door de strot geduwd. Passend onderwijs is vooral passend voor de overheid en geldverslindende adviesbureaus en heeft niets maar dan ook niets met goed onderwijs te maken.

Het zal niemand verbazen dat als gevolg van al die onderwijsvernieuwingen kinderen niet meer goed leren lezen en het aantal laaggeletterden jaarlijks met duizenden toeneemt. Alle kinderen, maar vooral migrantenkinderen en kinderen uit achterstandswijken gedijen niet met een losse aanpak, weinig structuur en zelfstandig of in groepjes leren met veel onrust en herrie in de klas. Op deze manier creëren wij een enorme sociale onderklasse in de maatschappij met alle gevolgen van dien. Iedereen in de toekomst laaggeletterd.

Jeanet Meijs is bestuurslid van vereniging Beter Onderwijs Nederland (portefeuille basisonderwijs) en geeft nog steeds bijles