Oproep aan medisch specialisten
Op 16 juli 2009 verscheen een bericht in de krant dat medisch specialisten minister Klink voor de rechter slepen omdat zij het niet eens zijn met een korting van 11% op hun inkomen. De minister wil inkorten omdat na invoering van het nieuwe betalingssysteem DBC bleek dat een aantal specialisten in 2008 en in de eerste helft van 2009 twee tot drie keer meer is gaan verdienen dan voorheen. Wat speelt hier eigenlijk, vraagt het publiek zich af? In Nederland werken ca. 13.000 medisch specialisten.
In de academische ziekenhuizen werken medisch specialisten in loondienst, maar in de algemene ziekenhuizen vaak als zelfstandig ondernemer binnen een maatschap. In het laatste geval worden zij betaald per verrichting.
De diagnose behandel combinatie – DBC – is het nieuwe betalingssysteem voor de ziekenhuiszorg en de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) om een prijskaartje te hangen aan een behandeling van een medisch specialist als zelfstandig ondernemer.
Een DBC bestaat uit twee bestanddelen, een honorarium-deel voor de medisch specialist voor de behandeling en een deel voor de vergoeding voor de kosten van het ziekenhuis. Dit systeem is opgezet door de beroepsgroep zelf om tot een betere verdeling van honorering te komen tussen de verschillende medisch specialismen.
Voordien waren de verschillen namelijk onaanvaardbaar groot. Een chirurg verdiende bijvoorbeeld drie keer zoveel als een kinderarts. `Harmonisatie´ was nodig.
In de praktijk is het nu zo dat de operatie van een gebroken been, de bestraling van een kankerpatiënt, of de behandeling van een depressieve patiënt een eigen code heeft die de arts registreert en aan de hand waarvan hij of zij wordt uitbetaald door de zorgverzekeraar. Daarnaast krijgt ook het ziekenhuis aan de hand van de DBC een deel vergoed.
Zo zijn er met medewerking van de vakverenigingen van medisch specialisten in de afgelopen jaren totaal 30.000 (!) DBC-codes opgesteld.
Maar, toen het DBC-systeem in 2007 uiteindelijk werd ingevoerd, was 85% van de medisch specialisten mordicus tegen omdat het onwerkbaar leek en fraudegevoelig was. Toch werd door het ministerie van VWS de invoering van het nieuwe betalingssysteem doorgezet.
Daarna is het mis gegaan en veroorzaakte het systeem het tegenovergestelde effect. Specialisten die al (te) veel verdienden, onder wie hartchirurgen en radiologen, zagen in een jaar tijd hun inkomen verdubbelen of verdrievoudigen. Anderen, onder wie reumatologen, zijn daarentegen minder gaan verdienen. Sommige specialisten zijn opeens acht ton gaan verdienen. In totaal werd er 200 tot 400 miljoen euro meer betaald dan was voorzien.
Intussen worden de 30.000 DBC-codes teruggebracht naar 3000. Daarnaast is het vreemd dat de patiënt en de cliënt in Nederland geen idee heeft wat een behandeling of diagnose – de DBC – eigenlijk kost. Ieder andere ondernemer of zelfstandige – notaris, advocaat, aannemer, architect, garagehouder of loodgieter – leggen verantwoording af aan hun klanten over hun diensten en de prijs, maar de medisch specialist kan als vrije ondernemer codes noteren en tarieven berekenen die de patiënt nooit ziet. In het overleg tussen de Orde van Medisch Specialisten, de belangenorganisatie, en het ministerie van VWS vertrouwen de mensen aan tafel elkaar blijkbaar niet meer en dan loopt iedere onderhandeling fout.
Daarom stapt de Orde naar de rechter, een begrijpelijk en tegelijk teleurstellende ontwikkeling. Met een gemiddeld inkomen van 200 à 300.000 euro verdienen de medisch specialisten in Nederland veruit het meeste van alle artsen ter wereld. Daarom zou de beroepsgroep zichzelf moeten afvragen of een verdubbeling of verdrievoudiging van het inkomen in deze tijd maatschappelijk te verantwoorden is. In een tijd van financiële crisis waarin bleek dat een aantal mensen in het bankwezen en de wereld van het vastgoed alle fatsoensnormen en waarden uit het oog heeft verloren en zich heeft laten leiden door hebzucht en macht, zou beroepstrots de medisch specialisten daarvoor moeten behoeden.
Medisch specialisten hebben een hoog aanzien in Nederland. Ze hebben zelf een hoog arbeidsethos, melden zich zelden ziek en maken vaak lange werkdagen. Ze genieten doorgaans ook een groot vertrouwen, zelfs van de mondige patiënten als ze goed met hun communiceren. Is het niet een mirakel hoe in enkele minuten het onvoorwaardelijke vertrouwen tussen arts en patiënt tot stand kan komen waardoor de meest ingrijpende handelingen mogelijk zijn? Daarachter schuilen passie en drijfveren, liefde voor het vak, ook al zien we dat vaak niet bij deze mensen omdat ze hun eigen gevoelens uitschakelen om professioneel te kunnen handelen.
Daarom is het zo belangrijk dat de aandacht weer gaat naar de inhoud van het werk, naar kwaliteit, een goede werkplaats, opleiding, ontwikkeling en ethische dilemma’s. Het is nodig dat de beroepsgroep nu zelf korte metten gaat maken. D.w.z. de financiële situatie keihard aanpakken en voorbeelden stellen, hoe moeilijk dat misschien ook is. Dat vraagt om moed en verantwoordelijkheid nemen. Het zou goed zijn als er moedige voortrekkers opstaan om de inkomensproblematiek aan te vatten.
Mensen die echt integer zijn, die zichzelf vertrouwen en anderen niet nodig hebben om zich hoorbaar te maken en het debat durven aangaan.
Er gaan geluiden op om het DBC-systeem helemaal af te schaffen en alle artsen in de ziekenhuizen in loondienst te laten werken. Het zou goed zijn als de discussie hierover in openheid wordt aangezwengeld.
Gaan de professionals zelf het heft in handen nemen?
Ondertussen moeten er daden worden gesteld om uit de huidige impasse te komen. Om te beginnen zou de beroepsgroep met de rotte appels in de mand, de medisch specialisten die willens en wetens te veel hebben gedeclareerd, moeten afrekenen. Uiteraard zorgvuldig en in samenwerking met overheid, ziekenhuisbestuur en zorgverzekeraar.
Daarnaast moeten creatieve oplossingen gezocht worden om het teveel verdiende geld goed te bestemmen. Op kleine schaal zien we al mooie voorbeelden. Bijvoorbeeld de medische staf van een ziekenhuis die een pot heeft gemaakt van het extra verdiende geld en onder collega’s die minder verdienen heeft herverdeeld.
Een ander voorbeeld betreft artsen die besloten hebben het extra geld te besteden aan een maatschappelijk goed doel. In Canada behoort het tot het metier van arts dat ze sowieso iets maatschappelijk nuttigs doen. Dat zou ook passen in de Nederlandse cultuur. Wil de beroepsgroep dat er een echte verandering op gang komt, dan zou een aantal medisch specialisten nu zelf moeten opstaan. Neem een voorbeeld aan de GGZ, waar in 2007 een paar moedige psychologen is opgestaan en luid en duidelijk van zich heeft laten horen. Inmiddels is er een bredere beweging vanaf de werkvloer ontstaan die zich zwaar verzet tegen de marktwerking en de invoering van de DBC.
Deze beweging wordt steeds meer door politici en bestuurders serieus genomen. Zo kunnen ook medische professionals met beroepstrots het verschil maken, om het belang van goede gezondheidszorg en het vertrouwen in de medische zorg ook in de toekomst te waarborgen.
Alexandrien van der Burgt-Franken
Voorzitter en initiatiefnemer Stichting Beroepseer
Reacties zijn welkom naar a.vanderburgt@beroepseer.nl