Over Stichting Beroepseer
Stichting Beroepseer komt op voor het belang van professionaliteit. Wij geloven dat professionals die de kracht van Beroepstrots bezitten optimaal bijdragen aan goede dienstverlening. In twaalf jaar tijd is Stichting Beroepseer uitgegroeid tot een brede beweging van uitvoerende professionals, leiders, managers, bestuurders, wetenschappers en andere geïnteresseerden. De stichting wil beroepsbeoefenaren op de werkvloer concreet en praktisch behulpzaam zijn om in hun eigen werksituatie Goed Werk en Beroepstrots te versterken. Daarbij zetten wij in op de kracht en niet op de klacht.
Stichting Beroepseer ontwikkelt boeken en papers over professionaliteit in samenwerking met de beroepspraktijk en de wetenschap. Naast publiceren heeft Stichting Beroepseer ruime ervaring met het organiseren van begeleidingstrajecten en bijeenkomsten voor organisaties en beroepsgroepen binnen de publieke sector. Zo heeft Stichting Beroepseer Goed Werk programma’s verzorgd bij onder andere een ministerie, een ziekenhuis, het Openbaar Ministerie, de Belastingdienst, de Douane en het Haags Gerechtshof. Tijdens deze programma’s en bijeenkomsten worden werk en beroep van uitvoerenden en leidinggevenden op interactieve wijze onderzocht.
Geschiedenis
Stichting Beroepseer is opgericht in 2006 door Thijs Jansen en Alexandrien van der Burgt. Het initiatief is geïnspireerd door het boek Beroepszeer, waarom Nederland niet goed werkt (juni 2005, uitgeverij Boom). Vooraanstaande auteurs als Geert Mak, Dorien Pessers en Ad Verbrugge beschrijven daarin een open wond in werkend Nederland. Professionals vinden dat zij te weinig waardering krijgen en lopen vast in logge regels en structuren. Wie stelt nog eer in zijn of haar vakmanschap? Waarom slagen bestuurders en managers er zo moeizaam in om de mensen van hun werkvloer te motiveren voor vernieuwing?
Uit het succes van het boek bleek dat dit thema velen bezighield. Het was tijd voor een beweging van woorden naar daden. Het startschot van deze beweging werd gegeven op de conferentie “Van BeroepsZeer naar BeroepsEer” van 7 april 2006 in Den Haag. Meer dan driehonderd mensen met alle mogelijke beroepen kwamen op de conferentie af. Op de conferentie zei oud-minister van Landbouw, C. Veerman: “Een verantwoordelijk mens is zijn vrijheid waard“. Hij kreeg veel bijval. “We zitten steeds maar elkaar de maat te meten“, vervolgde hij, “en te kijken of we elkaar wel aan de regeltjes houden. Een algemene verkramping is daarvan het gevolg“.
Sinds de oprichting in 2006 is Stichting Beroepseer uitgegroeid tot een organisatie die jaarlijks verschillende publicaties uitbrengt, goed werk programma’s begeleidt en symposia organiseert. Met onverminderd enthousiasme blijft Stichting Beroepseer opkomen voor haar missie. Wanneer professionals immers de ruimte krijgen ‘naar eer en geweten’ te werken, dan worden een organisaties in alle opzichten succesvoller. Daar vaart Nederland wel bij.
In 2016 vierde Stichting Beroepseer haar 10-jarig jubileum. Ter gelegenheid daarvan verscheen in 2017 de jubileumbundel ‘Tien jaar Stichting Beroepseer – 2006 – 2016’. Deze is hier te vinden.
Mission statement
In Nederland is al decennialang sprake van een enorme geringschatting van de deskundigheid op de werkvloer. In toenemende mate is gaan gelden dat functies hoger worden gewaardeerd naarmate deze daarvan verder afstaan. De kennis, motivatie en ervaring van de werknemers die het ‘echte werk’ doen worden ondergewaardeerd en onderbenut. Dit heeft tot kaalslag en beroepszeer geleid. Dit is met name het geval in (semi-)publieke sectoren op de gebieden als veiligheid, onderwijs, zorg, welzijn en beleid.
Het respect voor en zelfrespect van werknemers is ondermijnd door een bombardement van permanente reorganisaties, schaalvergrotingen en regels. Dat uit zich aan de kant van de dienstverleners in demotivatie, matige prestaties en een groot verloop. En aan de kant van de gebruikers in teleurstelling en agressie. En vervolgens in de voorspelbare roep om de klant tot koning te kronen.
Dat zal de problemen echter niet voldoende oplossen.
Beroepen en sectoren die blootgesteld zijn aan de harde tucht van de markt leveren lang niet altijd meer kwaliteit. Er lijkt sprake van een meer algemeen cultureel probleem. Immers, beroepsgroepen die vanouds een hoog beroepsethos hadden, als notarissen en accountants, lijken ook steeds meer in verwarring te verkeren. Deze culturele kaalslag heeft grote gevolgen gehad. Niet alleen de (semi-)publieke, maar ook de vrije marktsector is in toenemende mate daaronder gaan lijden. Geen wonder dat Nederland de laatste jaren fors gezakt is op internationale ranglijsten. Of het nu gaat om concurrerend vermogen, de aanwezigheid van corruptie of het vertrouwen in de overheid. Meer geld alleen zal dit probleem niet verhelpen.
Het is de hoogste tijd voor een renaissance van beroepseer en beroepstrots op verschillende fronten. De verwaarlozing daarvan is Nederland steeds meer opgebroken. Eergevoel betekent dat iemand ernaar streeft kwaliteit te leveren en daarin ook door anderen te worden erkend. Daarbij stelt iemand hoge eisen aan zijn eigen doen en laten, om in de ogen van zichzelf en anderen iets voor te stellen. Het gaat om hoge eisen die zijn geworteld in zelfrespect en beroepstrots. Professionals moet weer voluit de kans kunnen grijpen zich te verbinden met hun vak, zodat ze ‘naar eer en geweten’ kunnen werken. Intellectueel, cultureel en moreel kapitaal doen er in de moderne tijd steeds meer toe. Wanneer werknemers leren te ondernemen met hun talenten en hun ideeën kunnen ventileren in een omgeving waar er aandachtig wordt geluisterd, dan komen hoge ambities vrij. Dan willen zij ook worden aangesproken op de realisering daarvan en ontstaat er synergie.
Om dit mogelijk te maken moet er veel veranderen. Laten managers zich als dienstbare leiders opstellen. Laten we de deugdzame cirkel van kwaliteit en arbeidsvreugde weer ontdekken. Laten de professionals de moed hebben weer op te komen voor wat hen bezielt. Laten we verzwakte beroepsgroepen aanmoedigen te kiezen voor kwaliteit en beroepseer, en deze zo van binnenuit weerbaar maken. Laten we met elkaar praten over wat beter en anders kan, wat onze verlangens zijn en elkaar stimuleren die te realiseren.
Laten we in Nederland opruiming houden in het enorme arsenaal aan demotiverend ‘gereedschap’: het steeds weer opnieuw openlijk twijfelen aan de arbeidsmoraal, kwaliteit van arbeid uitsluitend af te meten aan doelmatigheid, permanente reorganisaties, politieke stelselwijzigingen zonder medezeggenschap of betrokkenheid van de professionals, vermenigvuldigen van regels, procedures en formulieren die ten koste gaan van de tijd die aan het echte werk kan worden besteed, uitdijing van de lagen van duurbetaalde managers, coördinatoren en bestuurders, het streven naar zoveel mogelijk ‘gelijkgeschakelde werknemers’, gebrek aan wederzijds respect en vertrouwen. Deze beschreven ommekeer kan alleen slagen wanneer politici, bestuurders, managers en professionals het lef hebben de renaissance van beroepseer en beroepstrots tot topprioriteit van Nederland te maken.
Kernteam
Thijs Jansen
Corné van der Meulen
Maurits Hoenders
Gerard van Nunen
Bestuur
Het bestuur van Stichting Beroepseer komt vier keer per jaar bijeen. Het bestuur bestaat uit de volgende personen:
- Antoniek Vermeulen (voorzitter), voormalig senior projectmanager bij de gemeente Utrecht
- Thijs Jansen (secretaris)
- Diederik Taselaar, directeur bedrijfsvoering Careyn
De bestuursleden ontvangen geen honorering of vergoeding voor hun bestuurstaken
Associés
Naast het bestuur heeft Stichting Beroepseer een aantal associés, partners waar we regelmatig mee samenwerken. Op dit moment zijn dat de volgende personen:
- Hans Wilmink werkte het grootste deel van zijn professionele leven voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in diverse functies en op meerdere beleidsterreinen. Sinds april 2013 is Wilmink ambteloos burger, maar de belangstelling voor de beroepsuitoefening in de publieke sector kan hij nog niet loslaten. Hij treedt nu op als vrijwilliger voor Stichting Beroepseer en helpt haar bij de toepassing van de Good Work Toolkit van Harvard University in de Nederlandse praktijk.
- Margreeth Kloppenburg is zelfstandig spreker, onderzoeker, publicist en docent/trainer.Van 2014 tot en met 2018 was ze bestuurslid van Stichting Beroepseer. Margreeth was mede-initiatiefnemer en redacteur van het boek Artikel 5. De beroepseer van de accountant dat in december 2017 verscheen. Daarnaast spreekt en publiceert ze over integriteit in de professionele praktijk, is verbonden aan de kenniskring van de Hogeschool Utrecht en betrokken bij vernieuwing binnen opleidingsprogramma’s.
- Frédérique Six is universitair hoofddocent public governance bij de Vrije Universiteit Amsterdam en is gespecialiseerd in de relatie tussen vertrouwen en beheersing (control). Voor het boek Artikel 5. De beroepseer van de accountant schreef ze een hoofdstuk over het vertrouwen in accountants. Ook schreef ze mee aan een hoofdstuk over vertrouwen en controle in de school in het boek Het Alternatief II.