Skip to main content

Sterk in je Werk

Op donderdag, 20 november 2014, vond in het FIGI theater te Zeist het Symposium “Sterk in je werk” plaats. Het thema van de dag was: Wat is de huidige stand van zaken? (bij psychosociale problemen binnen de politie). De bijeenkomst was georganiseerd door de Politieacademie in samenwerking met het Ministerie van Veiligheid & Justitie en was o.a. bedoeld voor leidinggevenden en anderen die vanuit hun functie met dit onderwerp te maken hebben.

Minister Opstelten opende het symposium. Hij benadrukte nog maar eens dat het welzijn van de agent centraal moet staan. Training, zorg en nazorg dienen de komende tijd extra aandacht te krijgen en de veilige omgeving en de psychosociale zorg zullen middels een wettelijke verankering geborgd worden. Leidinggevenden spelen volgens de minister een cruciale rol bij de zorg voor het personeel, het bewustzijn van de psychosociale problematiek moet daarom worden vergroot.

Na het vertrek van de minister schilderde Jannine van den Berg, directeur operatiën binnen de korpsleiding de visie op het terrein van de psychosociale zorg van de nationale politie.
Politiewerk is mensenwerk en dus staat de mens centraal binnen de politie. Zij wil een gezond bedrijf en daarvoor is een stevige visie en ondersteunend beleid nodig. Medewerkers terugbrengen naar hun vak of een zorgvuldig afscheid nemen van politiemensen met PTSS. De taskforce “bestrijding langdurig verzuim” speelt hierbij een belangrijke rol. Haar eindconclusie: al deze zaken kunnen adequaat worden aangepakt onder het motto: Beter worden doe je samen. In een wereld, waar individualisme, opportunisme en materialisme hoog in het vaandel staan, lijkt mij dit vooralsnog geen gemakkelijke opgave.

Vervolgens was de wetenschap aan het woord.

Prof. dr. Berthold Gersons, emeritus hoogleraar psychiatrie vond dat de politie op de goede weg is, maar dat het wel langzaam gaat als het gaat om het opvolgen van de aanbevelingen uit zijn blauwdruk Mentale zorglijn Politie (2012). Belangrijke ontwikkelingen zijn o.a. de inrichting van het onafhankelijke 24/7 Loket Politie voor politiemedewerkers en hun naasten, de PTSS-Circulaire is een feit, er is een uitgebreidere coulanceregeling en de achterstand in de afhandeling van de schrijnende gevallen is vrijwel ingelopen.
Gersons maakte zich nog wel ernstige zorgen over het feit dat de politie nog steeds niet voldoende psychologen in dienst heeft. Bij Defensie zijn zo’n honderd psychologen actief, terwijl dat er bij de politie op dit moment slechts twee of drie en op termijn zeven zijn.
Aan het eind van zijn presentatie pleitte Gersons ervoor dat regelmatig de vraag moet worden gesteld: Hoe gaat het met je? Ben je vandaag in staat je werk te doen? Die vragen moeten leidinggevenden stellen, maar ook medewerkers aan zichzelf en aan elkaar. Tenslotte vraagt hij aandacht voor het thuisfront, dat ook een belangrijke rol speelt in deze materie.

Prof. Peter van der Velden, GZ-psycholoog en hoogleraar victimologie gaf een interessante presentatie over stressoren die leiden tot psychische klachten. Diverse onderzoeken wezen uit dat operationele stressoren (ingrijpende gebeurtenissen) in het algemeen niet de meeste invloed hadden op de psychische gesteldheid van politiemensen. Politiemensen bleken meer last te hebben van de grote onregelmatigheid in de dienstplanning, de gebruikersonvriendelijkheid van bedrijfsprocessensystemen, interne conflicten, onvoldoende erkenning van het beroep, doorlopende reorganisaties en werkdruk, dan van de confrontatie met geweld, agressie en menselijk leed. Opvallende conclusie uit de onderzoeken was ook dat de politie zeker niet de groep met de meeste psychische gezondheidsproblemen is. Andere beroepsgroepen bleken daar hoger te scoren.
Van der Velden schilderde verder hoe ongenuanceerd artikelen in de media zijn over het ziekteverzuim. In de media wordt op enig moment gerept over 7% ziekteverzuim als gevolg van psychische problemen, terwijl dat in werkelijkheid 5,6% is. Van die 5,6 % is slechts 3 % langdurig ziek en daarvan is 17 % (gedeeltelijk) aan het werk. Nuances zijn voor de media echter niet interessant, men wil scoren met negatieve cijfers.

Als derde en laatste wetenschapper liet prof. dr. Toon Taris, hoogleraar psychologie, ons zien hoe uit onderzoek door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) naar voren kwam dat de gemiddelde politiemedewerker over een goede psychosociale gezondheid beschikt en op veel van de onderscheiden aspecten niet in ongunstige zin verschillen van de gemiddelde Nederlander. Volgens prof. Taris is er al met al weinig reden tot grote zorg over de staat van de psychosociale gezondheid van de gemiddelde Nederlandse politieambtenaar, er zijn natuurlijk wel aspecten waarop die gezondheid verbeterd kan worden. Uiteraard zijn er altijd individuele uitzonderingen en juist daar gaat het dan ook echt mis.

Esther Tossaint, de pas benoemde korpspsycholoog, tevens strategisch adviseur beleidsdirectie HRM toonde ons hoe wetenschap, beleid en praktijk met elkaar zijn te verbinden. Zij ging in discussie met de zaal en al snel bleek dat die verbinding in de dagelijkse praktijk wordt doorkruist door de waan van de dag. Politiewerk is vaak onvoorspelbaar qua ernst, locatie en tijdstip. Pas wanneer het incident heeft plaatsgevonden, kan worden bepaald hoeveel capaciteit en welke kwaliteit er moet worden ingezet. Zodra er een paar ernstige incidenten tegelijk of vlak na elkaar en in hetzelfde gebied plaatsvinden, ontstaat al snel, juist vanwege het capaciteitsprobleem, een te hoge werkdruk. Zoals te verwachten is er een groot verschil tussen de beleving van het politiewerk door praktijkmensen en door wetenschappers en beleidsmakers.
Een eindconclusie is dat er veel meer voeling moet komen tussen leiding en werkvloer. De afstand is vaak nog te groot en lijkt vanwege de reorganisatie nog groter te worden.

Als laatste spreker voor de lunch sprak Dr. Annika Smit, senior strategisch adviseur en onderzoeker binnen de Politieacademie (Programma Versterking Professionele Weerbaarheid voor de Politie).
Zij wist op een boeiende wijze de samenhang te duiden tussen de drie vormen van weerbaarheid, te weten de fysieke, psychische en morele. Wanneer het lichaam in balans is, zal de geest dat ook zijn. De morele weerbaarheid heeft betrekking op de zingeving in je werk (de eigenheid in samenhang van het grotere geheel). Het geweten speel altijd een rol in het nemen van snelle beslissingen, zeker als het gaat om gebruik van geweld, in welke vorm dan ook. Het is daarom van groot belang dat politiemensen al tijdens de opleiding bewust worden gemaakt van de samenhang tussen de drie aspecten.

De twee informatiecarrousels na de lunch werden gevuld met beschouwingen over de werkwijze van vier vertegenwoordigers van het (bedrijf)maatschappelijk werk voor de Eenheid Amsterdam, te weten Helga Blom, Melanie Sarlemijn, Peter Waterloo en Erik-Jan Zwart.
Professionele opvang na ernstige incidenten is vanzelfsprekend geworden, maar de landelijke gelijkvormige inrichting van directe collegiale opvang lijkt maar moeizaam op gang te komen. Piketregelingen blijken vanwege organisatorische en/of financiële redenen niet altijd stand te houden. HRM zou meer moeten doen om collegiale bedrijfsopvang aan te moedigen.

Dr. Victor Kallen, gedragspsycholoog bij TNO, gaf op een boeiende, beeldende en vooral humoristische wijze een presentatie over de Neurobiologie van Stress(management), Darwin ontmoet Spinoza. Zijn advies was om te zorgen voor een goed herstel na gedane arbeid. Het verstoorde bioritme in politiewerk maakt kwetsbaar, omdat de rust die nodig is om stress te voorkomen vaak ontbreekt. Van stress word je ziek en dat wordt wetenschappelijk vooral verklaard door de rol van cortisol in zowel stress-management als metabole (stofwisseling) en inflammatoire (ontstekingen) processen.

Het symposium werd op een treffende manier afgesloten met het indrukwekkende succesverhaal en bijbehorend filmmateriaal van Robin van Galen, coach van het gouden waterpolo vrouwenteam van de Olympische Spelen in Seoel (2008). Deze coach kreeg een staf, geld en faciliteiten om met een klein team binnen vier jaar naar één doel toe te werken, namelijk de finale op de Olympische Spelen, op jacht naar goud. Hij wilde ons tonen dat een einddoel bereikt kan worden, als er maar de juiste instelling heerst en dat ieder lid zich terdege bewust is van zijn of haar rol binnen het team.
In mijn beleving gaat dit verhaal niet helemaal op voor de politieorganisatie in haar huidige samenstelling. Teams zijn er wel, maar er moeten teveel verschillende doelen worden nagestreefd. Daarbij komt dat er vanwege de hiërarchische structuur bij de politie nooit sprake is van één coach of chef.

Al met al een nuttige dag voor leidinggevenden, maar zeker ook voor HRM-managers, die tools aangereikt kregen hoe om te gaan met psychische problemen en stress van politiepersoneel. De wetenschap sprak voornamelijk over de psychische problematiek van politiemensen, terwijl de sociale problematiek nauwelijks ter sprake kwam. In de praktijk blijkt echter, dat psychische problemen nooit op zich staan, maar dat er altijd een bepaalde samenhang bestaat met de sociale omstandigheden. Politiemensen krijgen ook in hun privéleven te maken met dood, ziekte, echtscheiding, financiële problemen etc.
Verder bleek dat de media een grote rol speelt in het naar buiten brengen van resultaten uit onderzoeken. Negatieve aspecten worden er meestal uitgelicht en worden extra aangescherpt. Het lijkt erop dat de media een afspiegeling vormen van het gestaag groeiende gezags- en autoriteitsprobleem binnen de samenleving. Er ontstaan twee verschillende werelden, die van de feiten en die van de mythes. Berichten in de media dienen telkens opnieuw genuanceerd te worden, zodat er een werkelijkheid ontstaat, waaraan consequenties kunnen worden verbonden.

Onderstaande links verwijzen naar de door de sprekers gebruikte hand-outs.

Jacques Smeets, oud-politieman, auteur van De Blauwe Diender, in samenwerking met
Peter-Paul Lucker, stafmedewerker beleid en projecten Stichting de Basis te Doorn.

Hand-outs van:

Professor dr. Berthold Gersons

Professor dr. Peter van der Velden

Professor dr. Toon Taris

Dr. Annika Smit, Politieacademie

Dr. Victor Kallen, gedragspsycholoog TNO

Robin van Galen, waterpolocoach