Brief aan de staatssecretaris van Volksgezondheid en de Taskforce over liefdevolle zorg voor onze ouderen

omslag verpleeghuisbewoners en hun leefwereld betalen de rekening b heylDe Taskforce startte 29 april 2015 met het vernieuwingsprogramma: Ruimte voor verpleeghuizen als onderdeel van het plan Waardigheid en trots – Liefdevolle zorg voor onze ouderen dat staatssecretaris Van Rijn op 10 februari 2015 presenteerde. De woorden waardigheid, trots en liefdevolle zorg voor ouderen worden al decennialang onderwezen aan leerling-verpleegkundigen en -verzorgenden, alsook in de bijscholingscursussen aan verpleegkundigen en verzorgenden terwijl de afbraak van de verpleeghuiszorg gestadig werd voortgezet.

Deze afbraak heeft kennelijk nu haar hoogtepunt bereikt dat er een taskforce in het leven geroepen moest worden om op de ontstane puinhopen opnieuw te beginnen met waardigheid, trots en liefdevolle zorg voor ouderen. Waarom het zover heeft kunnen komen, mogen we raden. Niet getreurd. We moeten niet achterom kijken maar vol goede moed en vol vertrouwen aan de slag gaan.

Op de achterkant van mijn boek Verpleeghuisbewoners en hun leefwereld betalen de rekening schreef ik dat de Vereniging Verpleegkundigen en Verzorgenden (V&VN) dagelijks berichten binnen krijgt van tekortschietende zorg, laag opgeleid personeel, hoge werkdruk en dat menigeen dat niet bij het bestuur durft aan te kaarten uit angst voor repercussies. De V&VN besloot dat deze misstanden niet bij het ministerie aangekaart behoorden te worden, noch bij de overige leden van de Taskforce.

Op 18 augustus 2015 berichtte het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) bij monde van Anno Pomp als volgt richting V&VN: “… In zijn mails neemt de heer Heyl nogal stevige stellingen over hetgeen de V&VN hem zou hebben gemeld over hoe zorgaanbieders met hun medewerkers omgaan. Het betreft zaken die door jullie niet aan VWS of in de Taskforce naar voren zijn gebracht en derhalve lastig te plaatsen…”

Drs Helma Zijlstra, directeur V&VN, reageerde als volgt: “…De verwijzingen van de heer Heyl naar uitspraken van V&VN zijn niet onterecht, maar wel enigszins uit hun context geplaatst. Na het Inspectierapport over de kwaliteit van de verpleeghuiszorg in de zomer van 2014 en de persconferentie van de staatssecretaris met Actiz en de Inspectie hebben we vanuit V&VN bericht dat wij de conclusies van de Inspectie onderschreven en onderschrijven… We hebben toen ook gesteld dat er echt actie moest worden ontplooid om de slecht functionerende organisaties aan te pakken om te voorkomen dat de goede organisaties teveel mee gesleurd zouden worden in de negatieve publiciteit…Het heeft voor ons geen zin om in de Taskforce die oude signalen te blijven herhalen; we zetten ons in op het gezamenlijk realiseren van verbetering en zien dat er stappen gemaakt worden. Is dan alles ineens goed? Nee, daarvoor heeft de afkalving van de zorg in de verpleeghuizen te lang geduurd; wat in jaren is afgebroken kan niet in maanden hersteld worden… Inmiddels komen bestuurders tot het besef dat het alleen van binnenuit kan veranderen…”

Het ministerie was tevreden met dit schrijven en dankte de directeur voor haar uitgebreide reaktie en besluit met: “Daarmee is de lijn wel duidelijk geworden”.

Tevens werd mij bericht dat het boek: Verpleeghuisbewoners en hun leefwereld betalen de rekening niet gelezen zal worden door het ministerie omdat zij niet alle boeken die op de markt verschijnen kunnen lezen.

Je mond niet durven opendoen

Het is een goede zaak dat V&VN toegeeft dat al diegenen die zich hebben ingezet om te komen tot liefdevolle zorg decennia lang in de kou zijn gezet omdat men te druk bezig was de verpleeghuiszorg af te kalven. Dat bewoners binnen de verpleeghuizen doorlopend geconfronteerd werden met onvoldoende en zelfs met inhumane zorgverlening en dus onnodig moesten lijden. Dat gediplomeerden de boel draaiende moesten zien te houden onder hoge werkdruk en ongeschoold personeel. Dat leerlingen een onverantwoord werk- en leerklimaat werd aangeboden. Gezien het feit dat er een Taskforce in het leven geroepen wordt is de situatie nog steeds pijnlijk te noemen. Het zou de V&VN sieren om een en ander te benoemen en niet langer te zwijgen. Het is meer dan schandalig dat er nog steeds verpleeghuizen zijn waar mensen hun mond niet durven open te doen uit angst voor repercussies door een machtig en onaantastbaar bestuur. Het is V&VN wel degelijk kwalijk te nemen dat zij daarover gezwegen heeft tegenover het ministerie en de leden van de Taskforce.

Door misstanden voor het ministerie en de overige leden van de Taskforce te verzwijgen, heeft zij de bewoners en hun leefwereld in de steek gelaten. Het gaat haar niet om de bewoners, zo schijnt, ook niet om verzorgenden en verpleegkundigen, maar om negatieve publiciteit te voorkomen. Kennelijk worden wij door de media te eenzijdig en subjectief voorgelicht dat zij zich gedwongen achtte om de dagelijks binnen komende misstanden te verzwijgen voor ministerie en de overige leden van de Taskforce. Lijkt mij een gotspe van de bovenste plank.

De taak van de V&VN zou behoren te zijn samen met verenigingen die opkomen voor verpleeghuisbewoners, verenigingen van mantelzorgers – de grote afwezigen binnen de Taskforce – en behandelaren van verpleeghuisbewoners op te komen voor deze bewoners en hun leefwereld, waaronder dus verzorgenden en verpleegkundigen. Haar taak zou dan ook binnen de Taskforce en richting ministerie dienen te zijn om de dagelijks binnenkomende misstanden aan de kaak te stellen en op te roepen tot onmiddellijke actie en zich niet te verschuilen achter de rug van bestuurders en wegvluchten in mooie verhalen.

Brief aan de staatssecretaris van Volksgezondheid en de Taskforce

Ik zal wat concreter worden:

Geachte staassecretaris en leden van de Taskforce,

Wij, V&VN, verenigingen die opkomen voor verpleeghuisbewoners, de vereniging van mantelzorgers en behandelaren van verpleeghuisbewoners willen u het volgende voorhouden:

Wij horen dagelijks verhalen van onze leden over tekortschietende zorg en wij willen hier enkele schrijnende situaties aan de orde stellen. Wat gaan wij nu concreet doen en in welk tempo om aan deze situaties een halt toe te roepen? Het afkalvingsproces moet zo snel mogelijk stopgezet worden, liefst vadaag. Verpleeghuisbewoners lijden onnodig door allerlei factoren, zoals hoge werkdruk en laag geschoold personeel.

In deze situatie kunnen verpleegkundigen en verzorgenden hun werk niet naar behoren verrichten en komen zij voor ethische dilemma’s te staan. Bij tekortschietende zorg worden binnen de verpleeghuizen leerlingen onvoldoende geschoold. Ze hebben recht op goede scholing.

Wij moeten ons ervoor schamen dat verpleeghuisbewoners onnodig lijden, leerlingen onvoldoende worden opgeleid. Daarom mogen wij verwachten dat er concrete maatregelen worden genomen op zo kort mogelijke termijn om aan deze misstanden een einde te maken, en dienen we niet de schone schijn op te houden voor de buitenwereld. Dat gebeurt al decennialang.

Het feit dat bestuurders de macht hebben om mensen zo bang te maken dat zij hun mond niet durven open te doen uit angst voor repercussies is ronduit schaamteloos. In geen enkel verpleeghuis behoort het zo te zijn dat mensen uit angst voor repercussies hun mond houden. Helaas is het zo dat bestuurders deze macht hebben en daar gebruik van maken en op rechtsbescherming kunnen rekenen. Dit is een zeer ernstige misstand.

Het zou het ministerie en de Taskforce sieren om zo snel als mogelijk aan deze zeer ernsitge misstand een einde te maken. Wij roepen u allen dan ook op om over te gaan tot directe concrete maatregelen.

Het dient besturen per direct verboden te worden dat verpleegkundigen en verzorgenden zich gedwongen voelen te gaan sjoemelen met hun beroepscode, hetzij uit angst, hetzij uit onwil van besturen. Het dient besturen per direct bij te brengen dat zij stoppen met verpleegkundigen en verzorgenden bloot te stellen aan hoge werkdruk en op te zadelen met ongeschoold personeel. Dat een en ander zover is gekomen is beschamend en het zou verbijsterend zijn wanneer wij niet gezamenlijk direct in actie komen om op zijn minst de ergste nood op te heffen. Wij dienen per direct verantwoordelijkheid te nemen en de vinger op de zere plek te leggen en daarvoor niet weg te lopen. Dat hebben we al decennia gedaan. Laten we daar nu eindeijk eens mee stoppen.

Bewoners in een verpleeghuis behoren niet onnodig te lijden, niemand behoort angst te hebben voor het bestuur. Verpleegkundigen en verzorgenden behoren niet met ongeschoold personeel zien de boel te redden. Leerlingen hebben het recht op een goede opleiding en niet moeten niet werken in een gehospitalisserd werk- en onderwijsklimaat.

Hoe gaan we een einde maken aan al deze misstanden en hoe wensen wij transparant te communiceren met de buitenwereld zonder te vluchten in schone schijnverhalen?

Laten we eindelijk eens afscheid nemen van een misvormd mensbeeld en een verwrongen ethiek. Deze hebben ons decennialang parten gepeeld. Laten we daar zo snel mogelijk een einde aan maken op basis van concrete maatregelen die niet halfslachtig zijn. Niet meer de schijnvrede bewaren.

Verpleeghuisbewoners en hun leefwereld betalen de rekening, door Binjamin Heyl, 2015: www.uitgeverijeigenboek.nl (Uitgeverij en website zijn opgeheven).
Probeer tweedehands bij De Slegte: www.deslegte.com/verpleeghuisbewoners-en-hun-leefwereld-betalen-de-rekening-628893/

 

Nieuwsbrief ontvangen?

Wij houden u graag op de hoogte van actuele ontwikkelingen binnen Stichting Beroepseer.  Wilt u onze nieuwsbrief ontvangen? Dan kunt u zich hieronder aanmelden.

Contact

Adres:
Multatulilaan 12
4103 NM Culemborg

Email:
info@beroepseer.nl

© Stichting beroepseer