Stress in het hoofd

Bewegingswetenschapper Peter Renden van de Vrije Universiteit Amsterdam deed onderzoek naar het trainen van politieagenten in stressvolle situaties. Er kan sprake zijn van een acute levensbedreiging en er moet al heel snel in split seconds worden gehandeld. Renden heeft het over “vette stress”, waardoor je niet altijd kunt uitsluiten dat het anders loopt dan je wilt. Stress hakt in op je vaardigheid van handelen. Hij stelt voor dat er meer uren en vooral realistischer wordt getraind door de politie. Hij duidt met name op zelfverdedigingstechnieken.

Vóór de reorganisatie van 1994, was het heel normaal dat er wekelijks een aantal uren in diensttijd werd getraind en gesport. In die trainingen zaten schietoefeningen, zelfverdedigingstechnieken, gebruik wapenstok en realistische benaderingstechnieken (vuurwapen)gevaarlijke verdachten.
Op jaarbasis had je het dan over minstens een paar honderd uur. Dat aantal is gereduceerd tot het schrikbarend lage aantal van 32 per jaar (!), inclusief de toetsingen. Eigen schietbanen en sporthallen verdwenen. Het sporten werd al heel snel verbannen naar “eigen tijd”. Al jaren wordt over de teloorgang van het aantal trainingsuren en over de inhoud van de trainingen vanaf de werkvloer steen en been geklaagd. Er werd wel geluisterd, maar er is de laatste paar jaar pas iets van verbetering te bespeuren. Dit heeft voornamelijk te maken met het project Versterking Professionele Weerbaarheid Politie, geïnitieerd door voormalig minister Opstelten. Dat er nog lang niet voldoende gebeurde blijkt wel uit het onderzoek van Peter Renden.

Erg goed dat hij klare taal spreekt en in zijn aanbevelingen aan de Nationale Politie pleit voor het dichten van het gat tussen de (huidige) trainingen en de praktijk. In zijn interview zegt hij ook dat het erg lastig is om bij de juiste mensen te komen. Daar ligt dan waarschijnlijk dé oplossing. Of de politietop en/of rechters het lef hebben om zich ervoor open te stellen en ermee aan de slag te gaan, is de vraag. Ik noem hier ook rechters, omdat zij de laatste tijd nogal in het nieuws zijn vanwege uitspraken tegen politiemensen die verbijstering oproepen binnen de politiewereld en de samenleving.

Zodra zich juristen en rechters met de geweldsinstructie in de hand en andere wet- en regelgeving als basisuitgangspunt in de stressloze omgeving van een bureau gaan buigen over de zaak, verdwijnt de begrijpelijke taal. Dan vervalt men in juridische haarkloverij en wetenschappelijke terminologie.
Volgens de onderzoeker wordt in de rechtszaal nogal koel naar de hele situatie gekeken, maar zo koel waren de agenten op de cruciale momenten natuurlijk niet. Het is goed dat deze wetenschapper durft te zeggen dat het achteraf, vanachter je bureau, makkelijk oordelen is. Renden zegt terecht dat een agent ook maar een mens is, iemand met eigen emoties en een instinkt. Stress gaat in je hoofd zitten en het leidt tot minder vaak raak schieten, zeker als je minder ervaren bent.

Rechters schieten ook, maar vooral in de kramp, uit angst dat ze de schijn zouden kunnen wekken partijdig te zijn. Maar dat ze op een subtiele manier bijna in elke rechtszaak ook door media en advocatuur worden beïnvloed gaat aan hun voorbij. Of ze zijn zich er wel van bewust, maar doen net alsof het niet bestaat.
Ik volg momenteel de serie Kijken in de ziel van waarin Coen Verbraak het gesprek aangaat met een groot aantal rechters. Er is een vrouwelijke rechter die het belangrijk vindt dat zij door de verdachte aardig gevonden wordt (!) Een andere rechter, die Mohammed B. tot levenslang veroordeelde voor de moord op Theo van Gogh zegt, dat hij op enig moment te doen had met deze 26-jarige knul. Een andere rechter reageerde op een verdachte, die op hem afkwam en aanstalten maakte om hem te slaan, door hem aan te spreken op zijn sikje. Er zit een rechter in het rijtje geïnterviewden die bijna volledig blind is. Bij de beoordeling van het gedrag van de verdachte gaat hij af op datgene wat hij voelt als hij hem of haar hoort spreken. Deze man vertegenwoordigt wel heel erg letterlijk de geblinddoekte Vrouwe Justitia.

Ik probeer niet cynisch te zijn, maar ik besef heel goed dat ik dat hier wel ben. Als oud-politieman met 43 dienstjaren in de rugzak kijk en luister ik regelmatig met gekromde tenen naar datgene wat deze rechters zeggen. Opvallend is dat er in dit programma heel openlijk wordt gesproken over hun eigen emoties en die van de verdachten, maar zodra ze in de rechtszaal zitten en het gaat over politiemensen, mogen emoties niet worden meegewogen in hun beoordeling. Zij stellen immers dat agressie en geweld inherent is aan het politieberoep, dat agenten getraind worden om de confrontatie daarmee aan te gaan en dus adequaat en professioneel behoren te handelen.

Je hoort vanuit de samenleving regelmatig roepen dat rechters steeds verder af staan van wat zich in de samenleving afspeelt. Ik geloof dat zij wel degelijk weten wat er zich afspeelt, maar dat zij niet het lef hebben om af te wijken van de protocollen. Ze zijn bang om daarop te worden afgerekend. Dat, terwijl ik toch al tijdens mijn politie-opleiding op het hart gedrukt kreeg dat de wet twee kanten heeft, namelijk die van de letter en die van de geest. Het lijkt erop dat de rechterlijke macht zich afgesloten heeft van de geest van de wet.

Politieagenten die hun eigen leven op het spel zetten om de samenleving een stukje veiliger te maken, lijken hiervan de dupe te worden.

En dat levert juist extra stress in hun hoofden op.

Rapport Politievaardigheden onder stress: Het optimaliseren van aanhouding en zelfverdediging in de praktijk, door P.G. Renden, A. Nieuwenhuys, G.P.T. Willemsen, R.R.D. Oudejans, uitgave van Politie & Wetenschap, Apeldoorn. Voor downloaden klik hier.

Wachters van de wet. Coen Verbraak praat met twaalf rechters. Kijken in de Ziel

 

Jacques Smeets
www.deblauwediender.nl

 

Nieuwsbrief ontvangen?

Wij houden u graag op de hoogte van actuele ontwikkelingen binnen Stichting Beroepseer.  Wilt u onze nieuwsbrief ontvangen? Dan kunt u zich hieronder aanmelden.

Contact

Adres:
Multatulilaan 12
4103 NM Culemborg

Email:
info@beroepseer.nl

© Stichting beroepseer